Victor Campenaerts: van het zwembad naar de piste

Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Dinsdag valt Victor Campenaerts (27) in Mexico het werelduurrecord aan, ruim vijf jaar nadat hij in zijn eerste tijdrit bij de profs… te voet over de finish wandelde. Hoe kwam dat? En welke opvallende anekdotes, cijfers en feiten mag/moet u nog onthouden over de levensloop, carrière en recordpoging van de Antwerpenaar?

Als Victor Campenaerts op 16 april in zijn opzet slaagt, wordt de Lotto-Soudalrenner de vierde Belg die het werelduurrecord verbetert, na pionier Marcel Van den Eynde (1897, Parijs, 39,240 km), Ferdinand Bracke (1967, Rome, 48,093 km) en uiteraard Eddy Merckx (1972, Mexico City, 49,431 km).

De jongste 30 jaar faalden twee Belgen in hun poging om het uurrecord scherper te stellen: Nico Emonds in 1995 in Bordeaux (tweemaal), een jaar later de fantast/renner Koen De Koker in Manchester. Die probeerde het op zijn 47e op 25 oktober 2017, 45 jaar na Eddy Merckx’ record, nóg eens, ook in Mexico City, maar strandde op slechts 39 km, na een lekke band.

Als Campenaerts Bradley Wiggins (nu recordhouder met 54,526 km) van zijn troon stoot, wordt hij met zijn 1m73 de kleinste renner sinds Ercole Baldini (1m70, in 1956) die een nieuw uurrecord neerzet. Opvolgers als Roger Rivière, Chris Boardman en Tony Rominger maten 1m75.

Campenaerts’ recordpoging vindt plaats amper negen jaar na zijn eerste wielerkoers op de weg, het clubkampioenschap van de Dijlespurters in Kontich, in februari 2010. Een race die hij ook won, als achttienjarige belofte. Campenaerts was tot zijn zestiende immers competitiezwemmer bij zwemclub Brabo in Antwerpen, en reed toen alleen met de fiets naar school. Op zijn veertiende beklom hij met vader Gino wel de Mont Ventoux en klokte hij een snelle tijd van 1uur en 30 minuten – puur op zijn zwemconditie.

De Borgerhoutenaar had toen één groot idool: zwemmer Michael Phelps. De enige renner die hem kon bekoren was Sven Nys. Mede daardoor nam hij als nieuweling deel aan enkele veldritten, op een tweedehandsfiets. In zijn eerste cross in Vorselaar viel Campenaerts echter al in de eerste bocht, waardoor hij als laatste weer moest vertrekken. In de slotronde strompelde hij door de modder en kreeg hij van belofte Niels Albert, bezig aan zijn opwarming, een aanmoedigend tikje op zijn poep: ‘Komaan jongen, nog efkes.’

Campenaerts’ bijnaam is Vocsnor. Die dateert van zijn periode aan de topsportschool in Leuven, waar zijn medeleerlingen hem gekscherend Voctir noemden.

Omdat hij te klein bleek om het te maken als zwemmer, schakelde Campenaerts op zijn zestiende over naar het triatlon. Met brio slaagde hij voor de toelatingsproeven van de topsportschool in Leuven. Daar werd Kurt Lobbestael zijn coach en dat is die nu nog altijd.

Wegens aanhoudende loopblessures focuste de Antwerpenaar vanaf zijn achttiende op het wielrennen. In februari 2010 volgde zijn koersdebuut, en op zijn eerste provinciaal kampioenschap tijdrijden werd hij, op een stokoude fiets, meteen derde.

De grote liefde voor de klok bloeide drie jaar later open. Na een elleboogbreuk kon Campenaerts twee maanden lang alleen in een liggende tijdrithouding trainen. Met resultaat: in Tsjechië werd hij tot ieders verrassing Europees kampioen bij de beloften.

Een stek bij een WorldTourploeg leverde hem dat echter niet op. Kurt Van de Wouwer, ploegleider van het belofteteam van Lotto-Soudal, vond hem niet klaar. Zo belandde Campenaerts bij Topsport Vlaanderen-Baloise, dat als enige profploeg interesse toonde. Victor is Van de Wouwer nog altijd dankbaar, want bij TVB kon hij zich ontplooien in het tijdrijden. Bij Lotto had hij, in zijn eerste profjaren, nooit die richting kunnen inslaan.

Campenaerts’ allereerste UCI-koers bij de elite, op 27 maart 2014, was een… ploegentijdrit, in de Settimana Coppi e Bartali. Met het twééde team van Topsport Vlaanderen-Baloise (de ploegen werden opgesplitst) eindigde hij toen als negende.

In diezelfde ronde werkte de neoprof ook zijn eerste individuele tijdrit af. Hij werd 44e, op 1’44” van winnaar Dario Cataldo nadat hij op het slotklimmetje richting Castello di Montecuccolo was uitgegleden in de onverharde, scherpe laatste bocht. En vervolgens te voet over de streep moest wandelen.

Naast een overwinning in de koppeltijdrit Duo Normand in 2015 (met ploegmaat Jelle Wallays) boekte Campenaerts tot nu toe zes individuele tijdritzeges bij de elite. Zijn laatste, in Tirreno-Adriatico, was ook zijn eerste in de WorldTour. Gewonnen met drie seconden verschil, zoals hij ook zijn vijf andere profoverwinningen tegen de klok met een voorsprong van slechts drie tellen of minder behaalde. Op het EK in Glasgow vorig jaar was hij zelfs amper 63 honderdsten rapper dan Jonathan Castroviejo. Anderzijds fietste Tom Dumoulin op het WK in Innsbruck 53 honderdsten sneller dan de Belg. Zo veroverde de Nederlander het zilver en Campenaerts brons.

De Lotto-Soudalrenner droomt er daarom van om in een tijdrit eens zo veel voorsprong te hebben dat hij al vóór de eindstreep kan juichen, zoals Fabian Cancellara op het WK tijdrijden 2009, voor eigen volk in Mendrisio.

De armen in de lucht steken in een gewone wegrace bij de profs, daar is Campenaerts nog niet in geslaagd. Althans in een officiële UCI-wedstrijd, want in juni 2017 won hij de kermiskoers in Borsbeek – uiteraard na een solo. In UCI-races behaalde hij wel al zes topvijfplaatsen, waaronder een tweede stek in de openingsrit van de Ronde van Wallonië 2015, na Niki Terpstra, en ook een tweede in het eindklassement. In de vijfde etappe van de Ruta del Sol 2017 eindigde hij als derde, in een sprint na Tim Wellens.

Bij de beloften won Campenaerts wel vier wegkoersen, waarvan tweemaal na een solo. Zijn eerste zege veroverde hij, als lid van Bianchi-Lotto Nieuwe Hoop Tielen, in augustus 2011 in Kapellen, het volgende seizoen in Begijnendijk (31/05), Bavegem (18/06) en Ichtegem (03/10).

Kicken op aandacht

Dat de Antwerpenaar, ondanks de hype rond zijn uurrecordpoging, spreekt over positieve stress, is geen toeval. Toen hij op de topsportschool in Leuven een formulier moest invullen met vragen over waarom je goed wil kunnen sporten, duidde hij keuze C aan: ‘Omdat je het beste in jezelf naar boven wil halen.’ Dat leek hem het correcte antwoord, al had hij ook antwoord D willen aanstippen: ‘Omdat je kickt op aandacht.’

De tweevoudig Europees kampioen heeft dan ook geen schrik om zich op te laden met boude voorspellingen. Als kerst/ verjaardagscadeau gaf hij in 2017 zijn vader een T-shirt met als opschrift ‘Rosa’, Italiaans voor roze. Een voorproefje voor wat hij hem vier maanden later wilde schenken: een échte roze trui, na (verhoopte) winst in de proloog van de Giro 2018. Dat plan mislukte echter: hij strandde op… 1 seconde en 30 honderdsten van Tom Dumoulin.

Zich oppeppen met muziek, tijdens een warm-up of een training, doet Campenaerts nooit. Alle mogelijke energieopslorpende probleempjes, met bijvoorbeeld de batterij, wil hij immers uitsluiten. Bovendien zou muziek, en het ritme van het liedje, zijn hersenen te veel afleiden, waardoor hij met een te hoge of te trage cadans zou trappen.

Tijdens een tijdrit wil Campenaerts ook hoofdzakelijk technische info vanuit de volgwagen. Pas na halfweg, als de kans op een zege/topnotering reëel is, mag het volume omhoog en mogen er extra aanmoedigingen klinken. Tijdens zijn uurrecord mag hij echter niet met oortjes rijden. Kevin De Weert, high performance manager van Lotto-Soudal, zal met hem alleen over zijn rondetijden kunnen communiceren via een iPad. Campenaerts zal in dat geval telkens opzij moeten kijken en toch zijn lijn op de piste moeten behouden.

Victor is wel een muziekliefhebber. Voor het BK in Antwerpen in 2017 nam hij met de rap/hiphopformatie Halve Neuro een hiphopliedje op ter promotie van het kampioenschap.

Een liedje dat vader Gino grijs draaide toen hij langs het parcours plaatjes afspeelde en ook zelf optrad met zijn band, als professioneel drummer bij The Moon Lovers.

Als kind vond Victor het wel vervelend dat zijn vader elke avond moest optreden. En dus schreef die telkens een briefje, zodat zoonlief toch kon slapen.

Gino is blij dat hij dat nog kan navertellen, want in 2009 kreeg hij, tijdens een fietstraining met Victor, een hartaanval. Na nog een hartstilstand twee weken later lag hij zelfs 24 uur in coma. Sindsdien fietsen vader en zoon vooral samen op de rollen – dan kan Gino Victor nog ‘volgen’. Zoals hij zijn zoon tijdens diens belangrijkste tijdritten ook telkens volgt vanuit de ploegwagen, als bijgeloof.

Gino koos niet toevallig voor Victor als voornaam van zijn zoon. Zijn vader, ook Victor genaamd, stierf op kerstdag toen Gino één jaar werd.

Vader en veel vrienden spreken Victor echter meestal liefkozend aan met Vic(ske). Campenaerts ‘echte’ bijnaam is wel Vocsnor. Die dateert van zijn periode aan de topsportschool in Leuven, waar zijn medeleerlingen hem gekscherend Voctir noemden. Toen hij eens een snor liet staan, werd dat Vocsnor.

Toen de Antwerpenaar, als een late adopter, in 2013 een smartphone aanschafte en hij social media-accounts opstartte, werd Vocsnor ook zijn gebruikersnaam. Intussen is dat veranderd in het makkelijker te vinden @VCampenaerts. Op die Twitteraccount heeft de Lotto-Soudalrenner 4584 volgers, op Instagram 1565. De ‘naaktfoto’ op zijn accounts, waarop hij alleen met koersschoenen en kousen poseert, is een nabootsing van een beroemde foto van Mario Cipollini.

De grootste supporter van Campenaerts is zijn grootmoeder Gilberte, nu 92 jaar. Vanuit haar serviceflat in Borgerhout volgt ze haar kleinkind op de voet.

Victors zes jaar jongere halfbroer, Alfred, was in zijn tienerjaren ook zwemmer. Talentvoller zelfs, maar minder ambitieus. Hij studeerde daarna voor grafisch ontwerper in Kortrijk en startte vorig jaar een bedrijf, Salty Lemon Entertainment, dat games ontwikkelt. Victor is mede-eigenaar.

De grootste supporter van Campenaerts is zijn grootmoeder Gilberte, nu 92 jaar. Vanuit haar serviceflat in Borgerhout volgt ze haar kleinkind op de voet. Toen Victor in 2017 de tijdrit in de Ruta del Sol won, kreeg hij een horloge als prijs en gaf hij het kleinood aan Gilberte, met een briefje: ‘Voor mijn allerliefste bomma’tje.’

Gilberte woonde vroeger op het Kiel. En dus voetbalde Victors vader Gino niet toevallig bij de jeugd van het toenmalige Beerschot. Later ook in de zaalvoetbalploeg Brabo, waar Gino’s teamgenoten hem een voetbal schonken bij de geboorte van zijn zoon. Maar Gino had al vlug door dat Victor nooit veel op die bal zou shotten.

Vocsnor

‘Officiële’ supporters heeft Campenaerts ook in zijn fanclub. Die telt nu zo’n 175 leden (bomma Gilberte kreeg lidkaart nummer één) en is gevestigd in café Mombassa op het Moorkensplein in Borgerhout, uitgebaat door zijn oom/peter Bob Campenaerts en tante Rein. In het café kan je ook de fiets bewonderen waarmee Stan Ockers, afkomstig van Borgerhout, in 1955 wereldkampioen werd.

Kort na de opening van het café in 2011 werd er ook echt gefietst, op de rollen, voor de Grote Prijs Victor Campenaerts. Duo’s moesten er gedurende één minuut tegen elkaar sprinten. Bedoeling was om geld in te zamelen voor de toen nog belofterenner, maar niet met een klassiek mosselsouper. De GP vond uiteindelijk drie keer plaats, tot Campenaerts prof werd.

De leden van zijn supportersclub trekken wel elk jaar naar de BK’s en dragen dan vaak een plaksnor – een verwijzing naar Victors bijnaam. Op de website van de supportersclub (www.fanclub-victorcampenaerts.eu) bestaat ook de ‘Vocsnorshop’, waar je onder meer flessen ‘Campenaertswijn’ kunt bestellen, een Zuid-Afrikaanse wijn, met een tijdrijdende Campenaerts op het etiket, uitgebracht door wijnhandelaar Lekker Wyn. Bij kledingzaak The Vandal zijn via de website ook Vocsnor T-shirts te koop.

Minder dan vroeger kan Campenaerts nu wel binnenspringen in café Mombassa, want hij verhuisde naar een appartement in Winksele, bij Leuven, om er beter te kunnen trainen, weg van de drukke Antwerpse wegen. De Leuvense vaart rijdt hij met zijn tijdritfiets soms tientallen keren op en neer, op een lang recht stuk. Victor heeft in de streek ook nog veel vrienden, van tijdens zijn periode in de topsportschool.

Na die twee jaar in Leuven volgde Campenaerts een masteropleiding industrieel ingenieur in de Karel de Grote Hogeschool in Hoboken. Geen toeval, gezien zijn fascinatie voor wiskunde. Die studie bleek echter niet te combineren met zijn profcarrière. Hij deed liever één iets zeer goed dan twee dingen half.

De in Wilrijk geboren renner woonde in zijn eerste profjaar bij Topsport Vlaanderen-Baloise in Gavere, samen met zijn beste vriend en toenmalige ploeggenoot Jef Van Meirhaeghe. Zij kenden elkaar al van bij het belofteteam van Lotto-Soudal. Gavere was dicht bij de service course van Topsport Vlaanderen en bood ook een beter trainingsparcours, vlak bij de Vlaamse Ardennen.

Van Meirhaeghe focust sinds 2016 op het langeafstandstriatlon en nam vorig jaar deel aan de Ironman in Hawaï. Campenaerts trok zelfs naar het eiland Kona om er zijn vriend aan te moedigen. Die vergezelde hem dan weer als ‘partner’ tijdens de uitreiking van de Kristallen Fiets.

Toen had Victor al een relatie met zwemster Fanny Lecluyse. De eerste vonkjes waren overgeslagen op het EK in Glasgow toen de renners met de hele crew gingen eten in een restaurant waar ook de Belgische zwemploeg zat. Fanny en Victor volgden elkaar al op Instagram en stuurden elkaar daarna enkele berichtjes. Tot de eerste date in Brugge, op de dag van de wegrace op het WK in Innsbruck, vier dagen nadat Victor zijn bronzen tijdritplak had behaald. Twee keer ‘prijs’ op een week dus.

Volgende dinsdag, in Mexico, een derde keer?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content