Redactie Sportmagazine

Dender degradeert naar derde: hoe kon het zo ver komen?

Uitgerekend in de derby tegen Eendracht Aalst viel voor FCV Dender EH het doek over een verblijf in tweede klasse. Hoe is dat zo gekomen?

Eén goal maakte zondag het verschil: winst met 0-1 bij de buur betekende een verlengd verblijf in tweede. Dat zou mooi geweest zijn, na een seizoen vol blessures bij de routiniers, eentje waarin jongeren vervroegd hun kans kregen, maar de kar nog niet konden trekken.

Maar winnen kon de gewezen eersteklasser niet en dus betekende de 0-0 afgemeten aan de resultaten van de directe concurrenten Sint-Niklaas en Tienen een rechtstreeks ticket voor derde klasse. Niet eens de eindronde als parachute, het kwam hard aan bij de ploeg van Vital Borkelmans.

Drie jaar geleden speelde Dender nog in eerste klasse. Een droom voor deze pendelgemeente gericht op Brussel, tot dan in de streek alleen bekend voor zijn station en zijn vilbeluik. In de volksmond: het stinkkot.

Dender vertilde zich bij de promotie in 2007 aan de uitbouw van zijn kleine stadionnetje, gedeeltelijk op eigen kosten, gedeeltelijk op die van de gemeente. Na de degradatie in 2009 kon het nog even rekenen op televisiegeld, maar toen die kraan werd dichtgedraaid, groeiden de financiële zorgen boven het hoofd van de bestuursleden, die zich blauw kreunden aan afbetalingen.

De voorzitter, Patrick De Doncker, stapte er ontgoocheld uit. De tweede sterke man, Frans van Roy bleef, maar kon, ondanks een nieuwe financiële injectie, het schip niet drijvend houden.

Stadion en disputen met gewezen werknemers zorgden ervoor dat de put te diep werd. Trainer Vital Borkelmans moest het doen met een paar routiniers en vooral jeugd, en zag hoe zijn ploeg liefst 15 keer gelijkspeelde. De laatste keer was de keer te veel.

Het verhaal van Dender – en ook Tubeke, of eerder Moeskroen – is het verhaal van een provincieclub zonder achterban die dankzij voetbalknowhow en wat geluk tot boven zijn (economische) mogelijkheden uitstijgt. En daar een zware tol voor betaalt.

Er lijkt maar een uitweg uit de crisis: het vergroten van het economisch draagvlak. Maar dat is rapper gezegd dan gedaan. Dender deelt zijn stadion nu met vierdeklasser Terjoden Welle, een subtopper in zijn reeks. De neoderdeklasser is al lang vragende partij voor een fusie, maar bij de financieel verstandig gerunde vierdeklasser houden ze de boot voorlopig af.

Want eigenlijk moeten ze het groter zien. Welle is een deelgemeente van Denderleeuw, Terjoden leunt aan bij Aalst, waar ze evenmin bulken van de euro’s of de bestuurlijke stabiliteit. Zakelijk vissen de drie in dezelfde vijver: regionaal verankerde KMO’s. De ene club heeft een stadion, de ander publiek.

Puur economisch gezien zou een mens dan denken: het is onzin om binnen een straal van zes (!) kilometer een tweedeklasser, derdeklasser én vierdeklasser in leven te houden. Gooi de boel samen.

Maar wie zondag in Aalst op de tribune stond, hoorde veel supporters ageren en roepen tegen een eventuele fusie. Voor die er komt, zal nog veel water van de schiptrekkers naar de ajuinen vloeien.

Peter T’Kint

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content