Bernd Storck (Eupen): ‘Duidelijkheid is het gemakkelijkste voor iedereen’

© PHOTONEWS
Jacques Sys
Jacques Sys Jacques Sys is een Belgische sportjournalist

Na Excel Mouscron, Cercle Brugge en KRC Genk is KAS Eupen de vierde Belgische club voor Bernd Storck. Hij bracht intern al correcties aan en werkt er met de hem eigen principes. ‘Het verschil in het voetbal wordt gemaakt door detailwerk op training.’

Aan bevlogenheid heeft het Bernd Storck nooit ontbroken. Overal waar de Duitser neerstrijkt, probeert hij spelers beter te maken, altijd al heeft hij zich beschouwd als een voetballeraar. Tijdens iedere training is Storck nadrukkelijk aanwezig, op een dwingende manier. Docerend en corrigerend. Dat leverde hem veel lof op in Moeskroen en bij Cercle Brugge, waar hij in de degradatiestrijd verwikkeld was en een mirakel verrichtte. Maar bij KRC Genk, waar Storck in december 2021 de ontslagen John van den Brom verving, leek de vonk niet echt over te slaan. Zijn aflopende overeenkomst werd niet verlengd. ‘We hebben in onderling overleg besloten om niet met elkaar door te gaan, als de visies anders zijn, scheiden de wegen’, zegt Storck. Veel meer wil hij er niet over kwijt.

Bij Eupen is de 59-jarige Bernd Storck bezig aan een nieuw hoofdstuk in zijn carrière. Een Duitser in een Duitstalige club. Hij weet dat hij voor een moeilijk seizoen staat nadat de selectie van KAS Eupen een facelift onderging. ‘Ieder punt is hier een gewonnen punt’, zegt hij. Maar hij looft de passie van zijn spelers, de overgave om er alles uit te halen, de wil om verder te groeien. Daarmee, zegt hij, kan je heel ver komen.

Bernd Storck:‘Toen ik hier kwam, heb ik de spelers het gevoel willen geven dat we aan iets nieuws begonnen zijn. Daarom heb ik een aantal zaken veranderd. De fitnessruimte kreeg een nieuwe aanblik, net als de kleedkamer. Er kwam ook een andere trainerscabine en een grote tafel waaraan alle spelers zitten en samen eten. De spelers moeten zich goed voelen als ze hier binnenkomen, je moet een gevoel van samenhorigheid scheppen, zo kom je tot een groepsgevoel. En daarvoor is het goed dat je af en toe iets verandert, dat je oude gewoontes overboord gooit, ook al waren die op zich niet slecht. Je kan als trainer met dat soort wijzigingen zelf de sfeer bepalen en ervoor zorgen dat in een kern van dertig man iedereen zich betrokken voelt.’

Als je in Eupen gelijkspeelt, heb je een gewonnen punt. In Genk waren dat twee verloren punten.’ Bernd Storck

Hebt u de spelers meteen duidelijk gemaakt waar u naartoe wil?

Storck: ‘Dat doe ik altijd. Duidelijkheid is het gemakkelijkste voor iedereen. Ik wil zoveel mogelijk op balbezit spelen, dat is altijd mijn uitgangspunt. Dan geef je de ploeg zekerheid. Zeker bij jonge spelers is dat belangrijk. Mijn filosofie is: zo ver mogelijk van de eigen goal spelen, dan is er ook geen druk op die eigen goal.

‘Het gaat niet zozeer om het systeem op zich, daarin moet je kunnen variëren en dat hebben we in de voorbereiding ook gedaan. Soms speelden we met drie verdedigers, soms met vier. Eigenlijk is de basis altijd en overal dezelfde: iedere speler moet bij balbezit weten wat hij moet doen, alleen zo kan je als ploeg functioneren. Daar werken we naartoe. Elke dag opnieuw. Ik toon ook video’s, zodat ze zien wat er van hen verwacht wordt. Met video’s dring je sneller tot de spelers door. Wat dat betreft, is trainen telkens weer herhalen. Hoe moeten de middenvelders samenspelen, hoe moeten de aanvallers bewegen. Vervolgens probeer je dat allemaal ook tactisch om te zetten. Het verschil in het voetbal wordt gemaakt door detailwerk op training. Ik merk hier een grote gretigheid, een enorme honger. Jonge spelers die licht geblesseerd zijn, durven dat haast niet zeggen. Ze zijn bang dat ze op training iets gaan missen.’

Bernd Storck: 'Als hoofdtrainer ben je verantwoordelijk voor alles.'
Bernd Storck: ‘Als hoofdtrainer ben je verantwoordelijk voor alles.’

Heel direct

Bent u ook in Genk met dezelfde filosofie van start gegaan.

Storck: Selbstverständlich. En het werd ook opgepikt. We kregen na mijn komst bijvoorbeeld achttien tegendoelpunten in zeventien wedstrijden, terwijl de ploeg voor de jaarwisseling 29 treffers incasseerde. Dat betekent toch dat er een organisatie stond. Ik vond dat Genk over een uitstekend team beschikte en we hebben ook heel goed samengewerkt. Ik kijk echt met een positief gevoel terug op die periode.’

Toch kreeg u aanvankelijk kritiek. In uw eerste analyses was u spijkerhard: het was alsof de ploeg niet kon voetballen.

Storck: ‘Zo erg was het niet. Maar ik vind dat je de zaken moet benoemen, dat je moet zeggen waar het op staat. Met zalven geraak je nergens. Ik ben heel direct, misschien omdat ik door mijn vader op een zeer autoritaire manier ben opgevoed. Maar ik ben wel eerlijk en fair. We hebben trouwens een goeie terugronde gespeeld en uiteindelijk 52 punten gehaald, dat zijn er maar vier minder dan het seizoen daarvoor toen Genk wel in de play-off 1 geraakte. Ons puntentotaal lag in de terugronde gemiddeld hoger dan in de heenronde. We speelden altijd goed tegen de topploegen, dat zegt toch iets. Maar het was niet genoeg. Je moest vorig seizoen 60 punten halen om play-off 1 te bereiken. Ik heb veel jonge spelers de kans gegeven. Alleen werd daar nooit over geschreven. Maar ik moet daarover niet zeuren. De verwachtingen in Genk waren hoog, dat is natuurlijk een enorm verschil met Eupen. Als je hier een gelijkspel behaalt, dan heb je een gewonnen punt. In Genk waren dat twee verloren punten.’

Bernd Storck geeft aanwijzingen op de training.
Bernd Storck geeft aanwijzingen op de training.

Hebt u het gevoel dat uw werk in Genk niet naar waarde werd geschat.

Storck:‘Ach, het is zoals het is. Ik kan daarmee leven. We zijn op een heel correcte manier uit elkaar gegaan, als volwassen mensen. En ik denk heel graag terug aan de samenwerking met Dimitri de Condé, volgens mij een van de beste managers van het land. Een aantal spelers zijn onder mijn leiding naar de nationale ploeg doorgestroomd en kregen de kans om naar het WK te gaan. Maar het was voor de club niet gemakkelijk. Je zat met spelers die wilden vertrekken, maar niet wegraakten. Genk had in 2021 de beker gewonnen en was als tweede geëindigd in de competitie. Vervolgens kregen ze vijf weken vakantie. Dat begrijp ik ergens wel, maar daardoor was er te weinig tijd om de eerste wedstrijd in de Champions League tegen Sjachtar Donetsk voor te bereiden, met een uitschakeling tot gevolg. Daardoor liep je veel inkomsten mis. Daarbij kwam dat internationals te laat bij de groep aansloten. Dat is een probleem waarmee clubs steeds meer worstelen. Het verstoort de voorbereiding.’

Vreemd eigenlijk dat u naar Genk bent gegaan zonder uw eigen trainersstaf mee te nemen. Terwijl dat voor u toch altijd een prioriteit was.

Storck:‘Ja, dat was een beetje een probleem, ik moest een compromis aangaan: ik was alleen in Genk. Dat wist ik natuurlijk en er is ook niets mis met de mensen met wie ik werkte. Ik vind het belangrijk dat mijn staf mijn werkwijze kent en die mee op de ploeg kan overbrengen. Uiteindelijk ben je als hoofdtrainer verantwoordelijk voor alles.’

Dezelfde weg

In Eupen werkt u wel weer met uw cotrainer.

Storck: ‘Dat is zo, ja. We bewandelen samen dezelfde weg. Zo hoort het te zijn. Ik merk trouwens dat ze in Genk hebben bijgeleerd, de nieuwe trainer mocht zijn assistent meebrengen. Ik vind dat logisch: je moet een professioneel kader scheppen om in de beste omstandigheden te kunnen werken.’

In vergelijking met KRC Genk is Eupen een andere wereld. Wat verwacht u van het seizoen?

Storck: ‘Het wordt heel moeilijk – dat weten we allemaal – want er degraderen drie clubs. Daardoor gaat het verschil tussen de top en de degradatiezone nog groter worden, al is die sinds mijn komst in België al gegroeid. Onze kern is nog niet compleet, er moeten absoluut nog een paar spelers bij zodat iedere positie dubbel bezet is. Het wordt voor veel clubs een overlevingsgevecht. Ik ben daar niet bang voor. Deze ploeg heeft veel potentieel, dat zag je bijvoorbeeld in die thuiswedstrijd tegen Club Brugge. Je las achteraf wel dat Club niet op niveau was, maar je kan het net zo goed omdraaien: Eupen speelde goed.

‘Ik heb veel vertrouwen in deze kern. Zoals gezegd: alle spelers zijn leergierig en heel fit. Ook daar is hard aan gewerkt, want zonder kracht en uithouding kan je niet datgene omzetten waar ik naar vraag. Vandaar dat ik wetenschappelijke parameters gebruik om naar de fysieke conditie te peilen. Het is in ieder geval de bedoeling om iets op te bouwen. En om, met de steun van Aspire en Qatar, verder te investeren en te professionaliseren. Met die argumenten heeft Christoph Henkel, de secretaris-generaal, me over de streep getrokken. Ik ben ook onder de indruk van alle faciliteiten die je hier vindt.

‘Er zijn de voorbije jaren bij Eupen veel spelers vertrokken, we hebben dit seizoen bijvoorbeeld een compleet nieuwe verdediging moeten neerzetten. Dat vraagt tijd. Maar het is nu wel de bedoeling om voor een koers van stabiliteit en continuïteit te kiezen. En intussen ook de jeugd te laten doorstromen.’

Geen zekerheid

U wil met AS Eupen iets opbouwen. Maar u tekende hier maar voor één jaar.

Storck: ‘Ik sluit altijd eenjarige overeenkomsten af. Ik ben niet iemand die zekerheden nodig heeft. Ik weet wat ik kan en wat ik wil. Ik verlang heel veel van de spelers. Als iemand op training alles geeft, waarom zou die dan het weekend niet kunnen spelen? Belangrijk is dat je de spelers die je passeert uitleg geeft, dat je wat dat betreft zeer open bent.

‘Als voetballer moet je je elke dag opnieuw bewijzen. Net zoals je dat ook als trainer moet doen. Elke dag opnieuw moet je je afvragen: hoe ga ik de spelers vandaag verrassen? Telkens weer probeer ik oefenvormen in te bouwen waarin ze uitgedaagd worden. Als je dan ziet dat ze enthousiast zijn, dat ze meegaan in je verhaal, dan ben je echt op de goede weg.’

60 jaar

Bernd Storck wordt op 25 januari 60 jaar. Is hij tevreden met zijn trainerscarrière, die hem onder meer ook naar Kazachstan, Hongarije en Slovakije voerde? ‘Je wil natuurlijk altijd Champions League spelen’, zegt Storck. ‘Al heb ik dat vroeger bij Hertha BSC wel gedaan, als assistent van Jürgen Röber. Mij gaat het erom dat ik op een zelfstandige manier kan werken, dat ik in een project geloof, dat ze me met een groep laten werken volgens mijn eigen inzichten. Ze vragen me soms of ik het niet jammer vind dat ik niet in de Bundesliga werk. Tot dusver is dat niet gelukt, maar je weet nooit wat er komt. Maar ik lig daar echt niet wakker van.’

Lang werkte Storck ook met zijn zoon. Die zit nu in de technische staf van het naar de Bundesliga gepromoveerde Schalke 04. ‘Kennelijk heb ik hem toch iets geleerd’, lacht Storck.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content