Veel passes, weinig marge: waar gaat Club heen onder Schreuder?

© Belga Image
Guillaume Gautier
Guillaume Gautier Journalist bij Sport/Voetbalmagazine en Sport/Footmagazine.

Na zes matchen onder de nieuwe Nederlandse coach lijkt de regerende landskampioen kwetsbaarder dan ooit. Analyse van een project dat nog heel wat tijd lijkt te kosten.

Voor een Nederlander moet een verblijf in Barcelona aanvoelen als een pelgrimstocht. Toen Alfred Schreuder naast coach Ronald Koeman op de Catalaanse bank zat, moet hij zeker een beeld van Johan Cruyff in zijn achterhoofd hebben gehad. Bij zijn eerste wedstrijd voor Club Brugge maakte Schreuder namelijk ook gebruik van het cruyffisme, waarbij de regels net zo onbetwistbaar lijken als wiskundige wetten. Tegen STVV, de eerste wedstrijd van het nieuwe blauw-zwart, won het met 867 passes en een balbezit van 73%. ‘Als je zoveel de bal hebt, heeft de tegenstander maar 27% kans om te scoren. Zo simpel is het’, klonk het bij de Nederlander na zijn debuut.

Maar eigenlijk is dat niet zo simpel. Als dat wel zo was, dan zou Club met een gemiddelde van 61% balbezit meer dan de helft van zijn wedstrijden moeten winnen. De waarheid staat echter ver van de theorie van de Brugse coach, met een Club dat in vijf wedstrijden maar 8/15 pakte en zijn eerste nederlaag leed tegen KAA Gent vorig weekend. Het nieuwe evenwicht is nog niet gevonden. Hans Vanaken, die de slag om het middenveld verloor tegen de Buffalo’s, kon dat dit weekend alleen maar vaststellen. ‘De coach zoekt nog naar het beste systeem’, klonk het.

Minder goals tegen

Net zoals Philippe Clement, heeft Club wat marge verloren. Door Ruud Vormer voor de verdediging te plaatsen als een nummer 6, werd de defensie aan zijn lot overgelaten, maar door de kwaliteiten van Brandon Mechele, Clinton Mata en Jack Hendry bleef de schade beperkt. Het gemiddeld aantal kansen dat blauw-zwart tegen kreeg onder Clement, blijft hetzelfde onder Schreuder: 3,57 schoten op doel en 1,2 expected goals tegen onder Clement tegen 3,67 en 1,24 onder de Nederlander.

De eerste opdracht van Schreuder leek om aanvallend naar nieuwe oplossingen te zoeken, omdat de ploeg te veel vertrouwde op individuele kwaliteiten. Maar het is achterin dat hij zijn stempel wist te drukken. Club krijgt namelijk gemiddeld minder doelpunten tegen dan onder Clement, mede dankzij een Simon Mignolet die zijn beste vorm lijkt teruggevonden te hebben. Van gemiddeld 2,09 tegengoals ging de ploeg naar 1,17. En ook het aantal expected goals tegen ging naar beneden, zij het wel minder brutaal van 2,06 naar 1,83.

Veel passes, weinig marge: waar gaat Club heen onder Schreuder?
© Belga Image

Waar is Vanaken?

De organisatie lijkt dus goed te zitten, maar vooraan ontbreken de kansen en de snelheid. Door het buitensporige balbezit en een te trage balwisseling kan Club niet snel omschakelen en blijft het afhankelijk van individuele klasse. Daarvoor werd echter de driemansverdediging in het leven geroepen, maar dat effect blijft voorlopig uit. En dat in een kern waar er opnieuw een aantal wingers zijn bijgekomen, maar elk met een eigen profiel. Noa Lang en Tajon Buchanan lijkt het niet te lukken om de verdediging angst in te boezemen, terwijl Andreas Skov Olsen zich dan weer comfortabeler voelt in een 4-2-3-1 waarin hij tussen de lijnen kan lopen. Dat systeem werd onder Ivan Leko ingevoerd net na zijn komst naar Brugge, maar werd al snel weer losgelaten omdat het de kwaliteiten van Hans Vanaken niet ten goede kwam.

En ook nu lijkt de tweevoudige Gouden Schoen enkele plaatsen te zijn gezakt in de offensieve hiërarchie. Charles De Ketelaere lijkt er nu de touwtjes in handen te hebben, gevolgd door Vormer, Bas Dost en de wingers. Vanaken, die vroeger voor chaos zorgde bij de tegenstander, moet nu zelf voor evenwicht zorgen bij Club Brugge, zeker sinds de afwezigheid van Eder Balanta. Hij is de incarnatie geworden van een Club dat besloten lijkt de bal altijd in eigen rangen te willen houden zonder echt te weten waarom.

Een ding is zeker: dat Club steeds de bal wil hebben, lijkt vervelender te zijn voor de ploeg zelf dan voor de tegenstander. Wat niet wil zeggen dat de regerende landskampioen zich niet op de goeie weg bevindt. Misschien rijden ze gewoon nog niet hard genoeg.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content