Onze sportmomenten: het sprookje van KRC Genk

© belga

Het sportmoment van Geert Foutré: niets wees erop dat KRC Genk dé ploeg van het jaar zou worden. En toch gebeurde het.

Niets wees er voor het seizoen op dat KRC Genk dé Belgische voetbalclub van het jaar zou worden, in 2019. Genk startte met een budget van 25 miljoen euro. Als de financiële sterkte de sportieve rangschikking had moeten bepalen, had het vijfde moeten worden, samen met Antwerp, na respectievelijk Anderlecht, Club Brugge, KAA Gent en Standard.

Vijfde was het ook in het jaar daarvoor geworden, terwijl de prognose die dit blad vooropstelde voor het seizoen 2018/19 gewag maakte van een vierde plaats.

Spelers die al ooit een prijs gewonnen hadden in een Europese competitie telde het team niet. Internationals had het wel, maar alleen Ally Samatta (die met zijn Congolese club TP Mazembe wel prijzen behaalde) en Jere Uronen hadden al meer dan tien interlands voor hun nationale ploeg gespeeld.

Ook de hoofdtrainer was een bijna absolute beginner. Toen Philippe Clementéén jaar tevoren aankondigde hoofdtrainer te willen worden, meende zijn toenmalige club, Club Brugge, niet dat hij de juiste kandidaat was om Michel Preud’homme op te volgen.

Maar na amper twee jaar hoofdtrainerschap won Clement, een uitstekende peoplemanager, zijn eerste prijs, en haalde Club hem via de rode loper terug.

Genk, dat het seizoen 2018/19 aanvatte met een team met een gemiddelde leeftijd van 22,5 jaar, won niet alleen verrassend de titel, het pakte ook uit met het mooiste voetbal, bij momenten om duimen en vingers bij af te likken, en overwinterde Europees, na een mooie campagne in de poulefase van de Europa League.

Het was voor Genk al de achtste prijs sinds 1998, de vierde landstitel ook in een periode van 21 jaar.

Dat het succes een uittocht van talent (de coach plus drie beslissende spelers) tot gevolg zou hebben, zat eraan te komen. Het is de prijs die elke Belgische club voor het succes betaalt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content