Waarom technisch directeur De Condé niet verbaasd is door de slechte competitiestart van Genk

© BELGA
Guillaume Gautier
Guillaume Gautier Journalist bij Sport/Voetbalmagazine en Sport/Footmagazine.

Dat titeloutsider KRC Genk een teleurstellende competitiestart kende, is niet zo een verrassing, legt technisch directeur Dimitri De Condé uit aan Sport/Voetbalmagazine.

Genk staat op een anonieme tiende plaats, tussen Lokeren en Kortrijk. Racing heeft een van de slechtste defensies in eerste klasse en wist slechts 10 punten op 27 te vergaren. Het goede voetbal is er nog altijd, maar de resultaten volgen niet meer. De mannen van trainer Albert Stuivenberg hebben er last mee om open kansen te creëren, ook al is hun balbezit van langsom indrukwekkender. De Nederlander begint dezelfde kritiek te krijgen als zijn mentor Louis van Gaal op Old Trafford: steriel balbezit, te mechanisch voetbal en een gebrek aan flexibiliteit, zo luidde het in de lokale pers.

Aangezien elk voetbal beoordeeld wordt met het klassement als scherprechter, keren de aanklagers, die verdwenen leken, terug naar de Luminus Arena. De ploeg is te jong, te naïef, te speels, zo klinkt het. Als pleitbezorger van zijn ploeg en zijn coach probeert Dimitri de Condé olie op de golven te gieten: ‘We moeten niet beginnen te twijfelen over de filosofie of de speelwijze, want enkele maanden geleden kregen we daar nog complimenten voor. Het enige verschil is dat we vorig seizoen met die filosofie veel meer kansen wisten te creëren.’

De theorie van de weerbots

Ook al haalde het de eindstrijd van de Europa League en de League Cup, het Manchester United van José Mourinho moest de duimen leggen: het record qua aantal matchen betwist in het seizoen 2016/17 ging naar de Luminus Arena. Genk speelde 65 wedstrijden tussen 14 juli (tweede voorronde Europa League) en 31 mei (de finale barragematch tegen Oostende). Een lang seizoen van 321 dagen, een waanzinnig ritme van één wedstrijd om de vijf dagen. Geëindigd op een teleurstelling dan nog, want de club miste een Europees ticket voor het volgende seizoen.

Charleroi maakte een jaar eerder hetzelfde mee en miste toch zijn seizoensstart niet, maar de Zebra’s konden profiteren van enkele weken rust omdat er maar weinigen werden opgeroepen voor de interlands in de maand juni.

‘We moeten toegeven dat we niet de beste voorbereiding gehad hebben’, verklaart De Condé. ‘We moesten langer doorgaan dan de anderen en nadien speelden velen van onze internationals ook nog wedstrijden. In een ideale wereld heb je zes maanden voorbereiding nodig. Bij ons hebben de meesten er nog geen drie gehad.’

Daarbovenop kwamen ook nog eens blessures bij de belangrijkste spelers tijdens de voorbereidingsweken. Daardoor moesten sommigen een apart programma volgen. De slechte start van Genk is dus niet helemaal een verrassing voor De Condé: ‘Al die zaken gaven me redenen genoeg om te denken dat we niet tijdig klaar zouden zijn.’

Het probleem is dat die moeizame start, met één punt na twee speeldagen, de druk opvoerde op een groep die daar misschien niet voldoende op voorbereid was. ‘Het mentale aspect speelt een grote rol’, besluit de technisch directeur. ‘Volgens mij heeft de groep die druk gevoeld en het is niet altijd gemakkelijk om daarmee om te gaan. Het is misschien een cliché, maar om daaruit te geraken moet je gewoon matchen beginnen te winnen.’

Lees de volledige reportage over KRC Genk in onze +zone of in Sport/Voetbalmagazine van woensdag 11 oktober.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content