Johan Walem, ex-coach van de nationale beloften, krijgt na een moeizame start bij KV Kortrijk eindelijk zijn ploeg aan het voetballen. In Sport/Voetbalmagazine blikt hij terug op die lastige eerste maanden.
“Iedereen moet beseffen dat alles hier veranderd is”, aldus Walem in Sport/Voetbalmagazine. “We hebben een vijftiental nieuwe spelers, sommige komen uit lagere reeksen, anderen kennen het Belgisch voetbal niet. De staf is nieuw, het is mijn eerste job als T1 en ook mijn T2 heeft nog geen ervaring. De club is van eigenaar veranderd, en ook van stijl. Ik ben dus zeer tevreden over hoe het momenteel loopt.”
Ook al moet het voetbal nog beter, beseft ook Walem, destijds geboekstaafd als een stijlrijke, technisch begaafde speler. “Iedereen weet dat ik een coach ben die van goed voetbal houdt, maar je moet je kunnen aanpassen aan de omstandigheden. Met Ivan Santini en Teddy Chevalier had Kortrijk het beste spitsenduo van eerste klasse, dat vervang je niet in een vingerknip. Mijn aanvallers zijn het niet gewoon om samen te spelen. Thanasis Papazoglou heeft pech gehad: een blessure, heimwee, het ging wat minder. Hervé Kage had lange tijd niet gespeeld. Aboubakar Kamara moet zich nog aanpassen. Stijn De Smet is geblesseerd geweest. Als je dat optelt… Ik geef toe dat het offensief nog niet was wat ik graag zou zien. Maar beetje bij beetje komt dat. En een mooie defensieve organisatie kan ook mooi zijn om te zien.”
(Pierre Danvoye)
Lees de volledige 5 vragen aan Johan Walem in Sport/Voetbalmagazine van woensdag 21 oktober.
