Jean Butez vastberaden over transfer: ‘Waar ik ook ga, het is om er de nummer 1 te zijn’

© belga

Nu nog bij Royal Excel Mouscron, maar binnenkort ongetwijfeld bij een Belgische top 5-club: een gesprek met Jean Butez, een van modernste keepers in de Jupiler Pro League.

De 24-jarige Franse doelman van Royal Excel Mouscron is einde contract in juni 2021. Negen maanden nadat hij zijn transfer naar Club Brugge zag afspringen door de gulzigheid van het bestuur van Mouscron, zal niets Jean Butez deze zomer nog tegenhouden om te vertrekken uit Henegouwen. De financiële moeilijkheden van de club zullen dat vertrek alleen nog maar bespoedigen.

Je hebt je in het verleden al kritisch uitgelaten over de opleidingscentra ‘à la française’, en meer in het bijzonder dat van Lille OSC. Je bent daar opgeleid, maar voor jou ligt de nadruk er te veel op het voetbal en te weinig op het menselijke, niet?

Jean Butez: ‘Nu we de gelegenheid hebben om na te denken over wat wij, voetballers, zonder voetbal zijn, raak ik daar nog meer van overtuigd. Er is een leven naast de sport en ik maak me daar soms ongerust over. Ik ga niet in de soep spugen; je kan veel leren in de opleidingscentra.’

‘En hoewel het niet altijd eenvoudig is geweest, weet ik dat ik geprivilegieerd ben dat ik die opleiding heb kunnen meemaken. Honderden kinderen dromen daarvan.’

‘Maar wat ik wil zeggen, is dat je daarnaast moet accepteren dat je een aantal zaken aan de kant moet schuiven: je sociale leven en bepaalde kansen om iets van je leven te maken.’

‘Tijdens je opleiding ligt de focus ook op het behalen van je schooldiploma, maar daarna is het de grote leegte. En dat stoort mij. Ik had graag studies gedaan. Dat heb ik trouwens geprobeerd, maar als je in Frankrijk niet aan een bepaald aantal Ligue 1-matchen komt of een statuut van international hebt, krijg je geen toegang tot de faciliteiten die voorzien zijn voor sporters van hoog niveau…’

Houd je een bittere smaak over aan je opleiding als voetballer?

Jean Butez: ‘Wat ik onthoud, is dat het moeilijker is om in je opleidingsclub door te breken dan elders. Paradoxaal genoeg kregen de jongens van de eigen club destijds minder krediet bij Lille. Ik ben niet het enige voorbeeld. Martin Terrier (nu bij Olympique Lyon, nvdr) en Benjamin Pavard (nu bij Bayern München, nvdr) zijn ook weg moeten gaan om te slagen. Net zoals zij had ik niet de indruk dat ik naar waarde geschat werd.’

Het geld van Club Brugge

Afgelopen winter had je de kans om naar Monaco te gaan, maar het is er niet van gekomen. Blijft het ondanks alles een prioriteit om op een dag door te breken in de Ligue 1?

Jean Butez: ‘Zoals elke Fransman heb ik zin om ooit in mijn eigen land erkend te worden. Nu, waar ik ook naartoe ga, het zal zijn om er nummer 1 te zijn. Als een club uit de Ligue 1 me het vertrouwen wil geven, dan zou dat fantastisch zijn, maar als het een Belgische topclub is, is dat ook zeer goed. Ik zou hier probleemloos heel mijn carrière kunnen doorbrengen.’

Door het voortijdige stopzetten van de competitie is de transfermarkt al wat eerder op gang gekomen. Is er al iets concreet voor jou?

Jean Butez: ‘Mijn makelaar heeft de afgelopen dagen een paar telefoons gehad, maar dat laat ik aan hem over. Ik ben nu veel serener op dat vlak. Vorig jaar volgde ik dat nog allemaal met grote ogen. Jezelf elke dag gelinkt zien aan een andere club, dat is vreemd. Deze keer vat ik dat meer op als een spelletje.’

Heb je die hele heisa rond je transfer naar Club Brugge vorige zomer slecht verteerd?

Jean Butez: ‘Ik was vooral kwaad op Mouscron. Het was flatterend om geciteerd te worden bij Antwerp, Standard en Club Brugge, maar dat Mouscron zich zo gulzig toonde, is slecht gevallen bij mij. Des te meer als je ziet in welke toestand de club zich vandaag bevindt… Je kan je afvragen of het geld dat Club Brugge destijds bood de problemen van vandaag niet had kunnen voorkomen.’

‘Daarna zijn de plooien gladgestreken. Ik heb gesprekken gehad met de sportief directeur die zich geëngageerd heeft om deze zomer mijn transfer niet in de weg te staan.’

Je zei net nog dat je graag de nummer 1 bent, maar je weet ook dat garanties niet bestaan in het voetbal…

Jean Butez: ‘Ja, natuurlijk. Maar wat ik wil horen, is een discours en een project dat me aanstaat.’

‘Ik herinner me nog mijn komst naar Moeskroen. We speelden een oefenmatch tegen Auxerre en ik had een gesprek met Jérémie Janot, de keepertrainer bij de Franse ploeg. Ik vertelde hem dat ik een beetje ongerust was omdat de club net Logan Bailly had aangeworven. Janot maakte me er toen bewust van dat er in het begin van een seizoen nooit een nummer 1 en een nummer 2 zijn, maar dat er op het einde een titularis is en een geklopte. En bij bijna elke match worden de kaarten opnieuw geschud.’

‘Dat heeft Bernd Storck ook bewezen toen hij naar Moeskroen kwam en mij verkoos boven Olivier Werner en Logan Bailly. Als er mij verteld wordt dat ik met gelijke wapen zal kunnen strijden, dan ga ik niet twijfelen omdat ik vertrouwen heb in mijn kwaliteiten.’

Ter Stegen

Laat je je inspireren door bepaalde doelmannen?

Jean Butez: ‘Ik herinner me nog de scout die me naar Lille gebracht heeft, Maxime Tyteca. Hij vroeg me waar ik op lette als ik naar een voetbalmatch keek. Toen wist ik niet goed wat ik daarop moest antwoorden. Hij liet me verstaan dat ik elke keer moest proberen iets te leren.’

‘Sindsdien focus ik op de keepers. Daarbij let ik niet noodzakelijk op hun saves, ik ben meer geïnteresseerd in hun voetenwerk. En dan kom ik al snel bij Marc-André ter Stegen. Of het nu met links of rechts is, hij is uitzonderlijk goed. Je weet ook nooit welke voet hij gaat gebruiken en dat brengt de tegenstander vaak in verwarring omdat je ook nooit weet waar de bal gaat belanden. Daar oefen ik op training ook op. Bij een Neuer, bijvoorbeeld, is dat niet aangeboren. Hij had ongetwijfeld het inzicht, maar het is Guardiola die hem zo sterk gemaakt heeft. Een trainer die je vertrouwen geeft, dat helpt al veel.’

Het voetenspel is niet echt een Franse specialiteit, hé?

Jean Butez: ‘Nee, niet echt. Maar het is ook een kwestie van generaties. Bij Lille kreeg ik een tijdlang te horen dat men me geen categorie hoger zou zetten omdat ik te klein was.’

‘In de Franse opleiding wordt nog veel naar de lengte gekeken. Als een keeper ‘klein’ is maar wel interessant, gaat men toch vaker voorrang geven aan een grotere, minder getalenteerde.’

Is het nog mogelijk om het te maken op het hoogste niveau als je maar 1,88 meter groot bent?

Jean Butez: ‘Ik denk dat Hugo Lloris even groot is als ik, maar hij is een uitzondering in de Premier League. Hij heeft een goeie lange bal in de voet, is misschien iets minder sterk op de korte ruimte, maar hij is een kat in zijn goal. Als je kleiner bent, moet je op een bepaald aspect van je spel het verschil maken. Kijk naar Gautier Larsonneur (de keeper van Stade Brestois, nvdr). Hij is 1,80 meter groot, maar hij is een van de besten dit seizoen in Frankrijk.’

In de top 100 van het huidige seizoen die Sport/Voetbalmagazine onlangs bracht, stond je op een mooie 50e plaats. Je was zelfs de op drie na beste keeper, na Van Crombrugge, Bolat en Mignolet. Stond je op je plaats?

Jean Butez: ‘Nee, ik was teleurgesteld dat ik niet hoger stond. (lacht) Nee, serieus: als speler van Mouscron had ik niet beter verwacht. Ik denk wel niet dat ik intrinsiek minder getalenteerd ben dan een Bolat of een Van Crombrugge, maar ik begrijp dat ze meer in de spotlights staan omdat ze bij een grotere club voetballen.’

Maurice Brun

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content