Het wonder van Witsel: achtergronden bij een snelle comeback

© belga
Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Alle data gaven aan dat een versnelde terugkeer van Axel Witsel mogelijk was. Waarom dan nog langer wachten, vroegen speler en bondscoach aan de medische staf? Die zette het licht op groen.

11 januari 2021. Die maandag ging Axel Witsel onder het mes in het AZ Monica in Deurne. Arts van dienst: Geert Declercq. EK voorbij, waren de eerste signalen. Maar Axel is, dixit zijn medische begeleiding, een snelle genezer. En dus staat Witsel overmorgen, 17 juni 2021, normaal weer op het veld. Zes maanden en een week na het voorval bij Borussia Dortmund. Zijn terugkeer was aangekondigd voor speeldag drie op dit EK, het zal bij leven en welzijn vier dagen vroeger zijn.

Er was een tijd, op het einde van de vorige eeuw, dat achillespeesletsels vrij vaak voorkwamen, herinnert VRT-analist Eddy Snelders, vroeger nog assistent-bondscoach, zich. Daarop werd het schoeisel aangepast, kwam er een betere medische opvolging met data én gingen refs ook strikter tackles langs achter bestraffen. Het letsel van Witsel en van andere voetballers wijst toch op een voortdurende (over?)-belasting. Iets om over te waken.

Hebben we hier te maken met een medisch wonder, een risico, overhaasting van het herstel om alsnog het EK te halen? De medische staf hoedde er zich gisteren voor om dat woord in de mond te nemen.

Er zijn dan ook casussen van sneller herstel, Lautaro Martínez bleef minder dan vijf maanden aan de kant met problemen aan de achillespees. De Fransman Sydney Gouvou overkwam het zelfs twee keer in 2009 en 2012. Hij deed een eerste keer iets meer dan drie maanden en later een maand of vijf over zijn herstel.

Ook andere Rode Duivels kunnen ervan meespreken. In 2014 trok een achillespeesletsel een streep door de WK-ambities van Christian Benteke. Hij raakte geblesseerd op 3 april en stond er op 15 september terug. Dat is ook ongeveer 5,5 maand later. Bij Matz Sels, slachtoffer van een gelijkaardig letsel, duurde de revalidatie zes maanden: out op 15 juli 2020, terug op 20 januari van dit jaar. Net op tijd om wedstrijdritme op te doen en dit EK te halen.

Te snel afgeschreven

Elke blessure is anders, elke speler revalideert anders en elk lichaam reageert anders op de intensiteit bij de terugkeer, maar de conclusie is misschien toch ook deze: we hebben in januari Witsel wellicht te snel afgeschreven.

Ook op aangeven van de speler zelf, én de medische staf die in het achterhoofd wellicht beter wist, dat het EK niet onhaalbaar was, maar de speler niet met druk wilde opzadelen. Intern zal met Witsel alles wel zijn doorgesproken. Vandaar misschien ook altijd diens relatieve rust in de communicatie, dat het allemaal wel goed kwam.

Dat neemt niet weg dat dokter Geert Declercq en de hele revalidatiestaf rond Lieven Maesschalck én de speler sterk werk leverden. Elke etappe in zijn revalidatie in Antwerpen – Witsel huurde er een appartement om tussen de oefeningen door geen tijd te verliezen en te kunnen rusten – verliep voorspoedig. Direct spieroefeningen, om weinig tijd te verliezen, dan lopen, dan oefeningen met bal. Maesschalck en Declercq: ‘Onze bedoeling was om Axel, die een week eerder dan de anderen begon in Tubeke, fit te krijgen voor de rest er was.’

Zo kon Witsel eigenlijk zo goed als direct meetrainen met de groep. Nu is het wedstrijdfit raken, tempo opdoen, zes maanden zonder de intensiteit van een match is zeer lang. Alleen daar zijn nog twijfels over. Hoe verteert Witsel dat?

Pees even sterk

Toen data rond recuperatie en intensiteit, het gevoel in trainingswedstrijdjes, de afwezigheid van angst om te hervallen allemaal goed zaten, kwam de vraag van de speler en de technische staf: ‘Waarom nog langer wachten?’

De medische staf overlegde, analyseerde en gaf groen licht. Al voor Denemarken, vier dagen voor de wedstrijd tegen Finland, het doel dat Martínez voor ogen had. Op die manier kan de rentree misschien wat geleidelijker verlopen. Zeg maar twintig minuten tegen de Denen en een helft tegen de Finnen. Zoiets.

Riskeert Witsel iets op medisch vlak? In principe niet. Govou overkwam het twee keer, maar de eerste keer was rechts en de tweede keer links. Het was geen hervallen, al getuigde de Fransman bij de tweede keer wel over wat spierhinder na terugkeer.

Geert Declecq was daarover duidelijk: ‘Sterker is de pees niet, we zijn al blij dat we als arts de pees even sterk kunnen maken als voorheen. Nul risico bestaat niet, maar in principe kan Axel helemaal bevrijd spelen.’

Het is de speler die het allemaal gedaan heeft, was het besluit. Zijn kracht en inzet gaf de doorslag. En vooral: geen angst. Maar die heeft Witsel naar verluidt niet. Om te beginnen al niet op training. Wat het in Kopenhagen wordt, zal moeten blijken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content