Tourrit 9: nieuwe putsch van Nibali op de kasseien?

© BELGA
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Wellicht nog meer dan gelijk welke bergrit in deze Tour zal de kasseientocht naar Roubaix slachtoffers maken onder de klassementsrenners. Wie sneuvelt? En wie deelt een uppercut uit aan de concurrentie? Veel ogen zijn gericht op Vincenzo Nibali én Geraint Thomas.

Zondag 15 juli – Arras -> Roubaix – 156,5 km

“De Ronde van Frankrijk is saai. De klassiekers zijn véél interessanter, de meest fascinerende etappe van de Tour 2018 wordt zelfs die naar Roubaix, over kasseien.”

Aldus sprak UCI-voorzitter David Lappartient begin dit jaar. En hij zou weleens gelijk kunnen krijgen, want liefst 21,7 km stenen in slechts 156,5 km, of 14 procent van de rit. Ter vergelijking: Parijs-Roubaix telde dit jaar 54,5 km secteurs pavés, of 21 procent van de totale 256 km. Méér dus dan een minihelletocht.

Oorspronkelijk was het plan zelfs om 100 jaar na Wapenstilstand, een verdrag getekend in Compiègne, ook deze rit in de startplaats van Parijs-Roubaix te laten beginnen.

Tot parcoursbouwer Thierry Gouvenou hoorde dat de finale van het WK voetbal al om 17 uur begint. En dus moest hij de rit inkorten, met start in Arras. Daar worden de rennersduiven gelost om 12.50 uur, om net voor 16.30 uur te landen in Roubaix. “We willen de voetbalfans niet straffen”, luidde het bij Gouvenou voor de Tour, er dan nog niet mee rekening houdend dat Les Bleus de WK-finale zouden spelen.

Terugkeer van de stenen

Voetbalfinale of niet: spektakel verzekerd richting Roubaix, want het is al van 1981 geleden dat er nog eens zo veel kasseien in een Tourrit lagen – toen 27,1 km. Geen record, in 1979 moesten de renners zelfs 32 km pavés trotseren.

In die tijd was zo’n kasseirit bijna vaste prik: in de jaren 80 zes keer zelfs (1980, 1981, 1982, 1983, 1985, 1989). In 1980 stonden er zelfs twéé etappes over de stenen op het programma.

Vreemd genoeg was het de nieuwe Tourdirecteur én Nordist Jean-Marie Leblanc die de kasseien in La Grande Boucle schrapte. Ze verminkten volgens hem te veel het eindklassement. Eén keer, in 2004, liet hij zich weer verleiden, maar toen lagen er slechts 3,9 km stenen op het parcours.

Pas toen Christian Prudhomme in 2007 het roer overnam, keerde de Tour terug naar de Hel: in 2010 (13,2 km kasseien, finish in Arenberg, winnaar Thor Hushovd), 2014 (13 km, Arenberg, Lars Boom) en 2015 (13,3 km, Cambrai, Tony Martin).

Nu dus opnieuw, want Prudhomme droomt ervan dat alle grote ronderenners ooit zouden starten in Parijs-Roubaix.

Al is de vraag of zij, na deze rit, geen degout van de kasseien zullen krijgen. Groot is de kans dat minstens één van die klassementsmannen zijn gele droom mag opbergen. Geveld door materiaalpech, een val, of gewoon onkunde om over de stenen te vlammen.

Renners die starten in Parijs-Roubaix zijn daarvoor gebouwd en ermee vertrouwd, in de Tour geldt dat voor veel lichtgewichten niet. “Alsof je formule 1-rijders in een rallyauto zou steken”, aldus ex-kasseispecialist Marc Madiot.

En dat zal tot véél stress leiden. Al zal het deze keer wel niet regenen, zoals in 2014. In de plaats: temperaturen tot 30 graden, en stof slikken. Véél stof slikken, gezien de weinige regenval van de voorbije maanden. Ook die stofwolk, met beperkte zichtbaarheid tot gevolg, zal tot chaos leiden.

Geen vijf sterrensecties

Chaos al van bij de aanloop naar de eerste strook: van een brede weg met drie vakken draaien de renners een 90 gradenbocht in richting een smal kasseibaantje van 1,6 km lang, licht dalend bovendien, zo’n twee, drie procent. Dat wordt wringen, duwen en – zoals Yves Lampaert zou zeggen – skarten bij het leven. Mitchelton-Scottploegleider Matthew White omschreef het als een “recipe for disaster”.

Evenzeer als de kasseien zelf – die in de zomer iets vlotter bollen dan in de lente, omdat de putten meer gevuld zijn met aarde en zand – wordt de aanloop ernaartoe bijzonder slopend en stresserend. Tegenwind zou wel een mogelijke domper kunnen zijn op een geanimeerd koersverloop, maar volgens de voorspellingen zal die amper opsteken, zo’n 5 à 10 km per uur.

Na de eerste strook volgen nog twee ‘opwarmstroken’, waarna 70 km voor de finish de echte hel begint, met nog twaalf snel opeenvolgende secteurs. Even recupereren na de kasseien zal er dus niet in zitten.

Van de in totaal 15 kasseistroken zaten er 11 – in die volgorde – ook in Parijs-Roubaix 2017. Belangrijke nuance: van dit elftal zijn die van Tilloy naar Sars et Rosières en van Camphin-en-Pévèle de enige viersterrenstroken. De ergste stenen worden immers gemeden: geen Bos van Arenberg, van Mons-en-Pévèle slechts 900 m (tegenover 3 km in Parijs-Roubaix) en ook geen Carrefour de l’Arbre.

Na Camphin-en-Pévèle gaat het immers richting de laatste, nieuwe strook, tussen Willems en Hem. Acht kilometer verder ligt de finishlijn in Roubaix, net voor de Vélodrome Stab, de nieuwe overdekte piste, en dus niet op de oude Vélodrome André-Pétrieux, die er vlak naast ligt.

De laatste kilometer is ook niet dezelfde als in de Helleklassieker. Omdat de laatste rechte lijn 400 meter lang moet zijn, doen de renners voor ze naar rechts, richting de finish, inslaan, nog een blokje om.

Weer een Belg?

Vreemd genoeg dateert de laatste finish van een Tourrit in Roubaix al van 1985 (winst voor de Nederlander Henri Manders). In drie eerdere aankomsten van een kasseienetappe in de Noord-Franse stad triomfeerden drie Belgen (in 1979 Ludo Delcroix, in 1981 Daniel Willems en in 1983 Rudy Matthijs), maar of er nu een landgenoot zal winnen, valt af te wachten.

Greg Van Avermaet zal in zijn gele trui allicht zijn kans mogen gaan bij BMC, net als Jasper Stuyven bij Trek. Oliver Naesen en Sep Vanmarcke zullen daarentegen kopmannen Romain Bardet en Rigoberto Uran moeten bijstaan.

Peter Sagan zal het graag zien gebeuren. Werken voor zijn klassementsrenner bij BORA-hansgrohe, Rafa Majka, zal hij niet doen. Hij kan alleen wegrijden, zoals in de jongste Parijs-Roubaix, of wachten tot de sprint. Misschien is André Greipel, de zevende van Parijs-Roubaix 2017, er dan nog bij. Daags voor de Duitser 36 wordt, kan hij zichzelf een prachtig verjaardagscadeau schenken.

Opvallend: de top acht van Parijs-Roubaix van dit jaar is aanwezig in de Tour, en zelfs de laatste vijf winnaars (Sagan, Van Avermaet, Hayman, Degenkolb en Terpstra).

Die laatste zal met Quick-Step de Hel in de fik steken, zoals manager Patrick Lefevere ook al aankondigde. Zij hebben met Bob Jungels weliswaar een klassementsrenner, maar die won in 2012 Parijs-Roubaix voor beloften. Als Terpstra, Tim Declercq, Yves Lampaert en Philippe Gilbert doortrekken op de stenen, zal de Luxemburgse tijdritspecialist allicht kunnen volgen. En misschien zelfs ook Fernando Gaviria, die ervan droomt om ooit de Helleklassieker te winnen.

Nibali en Thomas als winnaars?

Dé vraag is echter: welke klassementsrenners kunnen zich vooraan staande houden en misschien zélf iets forceren? Zoals in 2014, toen de Astanarenners Jakob Fuglsang en Vincenzo Nibali onverwacht tweede en derde werden, op slechts 19 seconden van Lars Boom. En ruim veertig seconden voor Peter Sagan, FabianCancellara én de jonge JensKeukeleire.

Slaat Nibali (intussen verhuisd naar Bahrein-Merida) nu opnieuw toe, beseffend dat hij hier tijd zal moeten pakken als hij de Tour wil winnen? Misschien met ook ex-mountainbiker Fuglsang (nu de kopman bij Astana) aan zijn zijde. De Deen werd voor de Tour tweede in de Ronde van Zwitserland, en steekt dus in bloedvorm.

Hoeveel voorsprong kunnen zij dan nemen op andere klassementsrenners? Zeker op lichtgewichten als Richie Porte, Daniel Martin en het Movistarduo NairoQuintana/Mikel Landa? Die liggen al een half jaar wakker van deze etappe. Landa zag bij de verkenning pas voor het eerst in zijn leven kasseien. En ook Porte zei na het oefenritje: “I don’t like this.”

Al heeft de Tasmaniër wel ervaring op de kasseien: in 2014 eindigde hij in de regenetappe naar Arenberg als 19e, een tiental seconden vóór Geraint Thomas, Tom Dumoulin,Thibaut Pinot, Romain Bardet en Alejandro Valverde.

Die laatste zal na een paar uitstapjes in de Vlaamse voorjaarskoersen alleszins wel met vertrouwen starten. En ook Dumoulinmoet, gezien zijn postuur en eerdere ervaring met het koersen in Vlaanderen, dit aankunnen.

Net als Chris Froome. Hij reed tijdens zijn jeugdjaren in Kenia vaak over stofferige, hobbelige wegen en schuwt geen risico’s, al zijn Noord-Franse kasseien natuurlijk ook nog iets anders. In 2014 moest hij in de etappe van Ieper naar Arenberg wel opgeven, maar al vóór de eerste stenen, door een val.

In 2015 zat Froome wél in de eerste groep in de rit naar Cambrai en counterde hij zelfs enkele uitvallen van Nibali. Maar toen moesten slechts 13,3 km pavés bedwongen worden, nu 21,7 km.

Voor Froome wordt de stormloop naar de kasseien misschien zelfs een groter probleem. Al heeft hij met Gianni Moscon en Michal Kwiatkowski wel uitstekende piloten om hem door de chaos te gidsen. Bij Team Sky zijn ze ook op alles voorzien: drié kasseifietsen per renner en liefst 40 mecaniciens die om de 600 meter met wielen en drinkbussen (geen luxe bij 30 graden) langs de kant zullen staan. Want materiaalpech zal hoe dan ook een bepalende rol spelen.

Wat met Thomas?

De vraag is ook of Skyploegmaat Geraint Thomas, die al zes keer Parijs-Roubaix reed en er in 2014 zevende werd, zijn kans zal mogen gaan, om bijvoorbeeld Nibali en de kasseispecialisten te volgen.

Of zal hij bij Froome moeten blijven als die mogelijk in de problemen raakt? Thomas die nota bene al in 2010, in zijn eerste jaar bij Team Sky, als tweede eindigde in de kassei-etappe in de Tour, na Thor Hushovd.

De Welshman is een van de weinige favorieten die nog geen tijdsverlies leed door materiaalpech/val. Mede door een goeie ploegentijdrit staat Thomas dan ook op twee seconden van geletruidrager Greg Van Avermaet. En hij maakt er geen geheim van dat hij die leiderstrui nu al graag zou veroveren. “Ik zal zeker aanvallen. Je moet elke opportuniteit benutten”, verklaarde hij in de Britse pers aan. En vulde hij aan: “Je ploegmaats kunnen je een beetje helpen, maar je moet je in deze chaos vooral alleen zien te beredderen.” Lees: hij zal zich van Froomey niets aantrekken. Die belofte heeft hij van de ploegleiding bij Team Sky ook gekregen, althans tot de etappe van morgen.

Als Thomas, die nu al bijna een minuut voorsprong heeft op zijn (mede)kopman Froome, dat richting Roubaix nog kan uitbouwen, dan kan hij naast de ritwinnaar dé man van de dag worden. En wordt het interessant wat Froome dan zal doen wanneer het peloton dinsdag de Alpen intrekt. Met wellicht enkele gesneuvelde favorieten, wiens gele droom verbrand werd in de Hel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content