William Dutoit: ‘Een seizoen hangt soms af van kleine details’

© BELGAIMAGE
Alain Eliasy Journalist bij Sport/Voetbalmagazine

Een greep uit het jaaroverzicht van William Dutoit leert dat hij 2017 niet snel zal vergeten. Eerst persona non grata bij STVV, dan de nieuwe numero uno bij Oostende, vervolgens bankzitter bij de hekkensluiter en sinds eind oktober de uitverkorene van Adnan Custovic.

Waar een Twitterrelletje soms goed voor is. Een jaar geleden werd William Dutoit door big bossMarc Coucke publiekelijk op de vingers getikt omdat hij op de terugweg van een 3-0-nederlaag in Sint-Truiden een video van hemzelf geliket had. Op het beeldfragment is een redding van Dutoit te zien tijdens die bewuste match.

Het voorval nam zulke proporties aan dat Dutoit een tijdlang geen individuele interviews meer wilde geven. Sindsdien gaat hij ook omzichtiger om met sociale media. ‘Het was niet meer dan een futiliteit, maar het werd wel door alle Belgische voetbalwebsites opgepikt. Het is zelfs overgewaaid naar Frankrijk’, vertelt William Dutoit. ‘So Foot, heel bekend in Frankrijk, heeft er een eigen draai aan gegeven en de zaken uit zijn context gerukt. Met als resultaat dat die episode mij nog lang zal achtervolgen. Wat als mijn zoontje binnen enkele jaren mijn naam intikt op Google? De kans is groot dat hij een van die opgeblazen artikels zal tegenkomen. Dommage. Doodjammer.’

Oostende is richting top aan het opschuiven en dat eist zijn tol. Alles wordt ontcijferd en kapot geanalyseerd.’ William Dutoit

Het Twitterincident was het startschot van een bewogen jaar. Een rollercoaster die hij met veel moeite stop kon zetten. Met als anticlimax het gevecht tegen de degradatie met Oostende. ‘Play-off 1 wordt een moeilijk verhaal. De achterstand die we opgelopen hebben in het begin van het seizoen valt gewoonweg niet meer weg te werken. Laten we dus bescheiden zijn en eerst het behoud verzekeren. En als we play-off 1 niet halen, moeten we maar play-off 2 winnen.’

Waarom bleef Oostende zo lang hangen op de laatste plaats?

WILLIAM DUTOIT: ‘We zaten in een vicieuze cirkel waar je moeilijk uitgeraakt. Het vertrouwen was zoek, we durfden niet meer te voetballen en we hadden de indruk dat werkelijk alles tegen zat. Als groep hebben we een grote fout gemaakt door alle focus te leggen op de twee matchen tegen Marseille.’

Heeft het bestuur het vertrek van Dimata, Marusic, El Ghanassy en Proto niet onderschat?

DUTOIT: ‘Nee, want ze werden allemaal vervangen door spelers met een mooi cv. Wanneer ik de kleedkamer binnenwandelde, kwam het nooit bij me op dat er te weinig kwaliteit was om opnieuw voor play-off 1 te spelen. Ik dacht hoogstens dat het een overgangsseizoen zou worden. Als je een halve ploeg moet vernieuwen kan het een tijdje duren voor iedereen ingespeeld is.’

MOKERSLAG

Sinds de zomer is het nooit rustig geweest in Oostende. Berrier en Gano vlogen naar de B-kern, er was de heisa rond het bankzittersstatuut van Lombaerts, Yves Vanderhaeghe werd ontslagen…

DUTOIT: ‘Oostende is richting top aan het opschuiven en dat eist zijn tol. Alles wordt ontcijferd en kapot geanalyseerd. Er lopen meer journalisten rond, op televisie wordt meer aandacht aan de club geschonken. We voelen ook dat de topclubs ons bij de play-off 1-kandidaten rekenen en dat we voor hen een concurrent geworden zijn op de transfermarkt. Spelers van Oostende zijn bovendien begeerd door buitenlandse clubs. Twee jaar geleden had Marusic zeker voor Anderlecht getekend, nu gaat hij voor een stevig bedrag rechtstreeks naar Lazio.’

Jullie hadden de voorbije maanden meer dan ooit een Franck Berrier kunnen gebruiken. Hoe staat de groep tegenover een terugkeer van Berrier in de A-kern?

DUTOIT:’Bon, ik had al langer de wens uitgesproken dat de twee partijen toenadering tot elkaar zouden zoeken. En dat iedereen er als winnaar uit zou komen. Ik sta dicht bij Franck en ik weet hoe moeilijk hij het gehad heeft. Hij heeft er het beste van proberen maken bij de beloften – aan zijn professionalisme moet je niet twijfelen. Hij is 33 jaar en wijs genoeg om te weten wat hij moet doen.’

Ondanks alle sportieve en extrasportieve ellende bleef jij al die tijd rustig wachten op een kans.

DUTOIT: ‘Ik geloof dat we tot half september helemaal onderaan stonden met een puntje. Je moet dan al heel verbitterd zijn om in zo’n situatie enkel aan jezelf te denken. Voor mij telde maar een ding: dat de club er bovenop zou komen.

‘Had ik bij de trainer moeten aankloppen omdat ik niet speelde? En wat zou ik bereikt hebben door met een lang gezicht rond te lopen op de club? Oostende stond laatste hé! Voetbal blijft een ploegsport. Je moet je niet belangrijker voordoen dan je bent.’

Je had nochtans genoeg redenen om te klagen. In de laatste week van de transferperiode vertrok Silvio Proto en jij was dus zijn logische vervanger onder de lat. Maar Yves Vanderhaeghe gaf tegen KV Mechelen de voorkeur aan nieuwkomer Mike Vanhamel.

DUTOIT: ‘Tijdens de tactische trainingen en in de wedstrijdvormen stond ik in doel bij de titularissen. De vrijdag voor de match riep Vanderhaeghe mij naar zijn bureau. Ik ging er gemakshalve vanuit dat hij mij een schouderklopje wilde geven. En toen kwam de mokerslag. Hij zei: ‘Ik ben tevreden over jouw trainingsarbeid en qua professionalisme ben je een voorbeeld voor de andere spelers, maar morgen zit je op de bank.’ Ik was zo overstuur dat ik er sprakeloos van werd. Ik was niet in staat om een repliek te formuleren.’

TANDEM MET PROTO

Het heeft vijf competitiematchen geduurd voor je in de basis werd gedropt door Adnan Custovic. Vanaf dan begon de ploeg te winnen.

DUTOIT: ‘Ik ben beginnen te spelen omdat Vanhamel niet op tijd hersteld was van een ziekte. In die periode konden we als ploeg echt niet dieper wegzakken – de twee matchen ervoor hadden we telkens in de laatste minuten verloren – en net dan kregen we het bezoek van Charleroi. Het werd 3-0 en na de match zijn de spelers mij allemaal komen feliciteren. Zo zie je maar dat een seizoen soms van kleine details afhangt. Ik geloof in het lot, dat iets voorbestemd is. Ik ben ervan overtuigd dat het zó moest gebeuren.’

Keepers hebben een ondankbaar beroep: de veldspelers weten zo weinig af van ons vak dat ze bij elk tegendoelpunt denken dat de bal te pakken was. William Dutoit

Je suggereert dus dat je voorbestemd was om tegen Marseille op de bank te zitten. Dat was als Fransman toch extra pijnlijk?

DUTOIT: ‘Ik heb mijn ontgoocheling moeten verbijten, maar ik vond het normaal dat Proto speelde. Dat ik het veld van het Stade Vélodromemocht oplopen om op te warmen, heeft veel goedgemaakt… Mijn ouders waren naar Marseille afgezakt, al wisten ze dat ik geen minuut zou spelen. Ze zaten in de tribune met de gedachte dat ik mijn droom had waargemaakt. Ik zal hen nooit de uren kunnen teruggeven die ze voor mij hebben opgeofferd, maar nu kon ik eindelijk iets terugdoen door hen uit te nodigen voor een match in een stadion als het Vélodrome.’

Je spreekt met veel ontzag over Proto. Hat je niet té veel respect voor iemand die uiteindelijk toch je concurrent was?

DUTOIT: ‘Een speler moet zijn plaats kennen… Ik zou nooit vrijwillig mijn postje aan Proto hebben afgestaan. Elke training, elke dag had ik de ambitie om Proto uit doel te verdringen. En hij dacht maar aan een ding: zijn plaats behouden. Toch konden we het héél goed met elkaar vinden. Het was de eerste keer dat ik zo’n fijne tandem vormde met mijn concurrent.’

Kunnen twee keepers die vechten voor een plek vrienden zijn?

DUTOIT: ‘Werk is werk. Op training pushten Proto en ik elkaar tot het uiterste. Maar het is aangenamer werken als je overeenkomt met je directe collega. Keepers hebben een ondankbaar beroep: de veldspelers weten zo weinig af van ons vak dat ze bij elk tegendoelpunt denken dat de bal te pakken was. Als je geen steun krijgt van de andere doelmannen, dan kan je niet functioneren.’

Toen je voor Oostende tekende, stonden Ovono en Proto hoger aangeschreven dan jij. Je moest gek zijn om naar Oostende te gaan.

DUTOIT: ‘Oostende had een mooi project voor mij uitgetekend en er waren perspectieven om te spelen. Zo’n groot risico was het dus niet om naar Oostende te komen. Ten eerste had het bestuur mij gezegd dat Ovono naar de Afrika Cup zou vertrekken en dat zijn aflopend contract niet verlengd zou worden. Ze beschouwden hem niet meer als een serieuze optie voor de toekomst. Ten tweede waren er veel onzekerheden rond Proto. Bij Oostende wisten ze niet in welke staat hij zou terugkeren na zijn knieblessure en ze hadden opgevangen dat hij al aan vertrekken dacht. De kans dat hij zijn contract zou uitdoen was klein. Ik begon dus als nummer één zolang Proto aan het revalideren was.’

In december 2016 was het lot van Ovono dus al bezegeld?

DUTOIT: ‘Volgens mij wist Ovono al dat zijn contract niet verlengd zou worden. Toen ik op winterstage vertrok, werd er al over bericht in de media. Marc Coucke had laten verstaan dat Ovono geen optie meer was voor de lange termijn.’

Heb je nooit een bepaalde malaise gevoeld tussen de keepers?

DUTOIT: ‘Integendeel. De sfeer zat goed. Zo zijn we na de halve finales tegen Genk iets gaan drinken onder doelmannen: Jean Chopin, Ovono en ik. Ook op training klikte het. Bij momenten was het best een vreemde situatie: Proto en Ovono, twee doelmannen waar ik erg naar opkeek toen ik nog in de lagere afdelingen voetbalde, moesten mij klaarstomen voor het weekend. Ik heb maar een woord voor die twee mannen: klasse.’

William Dutoit in zijn periode bij STVV: 'Het afscheid viel me zwaar.'
William Dutoit in zijn periode bij STVV: ‘Het afscheid viel me zwaar.’© BELGAIMAGE

‘Ik gaf volgens Roland Duchâtelet te weinig assists’

Je had een speciale relatie met de supporters van Sint-Truiden. Hebben ze jouw vertrek kwalijk genomen?

WILLIAM DUTOIT: ‘Nee, want ze wisten dat het op was tussen STVV en mij. Een vertrek was onvermijdelijk. Was het niet in december, dan had de club mij gratis moeten laten gaan op het einde van het seizoen. Maar mijn band met de supporters is intact gebleven. Ik krijg nog vaak berichten vanuit Limburg. Sommige supporters zijn vrienden geworden – een paar onder hen zijn zelfs al bij mij komen eten in Oostende. Het afscheid viel mij zwaar, ik heb mij echt moeten losrukken van STVV.’

Binnen de club viel je populariteit niet bij iedereen in de smaak.

DUTOIT: ‘Het bestuur kreeg schrik. Als ik er nu op terugkijk, denk ik: misschien was ik té populair geworden. In het voetbal zijn er zaken die je beter niet zegt. Ik deed het wel en het werd door de supporters overgenomen. Daarom moest ik weg. Het zou hen niet gelukt zijn om een wig te drijven tussen de supporters en mij.’

Je was dus niet verbaasd dat Roland Duchâtelet je geen contractverlenging aanbood?

DUTOIT: ‘Als de sterke man van de club geen moeite doet om met jou aan tafel te zitten, dan weet je genoeg. De boodschap was alleszins duidelijk. Ik stond open voor een gesprek over een contractverlenging, maar dat werd mij niet gegund.’

Hoe zou je je relatie met Duchâtelet definiëren?

DUTOIT: ‘We waren buren op Stayen, maar we hebben elkaar slechts een keer gesproken gedurende mijn periode bij Sint-Truiden. Het moet ergens in de zomer van 2016 geweest zijn. Ik was op het terras met mijn zoontje aan het spelen terwijl er buiten op de gelijkvloers een feestje aan de gang was. Plots kreeg ik een bericht van de communicatieverantwoordelijke van de club: Duchâtelet had mij zien staan en hij nodigde mij uit op het feestje. We geraakten aan de praat en al snel ging ons gesprek over voetbal. Ik had in mijn eerste wedstrijden een paar clean sheets behaald, waaronder een tegen Anderlecht, maar toch was Duchâtelet teleurgesteld over mijn seizoensbegin. Hij begreep niet waarom ik nog geen assist had gegeven aan onze aanvallers… Hij wilde dat ik meer passes zou geven richting onze snelle spitsen. Ik wist eerst niet wat te denken: was hij nu serieus of maakte hij een grap? Maar hij meende het dus echt. Het is bij die bizarre ontmoeting gebleven.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content