Roeslan Malinovski: ‘De Champions Leaguehymne geeft mij energie’

© BELGAIMAGE
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

Genk speelt in play-off 1 voor de titel én voor de rechtstreekse kwalificatie voor de Champions League. Voor Roeslan Malinovski kan een droom in vervulling gaan. In Oekraïne geraakte hij als kind al gehypnotiseerd door de hymne van het kampioenenbal.

Hij laat even op zich wachten, omdat de training is uitgelopen, en intussen krijgen we op de eerste verdieping van de Luminus Arena een grote tas groentensoep voorgezet. Competitieleider Genk is nog in de ban van Alejandro Pozuelo en met het oog op de titelstrijd in play-off 1 maakt het onverhoedse vertrek van de Spaanse spelmaker naar Toronto Roeslan Malinovski volgens menige analist nog belangrijker dan hij al was. Voor de Oekraïense international zelf is dit dé kans om volgend seizoen voor het eerst Champions League te spelen sinds hij als kind betoverd geraakte door de hymne die elke wedstrijd van het grootste Europese clubtoernooi voorafgaat.

Niet elke getalenteerde speler wordt een goeie speler, want de overgang van de jeugd naar de profs is niet makkelijk.

Roeslan Malinovski

ROESLAN MALINOVSKI: ‘Bij ons thuis in Zjytomyr, 140 kilometer van Kiev, keek ik altijd met mijn oudere broer naar voetbal op tv en toen al droomde ik ervan om ooit zelf in de Champions League te spelen. Die hymne geeft mij energie. Arsenal was mijn favoriete ploeg en Thierry Henry mijn idool. Nochtans hadden mijn ouders helemaal niets met voetbal. Ze werken beiden in de filharmonie. Mijn vader speelt accordeon en mijn moeder zingt. Maar mijn acht jaar oudere broer voetbalde en hij was mijn voorbeeld. Hij nam mij mee naar zijn trainingen en wedstrijden en was mijn eerste trainer. Net als hij ging ik al snel hij FC Polissya voetballen en na school was ik altijd te vinden op de pleintjes in de buurt van ons appartement. Met vrienden speelden we er vaak 3 tegen 3 of 4 tegen 4 tot ’s avonds laat. Ik deed niets liever en zag mij later geen andere job doen. Ik wou het voetbal spelen dat ik op tv zag.’

VERTREK

Hij is twaalf jaar wanneer hij opgemerkt wordt door een scout van Sjachtar Donetsk en kort daarna verhuist naar de academie van de Oekraïense topclub op 860 kilometer van Zjytomyr. De kleine Roeslan maakt de verplaatsing met de trein, een reis van dertien uur, en mag maar twee keer per jaar naar huis komen.

MALINOVSKI: ‘Het eerste jaar was het hard, maar als je zo’n kans krijgt, moet je ze grijpen en doorzetten. Want het is de beste academie van het land, een van de beste ter wereld zelfs. Dan twijfel je niet. Alles is er om je droom te kunnen volgen. Dat wist ik van oudere jongens in mijn stad die er zaten. Wanneer ze in het tussenseizoen thuis waren, zag ik het logo van Sjachtar op hun uitrusting en vertelden ze dat ze er schoenen, ballen en kledij kregen en op goeie velden trainden. Terwijl ik in Zjytomyr met versleten ballen op vuile velden moest spelen.

‘Toen ik jong was, moest ik het met weinig doen. Sommige anderen bezaten al een computer en een playstation, terwijl wij niet eens over een goeie televisie met meer dan één kanaal beschikten. Maar dat is niet slecht geweest voor de motivatie, want ik droomde van veel dingen en was ervan overtuigd dat als ik mijn best deed ik dat via het voetbal zou kunnen verkrijgen. Ik zei dus dat ik voetballer wou worden en naar Sjachtar wou. Mijn moeder was verdrietig toen ik vertrok, maar net als mijn vader steunde ze mij wel altijd in de keuze voor mijn toekomst. Sommige mensen blokken dat af omdat ze willen dat hun kinderen voorrang geven aan hun studies, maar mijn ouders niet. Ze zagen dat ik een droom had en hielpen mij om die te verwezenlijken. Zoals zij er ooit van droomden om muzikant te worden en dat ook waren geworden.’

Hij is in Donetsk niet alleen ver van huis, hij komt er in de academie van Sjachtar ook in een heel andere voetbalwereld terecht.

MALINOVSKI: ‘Alles was er compleet anders dan in mijn stad, waar ze op training een bal op het veld gooiden en je ermee moest spelen. Daar kreeg je juist heel veel info van verschillende specialisten. In het begin leefden we in het centrum van Donetsk, maar na twee jaar verhuisden we naar een nieuwbouw op het oefencomplex van de eerste ploeg. Daar was werkelijk alles. Fitness, sauna, zwembad, computerzaal, grasvelden, kunstgrasvelden, in- en outdoorvelden. We verbleven er met twee in een kamer en kregen drie keer per dag eten. In onze vrije tijd mochten we de stad in gaan, naar de bioscoop of de bowling of om er gewoon te chillen met vrienden. Om zeven, acht of negen uur moesten we terug zijn en om elf uur was het tijd om te slapen.

‘Het was een geweldige tijd. Je leeft samen, je voetbalt samen en je gaat samen naar school. Je bent gewoon altijd samen. Ik denk dat je er ook meer verantwoordelijkheid leert op te nemen dan als je ouders altijd voor je klaar staan en dat dat je helpt om iets te bereiken in je leven. Al hangt dat van persoon tot persoon af. Ik herinner mij enkele gasten die het niet aankonden om zo lang van huis weg te zijn. De eerste jaren was het er een beetje zoals in het leger: je bent de jongste en de ouderen laten je dingen doen die misschien niet goed voor je zijn. Meer ga ik daar niet over zeggen, want daar praat ik niet graag over. Het komt eropaan te overleven, in die periode niet te panikeren, geduldig te zijn en eroverheen te geraken. Wanneer er nieuwe jongens komen, ben je niet meer de jongste en wordt het makkelijker.’

Roeslan Malinovski: 'Sinds ik geen melk meer drink en meer vis eet en zelden nog rood vlees voel ik mij beter.'
Roeslan Malinovski: ‘Sinds ik geen melk meer drink en meer vis eet en zelden nog rood vlees voel ik mij beter.’© BELGAIMAGE

TERUGKEER

De eindevaluatie in de academie is negatief: hij stroomt niet door.

MALINOVSKI: ‘Ze namen mij niet bij Sjachtar 3, de U19 zeg maar, en evenmin bij de U21. Ik moest terugkeren naar huis en dat was hard, maar ik gaf niet op. Ik ben toen bij een amateurclub gaan spelen, maar bleef ondertussen zoeken naar een profclub. Er was wel belangstelling, maar niemand wilde de opleidingsvergoeding betalen. Trainen deed ik in die tijd bij twee verschillende teams om het elke dag te kunnen doen.

‘Tot Sjachtar mij na nieuwjaar opeens weer belde. De coach van de U21 was naar Sebastopol vertrokken en nam heel wat spelers van de U21 mee. Daardoor moesten er veel jongens van Sjachtar 3 met de U21 spelen en ontstond er bij Sjachtar 3 een spelerstekort. Zo kon ik terugkeren. Gelukkig, want duurt het zes maanden langer, dan weet ik niet of ik mentaal in staat was geweest om nog ooit op dat niveau te geraken.

‘Die tweede kans wou ik absoluut grijpen en sindsdien zette ik elk jaar een stap vooruit. Het is een ervaring die mij veranderde. Ik rekende niet meer op anderen om carrière te maken. Meer dan voorheen besefte ik dat je het zelf moet doen. Ik werd mij meer dan ooit bewust van de concurrentie, trainde scherp en bleef soms na om extra te trainen.

‘Bij Sjachtar 3, in de derde klasse, begon ik op de bank. Nadat ik eens was mogen starten omdat er iemand ziek was geworden en ik scoorde, mocht ik wat vaker meedoen en het tweede seizoen nog meer. Daarna werd ik uitgeleend aan de tweedeklasser Sebastopol. Dat werd geen succes, ook omdat ik drie maanden geblesseerd was. Maar de trainer, de topcoach Oleg Kononov, die nu bij Spartak Moskou zit, geloofde in mij en steunde mij altijd. Bovendien leerde ik er mijn vrouw Roksana kennen, die mij het jaar daarna volgde naar de eersteklasser Zorja Loehansk. Daar deed ik evenmin meteen mee. Maar ik bleef hard werken, lette er onder impuls van de coach beter op mijn gewicht en geraakte vast in de basis. Daar kreeg ik echt het gevoel: ik doe mijn job.’

Als ze in Oekraïne zien dat je ego groot is, zullen ze ervoor zorgen dat het heel klein wordt. Hoeveel talent je bezit, doet er dan niet toe.

Roeslan Malinovski

DOORBRAAK

Wanneer hij eind juli 2015 in Charleroi in de derde voorronde van de Europa League voor Zorja Loehansk met twee doelpunten het verschil maakt, is dat de Belgische top niet ontgaan. Michel Preud’homme en Philippe Clement, zijn toenmalige assistent bij Club Brugge, sturen elkaar al tijdens de wedstrijd berichten van voor hun tv-scherm. ’s Anderendaags bellen ze ervoor naar Vincent Mannaert, maar ze krijgen van de algemeen manager te horen dat die Malinovski nog eigendom is van Sjachtar en veel te duur is. Uiteindelijk is het Dimitri de Condé die de toen 22-jarige Oekraïense centrale middenvelder in januari 2016 op huurbasis binnenhaalt voor Genk. Anderhalf jaar later trekken de Limburgers hem definitief aan. Intussen is hij zowel in de Luminus Arena als bij de nationale ploeg een spelbepalende pion geworden. Hoewel hij dus bij Sjachtar nooit jeugdinternational was en daarna zelfs het perspectief op een profcarrière ernstig in het gedrang geraakte.

MALINOVSKI: ‘Bij de U19 ben ik een paar keer opgeroepen geweest, maar pas bij de U21 is het echt begonnen. In de academie was ik daar nog niet klaar voor. Soms speelde ik er zelfs niet. Misschien waren er toen beter dan ik. Niet elke getalenteerde speler wordt een goeie speler, want de overgang van de jeugd naar de profs is niet makkelijk. Het is meer werken, stabiel zijn en blijven presteren, en daarom verkiezen veel coaches gedisciplineerde en mentaal sterke spelers. In voetbal gaat het soms niet zozeer over wat je allemaal met een bal kunt, maar om teamspirit en het plan volgen. Iemand die denkt dat hij het alleen kan door te dribbelen… dat is niet hetzelfde. Als ze in Oekraïne zien dat je ego groot is, zullen ze ervoor zorgen dat het heel klein wordt. ( lacht) Hoeveel talent je bezit, doet er dan niet toe. Dan zetten ze iemand op je plaats die wel zijn taken uitvoert.’

Hijzelf blijkt een perfectionist te zijn. Dat zorgt ervoor dat hij voor zijn sport leeft, maar ook dat hij soms te kritisch is voor zichzelf (en anderen) en wel eens blijft piekeren over wat niet naar wens ging of zou kunnen gaan. Op het veld leidt dat geregeld tot negatieve emoties die hem dan even uit de wedstrijd halen.

MALINOVSKI: ‘Voorheen was ik zo, ja, een beetje zoals mijn moeder, explosief, emoties die up en down gaan, maar nu slaag ik er al beter in om rustig te blijven. Karakter evolueert met de jaren en de ervaring. Je leert bij en reageert in sommige situaties anders. Daar sprak ik al vaak over met de coach. Nu ga ik meer een wedstrijd in met het idee: we zullen wel zien wat er komt. Ik kijk meer vooruit en minder achteruit. Wat ik in de toekomst beter kan doen, is belangrijker dan wat ik fout deed in het verleden. Ik ben relaxter geworden.’

Hij prijst zich gelukkig met zijn entourage: zijn ouders, zijn broer, zijn vrouw, trouwe voetbalvrienden als Maksym Malyshev van Sjachtar Donetsk, zijn zaakwaarnemer Vadim Shablii van ProStar en diens vertegenwoordiger in België Serhiy Serebrennikov.

MALINOVSKI: ‘Ik ben heel blij dat ik omringd ben met goeie mensen. In de eerste plaats is er hier natuurlijk mijn vrouw die mij altijd steunt en helpt. Zij zegt trouwens ook: ‘Blijf kalmer op het veld, reageer niet.’ ( lacht) Soms doe ik thuis yoga met haar. Ze is ook veel met voeding bezig. Sinds ik geen melk meer drink en meer vis eet en zelden nog rood vlees voel ik mij beter. De laatste maanden verloor ik anderhalve kilo. Maar ook de goeie relaties binnen de club zijn belangrijk en ik ben ook heel tevreden met een geweldige persoon als Serhiy hier in België. Iemand die zelf op hoog niveau voetbalde en alles begrijpt en altijd kalm en vriendelijk is. Ik heb andere makelaars gekend.’

‘Ik ben klaar voor play-off 1’

Roeslan Malinovski (25) begon indrukwekkend aan het seizoen met snel drie doelpunten in de Jupiler Pro League en twee in de Europa League. Hij sloot de reguliere competitie af met negen doelpunten en acht assists. Opvallend: tussen zijn doelpunt tegen KV Oostende op 16 december en dat op 17 maart in Waregem scoorde hij niet één keer. Daar is een reden voor, benadrukt hij. ‘Tegen Oostende kreeg ik een duw van Sander Coopman op het moment dat ik wou trappen en daardoor trapte ik in de grond. Ik miste zo de bekermatch tegen Union en daarna speelde ik lang met pijn en hinder aan mijn linkerenkel.’ In het regelmatigheidsklassement van Sport/Voetbalmagazine staat hij derde, na Moeskroendoelman Jean Butez en Alejandro Pozuelo, de intussen naar Canada verhuisde Genkse aanvoerder. Misschien komt hij in play-off 1 in een herschikt middenveld wel op de plaats van zijn onverhoeds vertrokken Spaanse ploegmaat terecht. ‘Ik kan even goed op 10 als op 8 spelen’, zegt hij. ‘Vroeger was ik een 10 en ik ken in ons spel de principes op die positie. Voor mij maakt het niet zo’n groot verschil. Op 8 probeer ik meer dan vroeger balans te vinden tussen aanvallen en verdedigen. Het belangrijkste is dat ik mij fysiek goed voel. Over de rest, hoe we het straks zullen doen en welke rol ik zal krijgen, maak ik mij geen zorgen. Ik ben klaar voor play-off 1.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content