Revelatie Gerkens gelooft wel nog in titelkansen Anderlecht

© Belga Image
De Streekkrant
De Streekkrant De Streekkrant blikt als gratis krant elke woensdag vooruit op de week die komt.

De winterstage in het Spaanse La Manga is voor RSC Anderlecht wellicht ook een beetje een bezinningsmoment, gezien de achterstand van dertien punten op leider Club Brugge. Pieter Gerkens (22), de paars-witte revelatie van de eerste seizoenshelft, gelooft echter nog steeds in de titelkansen van de recordkampioen.

Met welke ambitie duik je het nieuwe jaar in?

Pieter Gerkens: Op persoonlijk vlak wil ik me blijven bevestigen binnen de ploeg en proberen mijn basisplaats vast te houden om van daaruit nog verder te groeien. Als ploeg denk ik dat we maar voor één doel moeten gaan en dat is kampioen worden, want dat is nu eenmaal de enige optie die er nog is. We zijn uitgeschakeld in de Beker van België en Europees overwinteren we ook niet, dus is de titel het enige wat ons nog rest.

De eerste match na de winterbreak op zondag 21 januari is meteen een heel speciale voor jou: op het veld van je ex-club KRC Genk waar je alle jeugdreeksen doorliep en op achttienjarige leeftijd zelfs de eerste ploeg haalde. Wat doet dat nog met je?

Het is altijd fijn om daar terug te keren, maar het is niet zo dat het me echt iets speciaals doet. Intussen heb ik daar met Sint-Truiden al een paar keer gespeeld. Het spannende is er dus wel wat af. Het is ook niet dat ik destijds met slaande deuren bij Genk vertrokken ben naar Sint-Truiden. Niemand neemt me iets kwalijk en omgekeerd ook niet. Nu is het gewoon een match zoals een andere met voor mij persoonlijk een klein extraatje, omdat er wellicht meer vrienden zullen komen kijken omdat het dichter bij huis is dan Anderlecht.

In diezelfde week spelen jullie ook nog thuis tegen Waasland-Beveren en op het veld van aartsrivaal Standard. Niet simpel, maar toch kan Anderlecht zich nagenoeg geen puntenverlies meer veroorloven. Hoe zwaar weegt dat op de groep?

‘Iedereen weet wat hem te doen staat en alle neuzen staan ook in dezelfde richting’

Voor ons is elke wedstrijd belangrijk, ongeacht de tegenstander. We kunnen het ons inderdaad niet meer permitteren om tegen gelijk welke ploeg punten te laten liggen. Iedereen weet wat hem te doen staat en alle neuzen staan ook in dezelfde richting. We gaan er honderd procent voor. In België bestaan er trouwens geen makkelijke wedstrijden meer. Kijk naar KAS Eupen, dat laatste staat, maar het ons vlak voor de winterstop thuis toch moeilijk gemaakt heeft en gelijk speelde tegen Club Brugge.

Pieter Gerkens
Pieter Gerkens© belgaimage

Hoe komt het trouwens dat je de overstap van Sint-Truiden naar Anderlecht zo vlot verteerd hebt?

Ik denk dat ik eerst en vooral geen moeilijke ben om mij te integreren in een nieuwe groep, wat toch redelijk belangrijk is in een ploegsport. Bovendien was de sfeer binnen de Anderlechtse spelersgroep heel positief na het behalen van de landstitel vorig seizoen. Dat maakt het toch een stuk makkelijker qua integratie. Al had ik in het begin toch wat twijfels… Wat logisch is als je bij een nieuwe ploeg terechtkomt en zeker bij een ploeg als Anderlecht, de grootste ploeg van het land. Het was aanvankelijk nog wat afwachten en aftasten, maar die periode was gelukkig snel voorbij.

Bij KRC Genk hadden ze dat blijkbaar niet verwacht. ‘Pieter is een fijne en slimme voetballer, maar we hebben ons niet vergist’, aldus voorzitter Peter Croonen. ‘Ik denk dat hij het vandaag ook moeilijk zou hebben om bij Genk in de eerste ploeg te staan.’ Wat denk je als je zoiets leest?

De positie die ik bij Genk speelde, was een heel andere dan de positie die ik nu bij Anderlecht inneem. Op de positie waar ik toen speelde, zou het inderdaad moeilijk geweest zijn om bij Genk een vaste basisplaats op te eisen, want ze hebben een heel sterk uitgebalanceerd middenveld. Daarom denk ik dat de voorzitter niet honderd procent ongelijk heeft. Ik heb trouwens totaal geen revanchegevoelens ten opzichte van Genk. Als je ergens van je zesde tot je twintigste speelt, wordt dat sowieso je tweede thuis en dat is het nog altijd een beetje. Zoiets wis je niet zomaar uit, hé.

Op je zestiende en je achttiende kon je ook al bij Anderlecht tekenen, maar toen hield je telkens de boot af. Waarom?

Als zestienjarige wilde ik eerst nog mijn middelbare school in Genk afmaken. Bovendien staat de jeugdopleiding van Genk ook hoog aangeschreven, dus zag ik niet meteen een reden om naar hier te komen. Twee jaar later kreeg ik net mijn kans in het eerste elftal van Genk, dus toen leek het me ook geen geschikt moment om te vertrekken. Afgelopen zomer was de tijd er wel rijp voor.

Door eerst je school te willen afmaken heb je misschien kostbare tijd verloren, evengoed stond je nu al tien stappen verder in je carrière.

Zo bekijk ik dat totaal niet. Evengoed brak ik hier op mijn zestiende mijn been en stond ik nu nog helemaal nergens. Ik denk dat het altijd belangrijk is om zeker je middelbare studies – in mijn geval Wetenschappen-Topsport – af te maken. Hoe zwaar dat was? Goh, er zijn zeker nog zwaardere richtingen, maar in combinatie met het voetbal was het niet altijd evident. Zeker omdat ik op dat moment ook vaak wekenlang weg was met de nationale ploeg. Als je dan zoveel lessen moet inhalen, is dat niet simpel. Het Genkse Sint-Jan Berchmanscollege heeft me daar echter altijd in gesteund.

Je vader André, die advocaat is, had graag gehad dat je nog verder studeerde, maar dat is er duidelijk niet van gekomen.

Nee, na mijn laatste jaar middelbaar heb ik met hem afgesproken om een jaar lang de kat uit de boom te kijken. In dat jaar stootte ik direct door naar de eerste ploeg van Genk en dat maakte de keuze om voortaan toch alles op het voetbal te zetten wel wat makkelijker. Ik denk wel dat mijn vader daar intussen ook wel van overtuigd is. (lachje) Thuis is het alvast geen issue meer.

Het is voor het eerst dat je buiten je thuisprovincie Limburg voetbalt, wat mis je het meest aan je leven daar?

Gewoon dingen samen doen met mijn vrienden. Op bepaalde dagen hebben we bijvoorbeeld enkel ’s voormiddags training en lunch op de club. In Sint-Truiden of Genk kon ik daarna eventueel een filmpje meepikken met wat vrienden of bij iemand thuis op bezoek gaan of samen iets gaan drinken of zo, maar dat lukt nu natuurlijk niet meer omdat de afstand te groot is. Dat mis ik het meest, maar daar komen dan andere dingen voor in de plaats.

Eens met je nieuwe ploegmaats die in de buurt wonen op stap gaan bijvoorbeeld.

Het gebeurt dat we samen met een paar man na de training iets gaan eten, maar eerder sporadisch. De meeste spelers wonen hier met hun gezin en het is logisch dat ze zo veel mogelijk tijd met hun familie willen doorbrengen. Wij zien elkaar al zo veel op de club en iedereen heeft daarbuiten toch zijn eigen leven. Mijn vriendin studeert nog en pendelt tussen Hasselt, Leuven en Dilbeek waar ik momenteel woon. Dus soms sta ik er alleen voor, maar ik beredder het wel. Mijn focus ligt op het voetbal, want de maanden van de waarheid breken stilaan aan.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content