Generatie 2030: wie zijn de Rode Duivels van de toekomst?

© BELGAIMAGE

Voor de huidige generatie Rode Duivels was het voorbije EK mogelijk het laatste grote internationale toernooi. Wij kruipen in de rol van Madame Soleil en voorspellen welke spelers er in 2030 de selectie halen.

Door Guillaume Vandroogenbroeck

De zon brandt op alle kruinen, terwijl de Belgen, biertje in hun hand, mijmerend terugdenken aan de gouden generatie Rode Duivels die twaalf jaar geleden derde werd op het WK in Rusland. Het is juni 2030 en iedereen verheugt zich op het nakende WK voetbal. Ook België heeft zich geplaatst voor deze 24e editie van het internationale voetbalfeest en wordt door de bookmakers zelfs genoemd als outsider. De sterren van weleer hebben hun schoenen al een tijdje aan de haak gehangen. Romelu Lukaku is spitsentrainer bij Inter Milaan, Axel Witsel, netjes in maatpak met stropdas, is assistent-trainer van Standard en Thomas Meunier bespreekt als gewaardeerd analist de Belgische WK-selectie die zopas is bekendgemaakt.

Flashback naar 2021. Van de 23 namen voor 2030 klinken er u nu waarschijnlijk nog weinig bekend in de oren. We helpen u graag om hen te leren kennen.

Vier keepers voor drie plaatsen

Thibaut Courtois (Real Madrid) kent u ongetwijfeld wel. In 2030 zal hij 38 jaar zijn, maar wellicht staat hij dan nog altijd onder de lat. De doelman houdt van records en heeft al een keer verteld dat hij graag tot zijn 40e bij de Rode Duivels wil blijven. Op een positie waar leeftijd een minder grote impact heeft, behoort dat zeker tot de mogelijkheden. Een laatste kunststukje op het 24e WK kan dus, waarbij Courtois zijn ervaring kan overbrengen op de twee andere keepers van de nationale ploeg.

Maarten Vandevoordt (KRC Genk) lijkt de aangewezen man om de fakkel over te nemen. Bij de Limburgers trad hij alvast in de voetsporen van zijn illustere ambtsgenoot. Op amper achttienjarige leeftijd werd hij afgelopen seizoen vanaf de terugronde titularis bij Genk. Hij maakte een zelfzekere indruk en blonk uit door zijn uitstekende reflexen en zijn voetballend vermogen, een kwaliteit die meer en meer gevraagd wordt van moderne doelmannen. In de jeugdcategorieën werd Vandevoordt altijd al beschouwd als een groot talent. Het laat zich dan ook voorspellen dat hij een sleutelfiguur wordt bij de Duivels van de toekomst.

Maarten Vandevoordt
Maarten Vandevoordt© Belga Image

Achter hem zullen twee doelmannen vechten voor één plaatsje bij de 23. Maxime Delanghe (PSV) heeft een mooie toekomst voor zich. Hij kende zijn opleiding in Neerpede, bij de jeugd van Anderlecht, waar hij in 2017 vertrok. Bij Jong PSV is hij titularis in de Keuken Kampioen Divisie, de tweede klasse in Nederland, maar voor het eerste elftal van de Eindhovenaars is hij pas derde keuze. Een uitleenbeurt aan een club met minder aanzien zou geen slechte stap zijn voor zijn carrière. Arnaud Bodart (Standard) moeten we u niet meer voorstellen. Tijdens het mislukte seizoen van de Rouches was Bodart een van de enige die een constant niveau haalde. Hij werd door de supporters van Standard dan ook verkozen tot Speler van het Seizoen.

Blessurevrees centraal achteraan

Als er één compartiment is waar de opvolging op zich laat wachten, dan is dat ongetwijfeld de defensie. Zinho Vanheusden (Standard) werpt zich op als de grote belofte voor de verdediging. Hij heeft alles in zich om daar de patron te worden van de volgende generatie Rode Duivels. Het is vooral te hopen dat zijn twee zware kruisbandblessures zijn beloftevol ogende carrière niet in de kiem smoren.

Vanheusden is zeker niet het enige verdedigende talent van ons land. Koni De Winter (Juventus) is een van de naar het buitenland uitgeweken jongeren die we in het oog moeten houden. De oud-speler van Zulte Waregem doet het voortreffelijk bij de Primavera (de U19) van de Italiaanse recordkampioen, waar hij vaak als kapitein mag aantreden. Hij zat zelfs al op de bank in de Champions Leaguewedstrijd tegen FC Barcelona in oktober vorig jaar. De Winter is met zijn 1m88 een atletische, sterke centrale verdediger. In het Juventus van de nieuwe coach Massimiliano Allegri zal hij op die positie wellicht weinig speelkansen krijgen. Daarom lijkt ook voor hem een transfer naar een minder hoog aangeschreven club in de Serie A of – waarom niet? – een terugkeer naar België geen slechte carrièrezet.

Als er één compartiment is waar de opvolging op zich laat wachten, dan is dat ongetwijfeld de defensie.

Twee linksvoetige verdedigers springen ook in het oog bij de opkomende jeugd. Bram Lagae (KAA Gent) heeft onlangs zijn contract bij de Buffalo’s verlengd, wat duidt op het vertrouwen dat de Gentse bestuurders in hem stellen. Hij heeft een stevig schot in zijn linker en een indrukwekkende inworp. De huidige international bij de U17 heeft zijn grote potentieel al bewezen in de selectie van Bob Browaeys, die lovend is over de generatie van 1994. De tweede linkspoot, Ethan Butera (Anderlecht), is de jongste van de hele selectie. Hij maakt deel uit van de fameuze lichting van 2006 van Anderlecht. Op zijn vijftiende tekende hij in mei zijn eerste profcontract bij paars-wit. Lichamelijk is hij vooruit op zijn leeftijd en hij beschikt over de technische kwaliteiten die de verdedigers in Neerpede typeren. Hij zal wel nog even geduld moeten oefenen vooraleer hij zijn debuut mag maken in de Jupiler Pro League.

Zeno Debast (Anderlecht) daarentegen mag al sneller dromen van het eerste elftal. Hij zou weleens het volgende goudhaantje kunnen zijn dat misschien volgend seizoen al doorbreekt bij de troepen van Vincent Kompany. Hij toonde zich al keizerlijk bij zijn eerste echte kans, de wedstrijd op Antwerp tijdens de laatste speeldag van play-off 1 eind mei. Het komt er voor Debast op aan nog aan spierkracht te winnen, maar aan zijn capaciteiten twijfelt niemand. Achteraan is het verder uitkijken naar Sebastiaan Bornauw (1 FC Köln), Hannes Delcroix (Anderlecht), Arthur Theate (Oostende) en Ardy Mfundu (Schalke 04), die wat door blessures werd afgeremd.

Arthur Theate
Arthur Theate© Belga Image

Gemis aan backs blijft problematisch

Door een gebrek aan flankverdedigers koos Roberto Martínez voor een 3-4-3, het vaste systeem van de Rode Duivels sinds 2016. Ook de komende jaren lijkt het erop dat het gemis aan backs de nationale ploeg parten zal blijven spelen. Op links vooral, waar er slechts één naam uitspringt. Rob Nizet (Norwich City) verliet de jeugd van Anderlecht om zijn voetbalgeluk over het Kanaal te zoeken. Nizet was international in alle jeugdcategorieën, tot en met de U19. Hij is het prototype van de moderne linksachter, een profiel dat ontbreekt bij de huidige selectie Rode Duivels.

Mathis Servais is geen linksachter van opleiding, maar wel een jongen die de hele flank voor zijn rekening zou kunnen nemen. De Brugse winger liet al van zich spreken door de jongste doelpuntenmaker te worden in 1B én met zijn vijftien jaar de jongste speler van blauw-zwart te zijn die een profcontract tekende. Als een van de grootste talenten van Club zou hij vanaf volgend seizoen weleens speelgelegenheid kunnen krijgen van Philippe Clement.

Op rechts stellen er zich gelukkig iets minder problemen. Ignace Van der Brempt (Club Brugge) en Hugo Siquet (Standard) toonden hun enorme potentieel tijdens hun eerste seizoen in de Jupiler Pro League. Ze werden beiden al geselecteerd voor de U21 en zijn dus de logische opvolgers van Timothy Castagne en Thomas Meunier. Killian Sardella (Anderlecht) en Tibo Persyn (Inter) zijn ook kandidaten, maar de eerste zal dan beter moeten leren omgaan met de druk van het profbestaan en de tweede zal minder blessures moeten kennen dan sinds zijn transfer naar Italië.

Hugo Siquet
Hugo Siquet© Belga Image

Positieve selectieproblemen voor het middenveld

Op het middenveld staat een plejade aan jonge talenten vol ongeduld te popelen om Rode Duivel te worden. Youri Tielemans zal op zijn 33e nog kans maken op een selectie, maar Nicolas Raskin (Standard) en Amadou Onana (Hamburg) bezitten de kwaliteiten om in de toekomst de regie op het middenveld op zich te nemen. Raskin had tijd nodig om te bevestigen na zijn beloftevolle debuut bij KAA Gent. Ondertussen staat hij niet meer ter discussie bij Standard. Met zijn vista en engagement is hij een belangrijke schakel geworden bij de Rouches. Onana heeft met zijn 1m95 een atypisch profiel. De kapitein van de Belgische U21 is als nummer 6 een echte controleur. Nu HSV er niet in slaagde om te promoveren naar de Bundesliga, is de kans reëel dat hij naar een andere club trekt. Onder meer Napoli toonde al interesse.

Op het middenveld staat een plejade aan jonge talenten vol ongeduld te popelen om Rode Duivel te worden.

Eliot Matazo (Monaco) begint stilaan naam te maken in Zuid-Frankrijk. Dat hoeft niet te verbazen voor wie de kwaliteiten van de snelle middenvelder kent. Als kapitein van de generatie van 2002 heeft hij alles in zich om een mooie toekomst uit te bouwen. In het prinsdom zal zijn belang alleen maar toenemen wanneer Aurélien Tchouaméni en/of Youssouf Fofana er vertrekt. Ook een ander jeugdproduct van Anderlecht liet afgelopen seizoen van zich spreken. Roméo Lavia (Manchester City) verraste tot grote onvrede van het Brusselse bestuur met zijn overstap naar het noorden van Engeland. Hij nam met die transfer een risico, maar zijn eerste jaar werd een groot succes. Met zowel de U18 als de U23 werd hij kampioen, de club kroonde hem tot U23-Speler van het Jaar en Pep Guardiola selecteerde hem om mee te trainen met de A-kern.

Naast dat illustere viertal zitten nog verscheidene spelers in de wachtkamer. Orel Mangala (Stuttgart), Albert Sambi Lokonga (Anderlecht, volgend seizoen waarschijnlijk Arsenal), Aster Vranckx (Wolfsburg), Nils De Wilde (Anderlecht), Marco Kana (Anderlecht), Pierre Dwomoh (KRC Genk), Noah Mbamba (Club Brugge) en Emmanuel Matuta (PSV) zullen de toekomstige bondscoach voor positieve selectieproblemen stellen.

Een bij Anderlecht geschoolde aanval

Jeremy Doku (Rennes) zal in 2030 28 jaar oud zijn en op het hoogtepunt van zijn carrière. Bij diens ex-club staat Enock Agyei (Anderlecht) op zijn zestiende aan de deur van de eerste ploeg te kloppen. Net als Doku is de kleine vleugelaanvaller pijlsnel en dribbelvaardig. Mario Stroeykens (Anderlecht) kan zowat op elke aanvallende positie zijn streng trekken. Hij mocht dit seizoen al aantreden met de hoofdmacht en deed dat met bravoure. Als we daar nog Yari Verschaeren of Anouar Ait El Hadj (beiden Anderlecht) aan toevoegen, komen we op een volledig Brussels geschoolde aanval uit. El Hadj kan ook nog kiezen voor de nationale ploeg van Marokko.

Anouar Ait El Hadj
Anouar Ait El Hadj© Belga Image

Andere spelers die in aanmerking komen voor een selectie: Johan Bakayoko (PSV), Kazeem Olaigbe (Southampton), Cihan Canak (Standard), Julien Duranville (Anderlecht) en Luca Oyen (KRC Genk).

Romelu Lukaku zal er niet meer bij zijn, wat betekent dat er zich een nieuwe diepe spits moet aandienen. Charles De Ketelaere zou een noodoplossing kunnen zijn, maar ongetwijfeld zal er voor hem een rol weggelegd zijn iets lager op het veld. Yorbe Vertessen (PSV) heeft een interessant profiel, maar is geen pure nummer 9. Doelpunten maken kan hij wel: op het EK U17 in 2018 werd de snelle aanvaller topscorer. Onder Roger Schmidt kon hij afgelopen seizoen na wat fysieke ongemakken een plaats verwerven in het eerste elftal. Ook voor de volgende campagne geniet hij het vertrouwen bij de Eindhovenaars.

Voor een gelijkaardige aanvaller als Lukaku kijken we best richting Genk. In de opleiding van de Limburgers loopt een soort mini-Romelu rond. Sekou Diawara (KRC Genk) is een ruwe diamant die fysiek lijkt op de spits van Inter en een even goeie linkervoet heeft. Hij nam vorig seizoen al plaats op de bank bij Genk en mag volgend seizoen hopen op speelminuten.

Slotsom: er zijn heel wat talenten in aantocht. Hen wacht de moeilijke uitdaging om de fakkel over te nemen van een generatie Rode Duivels die het hele land in vervoering bracht.

Generatie 2030: wie zijn de Rode Duivels van de toekomst?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content