Fashion Sakala: ‘Mijn doelen? Play-off 1 spelen met KV Oostende en 15 goals maken’

© NICK DECOMBEL
Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

‘Captain’ noemen ze hem in zijn familie. Als tiener trok hij de Zambiaanse wildernis in op zoek naar eten, als twintiger jaagt hij op doelpunten in de spits van KV Oostende. Maak kennis met Fashion Sakala, een van de revelaties van het seizoen.

‘Play-off 1 halen. En vijftien goals maken.’ Fashion Sakala (23) moet niet lang nadenken als we polsen naar de ambities voor de komende weken. Play-off 1 halen, dat is in de top vier eindigen. KVO stond daar dit seizoen nog niet. ‘Maar wat niet is, kan nog komen’, zegt hij zelfverzekerd. Ook voor zichzelf legt de Zambiaan de lat hoog: ‘Ik zit aan negen goals en dat is al beter dan vorig seizoen. Maar toen was ik winger, nu spits. Om echt beter te doen dan vorig seizoen moeten er vijftien in.’

Neem ons eens mee naar je jeugd. Waar is het allemaal begonnen?

Fashion Sakala: ‘In een dorp vlak bij de grens met Malawi. Ik kom uit een heel arme familie, maar schaam me daar niet voor. Integendeel, ik ben er trots op, omdat mijn verhaal toont hoe je een leven kunt veranderen. We hadden thuis niks, zelfs geen eten. Al heel snel rekende mijn familie op mij om daarvoor te zorgen. Dat deed ik door op jacht te gaan in de bush. Alleen. Thuis noemden ze me captain, omdat ik probeerde de familie te beschermen.’

De ene keer doe je wat de coach vraagt, een andere keer iets wat misschien een beter resultaat oplevert.’

Fashion Sakala

Had je daar geen vader voor?

Sakala: ‘Die man deed zijn best, maar hij had geen werk en ook niet de kracht of de moed om te doen zoals ik. Maar dat doet niks af aan zijn kwaliteiten, hij was een goeie vader. Ik neem hem onze armoede niet kwalijk. Hij was zelf een goeie voetballer. In ons dorp en de dorpen rondom ons, welteverstaan, want onze wereld was heel beperkt. De eerste tv thuis kwam er pas in 2008. Een van de eerste voetballers die ik bezig zag, was Cristiano Ronaldo, vandaar misschien dat hij mijn voorbeeld is.’

Joseph Akpala vertelde me eens dat ze thuis ook geen tv hadden. Zij gingen wedstrijden kijken in een bar, waar de elektriciteit voortdurend uitviel.

Sakala: ‘Waar ik opgroeide, waren geen bars, dat laat onze godsdienst niet toe. Ook toen ik later de middelen had en in de stad woonde, ging ik daar nooit langs. Zelfs hier niet. Dat leerde mijn vader me. Als je een voetballer wilt worden, mag je niet drinken of roken, zei hij altijd.’

Hij gaf je de mooiste voornaam uit het Belgische voetbal.

Sakala: ‘Eigenlijk heet ik Timothy. Dat was zijn voornaam, maar omdat hij zo goed kon dribbelen, noemden ze hem Fashion. Zijn bijnaam werd na een tijd belangrijker dan zijn echte naam. Toen ik werd geboren, noemde hij me Timothy, maar anderen drongen aan op Fashion. Zo staat het ook op mijn paspoort. Fashion.’

Fashion Sakala: 'Als Spartak mij niet interessant genoeg vindt om me op te stellen, zal God me wel ergens anders brengen, dacht ik.'
Fashion Sakala: ‘Als Spartak mij niet interessant genoeg vindt om me op te stellen, zal God me wel ergens anders brengen, dacht ik.’© Belga Image

Op welke dieren ging je jagen?

Sakala: ‘Op impala’s of konijnen. Met honden! ( lacht) Op een gegeven moment hadden we er thuis achttien. Zes, zeven uur per dag trok ik de bush in met de honden, tot we de dieren hadden opgejaagd, in een hoek gedreven en gedood. Tussen mijn tiende en zestiende heb ik dat gedaan. Dagelijks. Als je arm bent, leer je snel hoe je moet overleven. Vandaar dat ik weinig aandacht kon besteden aan school. Wie honger heeft, kan zich moeilijk concentreren.’

Je spreekt nochtans perfect Engels, de taal van de vroegere koloniale bezetter van Zambia.

Sakala: ‘In de familie ben ik de enige. Ik heb nog vier zussen en twee jongere broers, zij spreken Nyanja. Die rekenen allemaal op mij om hen te helpen. Mijn zussen en hun kinderen, de broers en zussen van mijn vader en hun kinderen, zelfs mensen die geen familieband hebben. Ik heb veel verantwoordelijkheden. Ik moet voorzichtig zijn met mijn carrière, anders riskeren we in armoede te hervallen. Maar ik zie het als een zegen dat ik dat kan doen, het motiveert me.’

Als je arm bent, leer je snel hoe je moet overleven. Vandaar dat ik weinig aandacht kon besteden aan school. Wie honger heeft, kan zich moeilijk concentreren.’

Fashion Sakala

Trials

Hoe ben je in het voetbal gerold?

Sakala: ‘Ik heb iets speciaals, een gift van God: ik zie dromend mijn toekomst. In mijn slaap kan ik soms zien wat morgen gaat gebeuren. Normaal vertel ik dat aan niemand. Mijn familie weet dat, mijn vrouw ook, anderen niet. Op een dag zat mijn vader naar de radio te luisteren, en hij hoorde iets over trials van een voetbalschool. Met de fiets trokken we ernaartoe. Eén fiets hadden we thuis, daar kropen we met twee man op. Vijf, zes uur fietsen, een verschrikkelijke trip, mijn vader is een held.

‘Het was de laatste dag van de trials en er waren al heel wat jongens gekozen. Ik voelde me verloren, sprak geen Engels, wist niet hoe ik me moest kleden, mensen lachten me uit. Maar ik had vooraf gedroomd dat ik zou worden geselecteerd, dus zette ik door. Ze stelden me op in de ploeg met spelers die niet geselecteerd waren en we voetbalden tegen jongens die wel uitverkoren waren.

‘God hielp die dag. In de eerste helft scoorde ik drie keer. Aan de rust wisselde ik van kamp en scoorde ik vijf keer. De uitverkorenen wonnen met 5-3 en ik had alle goals gemaakt! Uiteraard mocht ik blijven. Daar, op die voetbalschool, leerde ik later ook Engels.’

Voelde je toen al dat je een speciaal talent had?

Sakala: ‘Uitgelachen voelde ik me! Ze lachten met hoe ik praatte, met de kleren die ik droeg. Alleen wanneer we voetbalden, zag ik dat ik ruim de betere was. En toen dacht ik: hoe is dit mogelijk, voor een arm jongetje uit de bush, hier in de grote stad?

‘Na een jaar in die school gingen we op tournee, om te voetballen tegen andere scholen. Een team van de Zambiaanse Premier League pikte me op. Mijn vader geloofde dat eerst niet. Als mensen uit de stad je zoon komen halen, kun je van alles denken. Misschien gaan ze hem doden, of slechte dingen met hem doen.’

Hij vreesde slavenhandel?

Sakala: ‘Exact. Hij belde toen met de voorzitter van de club en die verzekerde hem dat het serieus was. Toen gaf hij me zijn zegen. Dat was rond 2013, ik was toen zestien. In Chingola, de stad waarheen ik verhuisde om bij de Nchanga Rangers te gaan voetballen, werd ik weer uitgelachen. Mijn kleren, mijn accent… Daar spraken ze Bemba, een totaal andere taal. Ik huilde en belde mijn vader: “Ik denk dat het beter is dat ik ermee stop en terugkeer naar huis.” Maar toen zei hij: “Denk eraan hoe ver God je al heeft weggevoerd vanuit ons dorp. Nu zit je in eerste klasse, nu moet je sterk zijn en ervoor vechten. Als het niet lukt, kom je maar terug, maar nu moet je even volhouden.”

‘Ik ben toen de hele nacht wakker gebleven, heb tot God gebeden en die gaf me de kracht om door te gaan. Ik ben daarna gaan rennen op straat, apart gaan bijtrainen. Een jaar lang negeerde de coach me, 2014 was het moeilijkste jaar uit mijn carrière, maar ik bleef denken aan de woorden van mijn vader.’

Fashion Sakala: 'Mijn doelen? Play-off 1 spelen met KV Oostende en 15 goals maken'
© Belga Image

In 2016 verhuisde je naar Zanaco, de topclub uit Lusaka.

Sakala: ‘Mijn tweede seizoen was goed geweest, maar ik wilde weg. In die periode had ik geen zaakwaarnemer en dus belde ik zelf naar de coach met de vraag of hij me een kans wilde geven. Die man schrok, in het voetbal is het niet normaal dat een tiener zelf belt. “Ik stuur iemand naar jullie laatste wedstrijd”, zei hij toen hij terugbelde.

‘Bloednerveus was ik die dag, maar ik speelde goed en ik mocht komen. Ik vertelde hem dat ik met het voetbal mijn arme familie moest redden, maar het contract van twee jaar was een kleintje, zo hard geloofden ze niet in mij.

‘Ik weet nog dat ik tekende en tot de voorzitter zei: “Dit is veel te weinig voor mij, maar jullie zullen snel met een nieuw contract van drie jaar klaarstaan.” Zo zelfverzekerd was ik! ( lacht) De voorzitter antwoordde: “Ik heb al veel jonge talenten gezien, maar jij bent anders. Jij praat als een dertiger.” Dat heb ik altijd onthouden.’

Frustraties

Een jaar later zat je al in Rusland.

Sakala: ‘Na dat gesprek met de voorzitter dacht ik al: wat is de volgende stap? Als ik alleen voor Zanaco speel, zal mijn familie arm blijven. Ik moet hogerop. Mijn kleren bleven goedkoop, de mensen bleven met mij lachen. Ze noemden me een schoolboy. Het lachen stopte pas wanneer de trainingen begonnen. De coach stelde me op in de basisploeg en fluisterde: “Fashion, je traint uitstekend, als je zo verder doet, start je elke wedstrijd.”

‘Ik maakte elf goals dat seizoen en we werden kampioen. De bond zag het en riep me op voor de nationale jeugdploegen. Op de Afrika Cup voor U20 kreeg ik een aanbieding van Spartak Moskou. Als de test lukte, kon ik er blijven. De test lukte en al na drie dagen kreeg ik een contract. Makkelijk was het daarna niet. Ik was wel topschutter in de B-ploeg, maar kreeg nooit een kans in de A-ploeg. Ze gaven nog liever spelers die in de tweede ploeg op de bank zaten een kans.’

Fashion Sakala, hier in duel met Federico Ricca: 'Als de tegenstander vorig seizoen scoorde, waren we haast zeker verloren. Nu denken we: oké, we kunnen nog steeds terugkomen.'
Fashion Sakala, hier in duel met Federico Ricca: ‘Als de tegenstander vorig seizoen scoorde, waren we haast zeker verloren. Nu denken we: oké, we kunnen nog steeds terugkomen.’© NICK DECOMBEL

Zat je huidskleur daar voor iets tussen?

Sakala: ‘Ik wil het daar niet op steken. Als Spartak mij niet interessant genoeg vindt om me op te stellen, zal God me wel ergens anders brengen, dacht ik. Ik geef anderen nooit de schuld. We waren met drie jongens uit Afrika en ze klaagden de hele tijd.

‘Ik antwoordde altijd hetzelfde: dat alles in de handen van God lag. Wij kwamen helemaal vanuit Afrika en klagen zou ons niet vooruit helpen, want frustraties leiden tot slechte trainingen en slechte matchen. Laat ons gewoon nog harder trainen, dacht ik. Is het niet voor hier, dan maar voor de toekomst. Mijn vrienden hebben dat nooit willen accepteren. Soms trainde ik alleen, terwijl zij op een stoel zaten toe te kijken, scrollend op hun telefoon. Maar ik wist: ik kom uit Afrika, mijn dribbels zijn niet goed en mijn schot evenmin, net als mijn eerste baltoets. Daar moest ik aan werken.’

Mijn vrouw is een deel van mezelf, onze band is zeer nauw. Zij waakt in Zambia over mijn investeringen, ze is mijn manager daar.’

Fashion Sakala

Heeft het feit dat je geen normale opleiding kreeg, je parten gespeeld?

Sakala: ‘Dat denk ik wel, zeker vergeleken met de jeugd hier. Ik ben bijna direct in het voetbal van een eerste ploeg gerold. Ik zal nooit een Ronaldo worden, maar ik probeer wel beter te zijn dan een andere voetballer. Door te letten op voeding, mijn lichaam. De jongens die toen altijd liepen te klagen, zitten nog steeds in de problemen. Een paar maanden terug nodigde ik er hier eentje uit. Hij zit nu in Roemenië, bij Gaz Metan. Veel jonge spelers raken het op onze leeftijd kwijt.’

Het is ook niet evident: je hebt geld, meestal meer dan anderen van jullie leeftijd, een zekere status.

Sakala: ‘Klopt. Maar de droom mag nooit over dat geld gaan. Ik heb het al zo vaak gezien: geld, uitgaan, snelle auto, ongeval, en baf … twee benen kapot en carrière voorbij.’

Vicekapitein

Je trouwde jong, waarom?

Sakala: ‘Ze woonde in hetzelfde dorp, we speelden als kind al samen. Gisteren nog waren we aan het facetimen en vroeg ik: hoeveel jaar zijn we eigenlijk samen? Ik kan er geen datum op plakken. We zijn begonnen als vrienden en hebben eigenlijk nooit tegen elkaar gezegd: hé, ik zie je graag, wil je…? Alles gebeurde spontaan. Ons dochtertje kwam toen ik twintig was. Ik herinner me nog dat ik zei: ‘Nu ik naar Rusland ga, laat ik je hier niet achter, alleen, mooi, verleidelijk… Beter dat ik je zwanger maak, dan zitten andere mannen je niet achterna.’ ( lacht luid)

Fashion Sakala: 'Op de voetbalschool lachten ze om hoe ik praatte en met de kleren die ik droeg.'
Fashion Sakala: ‘Op de voetbalschool lachten ze om hoe ik praatte en met de kleren die ik droeg.’© NICK DECOMBEL

Ze komt altijd slechts voor korte periodes naar België. Waarom?

Sakala: ‘Mijn vrouw is mijn zus, een deel van mezelf, onze band is zeer nauw. Zij waakt in Zambia over mijn investeringen, ze is mijn manager daar.’ ( lacht)

De nieuwe ‘captain’!

Sakala: ‘De vicekapitein, laat het ons zo stellen! Ik ben nog altijd de baas. Als ze hier te lang is, loop ik het risico veel geld te verliezen. Ik heb genoeg Zambianen gezien die anderen vertrouwden en geld opstuurden. Geld waarmee men zogezegd huizen bouwde. Maar als ze na hun carrière terugkeerden, was er niks en belandden ze opnieuw in de armoede. Ik geef anderen niet graag geld. Mijn vrouw bewaakt onze investeringen, vooral in de bouw. En straks, wanneer ik terug ben, kunnen we van het leven genieten.’

Klaagt je dochtertje niet te veel over je afwezigheid?

Sakala: ‘Steeds meer. Ook al hang ik hier, als ik thuis ben, voortdurend aan de telefoon. Ze is drie en wil me liever altijd in Zambia. Het is tijd voor een broertje of een zusje. ( lacht) Als ik in Zambia ben, spendeer ik wel al mijn tijd bij mijn gezin en de familie. Dat kost me vriendschappen, omdat ik neen zeg tegen iedereen die me wil zien. Ik ben geen goeie vriend die meegaat naar de sishabar.

‘We wonen in Lusaka en ze vergeten soms dat ik acht uur moet rijden om mijn vader en moeder of andere familieleden te zien. Vaak vinden ze me daarom arrogant. Jammer, maar de familie gaat voor.’

Oostende

In 2018 belandde je in Oostende.

Sakala: ‘Ik hoorde van hun belangstelling en belde Emmanuel Banda die hier al was. Hij zei: rep je maar, dit is een goeie ploeg. Mijn manager zei daarop: oké, geef me een dag of drie en ik regel dat wel. Regel me een vlucht vandáág, antwoordde ik. Anders ga ik zelf. ( lacht) Ik wilde zo snel mogelijk weg uit Rusland.’

‘De droom mag nooit over dat geld gaan. Ik heb het al zo vaak gezien: geld, uitgaan, snelle auto, ongeval, en baf … twee benen kapot en carrière voorbij.’

Fashion Sakala

Je bent nu aan het einde van dat contract van drie seizoenen. Blik eens terug.

Sakala: ‘Er zijn gesprekken om dat te verlengen en die lopen goed. Mijn evolutie was normaal, vind ik. Het eerste seizoen was moeilijk, vooral op tactisch vlak. Ik was nog een Afrikaanse voetballer, onvoldoende aangepast aan het Europese voetbal. Het was werken, trainen en bijleren. Ik zie vandaag een groot verschil met de Sakala van toen.’

Mag ik zeggen dat je toen een snel kieken zonder kop was?

Sakala: ( lacht) ‘Een beetje. Inmiddels heb ik beter geleerd om het moment te kiezen, om beter te lopen door te luisteren.’

Mag ik ook zeggen dat KVO het je niet makkelijk maakte? Als ik het goed heb, is Alexander Blessin je zevende coach in drie jaar.

Sakala: ‘Als er een nieuwe coach komt, moet je luisteren naar wat die man wil. En dan als speler beslissen of hij gelijk heeft of niet. Je kunt als speler exact uitvoeren wat de coach vraagt, of iets anders brengen, dat resultaten oplevert, als je voelt dat de coach geen gelijk heeft.’

Je doet dus niet altijd wat de trainer vraagt?

Sakala: ‘Ik probeer te combineren. ( lacht) Het is belangrijk wat een coach zegt, maar je moet tegelijk ook je hoofd gebruiken. De ene keer doe je wat de coach vraagt, een andere keer iets wat misschien een beter resultaat oplevert. Geen trainer die dan zal durven te klagen. Wat ik allemaal al gehoord heb… ‘Fashion, jij kunt als linker winger spelen.’ ‘Fashion, voor mij ben je een spits.’ ‘Fashion, ik zie je op de rechterflank.’ ‘Fashion, je bent in mijn ogen een middenvelder.’ Enzovoort.’

Wat ben je eigenlijk?

Sakala: ‘Een striker. Laat het ons zo stellen: ik heb van elke coach al heel veel geleerd en ben nu een veel betere speler dan drie jaar geleden. Toen ik de eerste keer met de huidige coach sprak, zei die: ik heb een fantastisch plan met jou en als je dat uitvoert, zul je veel scoren. Ik moest de ruimte in de rug van de verdedigers zoeken en bij balverlies de eerste zijn die druk zette. Ik weet nog dat ik toen dacht: jaja, zeer goed, zien of dat werkt, maar als het niet lukt, doe ik wel wat ik denk dat goed is voor het team. Maar het werkte.’

Leg mij eens uit waarom KVO vorig seizoen nog moest vechten tegen de degradatie en nu, met een ploeg die voor de helft dezelfde is, meestrijdt voor een plaats in de play-offs?

Sakala: ‘De mindset. Als de tegenstander vorig seizoen scoorde, waren we haast zeker verloren. Nu denken we: oké, we kunnen nog steeds terugkomen.’

Waar ligt de lat?

Sakala: ‘Hoog. Play-off 1, als je het aan mij vraagt. En vijftien goals voor mij. Pas dan zal ik kunnen zeggen dat ik beter was dan vorig seizoen.’

Daarom wil je de strafschoppen nemen?

Sakala: ‘Altijd. Ik ben voor de coach de nummer één. Anderzijds, Makhtar wil ook goals. Ik neem dat nooit persoonlijk, na de wedstrijd is dat vergeten.’

Onlangs heb je gemist tegen Mignolet. Mag Gueye nu de volgende nemen?

Sakala: ‘Neen! Ik wil de volgende ook nemen, scoren, om te zeggen: champions geven nooit op, ik ben geen failure. Als ik de volgende niet neem, lijk ik dat wél. Rechtsboven gaat hij binnen.’

De doelmannen zijn gewaarschuwd.

Sakala: ‘Daarom zeg ik het ook, ze zien wel of ik het meen. ( lacht luid) Simon Mignolet heeft me al een paar keer van een doelpunt gehouden. Ook daarom wil ik play-off 1. Ik wil nog een keer tegen Club Brugge spelen!’

De kracht van dromen

In het interview herhaalt Fashion Sakala meermaals dat hem ’s nachts dromen overvallen die een voorspellende waarde blijken te hebben. Vorige zomer overkwam het hem ook.

‘Mijn voorbereiding ging de mist in met een knieletsel, dat bleef aanslepen’, vertelt hij. ‘Een maand kon ik niet met de ploeg trainen. Uiteindelijk maakten we een afspraak voor een operatie in Antwerpen. Op een maandag zou dat gebeuren.

‘In de nacht van zaterdag op zondag droomde ik dat de operatie beter niet gebeurde, want dat ik anders problemen zou krijgen voor de rest van mijn carrière. Ik belde mijn pa en praatte erover. Hij zei: ‘Je hebt al zoveel verteld over dromen die uitkwamen, volg je gevoel.’ Je moet weten: ooit droomde ik dat mijn zus ziek was, ik zag haar zelfs in het ziekenhuis. Toen ik ’s anderendaags naar mijn vader belde om dat te vertellen, nam hij op… in het ziekenhuis. Daar was hij met mijn zus.

‘Die zondag bad ik langer dan normaal. Bidden helpt me. Als ik van slechte dingen droom en ik bid, gebeuren ze niet. Droom ik goeie dingen en bid ik, dan gebeuren ze wel. Daarom staat ook op mijn Instagram: dreams don’t die. Meestal bid ik drie keer 30 minuten, ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds voor het slapengaan. Die avond bad ik een uur. ’s Anderendaags voelde ik geen pijn meer. Ik kwam op de club en zei: ‘Coach, ik laat me niet opereren, maar ga vanaf nu met de ploeg trainen.’ Niemand geloofde dat het kon, maar het probleem was weg. De vorm vinden was wat lastig, ik stond te zwaar, maar de pijn was wel weg.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content