Op de laatste speeldag van de reguliere competitie was bij Beerschot Maël Lépicier kapitein omdat Wim De Decker (30), bezig aan zijn achtste jaar op het Kiel, de aanvoerdersband niet wilde dragen.
“Het moet geen kakofonie worden”, zegt De Decker in Sport/Voetbalmagazine. Daarmee verwijst hij naar de manier waarop hij de laatste tijd behandeld is bij Beerschot.
Het zware contract van De Decker is Beerschot allang een doorn in het oog. Niet toevallig haalde de club al meermaals jongens voor zijn positie. Desondanks verzeilde De Decker tot dit jaar nooit op een zijspoor.
Tijdens de vorige transferperiode, gezien zijn aflopende contract de laatste waarin de club nog geld voor hem kon vangen, stuurde Beerschot ambigue signalen uit over de toekomst van De Decker. Op 26 januari, toen de transfermarkt nog open was, mocht hij plots niet beginnen aan de match tegen Bergen, de eerste wedstrijd na de rentree van trainer Jacky Mathijssen. Dat was om vier redenen vreemd. Eén: tot dan had De Decker maar één competitiematch van dit seizoen gemist, door een schorsing. Twee: in de degradatiestrijd leek zijn ervaring zeker bruikbaar. Drie: tijdens de vorige doortocht van Mathijssen op het Kiel was De Decker een certitude én kapitein. En vier: op winterstage was na overleg met de spelersgroep beslist dat De Decker de aanvoerdersband weer zou overnemen van Hernán Losada.
Ook in de vier matchen na Bergen mocht De Decker niet spelen, drie keer viel hij zelfs naast de wedstrijdkern. In zijn plaats mocht Thibaut Van Acker (21) aantreden, die Club Brugge afgelopen winter uitleende met aankoopoptie. Een week na de nederlaag tegen Lierse, toen Beerschot al met anderhalf been in play-off 3 stond, mocht De Decker plots weer wel spelen.
Dirk Schoofs, directeur voetbalzaken op het Kiel, spreekt van louter “sportieve beslissingen van de trainer”. Mathijssen zwijgt.
