De Brusselse rechter in kortgeding heeft de zaak van wielrenner Iljo Keisse uitgesteld tot 10 september wegens een procedurekwestie.
De Brusselse rechter in kortgeding heeft de zaak van wielrenner Iljo Keisse uitgesteld tot 10 september wegens een procedurekwestie. Schandalig, vindt advocaat Walter Van Steenbrugge.
Keisse testte op de slotdag van de Gentse Zesdaagse in november 2008 positief op dopinggebruik, maar werd door de wielerbond sprak hem een jaar later vrij.
Het Wereldantidopingagentschap (WADA) tekende beroep aan bij het Internationaal Sporttribunaal (TAS), dat hem begin juli toch voor twee jaar schorste.
Keisse trok daarop naar de kortgedingrechter, omdat zijn rechten meermaals geschonden zouden zijn. Die stelde de zaak nu uit omdat in het dossier het ontvangstbewijs ontbreekt van de dagvaarding aan de Zwitserse partijen (het WADA en de Internationale Wielerunie).
Advocaat Walter Van Steenbrugge vindt dat “schandalig”. “De belangen van mijn cliënt zijn te groot”, zegt hij. “Het is duidelijk dat de tegenpartijen er een procedureslag van maken, maar ondertussen zit Keisse wel in de problemen.”
“Indien de rechter een beslissing neemt, bestaat de kans dat de uitspraak van het TAS op de helling komt te staan en dat precedent willen de tegenpartijen natuurlijk vermijden”, zegt Van Steenbrugge.
Iljo Keisse zelf vindt “het vooral bijzonder frustrerend wat er gebeurt” en hoopt dat hij zo snel mogelijk opnieuw kan fietsen.
