Waarom de NBA mindfulness omarmt (en de voetbalwereld dat niet doet)

© Belga Image
Christian Vandenabeele
Christian Vandenabeele Freelancejournalist

De NBA sloot onlangs een deal met de meditatieapp Headspace en omarmt zo mindfulness in het basketbal, maar wat is het, wat doet het en waarom maakt het voetbal er geen gebruik van? Het antwoord van Peter Meurs van de Academie voor Mindfulness in Sport.

Wat is mindfulness?

Peter Meurs: “Dat is moeilijk uit te leggen. Om echt te weten wat het is, moet je het ervaren. Laat ons zeggen dat het meditatieve technieken zijn om volledig in het momentum aanwezig te kunnen zijn. Alles wat gebeurt, gebeurt nu, in het moment zelf, terwijl we 99 procent van de tijd bezig zijn met wat er in het verleden is gebeurd en wat er in de toekomst kan gebeuren. Dat komt door angsten en andere emoties. Mindfulness brengt je elke keer terug naar het hier en nu. Zodat je keuzes kunt maken op basis van wat er echt gebeurt en niet op basis van wat je denkt dat er gebeurt. Want wat je denkt dat er gebeurt, is niet de waarheid maar een interpretatie van de waarheid. Als je die momenten van in het nu aanwezig zijn aan elkaar kunt koppelen en dus in het nu kunt blijven, dan krijg je flow. Dat is de ultieme staat van zijn, de staat waarin je het best presteert. Dan kun je zonder oordelen volledig aanvaarden wat er in je leven komt en op basis daarvan keuzes maken. Daarom noemen we onze opleiding nu mindflowness.”

Wat kan mindfulness voor topsporters betekenen?

“In topsport gaat het om wie het best kan schakelen op basis van wat er gebeurt. Wie het snelst weer in het moment kan komen, wint. Tijdens het sporten word je afgeleid door gedachten en emoties. Dat is de verwerking van wat er gebeurt en van de informatie die je via je zintuigen binnenkrijgt. Hoe meer je daarvan verwerkt krijgt, hoe makkelijker je in het moment kunt blijven en hoe beter je prestaties worden. Dafne Schippers (derde snelste vrouw aller tijden op 200 meter, nvdr) verwoordde het ooit als volgt: ‘Als ik 50 meter voor de finish nog een Amerikaanse of een Jamaicaanse voor me zie lopen en ik denk: ik moet ze inhalen, dan verzuur ik. Dan ga ik in stress en dan zal het zeker niet lukken. Blijf ik daarentegen in het proces, blijf ik vertrouwen op wat ik kan en op wat er komt, dan komt het goed.’ Dat is precies wat mindfulness doet. Als je achter flow aan gaat, dan blijf je er altijd achteraan gaan en kom je er dus nooit. Waar het om gaat, is het loslaten van willen presteren en je overgeven aan wat je aan het doen bent. Dat is flow en dat kun je met mindfulness trainen.

“Het gaat om het kunnen accepteren van wat je overkomt, dat toe te laten en door te kunnen gaan. Wij noemen dat stoïcijns meebewegen. Wat er gebeurd is, is gebeurd, het is niet waardevol om daarin te blijven hangen. Dat gaat ook over het voor honderd procent accepteren van elkaar en daardoor het accepteren van je eigen niet kunnen. Bijvoorbeeld trots kan ervoor zorgen dat je geen dingen gaat doen die je niet kunt. Maar als je dat niet doet, ontwikkel je jezelf niet en word je niet beter. Mindfulness confronteert je met jezelf en leert je jezelf met liefde te accepteren. Daardoor ga je anders reageren in situaties, wat vervolgens een andere reactie oproept bij diegene in je omgeving. Dat zorgt dan weer voor een andere reactie bij jezelf. Zo ontstaan andere relaties.

“In de sport kun je drie zaken trainen: de vaardigheden, het ambacht zeg maar, het lichaam en de geest. Tachtig à negentig procent van de tijd worden de vaardigheden en het lichaam getraind, terwijl dat niet het volle potentieel oplevert als het tussen de oren niet goed zit. Daarom is er almaar meer aandacht voor mentale training, wat op het hoogste niveau doorslaggevend is. Het verschil met andere mentale trainingen is dat wij geen oplossingen geven. Wij stellen vragen, doen samen oefeningen en geven oefeningen mee naar huis en zorgen dat de sporter het zelf kan oplossen.”

Waarom omarmt de NBA mindfulness en doet de voetbalwereld dat niet?

“Daar zijn verschillende redenen voor. Hét punt is: je kunt wel wetenschappelijke studies aanhalen, maar mindfulness is iets dat je zelf moet ervaren en dat kun je niet op één avond. Alles coaches die bij ons een opleiding volgen, zeggen: ‘Wow!’ Maar als je mensen vooraf moet uitleggen dat de essentie ervan is in een staat te komen waarin je maximaal presteert zonder je te hechten aan de uitkomst, dan zeggen ze: ‘Daar kom ik niet voor, ik kom voor het resultaat.’ Je moet er zelf achter komen wat het is. In workshops die we gaven voor NLcoach, de belangenverenging van Nederlandse coaches, zaten al drie hoofden jeugdopleiding van grote voetbalclubs. Eén van hen zei: ‘Ontzettend interessant, maar ik vrees dat ik daar in mijn club weinig steun voor zal krijgen en dat als ik geen resultaten haal het als excuus gebruikt zal worden.’ Eigenlijk moet het door de hele organisatie gedragen worden. Momenteel zijn het daarom vooral individuele sporters of individuele spelers van teamsporten die het doen, en coaches en therapeuten die er in hun eigen praktijk gebruik van maken. Zelf werk ik onder meer met enkele jonge talentvolle boogschieters en rugbyinternationals. Intussen zijn we in gesprek met het NOC*NSF, het olympisch comité en de nationale sportfederatie. Misschien is daar een doorbraak mogelijk.

“In de NBA zijn er enkele enorme rolmodellen. Phil Jackson, met elf NBA-titels de succesvolste coach ooit, schreef zelfs een boek over hoe hij succes behaalde dankzij meditatie en mindfulness. Steve Kerr, de laatste vijf jaar drie keer kampioen met de Golden State Warriors, noemt mindfulness één van de vier kernwaarden waarop zijn succes is gebaseerd, naast compassie, plezier en competitie.

“Feit is ook dat mensen vaak pas tot mindfulness komen wanneer ze diep in de shit zitten. In The Mindfull Athelete van George Mumford, de meditatiecoach van Phil Jackson destijds, staat: To get into mindfulness your ass has to be on fire. Individuele sporters komen er op die manier eerder achter dan teamsporters, die geneigd zijn om als er iets fout gaat anderen daarvan de schuld te geven. Dat houdt tegen dat ze zelf diep komen te zitten en ernaar op zoek gaan.

“In de NBA dwingt de cultuur om tot het uiterste te gaan. Het gaat om miljardenbedrijven met alles wat nodig is om topprestaties te kunnen leveren. Maar toch zoeken spelers er nog naar personal trainers die elke dag met hen bezig zijn, omdat ze constant op zoek zijn om het verschil te maken. Daar staan ze er dus meer voor open. Absolute toppers als LeBron James en Kevin Durant spreken er zich ook openlijk en heel duidelijk uit over meditatie. Maar ook daar geldt: je moet het als coach zelf belichamen en niet elke NBA-coach doet dat. Veel coaches beginnen er niet aan, omdat ze vasthouden aan hun truc en aan de advanced analytics. Steve Kerr gebruikt die data ook wel, maar is veel meer met de menselijke kant bezig. Wat uiteindelijk gaat het ook op topniveau nog om mensen.

“Het is een cultuur die niet met het voetbal te vergelijken is. Die spelers zijn superatleten. Die doen er elk voor zich alles voor om de wedstrijd voor het team te winnen, altijd op het scherpst van de snee, en soms gaan ze daardoor eens over de grens, maar het zijn ook de grootste vrienden. Die zijn echt tot op het bot met vakmanschap bezig en accepteren het niet dat teamgenoten en tegenstanders dat niet doen. Op het allerhoogste niveau is het bijna op leven en dood en als je daarmee geconfronteerd wordt en daar niet mee om kan, dan ga je op zoek naar hulp. Ook daar besteedt de NBA veel aandacht aan. Er is bij topsporters veel depressie, enkele NBA-toppers spraken zich daar al over uit, en elk NBA-team is verplicht om daar een protocol voor vast te leggen en over een in die materie gespecialiseerde therapeut te beschikken.

“In de NBA kun je alleen maar intuïtief spelen. Als je gaat nadenken, ben je te laat, omdat het zo snel gaat. Er is geen enkele sport waar op zo’n kleine ruimte zo’n concentratie van superatleten staat en de tijdsdruk zo hoog is. Binnen de 24 seconden moet de bal erin liggen of anders ben je hem kwijt. Er is ook geen verschil tussen aanvallers en verdedigers. Elke speler is op elk moment betrokken. Voetbal komt daarvan niet in de buurt. Hoe vaak zie je niet dat als het niet goed gaat spelers aan de andere kant van het veld staan toe te kijken en dat als het slecht afloopt de ene de andere de schuld geeft?

“Ook in het American Football zijn het superatleten. Pete Carroll, coach van de Seattle Seahawks, werkt er met mindfulness. Daar wordt niet gevloekt, maar iedereen wordt er wel tot het laatste procent op zijn verantwoordelijkheid aangesproken. Er circuleert op sociale media een geweldig filmpje van hoe ze daar met elkaar omgaan. Een van de spelers slaat op training door in emotie, wordt agressief, flipt helemaal. Waarna zijn teamgenoten één voor één rond hem gaan staan, als een stam die zijn verantwoordelijkheid opneemt wanneer een van hen in nood verkeert, om aan te geven: wij zijn niet boos, wij houden van je en willen je helpen. Omdat ze dat met z’n allen op die manier doen, laat hij pas dan de hulp van zijn teamgenoten toe. Dat is echt de ultieme sport.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content