Johan Walem in Kortrijk: mission impossible

© Belga Image
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

De standaard die zijn voorgangers bij KV Kortrijk zetten, was te hoog voor beginnend eerste-elftaltrainer Johan Walem, vindt Christian Vandenabeele: vanaf dag 1 was die vergelijking voor hem nadelig.

Toch eerst dit: KV Kortrijk is geen club met een kwalijke reputatie bij trainers. Het was al bijna twaalf jaar geleden dat het er nog één ontsloeg. Dat was Rudi Verkempinck in september 2004. Het is ook niet door de nieuwe eigenaars dat Johan Walem maandag werd ontslagen. Integendeel. Zonder de steun van managing director Ken Choo was wellicht al in september de samenwerking geëindigd.

Eerste indruk

Want de eerste indruk die Walem in Kortrijk liet, was niet zo goed. Dat voorzitter Joseph Allijns al na vijf speeldagen op bestuursniveau een e-mail rondstuurde waarin hij de nieuwe trainer ernstig in vraag stelde, was niet geheel ongegrond. In de spelersgroep en in de entourage waren toen al veel vragen gerezen.

De start van Walem was dan ook stroef. In vergelijking met zijn voorgangers werd hij ervaren als vrij gesloten en nogal achterdochtig. Introvert. Schuchter. En: snel geïrriteerd. Op de jaarlijkse zomerstage ergerde hij zich aan de vele teambuildingactiviteiten, iets waar zijn voorgangers juist ontzettend veel belang aan hechtten. Het was uitgerekend hij die er van weinig betrokkenheid blijk gaf. Bovendien:

– sprak hij ook zijn afkeuring uit over het nog door zijn voorganger opgemaakte oefenprogramma;

– daagde hij in de voorbereiding niet op op de traditionele meet-and-greet met de supporters in De Kouter na de open training;

– kreeg een supportersvereniging die hem vriendelijk uitnodigde als antwoord dat het zijn taak niet is om in een supporterslokaal acte de présence te geven;

– en: kwam hij zowel in conflict met de aanvoerder als met de vice-aanvoerder van het team, twee superprofs met veel verdiensten in Kortrijk nota bene.

Toen Walem in Moeskroen, op speeldag 5, de ervaren aanvoerder Nebojsa Pavlovic niet alleen tot zijn eigen verbazing al na 37 minuten van het veld haalde, wees hij hem daarna ook nog eens openlijk en autoritair terecht omdat hij niet enthousiast reageerde op zijn uitgestoken hand.

Het maakte allemaal weinig indruk. Althans: geen goeie indruk.

Nadelige vergelijking

Walem hekelde al snel wat hij de ‘negatieve pers’ noemde en van zodra hij wist dat de voorzitter hem begin september intern al ernstig in vraag had gesteld, was Allijns voor hem ‘de bron van alle kwaad’. Maar feit is vooral dat Walem zelf bij nogal wat spelers niet hoog scoorde op peoplemanagement én op veldtraining. Het kan ook bijna niet anders als beginnend eerste-elftaltrainer met een spelersgroep waarvan de kern vertrouwd was met de rendabele werkwijze van zijn voorgangers. De voorbije jaren was Walem nationaal beloftecoach, een job waarin je eigenlijk maar sporadisch op het veld staat en weinig wedstrijden speelt. Het is een andere job.

Bovendien zetten zijn voorgangers in Kortrijk een heel hoge standaard: Hein Vanhaezebrouck is een geboren leider die heel veel energie stopt in analyse, tactiek en functionele oefenstof; zijn voormalige assistent en opvolger Yves Vanderhaeghe bouwde op zijn werk voort en stopte ook veel energie in de beleving in en rond de spelersgroep. De vergelijking zou waarschijnlijk ook voor heel wat andere, meer ervaren trainers nadelig zijn geweest. Walem kreeg in Kortrijk weliswaar een bredere groep ter beschikking dan zijn voorgangers, maar wel een groep met minder scorend vermogen. Dat stelde nόg hogere eisen aan zijn job.

Grote les

Zijn ontslag maandag zal voor Walem ongetwijfeld een bevrijding zijn geweest, want de laatste maanden waren een lijdensweg. Hij was op. In een uitgebreid en zeer lezenswaardig interview in Sport/Voetbalmagazine van deze week zegt hij dat zijn eerste ervaring als coach van profs heel zwaar was. Maar dat hij er daardoor veel van leerde en dat de grootste les die hij kreeg, is: dat hij moet veranderen om deze job te kunnen blijven doen. Het siert hem dat hij niet alle verantwoordelijkheid bij anderen legt.

Misschien kan hij wel veerkracht putten uit het parcours van zijn voorgangers. Vanderhaeghe was eerst jarenlang assistent-trainer alvorens hij succesvol werd als hoofdtrainer. En Vanhaezebrouck begon zijn carrière van hoofdtrainer in de tweede klasse en daalde na zijn ontslag daar zelfs af naar bevordering. Ook na zijn tweede ontslag, bij Genk, kwam hij sterker terug. Waarom zou dat voor Walem niet mogelijk zijn?

Het ga je goed, Johan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content