Luigi Pieroni: ‘Ik heb nooit begrepen waarom Wesley Sonck zoveel krediet kreeg’

© belga

In 2004 werd hij topschutter in de Belgische eerste klasse en gingen de deuren van de nationale ploeg open voor hem. Luigi Pieroni blikt terug op zijn carrière. ‘De avond voor een match at ik altijd een pizza.’

Voor sommigen blijft hij de man van één seizoen. Zestien jaar geleden werd Luigi Pieroni, onbekend bij het grote publiek, topschutter van de Belgische competitie met 28 goals. Hij speelde toen bij Excelsior Moeskroen onder Georges Leekens. Een knalseizoen dat hem een oproep van bondscoach Aimé Anthuenis opleverde en een transfer naar het AJ Auxerre van de mythische Guy Roux.

Maar de ambitieuze Pieroni zou nooit de carrière hebben waar hij van droomde. Hij maakte een paar ongelukkige keuzes en zijn lichaam speelde hem parten. Vandaag, op zijn 39e, is hij een nieuwe weg ingeslagen. Vanaf augustus zal hij de nieuwe coördinator zijn van de Emilio Ferrera Academy, die zijn deuren opent in Tubeke in het oefencentrum van de Belgische voetbalbond. Eerder was Pieroni al assistent van Ferrera bij Seraing.

Luigi, zestien jaar geleden schreef je het mooiste hoofdstuk uit je loopbaan bij Moeskroen. Wat heb je nog onthouden van die periode onder Georges Leekens?

Luigi Pieroni: ‘Dat was mijn eerste seizoen als voetbalprof! Ik was meteen de revelatie van de competitie, terwijl niemand me kende. Dat zijn natuurlijk ongelooflijke herinneringen omdat ik op enkele weken tijd van de strijd om het behoud met RFC Liège in tweede klasse naar de top van het klassement in eerste werd gepiloteerd.’

‘Het was alsof ik in mijn eigen tv was gedoken. Van de ene dag op de andere zag ik mezelf in de samenvattingen. Ik vormde een duo met Mbo Mpenza! En Mbo, dat was in 2003 toch niet zomaar een spelertje. Vervolgens maakte ik dan ook nog 28 goals in de competitie en 2 in de beker, dat was natuurlijk fantastisch!’

‘We moeten eerlijk zijn: ik liep niet veel en dekte dus geen grote zone af. Dat stond me wel toe om fris te zijn voor doel.’

Je bent trouwens de laatste spits die zo vaak gescoord heeft in 1A. Hoe verklaar je dat er na jou geen aanvallers meer geweest zijn die in de buurt van de 30 doelpunten uitkwamen?

Pieroni: ‘Ik weet het niet, het is een kwestie van regelmaat, denk ik. Vaak is er wel iemand die goed begint maar die daarna instort. De rol van de spits is ook erg geëvolueerd. De moderne aanvaller is veel completer, men vraagt hem ook veel meer om mee te verdedigen.’

‘Een kerel als Laurent Depoitre bij Gent is een mooi voorbeeld. Eigenlijk heeft hij hetzelfde profiel als ik, maar men vraagt hem ook om te werken, om deel te nemen aan het spel. Aan mij werd gedurende heel mijn carrière alleen maar gevraagd dat ik op het goeie moment op de goeie plaats stond. Behalve mee verdedigen op stilstaande fases had ik verder geen defensieve taken. En we moeten ook eerlijk zijn: ik liep sowieso niet veel en dekte dus geen grote zone af. Dat stond me wel toe om fris te zijn voor doel.’

Tijdens dat fameuze seizoen bij Moeskroen maakte je 27 van je 30 goals op vier maanden tijd. Word je in zo’n vruchtbare periode ook niet hyperbijgelovig?

Pieroni: ‘Ja, ik at bijvoorbeeld elke avond voor een match een pizza. Ik was 23 jaar, ik mocht eten wat ik wou, ik kwam toch geen kilo bij. Als je jong bent, ben je je er niet van bewust wat er allemaal met je gebeurt. Later heb ik moeten leren om op te letten, maar dat seizoen had ik dat kleine, absurde ritueel.’ (lacht)

Het niveau van Mpenza

In datzelfde jaar, in februari 2004, riep Aimé Anthuenis je voor de eerste keer op voor de nationale ploeg. In een oefenwedstrijd tegen Frankrijk maakte ook een ander jong talent zijn debuut, een zekere Vincent Kompany. Wat herinner je je daarvan?

Pieroni: ‘Dat was onvergetelijk! Lilian Thuram, Zinédine Zidane, Marcel Dessailly, Fabien Barthez,… Die match was de bevestiging van mijn nieuwe statuut. In nauwelijks twee maanden tijd was ik van de patattenvelden in tweede klasse naar het Koning Boudewijnstadion gegaan!’

‘In de media werd natuurlijk meer gepraat over het debuut van Vincent, zeker omdat hij die avond basisspeler was, maar ondanks alles heb ik de indruk dat ik in die periode meer interviews gaf dan trainingen had.’

Luigi Pieroni als assistent-coach bij Seraing
Luigi Pieroni als assistent-coach bij Seraing© Belga Image

Uiteindelijk werd je tussen februari 2004 en maart 2008 24 keer geselecteerd (2 goals) voor de Rode Duivels. In de herinnering van velen waren het de vier slechtste jaren van de nationale ploeg…

Pieroni: ‘Dat is spijtig… Maar het ergste is dat ik er zelfs in die context niet in slaagde om titularis te worden, ondanks goeie prestaties bij mijn club. Er was een bepaalde hiërarchie die ik nooit heb begrepen. Ik had het gevoel dat ik beter was dan diegenen die speelden. Als de ploeg draait, dan kan je dat nog begrijpen, maar ik raakte er niet wijs uit waarom een kerel als Wesley Sonck zoveel krediet kreeg.’

‘Oké, hij maakte goals, en dat was maar goed ook met de hoeveelheid speelminuten die hij kreeg… In feite vond ik toen dat van al diegenen die speelden dat alleen Emile (Mpenza, nvdr) het niveau had. Achteraf bekeken heb ik er spijt van dat ik niet wat meer met de vuist op tafel heb geklopt…’

‘Vijftien jaar geleden had je er meer belang bij om in België te schitteren dan om goed te zijn in het buitenland.’

Denk je dat het in je nadeel was dat je bij Auxerre speelde?

Pieroni: ‘Er was nooit iemand die me daar kwam bekijken. Want in tegenstelling tot vandaag de dag had je er vijftien jaar geleden meer belang bij om in België te schitteren dan om goed te zijn in het buitenland. Auxerre was toen een goeie, Franse club, maar misschien geen ronkende naam. Ook al haalden we in mijn eerste seizoen de kwartfinales van de UEFA Cup.’

Drie spitsen op één dag

Na passages bij Auxerre, FC Nantes en RC Lens keerde je terug naar België. Eerst naar Anderlecht, daarna KAA Gent en ook Standard, de club van je hart…

Pieroni: ‘Als ik als Luikenaar van één ding spijt heb, is het dat ik mijn carrière niet bij Standard beëindigd heb. Ik vind het spijtig dat ik destijds niet meer krediet kreeg. Zeker omdat ik een heel goeie relatie had met Dominique D’Onofrio toen ik bij de club tekende in augustus 2010. Spijtig genoeg voor mij was het seizoensbegin niet wat men verwacht had en het bestuur haalde nog drie spitsen op de laatste dag van de mercato: Mémé Tchité, Mbaye Leye en Aloys Nong! Van de ene dag op de andere waren er zes spelers voor twee posities…’

‘En gezien de club het vertrouwen wilde geven aan de jeugd, had ze mij niet meer nodig. Uiteindelijk maakte Jean-François de Sart me in de loop van het seizoen duidelijk dat ik beter naar een andere club uitkeek.’

Uiteindelijk vertrok je naar Arles Avignon waar je in 2013 op 32-jarige leeftijd een punt zette achter je carrière. Oorzaak: herhaaldelijke blessures. Deed het je pijn om zo vroeg te moeten stoppen?

Pieroni: ‘Na drie aderontstekingen spreekt men van een chronische ziekte. Daardoor heeft de dokter in Frankrijk mijn licentie niet willen vernieuwen. Hij zei me: ‘Het voetbal, dat is nu gedaan voor jou.’ Mijn wereld stortte toen in.’

‘Het was hard dat ik niet zelf heb kunnen beslissen om te stoppen met voetballen. Dat is heel lang een litteken geweest, zeker in de jaren dat ik nog de leeftijd had om te voetballen. Dan zag ik anderen spelen die hetzelfde niveau hadden als ik, maar ik kon niet meer meedoen. Men zei me om te gaan zwemmen of fietsen, maar als je gebeten bent door het voetbal, kan niks dat vervangen. Ik ben wel beginnen te tennissen, maar geen enkele sport is zo vol emoties als het voetbal…’

Maurice Brun

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content