Johan Museeuw 50: de (gelukkige) paria van het profpeloton

© Belga
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Vandaag viert Johan Museeuw zijn vijftigste verjaardag. Een leeftijd waarop hij, ondanks zijn pariastatus in het profpeloton, helemaal in het reine met zichzelf en zijn verleden is gekomen.

Tien jaar geleden, in mei 2005, volgden we als journalist van Krant van West-Vlaanderen Johan Museeuw tijdens een rit in de Ronde van België. Niet in een ploegwagen, maar in een vipbusje van Quick-Step. De Belgische wielerbond had hem immers in oktober 2004 twee jaar geschorst als gevolg van het dopingschandaal rond veearts José Landuyt, waardoor de ex-wereldkampioen geen officiële functie in het wielrennen meer mocht uitoefenen.

Museeuw in 2002
Museeuw in 2002© Belga

Vipbegeleider dan maar, op freelancebasis – zo kon Quick-Stepmanager Patrick Lefevere hem te vriend houden, zonder ervan beschuldigd te worden een dopeur als ploegleider in te schakelen. Hij raadde zijn ex-renner in februari van dat jaar zelfs heel sterk af om naar buiten te treden met een dopingbetekenis, neergeschreven door Museeuws vertrouwenspersoon Wouter Vandenhaute. Want dan was volgens Lefevere “elke samenwerking met zijn team voortaan onmogelijk”.

Museeuw krabbelde in laatste instantie terug, en koos voor de job als vipchaperon. Niet echt uitdagend – zeker niet voor een ex-wielerkampioen -, maar de West-Vlaming kweet zich in die Ronde van België plichtsgetrouw van zijn taak. De vips hingen aan zijn lippen en noemden hem “de ideale gastheer” toen hij twee flessen champagne kraakte en toastte “op het leven dat je zelf mooi moet maken”.

Toch leek het alsof er iets knaagde toen de pas één jaar gestopte Museeuw zijn ex-collega’s voorbij zag vlammen. En zeker toen hij ’s avonds, na de ritwinst van de nieuwe superster Tom Boonen, opmerkte dat hij zijn busje nog moest wassen – geen viering dus met ‘zijn’ Quick-Stepploeg.

Vergankelijke roem

Een jaar later interviewden we Museeuw samen met Freddy Maertens, naar aanleiding van de tiende en dertigste verjaardag van hun respectieve wereldtitels. De Leeuw vertelde over hoe hij in 1993 de gele trui in de Tour had veroverd en tientallen mensen hem toen omstuwden. Maar ook over hoe hij even verderop de ex-kampioen Maertens zag lopen: eenzaam, door niemand herkend of aangeklampt. “Daar heb ik geleerd dat roem vergankelijk is. En heb ik beseft: dit staat mij na mijn carrière óók te wachten”, aldus Museeuw.

Het besef werd later realiteit, in ergere mate zelfs. Want niet alleen de roem verdween, ook hoongelach en talrijke ‘Zwijg Vrouw-grappen’ werden zijn deel, na de dopingzaak met de befaamde wespen en gesneden broden.

Bovendien lieten Museeuws soulmates van weleer hem vallen als een betonblok toen hij, enkele maanden na het dubbelinterview met Maertens, in januari 2007 toch overging tot bekentenissen – gedwongen door Het Laatste Nieuws dat uitpakte met het beruchte dopingverhaal over Patrick Lefevere.

Verstoteling

Officieel was Museeuw geen paria meer – zijn schorsing was afgelopen -, toch werd hij daarna in het profpeloton meer dan ooit als een leprapatiënt aangezien. Zelfs een job als vipbegeleider bij Quick-Step – of “camionchauffeur”, zoals de ex-renner ooit gefrustreerd sms’te naar Lefevere – zat er niet meer in. En al helemaal niet als ploegleider, laat staan als commentator/analist bij de VRT, waar hij eerder ook aan de kant was geschoven.

Patrick Lefevere
Patrick Lefevere© Belga

Ook de jaren erna was Museeuw bij geen enkel profteam gewenst. De West-Vlaming richtte zich dan maar op allerhande nevenactiviteiten in het wielrennen – van pr-man bij zijn fietsenmerk, over lesgever in de Oostendse wielerschool tot krantenanalist -, maar écht gelukkig was hij niet, als verstoteling van het profpeloton.

Die pariastatus vergrootte nog toen hij in 2012, in de nasleep van de zaak-Armstrong, in Gazet van Antwerpen opriep tot een collectieve schuldbekentenis vanuit de hoek van ex-renners, ploegleiders en dokters. En zelf het dopingprobleem van de jaren negentig niet meer verbloemde. “Ik ben de eerste die het openlijk toegeeft en misschien zullen veel mensen het mij kwalijk nemen, maar het móét: doping nemen hoorde er destijds voor nagenoeg iedereen gewoon bij. Of je sprong mee op die trein, of je bleef op het perron staan. Geloof me, er zaten veel passagiers in de wagons. Iedereen wist het van mekaar en toch sprak niemand er met een woord over: zo was het toen en zo is het voor veel mensen gebleven tot op de dag van vandaag.”

Museeuws oproep tot bekentenissen bleef echter zonder gehoor, samen met Lance Armstrong en Michael Boogerd werd hij een van de weinige (top)renners die openlijk hadden gebiecht. Zeker in België bleef het – uit opportunisme en eigenbelang – bij ex-collega’s oorverdovend stil, ook bij zijn vroegere Quick-Stepvrienden.

Niet meer zwijgen

Het weerhield de drievoudige Ronde van Vlaanderenwinnaar er de jaren erna niet van steeds meer details vrij te geven over zijn eigen dopinggebruik. Want zwijgen en zich inhouden, dat wilde hij in aanloop naar zijn vijftigste verjaardag niet meer, ook niet als het ten koste van iets of iemand zou gaan.

Afgelopen lente sprak hij in De Morgen nog over twee streepjes Diprophos (corticosteroïden, nvdr) die hij de vrijdag voor de klassiekers nam. En zelfs over (beperkt) epogebruik. “Ik had destijds 43,5 hematocriet en nu heb ik nog 45. Ik kon nooit veel bijspuiten, want voor ik het wist zat ik aan 50.” De (complete) waarheid of niet, het is meer dan veel anderen ooit hebben verteld.

In datzelfde interview liet Museeuw nogmaals vallen hoe jammer hij het vond dat geen enkele profploeg hem een kans wil geven. En over zijn hartzeer door al de stommiteiten die hij, als “meestertacticus”, renners en ploegleiders (vooral die van Etixx-Quick-Step in de Omloop Het Nieuwsblad) de weken ervoor had zien begaan. “Als ik met renners zou kunnen werken in de aanloop naar ‘mijn’ koersen, dan zou je iets anders zien.”

De Leeuw hád in 2014 nochtans een voorstel gehad, vertelde hij. Van BMC, om tactisch adviseur te worden voor de voorjaarswedstrijden. “Ploegmanager Allan Peiper stond daar honderd procent achter, maar Jim Ochowicz (mede-eigenaar van het BMC-team, nvdr) heeft dat tegengehouden.”

Verdwenen vrienden

En dus bleef/blijft Museeuw aan de zijlijn toekijken, terwijl hij – zo vertelde hij in september in De Zondag – nog steeds renners in het peloton ziet die indertijd ook meedraaiden in de dopingmallemolen. Maar: “Zij zwijgen…” Doelend op met name ex-boezemvriend Wilfried Peeters die hem de rug had toegekeerd.

Een week later zat Museeuw samen met zijn voormalige ploegmanager Patrick Lefevere in De Zevende Dag om voor te beschouwen op het WK in Richmond. Maar ook om over hun (verwaterde) relatie te praten. Bijzonder pijnlijk was het om te zien hoe Lefevere zich in allerlei bochten wrong toen het daarover ging. “Ik ben indertijd op mijn lancé doorgegaan, Johan door omstandigheden in een andere richting. (…) Vergeet niet dat wij indertijd privé ook niet veel bij elkaar over de vloer gingen.”

Museeuw beet letterlijk op zijn tanden en reageerde ook omslachtig. “Ik ben aan het nadenken… In elke goeie relatie zit er soms een haar in de boter, die moet je er proberen uit te halen.”

Toen de interviewer verwees naar Museeuws quotes over de nog steeds gesloten dopingpotjes uit diens verleden (en dus ook uit dat van Lefevere), blafte de Etixx-Quick-Stepmanager op zijn bekende manier: “Jullie praten zo graag over het verleden, Johan is gestopt in 2004, dat is elf jaar geleden, over wat zijn jullie bezig?”

Waarop de journalist repliceerde dat hij alleen Museeuw had geciteerd. “Liegt Johan dan?” Alberto Tombagewijs skiede Lefevere opnieuw omheen de vraag en begon hij over de bekoelde relatie Museeuw-Peeters. “Een mens kan veranderen, Wilfried is bij mij gebleven, Johan heeft het moeilijk gehad na die dopingzaak. (…) Wij hebben, in de mate van het mogelijke, gedaan wat we konden.”

Museeuws reactie daarop was, jammer genoeg, even ontwijkend. Hij viel zelfs uit zijn rol toen de interviewer de tweet van Nathan Van Hooydonck citeerde, met daarin een boodschap van neef Dante Van Hooydonck, de zoon van de (cleane) Edwig. Over hoe de drievoudige Rondewinnaar “de titel van Leeuw van Vlaanderen niet waard was”, door “eerst vals te spelen, dan te liegen, dan lelijke zaken over mensen te insinueren die het spel wel eerlijk speelden, en dan pas als allerlaatste toe te geven wat hij al lang wist.”

Waarop Museeuw met uitgestreken gezicht zei dat Dante Van Hooydonck “nog niets bewezen had” en hij “geen mening” had over diens tweet. Vreemd en jammer voor een man die in de kranten wél al verschillende keren moed had getoond en voor openheid had gepleit – terecht zelfs.

Gelukkig

Een plaats in het profpeloton zal het Museeuw allicht niet meer bezorgen, maar zijn oprechtheid hebben hem wel de innerlijke rust bezorgd waar het hem voor en na zijn eerste (summiere) dopingbetekenis in 2007 aan ontbrak.

Op zijn vijftigste, zei de West-Vlaming vorig weekend aan de regionale zender Focus/WTV, heeft hij “vrede met zijn leven en is hij gelukkig”. Helemaal in het reine met zichzelf kan hij zich eerlijk aankijken in de spiegel. In tegenstelling tot veel anderen in de (Belgische) wielerwereld…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content