Het nieuwe stadion staat er al, de wintertransfers zijn geslaagd, de trainer lijkt langer te gaan blijven en in juni nemen de Buffalo’s een nieuw oefencomplex in gebruik. Michel Louwagie legt de lat hoog: ‘AA Gent moet elk jaar proberen Europees te spelen en regelmatig eens voor de titel gaan.’
Een dinsdagmiddag aan de Ghelamco Arena. Op weg naar het kantoor van Michel Louwagie, de afgevaardigd bestuurder van AA Gent, passeren we de kantoren van Ghelamco. Voor de deur staat de auto van Paul Gheysens, de bouwheer van het stadion. De West-Vlaming is vandaag een partner, maar morgen een groot concurrent. Gheysens wil in Brussel het Eurostadion bouwen, verleent financiële steun aan Antwerp, dat deze week weet of het zijn licentie voor 1A krijgt, en wordt genoemd als kandidaat-bouwer van het nieuwe stadion in Kortrijk. Ze houden kantoor in hetzelfde gebouw, maar spreken elkaar niet meer zoveel, bekent Louwagie. ‘Alleszins veel minder dan vroeger. Ergens logisch.’
Hoe staat AA Gent eigenlijk tegenover die investeringsplannen?
Michel Louwagie: ‘Ik denk dat België sowieso nood heeft aan nieuwe arena’s. Je kan daar dus niet tegen zijn, wij wilden het zelf ook. De nationale ploeg moet soms wedstrijden kunnen afwerken voor meer dan 25.000 of 30.000 toeschouwers. Maar ze moet niet álle wedstrijden in Brussel spelen, een beurtrol voor de kleinere matchen moet kunnen. De ene keer Brugge, een andere keer Luik, Genk, Charleroi of Gent. Commercieel zou er een afname kunnen komen voor alle clubs inzake inkomsten uit hospitality, mochten de Rode Duivels altijd in hetzelfde stadion spelen. Dan kan het dat bedrijven meer geïnteresseerd zijn om daar seats of skyboxen te huren. Het mag, denken wij, niet de bedoeling zijn dat de Belgische voetbalbond een concurrent wordt van zijn eigen clubs.’
Het kan u inderdaad raken want AA Gent is niet langer een regionaal product.
Louwagie: ‘Zeker al een Vlaams product. Dat zie ik aan onze contracten. Meer dan dertig skyboxen, 1500 seats aan verschillende tarieven, van 1750 euro voor de laagste tot 3750 euro per seizoen voor de duurdere plaatsen. Die bedragen worden alleen opgehoest door grote bedrijven.’
Vindt u het dan vervelend dat een minderheidsaandeelhouder van uw ploeg voor extra concurrentie zorgt?
Louwagie: ‘Paul Gheysens heeft met Ghelamco geen aandelen in onze club, enkel in het stadion via de cvba Artevelde. Maar goed, het is al beter dat het Belgen zijn die investeren in de andere eerste- of tweedeklassers dan Chinezen. Dat kunnen we alleen toejuichen.’
Geen overgangsseizoen
U wordt over een goede maand voor de derde keer opa en bent 61. Hebt u voor uzelf eigenlijk een einddatum in gedachten?
Louwagie: ‘Al enkele jaren ben ik afgevaardigd bestuurder met operationele bevoegdheden. Samen met voorzitter Ivan De Witte hebben wij ook de sporttechnische verantwoordelijkheid. Operationeel wil ik dit nog een paar jaar doen, maar ik ga zeker niet door tot mijn 73e, zoals die andere Michel (Verschueren, nvdr) dat deed in Brussel. Tenminste niet in deze functie. Er is misschien een kans om nadien in de raad van bestuur te blijven zetelen. Ik doe deze job al meer dan 27 jaar, maar tegelijk is het anders dan vroeger. Spelers kopen van 3 miljoen euro in plaats van 1,5 tot 2 miljoen euro. Dat was nieuw, want die politiek werd ons meer dan eens verweten…’
Ook door uw trainer…
Louwagie: (gaat onverstoord verder) ‘Zolang er nieuwe uitdagingen zijn, blijft het plezant.’
Wat wordt de volgende prikkel?
Louwagie: ‘Nog eens kampioen spelen. Transfersommen genereren die boven de 10 miljoen euro liggen. De verdere uitbouw van onze jeugdwerking. We bouwen momenteel een nieuw complex voor de eerste ploeg in Oostakker. AA Gent wil over de mooiste infrastructuur in België beschikken, zowel qua oefencomplex als qua stadion.’
Neerpede of de Académie Louis- Dreyfus van Standard overtreffen wordt moeilijk.
Louwagie: ‘Dat weet ik niet. U moet maar eens komen kijken als het klaar is. Waarom zouden we dan niet de nummer een worden qua infrastructuur? We creëren alleszins de omstandigheden. Niet veel belofte- en jeugdploegen zullen over zo’n fitnesszaal beschikken als straks de onze.’
Zou het voor de doorstroming niet handiger zijn om de beloften ook in het nieuwe complex in Oostakker onder te brengen?
Louwagie: ‘Neen. De betere jeugdspelers moeten dat ‘verdienen’. Zie het als een incentive.’
Bent u in de loop der jaren veranderd?
Louwagie: ‘Ik blijf streng. Wanneer ik beginnende collega’s tekeer zie gaan, heb ik soms bedenkingen. Die vliegen er nogal in. Ik begon eind 1989 bijzonder low profile, de eerste tien jaar heb ik mijn job stapsgewijs ontdekt. Nu ben ik ‘voetbalvolwassen’. Soms is het niet slecht eerst eens goed te luisteren of rond je te kijken vooraleer je je volledig gooit.’
Kostte uw ‘oude’ manier van handelen u niet Adrien Trebel?
Louwagie: ‘Nee. Wij onderhandelden normaal, maar veel spelers gaan in op de lokroep van Anderlecht als die ploeg aanklopt. Ze zijn niet voor niks de nummer een van België. Franstalig bovendien, dat speelt mee voor een Fransman. De titel was daar dit jaar een must. Met een normaal management hebben ze altijd een voorsprong. Als je ziet hoeveel er wordt betaald voor de shirtsponsoring op Anderlecht, en hetgeen er maar wordt uitgegeven voor de andere G5-clubs… Zij komen telkens aan de start met een stevig verschil. Je moet dan van goeden huize zijn om niet van gedacht te veranderen als Anderlecht op de proppen komt.’
Hanteerde u toch niet te veel de oude onderhandelingsmanier? Twee miljoen euro voor tachtig procent van de transferrechten, daarna wat meer plus Rob Schoofs, … U had net als Anderlecht kunnen zeggen: hoeveel willen jullie? Hier ligt het bedrag!
Louwagie: ‘Onze methode werkt. Op die manier werden we kampioen in 2015 en haalden we Europese successen. Wij verhoogden onze uitgaven voor spelers, al zal ik daar nooit bedragen in noemen.’
Maar Trebel mislopen blijft toch voor een wrang gevoel zorgen…
Louwagie: ‘Hadden we vroeger meer gegeven, was er misschien iets mogelijk, ja. Ik vind echter dat je finaal afspraken moet respecteren en in dit dossier was dat niet het geval. Het gebeurt ook zelden dat je alle spelers kan transfereren die je absoluut wil. Lovre Kalinic wilden we met een aantal clubs, SamuelKalu was ook gewild door anderen en ook voor Samuel Gigot bestond er interesse van een andere ploeg. Voor Yuya Kubo waren we ook niet alleen. Van de vijf spelers die we absoluut wilden, realiseerden we er vier. Dan mag je zeggen dat je goed werkte. Kalinic redde al punten, Kalu brengt openingen, Kubo doet het fantastisch door zijn opportunisme voor doel, Gigot zorgt voor verdedigende stabiliteit. Er kwam een geweldige kwaliteitsinjectie, je ziet het ook aan de progressie van de ploeg. Na Anderlecht halen wij momenteel het hoogste rendement. Wij sinds januari, zij houden dat al vol sinds november. We zitten hen en Club Brugge op de hielen. Van een overgangsseizoen mogen we hier niet meer spreken. AA Gent moet elk jaar proberen Europees te spelen en regelmatig eens voor de titel gaan.’
Structuur in de salarissen
Twee jaar geleden haalde u Moses Simon. U blijft een fervent voorstander van wintertransfers, nemen we aan.
Louwagie: ‘Absoluut. Al ten tijde van Michel Preud’homme gingen we voor direct rendement: Mbaye Leye, Adnan Custovic, TimSmolders, StefWils.’
Birger Verstraete is ook nieuw. Hij wordt klaargestoomd voor de toekomst. Misschien is hij wel uw nieuwe rechtsachter?
Louwagie: ‘Dat zou kunnen. Birger is jong, een troef op langere termijn. Hij krijgt zijn aanpassingsmoment. Daar moet je dus wat geduld mee oefenen. Ons doel is de vijf nieuwkomers en een aantal andere zeker te behouden. En ons te versterken met drie tot vier spelers.’
U moet wel Belgen hebben. Thomas Foket wil vertrekken en Brecht Dejaegere is ambitieus…
Louwagie: ‘Belgen vinden lukt wel, alleen is het niet eenvoudig Belgen van niveau te vinden… Rob Schoofs is getalenteerd en had dit seizoen zijn inbreng, maar het blijft knokken bij een topclub. Hein zegt altijd dat Sven Kums ook maar op latere leeftijd sterker werd. Maar wat doe je in die tussenperiode? En wat wil die jongen?’
Hoe moeilijk verlopen de onderhandelingen met Thomas Foket?
Louwagie: ‘Zijn contract loopt tot 2018 en hij wil niet bijtekenen. We zien wel.’
Hij kreeg de indruk dat het daarom was dat hij de laatste tijd vaker op de bank zat.
Louwagie: ‘Nee. Daar houdt Hein totaal geen rekening mee. Het was puur tactisch. Je kan dat niet maken in een profclub die voor de prijzen speelt. Je moet altijd je sterkste ploeg opstellen. We hebben Thomas verteld dat we zijn vertrek pas zagen binnen anderhalf jaar. Ik had de indruk dat hij die visie begreep, als ik individueel met hem sprak. Alleen heb je ook nog de entourage. Die kan een speler positief of negatief beïnvloeden.’
Uw sterkhouders van vroeger – Kums, Sels en Depoitre – hebben het moeilijk in hun nieuwe club. Gebruikt u dat in onderhandelingen als argument?
Louwagie: ‘Natuurlijk. Maar het is logisch dat spelers die in de Gouden Schoen hoog eindigen, dat willen verzilveren met een transfer. Kums en Depoitre waren ook al een eind in de twintig, Foket is 22. Hij studeert nog. Zou hij dan niet beter eerst zijn bachelor halen? Enfin, ik kan me niet van de indruk ontdoen dat het meer zijn entourage is die hem in een richting duwt. Ik zei aan Laurent Depoitre: ‘Teken een jaar bij, want wij gaan je sowieso verkopen en dan doen we beiden een goede zaak’. Hij een loonsverhoging en wij een hogere transferprijs. Maar hij zei neen. Spelers hebben schrik dat ze niet verkocht worden. Als Thomas voor één seizoen bijtekent, garanderen wij hem een transfer in 2018. Het is logisch dat we hem niet als international, zoals Dries Mertens, Toby Alderweireld of Jan Vertonghen, kunnen betalen, maar sowieso krijgt hij meer.
‘Voor iedereen geldt: aan een loon dat past in de kleedkamer van AA Gent. Dat is onze filosofie, ook voor Foket. Qua verloning is er een duidelijk economisch model en daarmee halen we goede resultaten. Wij proberen jaarlijks een sluitend budget voor te leggen, zonder Europees voetbal, zonder transfers. Andere clubs hanteren andere principes en hebben dan een tekort, waardoor ze spelers moeten verkopen. Wij proberen dat niet te doen. Misschien gaan we daar in de toekomst niet altijd in slagen, maar we proberen het. Op basis daarvan trachten we een structuur in de salarissen te krijgen. Jonge spelers iets minder, maar met aanpassingen als ze langer blijven. Ministeries hanteren toch ook loonschalen?’
Het is opvallend dat na Foket en De- jaegere ook Mitrovic en Esiti al openlijk aangaven een vertrek te overwegen…
Louwagie: ‘De Belgen zijn gegeerd, maar de buitenlanders spreken er toch minder over. Hebt u het er al eens met Moses Simon over gehad? Of met Renato Neto? Bij de duels tegen Tottenham bedacht ik mij ook plots dat wij vier tot vijf spelers zouden kunnen vermarkten. Dat was een momentopname, maar het zet wel een zeker mechanisme in werking. Alleen: beschikken ze wel over de juiste kwalificaties voor de Premier League? Niet iedereen kan zomaar naar Engeland. Sommigen beseffen dat het niet gaat, anderen blijven hopen.’
Had u dezelfde investeringen in januari ook gedaan mocht u tijdens de winterstop vierde hebben gestaan en niet zevende?
Louwagie: ‘Ja. We zijn geen bank of spaarclub, we willen het hoogst haalbare. Meemaken wat RC Genk nu overkomt, wens je niemand toe. We kregen een heel zware tik in de beker op Oostende: een bal op de paal, een gemiste penalty, de uitschakeling én zware ontgoocheling. Dan verliezen we op STVV, slikken we onterecht rood voor Esiti in de verliesmatch thuis tegen Anderlecht en gaan we onderuit bij Genk. Dat was de eerste dip onder Hein, maar daar droegen we maandenlang de gevolgen van.’
De kras van Mogi
Wordt Hein Vanhaezebrouck jullie Arsène Wenger, een man die het team op langere termijn kan leiden?
Louwagie: ‘We zijn bezig met zijn contractverlenging en mogen daarvan dromen, maar ik denk dat Ivan en ik daar geen uitspraken over kunnen doen. Alleen Hein zal daarover beslissen. Wij zouden het best begrijpen dat hij naar het buitenland trekt, over twee tot drie jaar. Als we straks opnieuw Europees voetbal halen, kan Hein na drie jaar Gent uitpakken met een stevig rapport. Niet evident omdat de cyclus van spelers op een zeker moment eindigt. Dat hadden we eind vorig seizoen en begin deze competitie. Wat zag je in het verleden bij een aantal clubs die kampioen speelden? Het seizoen erop kenden ze problemen. Als je dan geen nieuw bloed toevoegt, kom je in de problemen. Er moeten nieuwe gezichten komen, aan de ene – spelers – of de andere – coach – kant. Wij over-brugden dat en gaan bij Hein nu uit van een verbintenis tot 2019. Maar er kan zoveel gebeuren, langs weerszijden. Het goede is op dat vlak dat Ivan dagelijks bezig is met rekruteren, het is zijn vak. Onze voorzitter kan perfect inschatten wanneer het momentum er is om te veranderen.’
Heeft Club Brugge nu hetzelfde voor?
Louwagie: ‘Ik ga géén uitspraken doen over Club. Vincent Mannaert zei me in de raad van bestuur van de Pro League: ‘We hadden gedacht opnieuw kampioen te kunnen spelen, maar het hangt toch zo van kleinigheden af.’ Voetbal is geen wetenschap. Plots heb je een paar geblesseerden op dezelfde positie en boem, dan is het snel voorbij.’
Krijgt uw trainer straks nog meer sportieve bevoegdheden?
Louwagie: ‘Over het financiële zal Hein nooit beslissen. In de laatste drie transferperiodes valideerde hij bijna alles. Maar er is inderdaad wel een groot verschil tussen ‘ik wil Kubo’ zeggen en hem nemen of ‘dit zijn de voorstellen’ en dan een naam valideren. In die zin had hij een zwaardere stem tijdens de laatste mercato. Hoe langer je met een coach doorgaat, hoe beter je ook weet wat hij wil en hoe hij zijn mayonaise wil laten pakken.’
Wat liep er eigenlijk mis bij de transfer van Benoît Poulain?
Louwagie: ‘Mijn eerste gesprek met zijn vorige makelaar was in maart 2015, maar het ging toen niet vooruit. Zijn manager zei zelf niet meer dan 500.000 of 600.000 euro te bieden aan Kortrijk. Het lukte niet. Later dat jaar kwam het dossier terug en sprak Hein met de speler. We deden echt ons best, maar omdat alles zo lang aansleepte, zei Poulain: ‘Wat is dat daar in Gent?’ Toen Brugge kwam, ging hij er meteen op in.’
Mogi Bayat loodste Poulain naar Club en Trebel naar Anderlecht. Straks gaat hij nog met uw trainer lopen.
Louwagie: ‘Na Trebel was ik zeer ontgoocheld en boos. Maar dan stuur je wat sms’jes, zie je elkaar eens en probeer je te polsen wat er exact gebeurde. Je voelt je bedrogen. Mogi is een prof, die zijn job kent. Het was een kras, ja. En die blijft staan. Ik ben 61 jaar en heb wel wat levenservaring. Maar het steekt. Ik verschiet van niks meer.’
U bent ook hard hoor, horen we van mensen die met u onderhandelden.
Louwagie: ‘Je moet hard zijn, anders houd je dit geen 27 jaar vol. Altijd op je strepen staan. Al vind ik dat ik met de jaren veel genuanceerder werd.’
DOOR PETER T’KINT EN FRÉDÉRIC VANHEULE – FOTO’S BELGAIMAGE – CHRISTOPHE KETELS
‘We gaan bij Hein uit van een verbintenis tot 2019. Maar er kan zoveel gebeuren, langs weerszijden.’ – Michel Louwagie
‘Waarom zouden we dan qua infrastructuur niet de nummer een in België kunnen worden?’ – Michel Louwagie
‘Trebel? Van de vijf spelers die we absoluut wilden, haalden we er vier. Dan mag je zeggen dat je goed werkte.’ – Michel Louwagie
‘Als Thomas Foket voor één seizoen bijtekent, garanderen wij hem een transfer in 2018.’ – Michel Louwagie
