Cedomir Janevski kreeg Bergen vooralsnog niet op de rails, de Henegouwers staan op de laatste plaats. Is zijn ploeg een vogel voor de kat?
Met negen punten minder dan de nummer veertien in de rangschikking halfweg de competitie lijkt alleen een mirakel de Royal Albert-Elisabeth Club nog te kunnen redden van degradatie. Cedomir Janevski (52), die Bergen na de achtste speeldag overnam maar zeven wedstrijden verder amper één punt extra heeft behaald en nog steeds laatste staat, is een andere mening toegedaan: “Er zijn nog 45 punten te winnen, ik denk dat we ons hier nog uit kunnen knokken.”
“Toen ik Bergen overnam, stond Cercle er even slecht voor als wij. Die ploeg heeft een ommekeer gemaakt en is dan op haar elan doorgegaan, terwijl bij ons de bal in diezelfde periode niet voor ons rolde. Ik vind Bergen qua intrinsieke waarde te vergelijken met Cercle.”
S/VM: Hoeveel druk voel je als trainer in zo’n situatie?
Janevski: “Ik zal u verbazen: de voorzitter komt hier niet vaker tussenbeide dan bij een andere club. Ik overleg wel regelmatig met technisch directeur Dimitri Mbuyu. Ik maak hier geen crisisvergaderingen mee, ik werk. Bergen is een goed gestructureerde club met goeie arbeidsomstandigheden, waar de spelers op tijd betaald worden. Ik heb het op die vlakken ooit anders meegemaakt. Ik blijf ervan overtuigd, hoe diep we ook zitten, dat we voor deze situatie oplossingen vinden.”
S/VM: Heb je de taak niet onderschat?
Janevski: “Neen. Het is niet zo dat ik een ploeg overnam waar niets was. Het probleem lag elders. Bergen miste vorig seizoen nipt play-off 1, de spelerskern waarmee dat gebeurde was amper veranderd en er was een groot aantal Belgische spelers dat de Belgische competitie door en door kende. Maar een voetbalteam is mentaal veel breekbaarder dan men vaak beseft. Resultaten beïnvloeden meteen het mentale. Dit team is door elkaar geschud door alle pech bij de competitiestart. Niemand had dat verwacht.”
“Het probleem van Bergen ligt vooral op het mentale vlak, je ziet een aantal fouten terugkomen. We krijgen vaak goals tegen in de beginfase van wedstrijden. Daar moeten we aan werken, liefst met deze groep. Ik hoop nog steeds dat we play-off 3 kunnen vermijden. Eind december zien we of deze kern genoeg veerkracht heeft. Anders moeten we ons toch versterken.”
S/VM: Twijfel je dan echt niet aan de goede afloop?
Janevski: “Had ik getwijfeld, zou ik hier niet getekend hebben. Ik had een interessante job bij Macedonië, dat een nationale ploeg in volle opbouw heeft. In januari werd ik ook nog gecontacteerd door Olympiacos, waar ik met Trond Sollied gewerkt heb. Maar mijn gezin woont nog steeds in Brugge, sinds ik daar in 1989 belandde. Op de terugweg van Brugge naar Skopje belde Dimitri Mbuyu mij. Ik heb er even over nagedacht en dan toegehapt. Ik had ook opnieuw goesting om dagelijks op het veld te staan.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier