De eerste ronde van de Jupiler Pro League: de grote analyse

© Belga Image
Guillaume Gautier
Guillaume Gautier Journalist bij Sport/Voetbalmagazine en Sport/Footmagazine.

De eerste helft van de reguliere competitie zit erop. Met één veelzeggende statistiek per club maken we de balans op.

1. KRC Genk: 40,5 expected goals

Bij de autoritaire leider van de competitie valt vooral op dat het in elke wedstrijd een pak kansen creëert. Dat is te danken aan de bewegingen die de ploeg van Wouter Vrancken op het veld legt en de kwaliteit in de zestienmeter van Paul Onuachu. De Limburgers zitten na 17 speeldagen al aan 40,5 expected goals; dat zijn er zeven méér dan hun eerste achtervolger. En dat alles met een manier van voetballen die minder gefocust is op de kopkracht van de Nigeriaanse spits: er worden minder lange ballen gespeeld en het aantal voorzetten per match (10,33) is een van de laagste van de competitie. 

2. Union: 17,96 expected goals against

Als Genk de offensieve referentie van de competitie is, dan is Union dat op defensief vlak. Karel Geraerts heeft meer oog voor balbezit en met Victor Boniface en Simon Adingra zijn er twee spelers bijgekomen met een ander profiel, maar dat heeft niets veranderd aan de stevige verdediging van de Brusselaars, nog steeds aangevoerd door de majestueuze Christian Burgess.

3. Antwerp: 8,42 geïncasseerde schoten op doel

Vorig seizoen moest de Great Old nog een beroep doen op de mirakelsaves van Jean Butez om zich bij de beste verdedigingen van het land te scharen, ondanks een veel te hoog aantal geïncasseerde schoten op doel. Nu beleeft de Franse doelman een rustiger seizoen achter de verdediging die op punt werd gezet door Mark van Bommel. Door de ervaring van Toby Alderweireld en de agressiviteit van William Pacho komt The Great Old zelden in de problemen. Alleen Union heeft minder schoten op doel geïncasseerd dan Antwerp sinds het begin van het seizoen.

Toby Alderweireld op zondag.
4. Club Brugge : 59,2% balbezit

Hoewel blauw-zwart al drie keer op rij kampioen werd, was het niet altijd heer en meester in het klassement van het balbezit. Voor Philippe Clement was dat geen noodzaak en Alfred Schreuder stapte daar nogal snel van af. De komst van een defensieve middenvelder die de tegenaanvallen van de tegenstander meteen in de kiem smoort en van een aanvaller die zich tussen de lijnen aanbiedt om combinaties op te zetten, hebben de taak van de mannen van Carl Hoefkens vergemakkelijkt. Met Raphaël Onyedika en Ferran Jutglà blijft de bal langer in Brugse voeten.

5. KAA Gent: 12,53 baltoetsen van de tegenstander in de zestienmeter per match

Door de blessure van Tarik Tissoudali viel de belangrijkste offensieve pion van de Buffalo’s al snel weg. Daardoor zag Hein Vanhaezebrouck zich genoodzaakt om zijn aanvalsplannen te herzien. Toch is de Gentse verdediging nog steeds even efficiënt. Slechts 12,53 keer per wedstrijd slaagt de tegenstander erin om door te dringen in het Gentse strafschopgebied. Michael Ngadeu en zijn kompanen blinken dus uit in het afbakenen van hun zone. Dat bewijst dat een goed gerodeerd defensief trio en risicoloos uitverdedigen betrouwbare ingrediënten blijven om de tegenstander op afstand te houden.

6. Standard: 34,1 dribbels per match

Sclessin kolkt weer en dat is te danken aan Ronny Deila. De Noorse coach staat voor verticaal voetbal, met voorin technische profielen die kunnen combineren en snel de diepte induiken. Met spelers als William Balikwisha, Cihan Canak, Denis Dragus, Nicolas Raskin en Philip Zinckernagel hebben de Rouches veel spelers die met een dribbel de verdediging van de tegenstander kunnen openrijten. Een recept dat werkt: qua expected goals doen alleen Genk en Club Brugge beter dan de Luikenaars dit seizoen.

7. Westerlo: 7 goals op de counter

Het goed georganiseerde Westerlo, in een zeer dynamische 4-4-2 met explosieve aanvallers (Lyle Foster heeft er al een sterk seizoen op zitten), houdt ervan om prikjes uit te delen tegen ploegen die iets te vrijpostig in de aanval trekken. De mannen van Jonas De Roeck hebben dit seizoen al zeven keer de weg naar het doel gevonden na een tegenaanval. Zijn passage bij Anderlecht is duidelijk geen inspiratiebron geweest voor een coach wiens ploeg synoniem is voor efficiënte counters, gedragen door de snelle benen van de offensieve spelers van Westerlo.

8. OHL: 9,78 through passes

Xavier Mercier, vertrokken naar Hongarije, was de specialist van de through passes. Maar zelfs zonder hun Franse maestro blijven de Leuvenaars de ruimte zoeken in de rug van de tegenstander. Through passes zijn ballen die de vijandelijke verdediging doorboren en in de voeten belanden van een speler die de diepte in is gelopen. Op Belgische bodem doet geen enkele ploeg dat beter dan OHL. Logisch voor een ploeg die in een 4-2-4 staat wanneer ze aanvalt.

9. Cercle Brugge: 15,9 gerecupereerde ballen per match in het voorste derde

Of het nu onder Dominik Thalhammer is of onder Miron Muslic, het recept van Cercle Brugge blijft hetzelfde. De voortdurende pressing van groen-zwart is een van de meest indrukwekkende van Europa. Bovendien wordt de jacht op de tweede bal meteen ingezet nadat de keeper uitgetrapt heeft of de verdediging het leer weggewerkt heeft. Die ingrediënten maken van Cercle de ploeg die de meeste ballen recupereert dicht bij het doel van de tegenstander.

10. STVV: 18,4 expected goals against

Als u doelkansen wil zien, ga dan niet naar Stayen. Het goed geoliede geheel van Bernd Hollerbach laat weinig ruimte voor improvisatie. Daardoor zijn de Kanaries een van de moeilijkste ploegen in eerste klasse om uit verband te spelen. De weinige openingen die de tegenstander krijgt, worden razendsnel afgedekt. De Duitse coach past zijn middenveld ook vaak aan aan de opstelling van de tegenstander om vijandige aanvallen te fnuiken. Dat lukt, want STVV staat op het podium van de ploegen die dit seizoen de minste kansen weggaven.

11. KV Mechelen: 15,12 voorzetten per match

Na het vertrek van Wouter Vrancken afgelopen zomer heeft Malinwa vrij snel de teugels in handen gegeven van Steven Defour, die de ideeën van de tactische goeroe van de vorige seizoenen moet doen herleven. En terwijl KRC Genk nu minder voorzetten aflevert dan ooit, doet geen enkele ploeg in België dat méér dan KV Mechelen. Zonder veel succes, bij gebrek aan roofdieren in de zestienmeter. Resultaat: Malinwa zet vaak voor, maar bevindt zich toch bij de ploegen die de minste kansen afdwingen in de Jupiler Pro League. 

12. Anderlecht : 407 passes per match

Met dit cijfer staat paars-wit nog in de top zes van de ploegen uit eerste klasse, maar het contrast met vorig seizoen is duidelijk. Toen lieten de Brusselaars, geïnspireerd door de ideeën van Vincent Kompany, een gemiddelde van 535 passes per duel optekenen. Daarmee liet Anderlecht de concurrentie ver achter zich. Door het mislukte huwelijk met Felice Mazzu belandde het balbezit in de vuilbak, maar opvolger Robin Veldman zal dat zeker in ere moeten herstellen.

13. Charleroi: 107 keer de bal meer dan 45 seconden in eigen rangen

Nadat de ploeg alom bekendstond als een uitgekiende counterploeg onder Felice Mazzù – na het WK terug op de bank bij de Zebra’s – sinds de terugkeer in 1A, veranderde Edward Still die stijl sinds vorig seizoen. Maar de transitie naar een dominante ploeg stokte in zijn tweede jaar. De jongste trainer in de hoogste klasse zorgde voor veel balbezit, maar voorin was het spel vaak te steriel – het ontbrak de ploeg dan ook aan een goeie spits na het vertrek van Shamar Nicholson en later ook Vakoun Bayo – en achterin te onzeker. Charleroi had altijd de bal waardoor de middenvelders zich konden uitleven, maar daarna bleek het te lastig om dreigend te zijn voor doel. De Zebra’s moesten weinig toelaten, maar kwamen te snel onder druk te staan door de tegenaanvallen van de tegenstander – zo kreeg het 5 doelpunten tegen – en de mindere vorm van doelman Hervé Koffi hielp ook niet. Om het vertrouwen terug te winnen, grijpt de club nu terug naar een oude formule.

14. KV Oostende: geen doelpunten uit stilstaande fases

Toen Alexander Blessin de kustploeg naar een van de beste seizoenen in zijn geschiedenis leidde -onverwacht na het vertrek van Marc Coucke – was de verdediging van KVO ijzersterk. Het team was helemaal gekneed naar de ideeën van RedBull-goeroe Ralph Rangnick en voegde daar met de kopbalsterke Arthur Theate en Jack Hendry – vaak bediend door Andrew Hjulsager en Maxime D’Arpino – op stilstaande fasen nog een belangrijk element aan toe. Ze zijn allemaal vertrokken, behalve de Fransman die nog steeds in de ziekenboeg zit, maar niemand kon het stokje overnemen bij een team dat opnieuw moet strijden tegen degradatie.

15. KAS Eupen: 37,77 expected goals against

Toen Bernd Storck het roer overnam bij de Panda’s, hoopten ze in de Oostkantons op een rustig seizoen onder de leiding van een expert in overleven in de Belgische eerste klasse. Helaas was de Duitser nooit in staat om de defensieve organisatie van zijn vorige periode bij Eupen te installeren. Een onevenwichtige kern, zeer zwak achterin en een chaotisch middenveld: het is een dodelijke cocktail die van Eupen de ploeg maakt met de meeste verwachte doelpunten tegen in de JPL.

16. Zulte Waregem: 50,16 lange passes per wedstrijd

De reus Zinho Gano, die lange tijd aan de kant stond vanwege een geschil met coach Mbaye Leye, lijkt de levensader van Essevee te zijn geworden. Verdedigend is de West-Vlaamse club erg wankel en geeft het maar al te eenvoudig kansen weg. De club kiest vervolgens mar al te graag om de diepte te zoeken via zijn lange spits om zo onder de druk vandaan te komen en dreigend te zijn voorin. Een recept dat om de zoveel tijd zijn vrichten afwerpt, maar de ploeg zeker niet vooruit helpt in het klassement. Ondanks zijn ideeën, die nog geen weerklank hebben gevonden op het veld, is Leye de enige coach uit de onderste regionen van het klassement die nog steeds zijn job heeft.

17. KV Kortrijk: 16,04 schoten tegen per wedstrijd

In tegenstelling tot de trouwe buurman zal KVK dit seizoen al minstens drie verschillende coaches hebben gehad na het ontslag van Adnan Custovic maandag – nog maar aan zet sinds 1 september. Custovic kon het niet beter doen dan zijn voorganger Karim Belhocine met een team dat volledig verdedigend is ingesteld, maar zonder logica of een rode draad.

Met vier of vijf achterin, weinig talent en veel kwetsbare verdedigers hebben de Kerels het al een heel seizoen moeilijk om de tegenstanders ver van het eigen doel te houden, waardoor doelman Marko Ilic zich soms moet ontpoppen tot Superman om de netten proper te houden. Met gemiddeld zestien schoten per wedstrijd doet Kortrijk het veel slechter dan zijn concurrenten, die allemaal minder dan dertien schoten per match tegen kregen.

18. Seraing: 10,18 ballen in het strafschopgebied per wedstrijd

Ondanks enkele goede defensieve cijfers, geërfd van de goede organisatie die José Jeunechamps voor zijn ontslag had geïnstalleerd, bezetten de Metallo’s de laatste plaats in het klassement voor de WK-break. Het logische gevolg van een flagrant gebrek aan offensieve kwaliteit, met een triest gemiddelde van 1,07 verwachte doelpunten per wedstrijd en een schijnbaar onmogelijke opdracht om door de verdediging van de tegenstander te raken, zelfs wanneer die zelf hoog druk zet en zo ruimtes laat in hun rug. Zonder een aanvallende kwaliteitsinjectie zal elke coach van Seraing dezelfde problemen hebben.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content