Genk en Club Brugge in de Youth League: meten met de grote jongens

© PHOTONEWS
Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

In de schaduw van de A-ploeg werken ook de U19 van Genk en Club Brugge hún CL af, maar dan onder de naam Youth League. Deze week in Liverpool en bij PSG; met welke ambities gingen ze daar naartoe?

Oostende, dinsdagmiddag. ‘ Gaat u ook naar de horecabeurs?’

Een gast van die samenkomst kijkt wat vertwijfeld naar de drukte rond het stadion van KVO. Papiertje in de hand zoekt hij naar de juiste toegangspoort, de blik verraadt onzekerheid. Hij verwachtte duidelijk wat anders dan aangestoken stadionlichten en voetbalsupporters. Maar hij zit wel degelijk juist, er vinden in de Versluys Arena twee evenementen op hetzelfde moment plaats. De hostessen binnen zijn er voor de gasten uit het horecamilieu, wat buiten zit, is er voor Club Brugge-PSG, versie U19. En dat evenement scoort duidelijk hoger in de populariteitspoll dan het eerste.

Zo’n défilé van jong talent trekt volk, ook al is het een dinsdagmiddag. Dat zal vandaag in Parijs, naar aanleiding van het tweede onderlinge duel van de U19 niet anders zijn. Veel familie, uiteraard, een grote schare fans, logisch, maar ook heel veel scouts. We horen op de tribune Duits, Italiaans, Engels en Spaans. Iedereen noteert ijverig opstellingen, tussenkomsten, namen. De socialmediaman van Club tweet: ‘Nooit gedacht dat Club nog tegen Simons en Fadiga zou spelen.’ Het zijn twee bekende namen, zij het geen familie, uit de opstelling van de bezoekers.

Wil een talent de stap zetten naar de A-ploeg dan is het niet altijd leuk en fijn voetballen.’ Kevin Van Dessel, KRC Genk

De thuisploeg domineert en komt verdiend op voorsprong. Bij PSG loopt dus een Simons, Xavi, een kleine Amsterdammer met krullen die doen denken aan Ruud Gullit. Of Carlos Valderrama. Zijn reputatie snelde hem vooruit, de jongen zou ontzettend goed kunnen ballen. Maar dus niet in Oostende, Xavi doet zijn voornaam allerminst eer aan en verdwijnt na 75 minuten onopgemerkt uit het verhaal. Club leidt dan al met 2-0 en komt amper in de problemen.

Halfweg zijn Youth League heeft het zes punten, eerder werd ook al gewonnen van Galatasaray en verloren bij Real. Tien punten en doorstoten naar de volgende fase is het doel. Dat is beter dan vorig jaar, toen het uit zes duels tegen Monaco, Borussia Dortmund en Atlético Madrid zeven punten haalde. De trainer van toen is ook die van nu: Rik De Mil. Hij duidt de progressie: ‘Na ons eerste duel zei ik al dat je merkte dat een aantal jongens dit al heeft meegemaakt en die vaststelling blijft. Vorig seizoen waren we onder de indruk van de gebeurtenissen en overpowerde de tegenstander ons. De tweede helft kwamen we er meestal door. Dit seizoen begonnen we thuis zowel tegen Galatasaray als tegen PSG goed en konden we dat volhouden. Enkel tegen Real vond ik dat we opnieuw wat onder de indruk waren; de omstandigheden zijn daar toch wat anders. Bij de return zal dat straks veel minder zijn. Door de ervaring van vorig seizoen stralen we met zijn allen iets meer rust uit.’

Dit soort wedstrijden noemt hij cruciaal om zijn jongens naar een hoger niveau te tillen. ‘Als we de kloof willen beperkt houden, dichten zullen we die nooit, dan hebben we dit soort wedstrijden nodig.’

Het is de taak van elke beloftencoach: op een of andere manier de sprong naar de A-ploeg overbruggen. Club zet daarin stappen via wedstrijden in de Youth League, of vriendschappelijke duels met de internationale top. En sinds dit seizoen traint alles vanaf U18 ook in Knokke, op hetzelfde complex als de A-ploeg. Tijdens interlandbreaks of na wedstrijden doet een deel van de jeugd mee met een deel van die A-kern. Dat leverde dit seizoen al wedstrijdminuten op in het eerste voor Charles De Ketelaere en Ignace Van Der Brempt.

Kevin Van Dessel, KRC Genk
Kevin Van Dessel, KRC Genk© BELGAIMAGE

Samen op hetzelfde complex trainen is niet voldoende. Er moet ook wederzijdse interesse zijn. En die is er: Philippe Clement en CarlHoefkens, als verbindingsman, polsen naar evolutie en komen kijken. De Mil: ‘Zij die het goed doen bij ons, mogen eens proeven, maar merken ook dat er nog een enorm verschil is. Dat zorgt ervoor dat ze met de voetjes op de grond blijven. Een aantal jaar geleden speelden ze vijf goeie wedstrijden met de beloften en dachten ze: ik ben klaar voor de eerste ploeg. Nu beseffen ze door de trainingen, de data, wat ze zien én de aandacht die ze krijgen: de stap is nog groot. Ook al onze trainingen worden gefilmd, net als alle wedstrijden.’

Liverpool

Een dag later. Het land door, van de Versluys Arena naar de Luminus Arena. Goed voor 210 km en veel dezelfde gezichten. In het spoor van talent vind je dezelfde jagers. Ook hier vreemde talen naast familie of geïnteresseerden: Davy Oyen komt zijn zoon Luca volgen, ex-voetballers als David Paas of Harold Meyssen de ploeg. Nico Vaesen is er opnieuw, Peter Smeets ook, hij werkt samen met Patrick Vervoort. Uit hun stal en aanwezig: Wout Faes verdediger van KVO en allicht fan van Liverpool. De tribune van het B-veld is zo goed gevuld op deze zonnige woensdagmiddag dat de stewards een kwartier na de aftrap de deuren moeten sluiten. Uitverkocht.

Net als bij Club traint een deel van de U19 van de Reds mee met de A-ploeg op momenten dat het kan en dat is eraan te zien. Naast ons staat iemand van New Balance, de kledingsponsor. Duidelijk een ingewijde. Hij wijst zijn gast, een Nederlander, op de linksachter van de bezoekende U19. ‘ Kloppis very impressed by him. ‘ Noteer zijn naam: Yasser Larouci (18), een Fransman. Centraal achterin loopt een boomlange Nederlander Sepp van den Berg (17) en de rechterflank, met rechtsachter Williams en rechtsbuiten Elliott, zal een week later zelfs in de basis staan bij het bekerduel met Arsenal (5-5). Genk, dat een paar basisspelers mist, moet na het gelijkspel in Salzburg en de zege thuis tegen Napels zijn meerdere erkennen in Liverpool, dat vlot wint met 0-2.

Kevin van Dessel traint de Genkse U19. Wat is voor de Limburgers de waarde van deze competitie? Van Dessel, een uurtje na affluiten op het oefencomplex van de KRC jeugd: ‘Een ideaal leermoment om op internationaal niveau te kijken waar ze staan. We proberen onze manier van voetballen iedere wedstrijd weer te brengen, maar anders dan de vorige keren kwamen we daar vanmiddag weinig aan toe. Er zijn genoeg jongens, ik denk dat we met 14 internationals zitten, die wél al wedstrijden spelen op internationaal niveau, maar op clubniveau is dit het maximale. In onze competitie kunnen we ons dominante voetbal brengen, maar als de tegenstander meer kwaliteit heeft, moet je andere dingen doen en zie je wat jongensachtig voetbal. Noem het naïef. Ik denk dat daar onze grootste leerfase zit. De spelers van Liverpool hebben die volwassenheid al wél.’

In de Genkse basis vallen twee namen op. Maarten Vandevoordt, de doelman van de toekomst, straalt rust uit en zal ’s avonds bij de A-ploeg al op de bank zitten. Hij staat bij thuiswedstrijden van de Youth League onder de lat om ook wedstrijdminuten te pakken en zo progressie te boeken. Een andere opvallende naam is Matisse Didden, die al de A-ploeg van Patro Maasmechelen haalde, maar nu weer bij de jeugd speelt. Is dat geen stap terug?

Van Dessel: ‘Wat die jongen miste, is de opleiding van KRC Genk, puur het voetballende. Wat hij wél mee kreeg is dat hij 90 minuten achter een bal kan lopen. Ook aan de anderen is de boodschap: wil je de stap zetten naar de overkant ( naar de A-ploeg, nvdr), dan is het niet altijd leuk en fijn voetballen, dan worden ook andere dingen gevraagd. Daarom is het goed dat ze deze wedstrijden spelen.’

Net als in Brugge is ook hier de begeleiding top: veel beelden, veel data, groepsanalyse én individuele analyse. Ze vragen de voetballers ook om zelf hun match te analyseren, al kan dat grondiger, denkt Van Dessel: ‘Vaak blijft dat nog beperkt tot zichzelf punten geven, of herhalen wat de trainers zegden. We dwingen ze om dieper na te denken.’

Ook zijn vaststelling is: de kloof met de overkant is groot. En hoe die verkleinen? Van Dessel: ‘Je vroeg net: is het voor Matisse niet beter om bij Patro te voetballen? Ik zeg daarop: is het niet beter om met de beloften in derde of tweede amateur te voetballen, tegen volwassen kerels, waar ze aan maturiteit gaan winnen als het op resultaat aankomt. Dat kan misschien wél helpen. Nu hebben we de Youth League, maar nationaal is dat fysieke, dat volwassene, inderdaad wat minder. Een andere competitie zou andere oplossingen kunnen aandragen.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content