‘Ik voel geen spijt over mijn carrière’

© BELGAIMAGE - JASPER JACOBS
Thomas Bricmont

Een jaar voor het WK leek Pelé Mboyo goede papieren te hebben om met de Rode Duivels naar Rio te reizen. Nu probeert de Brusselse spits na twee lange jaren zonder spelen zijn carrière opnieuw te lanceren bij Cercle Brugge.

IJzige koude, dichte mist en een weg die ergens uitloopt op een sober uitziend hotel: onze plaats van afspraak heeft iets van de film The Shining. Het is daar, enkele kilometers buiten het centrum van Brugge, dat we Pelé Mboyo ontmoeten. Veel hebben we over hem niet meer gehoord sinds hij in september 2015 naar Zwitserland vertrok. De laatste officiële wedstrijd van de ex-spits van AA Gent dateert van 21 december 2014. In de 4-1-nederlaag van KRC Genk op Club Brugge maakte hij het enige doelpunt van de Limburgers. Het is tot op heden zijn laatste doelpunt. Het is eveneens in Brugge dat de jongen die toen nog Petit Pelé genoemd werd, zijn eerste goals maakte als prof, in een uitmatch met Charleroi op Cercle. Uitgerekend bij die laatste club heeft hij net een contract getekend. ‘In toeval geloof ik niet’, zegt hij.

Voor je vertrek naar Sion, toen je onder contract lag bij Genk, verklaarde je dat je geen enkele spijt zou hebben mocht je carrière per direct afgelopen zijn.

PELÉ MBOYO: ‘Of het nu Anthony Vanden Borre is of ikzelf: je moet weten dat wij niet in dezelfde wereld leven als voetballers, dat begrijpen de mensen niet. De mensen zullen nu zeggen: wat gaat die bij Cercle uitrichten? Maar ik zou zelfs gratis blijven spelen, met mijn vrienden, want voetbal is mijn passie. En hier ga ik in een mooi stadion spelen, een van de grootste in België, met een geweldige infrastructuur, want Cercle is erg professioneel. In Sion was de club bijvoorbeeld gehuisvest in een hotel. Ik had ook andere aanbiedingen, ik kon naar de eerste klasse in België, bij clubs die onderaan staan.’

Je makelaar verklaarde dat een speler van jouw niveau onmogelijk naar een club als Union kon gaan. Twee weken later teken je bij Cercle…

MBOYO: ‘Precies: Union is Cercle niet. Het is niet omdat Cercle momenteel achter Union staat dat het geen belangrijkere club is. Kijk maar naar de infrastructuur, het professionalisme rond deze club.’

Een directielid van Cercle verklaarde dat jij als kind een fan was van deze club…

Ik was bij Genk op training niet in staat om te lopen en toch was ik in het weekend titularis

MBOYO: ‘Dat zijn nonsens. Ik heb dat ook gelezen, maar ik ben nooit supporter geweest van Cercle. De club waar ik mij als Brusselaar het meest mee identificeerde, was Anderlecht. Maar ook van paars-wit was ik nooit echt een fan. Ik supporterde nooit voor een Belgische ploeg, ik was voor PSG, voordat de Qatarezen kwamen.’

Advies van Wilmots

De breuklijn in je carrière is de komst naar Genk, waar men zei dat ze jou hadden laten tekenen ondanks slechte medische tests.

MBOYO: ‘Dat is niet waar. Toen ik in Genk aankwam, had ik geen enkele voorbereiding achter de rug. Ik zou weggaan bij Gent en mijn bedoeling was nog voor het einde van het seizoen 2012/13 voor Anderlecht te tekenen. Maar dat sleepte aan, ook al sprak ik meermaals met Herman Van Holsbeeck. Toen Gent de trainingen hervatte, was de overeenkomst dat ik af en toe zou meedoen. Ik kwam een dag, stond dan weer vijf dagen op rust, enzovoort.’

Waarom werd je door Gent op rust gesteld?

MBOYO: ‘Ik wou het risico niet lopen om me te blesseren. Ik had een akkoord met Anderlecht. Omdat ik de indruk had dat het met die transfer wel de goeie kant op ging, heb ik heel wat aanbiedingen geweigerd. Dan spreek ik over concrete voorstellen, van Hull, Reading, Nürnberg… Ik sprak er met Marc Wilmots over, want het was mijn ambitie om naar het WK te gaan. Ik gaf hem de lijst van geïnteresseerde clubs en hij gaf me de raad om naar Anderlecht te gaan, voor de Champions League en omdat ik voor de titel zou kunnen spelen. En inderdaad: tegenover clubs uit grotere competities die tegen de degradatie voetbalden, was Anderlecht de slimste keuze met het oog op het WK.’

Waarom is het misgelopen met Anderlecht?

Ilombe Mboyo
Ilombe Mboyo© Belga Image

MBOYO: ‘Anderlecht vroeg of het in schijven mocht betalen, maar Gent wilde daar niet van weten. Ik voelde dat het scheef zat tussen de twee besturen en had de indruk dat Gent me liever niet naar Anderlecht zag vertrekken. Ik was daar kwaad om. Ik ben me dan gaan gedragen alsof ik een speler van Anderlecht was, terwijl ik nog bij Gent zat. Ik werd uitgesloten van trainingen en ik zag mijn ploegmaats vooruitgang boeken. Ik ging ervan uit dat ze me dat expres aandeden. Toen het dan de Gentse Feesten waren, raadde iemand uit de entourage van het bestuur me aan om daar niet naartoe te gaan. Maar dat kon ik niet maken tegenover de supporters, je moet toch een beetje respect tonen. Ik was met mijn hoofd dan wel niet meer bij Gent, maar de supporters hebben me altijd gesteund. Toen men me zei dat de onderhandelingen met Anderlecht waren afgesprongen, heb ik de knop omgedraaid. Ik speelde opnieuw voor Gent, ook al was ik verbrand.

‘En toen was opeens de deal met Genk rond. Ik voelde dat die club mij echt wilde, de onderhandelingen verliepen heel snel. Ik realiseerde me op dat moment niet wat voor een geweldige club Genk is. Het medisch onderzoek daar is volgens mij het meest complete van heel België. Ik werd opgehaald om zes uur ’s morgens en ik was pas klaar om zes uur ’s avonds. Ik was bekaf en besefte dat ik te laat was voor een goeie voorbereiding. In heel de voorbereidingsperiode had ik misschien tien dagen getraind. Mario Been liet me meteen al invallen tegen Standard en nadien zette hij me wekelijks in de basis. Maar ik voelde dat mijn lichaam het niet zou blijven trekken. De club had dat gezien in de test, men had daar rekening mee moeten houden, ook al begrijp ik het enthousiasme rond mijn transfer.’

Onder druk om te spelen

Tot op vandaag blijf jij de duurste transfer tussen twee Belgische clubs.

MBOYO: ‘Ja en bovendien spreekt men altijd van 4 miljoen euro, maar het was eigenlijk 4,9 miljoen. Dat maakte het voor mij ook niet gemakkelijk, want er werd altijd naar dat bedrag verwezen.’

Je verblijf van twee seizoenen bij Genk werd uiteindelijk een flop.

MBOYO: ‘Eerlijk waar: men zette me te veel onder druk om te spelen. Op een bepaald moment was ik op training zelfs niet in staat om te lopen en toch was ik in het weekend titularis. Ik vroeg aan de coach: ben ik nu verplicht om te spelen of wat? Elke week kreeg ik de vraag: wanneer sta je er weer? Mijn probleem was dat ik geen neen kon zeggen. In mijn tweede seizoen liep ik tijdens een match met de beloften een stressfractuur op. De dag nadien vroegen ze me om mee te trainen terwijl ik nog geen basketbalschoen kon dichtknopen. Ze zeiden me dat het een botvliesontsteking was en dat een gips niet nodig was. Tien dagen later kwamen ze dan toch tot de vaststelling dat het om een fractuur ging en kreeg ik een gipsverband. Zo heb ik stomweg twee maanden verloren. Ik heb met Demba Ba gesproken: die heeft hetzelfde voorgehad en is eraan geopereerd. Dat is bij mij nooit gebeurd.

De fysieke tests bij Cercle waren de beste sinds ik prof geworden ben.

‘Uiteindelijk is het bij Genk allemaal anders gelopen dan verhoopt, want men verwachtte te veel van mij terwijl ik op het slechtst denkbare moment geblesseerd geraakte. Ik had graag meer willen tonen en aan Genk iets willen teruggeven voor het vertrouwen dat ze in mij gesteld hadden. Nu denkt men dat ik niks uitgericht heb die twee jaar, maar ik heb nooit zo hard gewerkt als in die periode. Ga maar na, ik ben nooit een kilo bijgekomen. De fysieke tests bij Cercle waren de beste sinds ik prof geworden ben. Maar een training kan nooit een wedstrijd vervangen.’

In Genk klikte het ook niet bepaald met het publiek.

De hooligans van Genk kwam ik tegen in de stad: nooit een probleem. Maar het is gemakkelijk om te zingen wanneer je met honderden bent.

MBOYO: ‘Tja, ze zongen elke match over mij, maar wanneer ik op hen toe stapte, hoorde ik niks meer. Ik woonde op vijf minuten van het stadion, heel Genk wist waar precies. Het gebeurde geregeld dat jonge fans aanklopten om een handtekening te vragen. De hooligans, die achter het doel staan, heb ik één voor één ontmoet. Ik kwam hen tegen in de stad: nooit een probleem. Het is gemakkelijk om te zingen wanneer je met honderden bent. Kom dan eens vlak voor mij zingen! Dat gebeurde nooit. Hoe vaak is het niet gebeurd dat ik ben uitgestapt om met de supporters te praten, hoewel de stewards wilden dat ik in mijn auto bleef. Ik ben de confrontatie nooit uit de weg gegaan.

‘Maar nogmaals: ik ben geblesseerd geraakt in december 2014, in mijn laatste seizoen bij Genk. Toch bleef ik aan kop staan in het clubklassement van de goals en de assists. Toen ik geblesseerd geraakte stonden we vijfde en hadden we een kloofje met de ploegen die play-off 2 moesten spelen. Toch is de club niet in play-off 1 geraakt aan het eind van de reguliere competitie. En ik kreeg de verwijten. Het zat me op den duur zo hoog dat ik voor een match om de beker van België tegen Racing Mechelen gevraagd heb om niet te moeten spelen. Ik wilde eens zien wat die spelers van wie de supporters de namen scandeerden, zouden tonen. Ik ben naar coach AlexMcLeish gestapt en heb hem gevraagd om anderen een kans te geven. Ik hield mezelf voor dat ik misschien nood had aan wat concurrentie. Bij de rust stonden we achter, tegen een derdeklasser! De coach smeekte me om in te vallen. Dat heb ik uiteindelijk gedaan en daar had ik een raar gevoel bij. Die dag besefte de club dat ik niet de oorzaak was van de problemen, zelfs al zullen ze dat nooit toegeven. Op meer dan vijftig matchen voor Genk was ik beslissend in de helft ervan, terwijl ik er eigenlijk maar een tiental had mogen spelen.’

De Limburgse pers

De Limburgse regionale pers schreef er ook niet naast… Er werd verteld dat je de hulptrainer geslagen zou hebben.

MBOYO: ‘De krant van de club is Het Belang van Limburg. Op een dag heb ik een exclusief interview gegeven aan Het Laatste Nieuws en toen heeft die journalist van Het Belang gezegd: ‘Pelé, we gaan je pakken.’ Iemand binnen de club heeft me dat bevestigd. In Genk drong men er zelfs op aan dat ik hem een interview zou geven. Nadien heeft die journalist voortdurend dingen over mij verzonnen. Ik tel ze zelfs niet meer. Van de twee voorbije jaren in Zwitserland kan ik je zeggen dat die goed waren. De mensen beseffen niet hoe gelukkig ik ben met mijn leven. Nu ik weer in België ben, vrees ik er een beetje voor wat ze weer allemaal gaan schrijven over mij.’

Zijn al je blessures toch niet ergens het gevolg van een slechte lichaamsverzorging?

MBOYO: ‘Neen. Ik ga niet uit, ik drink niet, ik rook niet, ook geen waterpijp. Ik eet weleens iets vettigs zoals iedereen, maar ik let wel op. Ik had misschien nog meer kunnen doen, maar wanneer ik in de spiegel kijk, heb ik geen enkele spijt over mijn sportieve carrière. Voor hetzelfde geld had ik nooit voetbal gespeeld. Het is zelfs enigszins onwaarschijnlijk dat ik toch voetballer ben geworden. Ik heb met zo veel gasten samen gespeeld die beter waren dan ik en die het nooit gemaakt hebben. Je moet niet altijd naar boven kijken, ik kijk af en toe ook naar beneden. Je moet met een bepaalde levenswijze tevreden zijn. Ik heb nooit van zotte dingen gedroomd. Dat is ook een reden waarom ik naar Cercle ben gekomen. Ik had nog zes maanden bij Sion kunnen blijven en daar goed betaald worden, maar ik had nood aan een nieuwe uitdaging.’

Waarom heb je in Sion nooit gespeeld?

Pelé Mboyo: 'Had AA Gent me gebeld, dan zou ik natuurlijk blij geweest zijn om terug te keren.'
Pelé Mboyo: ‘Had AA Gent me gebeld, dan zou ik natuurlijk blij geweest zijn om terug te keren.’© Belga Image

MBOYO: ‘In mijn eerste seizoen was ik geblesseerd. Ik heb tien maanden last gehad van die stressfractuur. Het plan was dat ik het seizoen erop weer klaar zou zijn. Tijdens de voorbereiding vorige zomer was ik in vorm. Ik speelde tegen Zenit Sint-Petersburg en ik gaf een assist in de vriendschappelijke wedstrijd tegen Monaco, maar ik liep opnieuw een scheurtje op dat me acht weken parten heeft gespeeld. Toen was de ploeg al gaan draaien… Ik heb een maand getraind en dan heb ik met de beloften gespeeld. In de wintertransferperiode hebben we overlegd met de voorzitter en leek het beter dat ik een club zou vinden om aan uitgeleend te worden, die een deel van mijn salaris kon betalen.’

Gelukkig in Zwitserland

Waarom hebben jij en Geoffrey Mujangi Bia in Zwitserland getekend? Had je niet de indruk je daar een beetje te begraven?

MBOYO: ‘Dat is wat de mensen denken, maar ik had het goed in Sion. Er was een sportief project, de club speelde Europees en had financiële middelen, ook al klopt het natuurlijk wel dat de Zwitserse competitie hier maar weinig in beeld komt vergeleken met de grote competities. Bovendien was de omkadering er tiptop, net als de levenskwaliteit.’

Maar Mujangi Bia had er een sterk seizoen bij Standard op zitten.

MBOYO: ‘Ja, maar we moeten daar eerlijk in zijn: er was ook het financiële aspect. Geen enkele andere club zou willen betalen hebben wat Geoffrey bij Sion verdient. En hij heeft in de Europa League gespeeld.’

Twee jaar zonder te spelen, woog dat niet op jou?

MBOYO: ‘Ja, natuurlijk wel. Zeker toen ik in het stadion de wedstrijd Sion-Liverpool bijwoonde, had ik zin om te spelen. Ik had er de brui aan kunnen geven, want zo’n lange periode is niet makkelijk, maar ik denk dat ik mentaal sterk sta. Ik heb me altijd voorgehouden dat ik zou terugkeren.’

Nooit eraan gedacht om het voor bekeken te houden?

MBOYO: ‘Neen, hoewel het niet simpel was om in de winter op mijn eentje naar Lieven Maesschalck te gaan. Het is gebeurd dat ik halverwege omdraaide. Maar ik heb nooit de handdoek willen werpen.’

Waarop ben je tot nu toe het meest trots?

MBOYO: ‘Ik heb met Congo vriendschappelijk gespeeld tegen Gambia. Destijds was de organisatie rond de nationale ploeg nog niet zoals die nu is, maar ik ben toch gegaan. Toen ik terugkeerde, zei ik bij mezelf dat, gezien de context, het Afrikaanse voetbal mijn ding niet was. Nadien heb ik ook voor België gespeeld. Ik heb dus gespeeld voor mijn land van afkomst en voor mijn adoptieland. Dat kan niet iedereen zeggen. Ik heb deel uitgemaakt van een selectie die bestond uit de beste generatie die het Belgische voetbal ooit gekend heeft. Ik ben ook trots dat ik nog altijd de grootste transfer ben tussen twee Belgische clubs. Het enige waar ik spijt van heb, is dat ik met mijn clubs geen internationale carrière heb gehad. Maar het is nog niet voorbij. Als ik er niet meer in zou geloven, dan zou ik beter stoppen.’

Als er één coach is die in jou geloofde, en dat volgens zijn recente uitlatingen nog steeds doet, dan is het wel Hein Vanhaezebrouck. Waarom heeft Gent geen poging gewaagd, je was nu toch niet duur?

MBOYO: ‘Als een speler zo verweven is met een club als ik met Gent, dan reik je die speler normaal gezien vroeg of laat de hand. Maar ik heb Hein Vanhaezebrouck of Michel Louwagie niet gebeld, ik wil geen cadeaus. Ik wil gewoon krijgen wat ik verdien. Hadden ze me gebeld, dan zou ik natuurlijk blij geweest zijn om terug te keren naar Gent. Men zou zeggen dat ik bij geen enkele club echt thuishoor. Anderzijds weet ik dat ik alles wat ik gekregen heb ook verdiend heb. Ik zal tevreden zijn als ik aan mijn kind of aan de jongetjes uit de wijk kan zeggen: als je blijft werken, dan is er niks dat je kan stoppen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content