Hoe conditietrainer Youssef Vos KV Kortrijk sneller maakt

© Belga Image
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

Het combinatievoetbal van KV Kortrijk heeft ook een belangrijke fysieke basis.

Ook tegen Anderlecht liet KV Kortrijk het voetbal zien dat Yannis Anastasiou beoogt: snel en beweeglijk in de passing en de pressing. De nieuwe coach van KVK zei vorige week Sport/Voetbalmagazine dat de gemiddelde afstand aan hoogintensieve sprints per speler per wedstrijd dit seizoen al is gestegen van 340 naar 560 meter. Daarmee, gaf hij aan, wil hij het verschil maken in een competitie met veel ploegen met veel duelsterke spelers die vaak aan hetzelfde tempo spelen. Voor het fysieke aspect van de snelheid van uitvoering is de Nederlandse conditietrainer Youssef Vos verantwoordelijk.

‘Ik train wat functioneel is en hier is de grootste winst te maken in het korte werk, op explosiviteit’, zegt Vos, die de voorbije jaren in China (olympische ploeg), Griekenland (Panathinaikos) en Turkije (Galatasaray) werkte. ‘De spelers kunnen lang aan één tempo lopen. Maar als je vraagt om twintig spurtjes te trekken van 5, 10, 20 of 30 meter, dan merk je dat de uithoudingsbasis voor het explosieve werk eigenlijk niet ontwikkeld is. Het is essentieel in het hedendaagse voetbal, die korte sprints 95 minuten lang te kunnen blijven doen, maar in veel clubs is dat net het ondergeschoven kindje.’

Spelvreugde

Dat is hij nu in Kortrijk op verschillende manieren aan het ontwikkelen. ‘Op het veld, maar ook met krachttrainingen. En er is ook de stap naar bewustwording nodig, om spelvreugde te kunnen creëren, waardoor ze er elke dag mee bezig gaan zijn. Iedereen krijgt de basis en daarnaast probeer ik specifiek met spelers op kracht te trainen om ze qua voetenwerk explosiever te laten worden. We verbeteren de sprints, maar ook de houding van het lichaam en de plaatsing van de voet. En we variëren heel veel, tussen lang en kort, met veel tempo- en richtingwisselingen. Wenden en keren is heel belangrijk. Momenteel zijn we ook veel bezig met partijtjes 1 tegen 1, 2 tegen 2 en 3 tegen 3.’

Onder meer Hannes Van Der Bruggen verdubbelde dit seizoen al bijna zijn aantal meters sprinten aan hoogintensief tempo in een wedstrijd. ‘Zijn kwaliteit is ‘voetbal’, maar het explosieve was bij hem duidelijk minder ontwikkeld’, aldus Vos. ‘Zijn fysieke gesteldheid moet omhoog. Hij volgt een krachtprogramma, ook voor het bovenlichaam. Want als je armbewegingen versnellen, dan versnellen ook je benen. Daarnaast: bovenbenentraining in combinatie met sprongvormen en technische oefeningen, om de krachttraining om te zetten in de voetbalpraktijk. Zijn pure sprintsnelheid is misschien niet zo heel veel meer te verbeteren. Maar als ik ervoor zorg dat hij krachtiger wordt, dat hij sneller herstelt van explosieve inspanningen en dat zijn snellevoetenwerk verbetert, dan is hij ook sneller.’

Er is nog meer progressie mogelijk, aldus Vos. ‘Daar creëren wij een structuur voor. Met 600 à 700 meter aan hoogintensieve sprints kun je in de competitie een ploeg 95 minuten onder druk zetten en dat is waar we naartoe willen. De laatste stap is: de spelers moeten beseffen dat ze méér kunnen. Maar je ziet dat het begint te komen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content