Hoe de Tour de ‘Vuelta de France’ werd

Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Dinsdagmiddag werd in Parijs het parcours van de Tour 2020 voorgesteld. Hoe is die een kopie van een doorsnee Vuelta geworden? Elf opvallende vaststellingen.

1

Met een bergrit in de tweede etappe door het hinterland van Nice (4000 hoogtemeters), een aankomst bergop in de vierde rit op Orcières-Merlette, een zeer heuvelachtige zesde etappe naar Mont Aigoual en met de eerste twee Pyreneeënritten al op de tweede zaterdag en zondag past Tourbaas Christian Prudhomme (die met ASO ook de Ronde van Spanje organiseert) al een eerste Vueltarecept toe: klassementsrenners die van in de eerste week aan de bak moeten.

Geen kwestie dus van naar een piekvorm toe te groeien, je zal er meteen moeten staan als kandidaat voor de gele trui. Maar ook nog in de laatste zware slotweek, met ook tussenin amper rustpunten en adempauzes, wegens een overvloed aan heuvelachtige ritten, of etappes door het midden/hooggebergte (zie ook punt drie).

Niet toevallig kopte L’Equipe woensdag: ‘Sans répit’. Drie weken lang fysiek én mentaal honderd procent scherp moeten staan, het zal zijn tol eisen bij sommige renners. En dat kan tot onverwachte inzinkingen leiden.

Een dubbel Giro-Tour wordt zo ook nog moeilijker, want de periode tussen de twee grote rondes is in 2020 een week korter dan vorig jaar, en twee weken korter dan in 2018. Le Grand Départ in Nice werd immers vervroegd naar 27 juni wegens de Olympische Spelen.

2

Slechts één rit van meer dan 200 kilometer (met zelfs de kortste langste rit ooit, 218 km) en amper vier etappes van plus 190 kilometer. Met vooral ook bergritten in de Pyreneeën en Alpen van gemiddeld slechts 161 kilometer.

De Tour heeft, zoals de Vuelta, de monsterritten van zes uur en meer afgezworen, ter wille van het (jonge) tv-publiek met een steeds kortere aandachtsboog. Explosiviteit en punch wordt dan ook belangrijker dan de pure uithouding.

Kan Egan Bernal zijn tweede eindwinst op rij pakken?
Kan Egan Bernal zijn tweede eindwinst op rij pakken?© Belga Image

3

Met in totaal 29 beklimmingen van buiten, eerste of tweede categorie mikt de Tour vooral op de klimmers. Zoals dat ook al dit jaar, en in de voorbije Vuelta’s, het geval was. De Tour van 2019 telde zelfs nog één col meer (30), en vooral meer ‘plus tweeduizenders’ (zeven stuks).

Het werd de hoogste Tour ooit genoemd, terwijl de editie van 2020 de láágste ooit zal worden, met slechts één berg die de kaap van de 2000 meter rondt, de nieuwe (maar wel bijzonder lastige) Col de la Loze (2304 meter). De renners die op grote hoogte vlug in ademnood raken, zullen het graag gehoord hebben. De Colombianen minder.

4

In die lijst met 29 cols geen mythische namen als de Tourmalet, Aubisque, Galibier, Alpe d’Huez of Mont Ventoux. De Tour gaat ook hier de Vueltatoer op, met compleet of relatief nieuwe aankomsten bergop, zoals de spectaculaire Col de la Loze, de Grand Colombier of de Puy Mary in het Centraal-Massief. Ruwe, smalle cols ook, met hoge en afwisselende stijgingspercentages. Dat zullen de pure klimmers, die houden van tempowisselingen, dan weer wel graag zien. Een rouleur als Tom Dumoulin veel minder.

5

Chris Froome tweette een gif, waarbij iemand met zijn verrekijker zoekt naar tijdritkilometers. Nooit lag het totale aantal kilometers tegen de klok (individueel en per ploeg) dan ooit zo laag, met slechts één chronorace van 36 kilometer, op de voorlaatste dag.

Bovendien eindigend op La Planche des Belles Filles, met een klim van zes kilometer. Weliswaar niet op de gravelsectie van dit jaar, maar op de ‘oude’ asfaltaankomst.

Dood aan de tijdrijders, zoals in de Vuelta al enkele jaren het geval is? Ja, en neen. Vlakke tijdritten van plus 40 à 50 kilometer worden, behalve door de puristen, niet meer gesmaakt en ‘vermoorden’ de spanning, aldus Tourbaas Christian Prudhomme.

Toch mag deze tijdrit niet onderschat worden: Froome, Dumoulin of Roglic kunnen, met een vlakke/vals plat aanloop van bijna 30 kilometer, tegen opzichte van de minder goede tijdrijders nog minúten goedmaken.

De vraag is of de timing van die tijdrit, op de voorlaatste dag, wel zo goed gepland is. Zoals enkele renners aanhaalden: het kan ook afschrikkend werken, een rem zetten op mogelijke initiatieven, omdat klassementsrenners bang zijn dat ze elke inspanning te veel op die voorlaatste dag zullen bekopen. Vaak zie je dat een tijdrit ergens in de tweede week meer uitnodigt tot aanvallen nadien – zoals in de voorbije Tour. Maar van die formule stapt ASO dus af.

6

‘Ik zou beter geen Tour rijden, ik zie alleen maar bergen’, zei de Belgische sprinter Jasper Philipsen. En dat is niet eens overdreven. Het aantal vlakke sprintersritten? Welgeteld drie, waarvan een, richting Île de Ré, een waaierslag kan worden, langs de zee.

Alle andere niet bergetappes bevatten een of veel meer klimmetjes. Vaak ook diep in de finale, waarop de pure sprinters hun kuiten kunnen/zullen breken.

7

Kunnen we Peter Sagan dan nu al opschrijven voor een achtste groene trui? Ja, tenzij Wout van Aert een vrijgeleide krijgt bij Jumbo-Visma. Al is die kans, met Tom Dumoulin en/of Primoz Roglic (en misschien ook Dylan Groenewegen) in de ploeg, veeleer klein.

Greg Van Avermaet zal ook met meer zin naar de Tour vertrekken. En ook de Thomas De Gendts van het peloton zullen die geaccidenteerde tussenetappes met plezier aankruisen. Meer kans op slagen immes voor een vluchtersgroep. Ook dit is een typisch Vueltaverschijnsel, zoals in de voorbije editie (slechts vier massasprinten).

8

Tourbaas Christian Prudhomme doet zijn bijnaam ‘Mister Hollywood’ weer alle eer aan. Zo genoemd omdat hij altijd op zoek gaat naar mooie plaatjes, naar ‘postkaartetappes’. En die liggen er in deze Tour bij hopen: langs de Middellandse Zee in Nice, later met de eilandrit tussen Île d’Oléron en Île de Ré, de passage door het Centraal Massief, schilderachtige cols in de Jura en Alpen… Het oog van de niet wielerfreaks onder de tv-kijkers wil immers ook wat.

De Tour de France werd voorgesteld door grote baas Christian Prudhomme
De Tour de France werd voorgesteld door grote baas Christian Prudhomme© Belga Image

9

‘De Midi Libre is terug’, klonk het toen de kaart van de Tour 2020 werd getoond. Die rittenkoers, die in 2003 een stille dood stierf, ging immers dwars door het Zuiden van Frankrijk. En dat doet ook deze Tour, met slechts twee ritten boven de Loire: op de twee laatste dagen, de tijdrit naar La Planche des Belles Filles en de slotetappe in Parijs.

De tijd dat de Ronde van Frankrijk nog een ronde was, is al lang voorbij. Voordeel voor de renners: relatief weinig verre verplaatsingen tussen de ritten. Al wordt het voor de Tourvolgers in bepaalde streken niet simpel om een deftig hotel te vinden.

Een groot gedeelte van het land links laten liggen, is trouwens ook een Vueltarecept. Zoals in de afgelopen editie, toen zowat alle ritten in het noordelijke/oostelijke gedeelte van Spanje gereden werden.

10

Alles samengevat: een Tour opgemaakt voor de Fransen, zoals velen opperen? Voor Thibaut Pinot, zelfs voor Julian Alaphilippe? De renner van Deceuninck-Quick-Step zal ongetwijfeld in veel geaccidenteerde etappes kunnen schitteren, maar of hij ook weer een gooi kan doen naar het geel in Parijs? Zeker de langere aankomsten bergop als de Grand Colombier en de Col de la Loze zullen allicht boven zijn petje gaan, zoals hij in de voorbije Tour ook kraakte op de Col de l’Iseran en op Val Thorens. Niet toevallig gaf Alaphilippe al aan níét op het klassement te zullen mikken (al dan niet op voorspraak van zijn ploeg).

Op de gele trui focust die andere Franse lieveling, Thibaut Pinot, wél. En die krijgt een Tour op zijn maat voorgeschoteld. Met slechts één tijdrit, klinkt het. Al vergeten velen dat de FDJ-renner dit jaar al zevende was in de chronorace in Pau (gewonnen door… Alaphilippe).

In de komende Tour passeert de enige tijdrit, op de voorlaatste dag, in Mésily, bij hem thuis in de Vogezen. Een extra zetje op weg naar eindwinst? Of zal Pinot moeten plooien voor de twee machtsblokken, Team INEOS (met Froome en Bernal?) en Jumbo-Visma (met Dumoulin en Roglic?).

Bergachtig ‘Vueltaterrein’ genoeg alleszins om aan te vallen en valstrikken te spannen. En om die twee treinen (misschien) te doen ontsporen, al dan niet met Alaphilippe als bondgenoot. Hét opzet van Tourbaas Christian Prudhomme toen hij het parcours uittekende. Weg met de controle, aanvallen geblazen.

De Fransen, veel wielerfans, zullen een herhaling van de voorbije Tour, vol onverwachte wendingen en met twee haantjes in de spotlights, alleen maar toejuichen. En opnieuw zal L’Equipe, zoals afgelopen zomer titelen: ‘Maintenant ou jamais‘, nu of nooit.

11

De Tour voor de mannen is er een voor klimmers, die voor vrouwen een voor… sprinters. La Course, de eendagsrace tijdens de Tour, vindt immers weer plaats in Parijs, op zondagnamiddag, als opwarmertje voor de heren. Een veredeld criterium voor Annemiek van Vleuten en co, terwijl er zo veel mooie bergetappes op het Tourparcours liggen. Een aanfluiting voor het vrouwenwielrennen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content