Crisis in het veldrijden? Niet op tv

© BELGA
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

De UCI wil, op aandringen van hoofdsponsor Telenet, het veldrijden hervormen. Minder toeschouwers, minder aantrekkelijke races: er heerst een crisis, zo klinkt het. Maar dat blijkt niet uit de kijkcijfers.

Zelden zijn de veldritten zo voorspelbaar geweest als dit seizoen: de oppermachtige Mathieu van der Poel reed in 17 van zijn 22 gewonnen races al voor het half uur onweerstaanbaar weg, tien keer zelfs al in het eerste kwartier. Wout van Aert deed hetzelfde in zes van zijn zeven zeges.

In crossen waarin zij startten, viel alleen op de Koppenberg, in Gavere (en dan nog door kettingproblemen van Van der Poel) en in Antwerpen de beslissing in het laatste kwartier/de laatste ronde.

Toch hebben de tv-kijkers niet afgehaakt, zo blijkt uit de cijfers van het CIM, het Centrum van Informatie over de Media.

Op die website verschijnen alleen de kijkcijfers van de open netten, niet van op PlaySports (Telenet) of Proximus, die de Wereldbeker en de Superprestige uitzenden. Daardoor waren negen klassementscrossen en drie losse veldritten (Neerpelt, Hasselt, Mol) alleen daar te zien, op een latere samenvatting op Sporza/Eén na (om 17.30 uur). Hoe hoog of laag die kijkcijfers zijn, is een raadsel, want dat willen Telenet en Proximus niet meedelen.

Dus moeten we voortgaan op de 15 crossen die tot nu toe wel live op Sporza te bekijken waren. Een probleem echter: het CIM maakt niet altijd een onderscheid tussen de heren- en de damescrossen, waardoor soms alleen een gemiddeld cijfer beschikbaar is van de héle uitzending, tussen meestal 13.45 uur en 16.25 uur. Zo liggen de cijfers van die veldritten automatisch lager, aangezien de races bij de vrouwen minder veldritfans lokken.

Vijf crossen (heren en dameswedstrijd dus inbegrepen, één uitzending) scoren zo een gemiddelde van 508.525 kijkers. Of zelfs 543.051 als je de cross van Hamme niet meetelt. Die werd immers uitgezonden op Canvas, en had (grote) concurrentie van de Davis Cupfinale op Eén.

De tien crossen waarvan wel een apart cijfer voor de mannenrace beschikbaar is, haalden gemiddeld 706.412 kijkers, met uitschieters voor Diegem (op 30 december, zaterdagavond 20 uur – 961.243), Overijse (846.466), Leuven (795.465) en Baal (op 1 januari, 772.025).

Opvallend: in Overijse deed Wout van Aert niet mee, en in Leuven ontbraken zowel de Kempenaar als Mathieu van der Poel. Maar dat had dus weinig impact.

Voor vijf andere herencrossen (Ronse, Koksijde, Ruddervoorde, Koppenberg en Niel) zaten gemiddeld tussen de 600.000 en 700.000 veldritliefhebbers voor hun tv. Alleen Essen (op een zaterdag) haalde niet de kaap van het half miljoen.

Cijfers, zeker voor namiddaguitzendingen, waar avondprogramma’s op veel zenders alleen maar van kunnen dromen. Zelfs de samenvattingen op Sporza (van negen wedstrijden zijn cijfers bekend) konden om 17.30 uur gemiddeld nog ruim 300.000 veldritfans bekoren.

Opmerkelijk: de acht damescrossen waarvan een apart cijfer bekend is scoren een gemiddeld kijkcijfer van 485.594, met als piek 619.341 voor Leuven, waar niet eens de beste vrouwen aan de start kwamen. Ook voor Sanne Cant en co bestaat er dus heel wat interesse.

Voor de vier Brico-crossen (Eeklo, Meulebeke, Kruibeke, Bredene) die op VTM te zien waren, is er wel minder belangstelling: gemiddeld 355.745 kijkers, op hetzelfde niveau als het gemiddelde van 2016/17.

Stabiele cijfers

Ook de cijfers op Sporza liggen, ondanks de ‘saaie’ wedstrijden, in het verlengde van vorig seizoen. Acht herencrossen haalden toen gemiddeld 659.940 kijkers, tien andere veldritten (heren plus dames samen, één uitzending) gemiddeld 590.913.

Dat is respectievelijk 46.472 minder (alleen mannen) en 47.862 meer (mannen én vrouwen, één uitzending) dan de voorlopige gemiddeldes van dit seizoen (706.412 heren, over tien crossen, 543.051 heren en dames, over vier crossen). Vrijwel stabiele cijfers dus, terwijl de crossen vorig seizoen veelal spannender waren dan die van deze campagne. Ook voor de vrouwen zijn de gemiddeldes zo goed als gelijk.

Het BK en WK van vorig seizoen rekenen we wel niet mee, want die scoorden ruim boven het gemiddelde (1.286.178 voor het WK, en 1.288.674 voor het BK), en dat zou de vergelijking scheef trekken.

Het valt nog af te wachten of er zondag, voor het Belgisch kampioenschap in Koksijde (waar Wout van Aert niet kan verliezen), en op 4 februari, voor de regenboogstrijd in Valkenburg (waar Mathieu Van der Poel topfavoriet zal zijn), evenveel cyclocrossfans op Sporza zullen afstemmen.

Maar voorlopig is er van een dip qua kijkcijfers dus geen sprake.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content