Met Robson Severino da Silva realiseerde Oud-Heverlee Leuven een derde inkomende transfer sinds de start van de competitie. Eerder kwamen in augustus de Kameroener Pouga en de Zimbabwaan Karuru. Ongewoon exotische namen voor OHL.
Robson ondertekende een contract tot het einde van het seizoen met optie. Net als Pouga, zijn ploegmaat vorig seizoen bij het Portugese Marítimo Funchal. Diens aanwezigheid moet zijn integratie bevorderen. OHL kwam hen op het spoor door makelaar Patrick De Koster.
Clubwoordvoerder Chris Vandebroeck in Sport/Voetbalmagazine: “Pouga was gericht gezocht. We hadden zo’n type spits nodig. Robson was niet voorzien in het budget. We zijn dan ook niet over één nacht ijs gegaan. De sportieve cel was overtuigd van zijn meerwaarde en drong aan op zijn komst.”
“Robson is ons in de schoot geworpen”, vult trainer Ronny Van Geneugden aan. “Hij kan toch wat adelbrieven voorleggen en heeft hier bovendien eerst drie weken meegetraind. Een ideale manier om iemand te beoordelen, zowel op als naast het veld, al moet ik eerlijk toegeven dat de taal een probleem vormt. We weten dus welk vlees we in de kuip hebben.”
“Robson is een linksvoetige centrale verdediger. Ludovic Buysens moest al herhaaldelijk inspringen als back. We konden dus nog iemand gebruiken. Zeker als je weet dat onze beide centrale verdedigers al op vier gele kaarten staan.
“OHL blinkt nog steeds uit wat betreft het aantal Belgen, zowel in de kern als aan de aftrap. Maar Belgen zijn vaak niet betaalbaar of je moet ze huren en dan gaan ze na het seizoen terug naar hun club van herkomst. Dat zien we niet graag gebeuren. Dus dan ga je de buitenlandse markt op en dan speelt de verhouding prijs-kwaliteit. Karuru, Pouga en Robson waren alle drie vrije spelers en kwamen dus gratis.” (JH)
