Heleen Jaques: ‘Mijn carrière is al geslaagd. Alles wat er bijkomt, is bonus’

© BELGA
Matthias Stockmans
Matthias Stockmans Redacteur van Sport/Voetbalmagazine en Knack Focus.

In een play-off tegen Zwitserland (5 en 9 oktober) proberen de Red Flames de voorlaatste horde richting WK te nemen. Daarbij wordt gerekend op Heleen Jaques, verdediger bij Fiorentina en sinds deze zomer ook bekend als Sporza-analiste. Sport/Voetbalmagazine had met de West-Vlaamse Red Flame een babbel over verleden, heden en toekomst.

We zochten Heleen Jaques (30) afgelopen zomer op bij haar thuis in Oostkamp. Vlak voor ze naar Italië zou afreizen voor een nieuwe episode in haar voetbalcarrière: Fiorentina. Van het ene paars-wit naar het andere.

‘Ik wilde sowieso nog eens een buitenlands avontuur proberen’, verklaart ze die overgang van Anderlecht naar de Serie A. ‘Ik speelde destijds al eens twee seizoenen in Duitsland. Herforder SC beschouw ik als geslaagd, we degradeerden maar als voetbalster leerde ik veel bij, maar Turbine Potsdam liet een minder gevoel achter. Ik voelde dat ik het niveau aankon, maar die trainer, een Oost-Duitser, was iemand van het oude regime. We hebben daar eens negen weken aan een stuk drie keer per dag getraind. Mijn spieren konden dat niet aan.’

‘In het begin speelde ik veel, tot in januari. Ik leid aan inspanningsastma, wat betekent dat als het echt koud wordt, ik last krijg van mijn ademhaling of hoestbuien. Een dokter ter plaatse schreef mij een kruidendrank voor, maar ik wist dat dat niet zou helpen. Ik wilde naar België voor een onderzoek, maar dat mocht niet van die trainer. Hij zei: als je naar België vertrekt, ken je je plaats als je terugkomt. Zo bleek ook, ik heb nog één keer gespeeld nadien.’

Hoe staat het met die astma?

HELEEN JAQUES: ‘Dat is opgelost. Ik moest gewoon mijn dosis medicatie wat verhogen. Maar vroeger kon dat redelijk hevig zijn, ik heb me ooit laten opnemen in de spoedafdeling.’

‘We halen in België een behoorlijk niveau, maar willen we de stap naar de top zetten, moeten we toch dringend onze trainingsintensiteit verhogen. Meer en harder trainen.’

Heleen Jacques

Maar je wilde dus terug naar het buitenland vanuit een soort frustratie uit die eerste periode?

JAQUES: ‘Ja, omdat ik nu alles onder controle heb. Vorig jaar polsten Fiorentina en Atlético Madrid al eens. Maar ze wilden dat ik eerst testen deed, wat moeilijk lag. Net in die periode had ik samen met Mario (haar vriend, video-analist bij Waasland-Beveren, nvdr) een huis gekocht, om die lening te kunnen financieren moest ik een contract kunnen voorleggen dat mijn inkomen voor het komende jaar garandeerde. Bij Anderlecht had ik een jaarcontract -zoals bijna iedereen in het Belgische vrouwenvoetbal-, dat loopt tien maanden en in de zomer ben je twee maanden contractloos. Dan kan je gaan en staan waar je wil.’

‘Ik heb Atlético wat onder druk proberen zetten, want ik wilde graag naar daar, maar zij konden de onderhandelingen niet zo snel afronden. Eerst moesten die testen er komen. Heel jammer. Ik wilde ook duidelijkheid voor het EK met de Red Flames begon. Anderlecht was de veiligste optie.’

Fiorentina kwam toch weer aankloppen.

JAQUES: ‘Na de WK-kwalificatiematch tegen Italië van enkele maanden geleden kreeg ik de volgende ochtend een mail van Fiorentina: ze waren in die partij overtuigd geraakt van mijn kwaliteiten en wilden er mij graag bij. Ik was na het EK vorige zomer lang out na een hieloperatie, het is logisch dat ze mijn herstel wilden afwachten.’

Is de Italiaanse competitie een stap vooruit?

JAQUES: ‘Fiorentina was twee jaar geleden de eerste Italiaanse club met een professioneel vrouwenteam. Vorig seizoen kwam daar Juventus bij en die speelden meteen kampioen. Fiorentina wil die hiërarchie herstellen, ze wilden hun jonge ploeg met ervaring injecteren, vandaar dat ze bij mij uitkwamen.’

‘De Italiaanse voetbalfederatie is bezig de hele vrouwencompetitie te structureren en professionaliseren: alle spelerscontracten moeten bijvoorbeeld via de federatie lopen. In Firenze wordt er veel aandacht besteed aan de vrouwenploeg. In de pers krijgen ze bijna evenveel aandacht als de mannen. Als je wint, word je de hemel ingeprezen, als je verliest onder de grond gestopt. Zo hoort het.’

Ook collega-international Davina Philtjens maakte de overstap van Ajax naar Fiorentina. Was haar aanwezigheid belangrijk?

JAQUES: ‘Het is sowieso een voordeel, we moeten allebei de taal nog leren en kunnen in tussentijd toch in onze eigen taal communiceren. In moeilijke tijden, die er zeker zullen komen, kan dat helpen. We zullen ons moeten bewijzen om een basisplaats af te dwingen. Davina heeft op de flank concurrentie van een Italiaanse international, gelukkig kan ze ook een rijtje hoger spelen. De coach wil naar een 3-5-2 overschakelen, dat ligt mij wel, ik heb bij Harelbeke destijds zo gespeeld en soms bij de Red Flames. Het vergt nog meer concentratie qua positiespel.’

Hoger niveau

Ligt het niveau in het buitenland veel hoger dan in België?

JAQUES: ‘In Duitsland hoorde ik fysiek toch bij de vijf besten van de ploeg. Dat was dus geen probleem. Ook omdat ik individueel veel bijtrain. Maar de trainingen waren daar zeer pittig. We halen in België een behoorlijk niveau, maar willen we de stap naar de top zetten, moeten we toch dringend onze trainingsintensiteit verhogen. Meer en harder trainen. Bij de Gent Ladies zetten ze die stap, ook bij Anderlecht en Genk. De rest moet volgen.’

Het verdwijnen van de BeNeLeague was wel een stap terug in de ontwikkeling van ons vrouwenvoetbal.

JAQUES: ‘Vooral naar aandacht toe, van publiek en media. Voor de clubs was dat een financiële klap, ja, wat zich meteen reflecteert naar het niveau.’

‘Het blijft wel zo dat je als meisje meestal begint bij de jongens, weinig ploegen hebben een U10 of U8 voor meisjes. Een nadeel is dat niet, als je met fysiek sterkere jongens speelt, word je daar zelf ook beter van.’

Heleen Jaques

Volgens de FIFA heeft vrouwenvoetbal nochtans de toekomst.

JAQUES: ‘In vergelijking met mijn tijd merk je dat voetbal veel populairder is bij vrouwen. Het aantal ingeschreven meisjes is verdrievoudigd. Wat je ook duidelijk merkt: het niveau bij de jeugd ligt veel hoger dan in mijn kindertijd. Ik ben in België naar de bekerfinale bij U16 gaan kijken: daar zag je behoorlijk wat talent. Techniek en balsnelheid zijn veel beter. Anderlecht heeft een heel mooie lichting meisjes aankomen. Als die goed begeleid worden, oogt de toekomst van ons Belgisch vrouwenvoetbal zeer mooi.’

‘Ze worden nu ook meer gewaardeerd. In mijn tijd mocht ik wel meedoen tot de kadetten, maar toen moest de trainer toch keuzes maken. Ik was geen optie voor de eerste ploeg later dus kreeg ik steeds minder kansen. Nu steken ze tenminste even veel tijd in meisjes dan in jongens.’

‘Het blijft wel zo dat je als meisje meestal begint bij de jongens, weinig ploegen hebben een U10 of U8 voor meisjes. Een nadeel is dat niet, als je met fysiek sterkere jongens speelt, word je daar zelf ook beter van. Ik heb tot mijn zestiende bij de jongens gespeeld. Best plezant, hoor.’

Vanwaar de passie voor voetbal?

‘Ik trok me weinig aan van opmerkingen dat alle voetbalspeelsters lesbiennes zijn. Dat is uiteraard niet zo. Dat soort opmerkingen verdwijnen stilaan ook wel.’

Heleen Jaques

JAQUES: ‘Mijn papa was trainer bij Lichtervelde en mijn broer speelde daar voetbal, maar ik ben begonnen bij Torhout, waar we woonden. Ik ben vaak van club veranderd omdat ik van mening ben dat je maximum drie jaar bij eenzelfde club mag blijven. Anders word je te veel vriendinnen en verdwijnt het kritische aspect. Ik moet het gevoel houden dat er een uitdaging voor mij ligt.’

‘Ik begon bij Torhout als flankverdediger, dan bij Oostende, mijn eerste jaar bij de dames. Dan kreeg ik de kans om naar Harelbeke te gaan, dat hoger aangeschreven stond. Bij Sint-Truiden ben ik vervolgens omgeturnd tot centrale verdediger, het was Anne Noë die me daar voor het eerst uitspeelde. Ik heb ook lang volleybal gedaan, maar ik uiteindelijk wilde ik liever een buitensport doen.’

‘In die periode bestonden de Red Flames nog niet, echt voorbeelden om het als voetbalspeelster te maken had ik niet. Het was mijn turnleraar die STVV destijds tipte. Zo ben ik in eerste klasse geraakt. Ik was niet het grootste talent, maar wel een doorzetter. Dat kenmerkt mijn carrière. Ze hebben me al vaak afgeschreven. Ik speel ook tamelijk viriel. Dat heb ik van mijn pa, die daar op hamerde: ik moest mij laten gelden op een veld. Wanneer ik destijds met mijn oudere broer voetbalde op de pleintjes ging het er ook stevig aan toe, hij kon echt héél vuil spelen. (lacht) Door met jongens te voetballen, leerde ik hard te zijn.’

Vond je het raar om als enige meisjes tussen de jongens te staan?

JAQUES: ‘In clubverband was het soms raar omdat je altijd apart moest douchen, in de kleedkamer van de scheidsrechter meestal, die dan buiten bleef wachten. Er komt een moment, tussen je zestiende en achttiende, dat je gaat twijfelen. Wil je dit verder doen? Maar dat had meer te maken met de studies, niet met de vooroordelen. Ik trok me weinig aan van opmerkingen dat alle voetbalspeelsters lesbiennes zijn. Dat is uiteraard niet zo. Dat soort opmerkingen verdwijnen stilaan ook wel. Ik ben tamelijk rationeel, ik was ervan overtuigd dat ik wel mijn draai zou vinden.’

Je liet al eens optekenen dat je geen zin hebt om op de barricades te staan wanneer het over de ongelijkheid tussen mannen- en vrouwenvoetbal gaat. Bijvoorbeeld op het financiële vlak.

JAQUES: ‘Ik zal inderdaad niet schreeuwen dat wij hetzelfde moeten verdienen als de mannen. Wij staan nog niet op hetzelfde niveau en moeten ons eerst bewijzen. Laat ons met de Red Flames eerst tonen dat we op grote toernooien aanwezig kunnen zijn.’

Misschien een seksistische vraag, maar ik stel ze toch: ben je als vrouwelijke voetbalspeelster bezig met het bewaren van je vrouwelijkheid, of speelt dat geen rol?

JAQUES: ‘Speelsters zijn tegenwoordig veel meer bezig met hun voorkomen. Vroeger liep iedereen na een match zomaar naar buiten, nu proberen we ons toch vrouwelijker te tonen -het haar eens goed steken bijvoorbeeld. Vooral met de Red Flames beseffen we dat we daarin als rolmodel kunnen fungeren.’

Was het EK vorige zomer een hoogtepunt in je carrière?

‘Het is als vrouw moeilijker om voor een lange carrière in het voetbal te gaan, omdat het zo moeilijk te rijmen valt met een gezinsleven – ik zou zelf nog graag kinderen krijgen.’

Heleen Jaques

JAQUES:‘Dat was de max! Zoveel toeschouwers, dat doet iets met je. Er werd de hele tijd gezongen, ze stonden een hele wedstrijd achter ons. Ook in moeilijke momenten, wanneer je publieke steun net nodig hebt. Ik ben daar zeer gevoelig voor. Zeker op een toernooi speelt dat mentale een grote rol. Iedereen is moe, maar als je dan steun voelt van het publiek kan je daar door. Ik denk dat veel mensen dat onderschatten. Ook bij de Rode Duivels. Wanneer op het EK 3000 mensen ons toejuichten, voelden we plots veel meer energie.’

Geen last van stress?

JAQUES: ‘Een beetje. Ik speel makkelijker op verplaatsing dan in België. In het buitenland speel je losser. En zo zijn er nog speelsters. Op dat EK was het moeilijkste voor mij: elke match fit beginnen. Omdat je wel eens last hebt met in slaap geraken de nacht voor een match. Er spookt dan zoveel door je hoofd en als je niet goed of niet genoeg slaapt, recupereert je lichaam minder goed. Dat zijn allemaal factoren die meespelen op topniveau.’

Analiste

Voel je als analiste een voorbeeldfunctie, om te bewijzen dat vrouwen even goed hun plaats verdienen aan de tafel?

JAQUES: ‘Daar lig ik minder wakker van. Omdat dat iets bijkomstig is. Ik heb niet heel mijn leven gewerkt om analiste te worden, wel om profvoetbalster te kunnen worden. Als analiste leg ik de lat minder hoog voor mezelf. Sowieso heeft iedereen die met zijn gezicht op tv verschijnt voor- en tegenstanders. Ik ben wel verrast door de positieve sfeer in die studio, ik werd snel opgenomen door de andere analisten en op mijn gemak gesteld.’

Welke commentaar bleef je het meest bij?

JAQUES:‘Er was wat te doen rond het feit dat ik een bepaalde goal van Marco van Basten niet kende, maar verder… ‘

Is Imke Courtois een concurrente?

JAQUES:‘Wij zijn goede vriendinnen. Zij heeft trouwens mijn naam doorgegeven bij Sporza. Zo is Imke. Heel open en direct. Een toffe madam. Ik begrijp dat Imke stopte, ze heeft een brede levensvisie en wil nog zoveel andere dingen doen dan voetballen. Ik ben wel meer gefocust op die profcarrière.’

Wie zijn je voorbeelden als analist?

‘Ik heb een slechte knie, een meniscusletsel van een val tijdens mijn jeugd, ik weet dat die mij ooit zal dwingen om te stoppen.’

Heleen Jaques

JAQUES: ‘Ik vond Gert Verheyen heel goed. Ik ben veel bezig met het ploegspel, minder met het individuele. Veel mensen kijken naar het voetbal als supporter, ze volgen de bal. Van mijn vriend heb ik wel geleerd dat je meer leert door te kijken naar de ruimtes waar de bal niet is. Zou heb je overzicht. Ik ben wel benieuwd of dat mij nu zal helpen in mijn carrière als speelster. Als verdediger heb je het spel doorgaans voor je, dus dat tactische is wel belangrijk. Sowieso zit dat in mijn spel, ik vind onderlinge coaching zeer belangrijk. Als centrale verdediger probeer ik zoveel mogelijk de controlerende middenvelder te sturen. Links! Rechts! Met die kleine bevelen kan je ervoor zorgen dat paslijnen afgezet worden en zo voorkom je kansen voor de tegenstander.’

Niet voor niets was je al geregeld aanvoerder in je carrière.

JAQUES: ‘Bij de Red Flames was ik vice-kapitein, maar na de mindere periode bij Potsdam ben ik die positie kwijt geraakt. Ik moest eerst mezelf hervinden. Bij Anderlecht was ik wel aanvoerder. Nochtans, in de middelbare was ik heel bedeesd -zelfs introvert- maar door het voetbal ben ik opengebloeid. Ik leerde communiceren. Ook later bij STVV, waar ik les gaf als revalidatietrainer bij de KUL, en in het buitenland bij Herforder.’

Je hebt ook een trainerscursus gevolgd?

JAQUES: ‘Ik heb een UEFA A-diploma. Na Potsdam was ik het voetbal even beu. Ik wilde zelfs stoppen. Ik leerde gaandeweg ook dat je in de voetbalwereld niemand mag vertrouwen. Je moet ervoor zorgen dat alles op papier staan, want anders kom je geregeld voor onaangename verrassingen te staan. Zelfs al zijn bepaalde zaken afgesproken. Ik heb bij STVV ook mijn woord verbroken, daar heb ik nog steeds spijt van. Zeker als ik dan zie wat het mij opbracht in Duitsland.

‘Met Mario heb ik er al eens over gesproken om samen voor onze Pro License te gaan, maar we zien wel. Als vrouw kan je aan de bak in het vrouwenvoetbal, maar de stap naar het mannenvoetbal is nog veel te groot. Het is als vrouw ook moeilijker om voor een lange carrière in het voetbal te gaan, omdat het zo moeilijk te rijmen valt met een gezinsleven – ik zou zelf nog graag kinderen krijgen. Trainer worden is een optie, maar personal trainer worden, lijkt me ook iets. Dan kan je mensen individueel helpen en behoud je toch meer grip op je eigen agenda. Ik heb al eens jeugd gecoacht, bij OHL en STVV, maar dat kan je niet vergelijken met een eerste ploeg. Bij de jeugd kun je wel veel impact hebben, zeker met de talentvolle generatie die er aan komt.’

Welke studies heb je gedaan?

JAQUES: ‘Lichamelijke opvoeding en bewegingsleer. Ook één jaar kinesitherapie, maar dat heb ik niet afgemaakt omdat het moeilijk combineerbaar was met het EK. Bij Club Brugge was ik coördinator van drie damesploegen. Niet ideaal, want als je daar zelf nog speelt krijg je toch verwijten van belangenvermenging. Zolang ik voetbal kan spelen, ga ik er vol voor. De voorbije twee jaar bij Anderlecht kon dat als full time prof. Bij Fiorentina ook. Ik zal er niet veel aan overhouden, maar ik zal er van kunnen leven. Ik krijg een budget voor mijn appartement, maar de vastgoedmarkt is daar zo duur dat je met dat bedrag niet toekomt. Ondertussen heb ik nog mijn lening af te betalen voor ons huis hier in Oostkamp. Er komt dus wel wat geregel bij kijken.’

Is het als vrouwelijke profspeelster moeilijker om contractonderhandelingen te voeren, denk je?

JAQUES: ‘De meeste jonge voetbalspeelsters hebben tegenwoordig wel een manager. Wanneer ik zelf moest onderhandelen liet ik Mario het woord voeren. Hij had daar meer ervaring mee van bij Club Brugge. In het vrouwenvoetbal weet je ook niet welke bedragen circuleren. Je hebt geen idee wat clubs aankunnen. Veel hangt af van het aantal toeschouwers, dat is meestal een goede indicatie van wat clubs kunnen betalen. Meestal noem je een bedrag waarmee je zelf tevreden bent, de rest speelt geen rol.’

Tussen Club en Anderlecht

Je speelde zowel bij Club Brugge als bij Anderlecht. Voelde je je daar deel van de club?

JAQUES: ‘Bij Anderlecht wel. Omdat we daar trainden op dezelfde velden als de mannen. Bij Club Brugge hebben ze de voorbije jaren stappen gezet, maar in mijn periode was het nog niet echt betaald voetbal. We kregen weinig aandacht. Er was ook nog niet echt de trekkersfunctie van de Red Flames toen. Bij Anderlecht hadden we een hele goede ploeg, we wisten dat minder dan de landstitel een teleurstelling zou zijn.’

Wanneer zal je tevreden zijn over je avontuur in Italië?

JAQUES: ‘Bij Fiorentina wil ik meestrijden voor de prijzen: we gaan voor titel en beker. Ik wil er nog eens drie jaar vol voor gaan. Ik heb een slechte knie, een meniscusletsel van een val tijdens mijn jeugd, ik weet dat die mij ooit zal dwingen om te stoppen. Die blessure heeft me destijds al een EK bij de U19 gekost. Toen heb ik me voorgenomen dat ik ooit nog een EK wilde meemaken: missie geslaagd. (lacht) Met dit avontuur in Italië er nu nog bij kan ik mijn carrière al als geslaagd beschouwen. Al wat er bijkomt, is bonus.’

Dit interview verscheen eerder in verkorte versie in Sport/Voetbalmagazine van 25 juli 2018.

De Red Flames spelen op vrijdag (20u30) 5 oktober in Leuven tegen Zwitserland. De terugwedstrijd volgt op dinsdag 9 oktober (19u) in Zwitserland.

Heleen Jaques met bondscoach Ives Serneels.
Heleen Jaques met bondscoach Ives Serneels. © BELGA

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content