Van den Brom: ‘Hier wordt er veel gespeeld om niet te verliezen’

© IMAGEGLOBE

John van den Brom was te gast op de redactie van Sport/Voetbalmagazine en sprak er onder meer over Jovanovic en het verschil tussen België en Nederland. Enkele passages.

S/VM: Is Jovanovic een probleem bij Anderlecht?

Van den Brom: “Een probleem met Milan kan er alleen zijn als we ver terugzakken, op eigen helft. Maar als we op de helft van de tegenstander spelen, is er geen speler die die positie beter kan invullen dan Milan. Ik heb er geen moeite mee als Milan zeventig minuten zijn job doet en dan moe vervangen wordt door Sasja. Beter zo dan dat hij negentig minuten loopt aan te klooien. Ik ben een heel grote fan van Milan. Van een goeie Milan.”

S/VM: Bent u op dit moment tevreden over hem?

JVDB: “Qua rendement zeker niet. Hij maakt hetzelfde door als Bruno: alles of niets. Maar van Bruno kun je dat gezien zijn leeftijd accepteren. Van Milan niet. Te veel wedstrijden is hij afwezig.”

Spelen om niet te verliezen

S/VM: Hebt u hier ook al iets geleerd?

JVDB: “Dat veel ploegen teruggetrokken gaan spelen en op een of andere manier hopen dat ze er daardoor overheen kunnen denderen, over Anderlecht, op het moment dat het kan. Dat had ik niet verwacht. Ik had verwacht dat het veel opener was. Niet dat iedereen in Nederland 4-3-3 speelt, maar iedereen speelt er wel om te winnen. Hier wordt er veel gespeeld om niet te verliezen.”

S/VM: Wordt in België in het algemeen nog verdedigend gespeeld, zoals het cliché wil?

JVDB: “In de competitie wel. Als ik naar de nationale ploeg kijk, zie ik dat het heel open is. Maar je moet ook kijken wat voor spelers je op dat niveau lopen hebt.”

S/VM: Zitten we dicht bij de kwaliteit van Oranje?

JVDB: “Absoluut. Ik krijg het bijna niet door mijn strot, maar op dit moment kan ik meer genieten van België dan van het Nederlands elftal. Omdat ze vroeg druk zetten, ze spelen heel hoog, ze gebruiken de aanvallend ingestelde spelers veel meer. Dat is ooit wel anders geweest.”

Open communicatie

S/VM: Kwamen de spelers u zelf vertellen dat ze liever 4-4-2 speelden?

JVDB: “Ja. Dat vraag ik ook van ze. Het gaat niet om mij of mijn systeem, ik ben onderdeel van een groepsgebeuren. Ik zou dom zijn als ik niet luister naar spelers. Met een aanvoerder als Lukie kun je heel goed over voetbal praten. En als Dieu zegt dat hij zich beter voelt naast Tom De Sutter… Dat zie ik ook, hé. Maar ik verlang ook van de spelers dat ze met ideeën naar me komen. Dat zijn ze hier niet gewend. Ik vraag juist meningen van spelers. In het begin moesten ze daaraan wennen. In Nederland ligt dat anders. Daar krijg je meningen van spelers zonder dat je erom vraagt. Als je uit die manier van werken komt – wat voor mij normaal is – en je komt hier waar je mensen moet pushen, is dat nieuw.”

S/VM: Hoe hebt u die barrière dan doorbroken?

JVDB: “Door hen te dwingen. Mijn eerste vraag was: wat vinden jullie zelf? Dan zaten ze elkaar aan te kijken, er kwam niets uit. Als ik dat nu vraag, zegt er al eens één iets.”

S/VM: Dat is nu eenmaal het verschil tussen België en Nederland.

JVDB: “Blijkbaar. Maar ik kan daar zo weinig mee. Als mij iets niet aanstaat, denk ik één of twee minuten na en na drie minuten gooi ik het op tafel, tegenover wie het ook is.”

“Dat heeft niets met bluf of arrogantie te maken. Bij Ajax is de slogan: ‘Wij zijn Ajax, wij zijn de beste.’ Dat wordt erin gegoten bij kindjes van zeven, acht jaar. Daarom ben ik blij dat ik daar ook in de opleiding heb gewerkt. Daar leer je ze: kom maar op. Borst vooruit. Wij zijn van niemand bang. Ik probeer dat ook te benadrukken, want de slogan is hier toch: we are Anderlecht? Straal dat dan wat meer uit! Dat doet Anderlecht nog te weinig.” (GF/JS/BG) Het volledige interview leest u in Sport/Voetbalmagazine van 24 oktober 2012.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content