Toby Alderweireld richt vizier op de toekomst: ‘Ik ben nog enorm gretig’

© BELGAIMAGE - GETTY
Alain Eliasy Journalist bij Sport/Voetbalmagazine

Nu de teleurstelling van het WK in Qatar is doorgespoeld, wil Toby Alderweireld (33) het vooral over de toekomst hebben. De verdediger heeft de ambitite om Antwerp naar de top te stuwen en gaat nog even door bij de Rode Duivels.

Each day I come closer to the home where I was born. Dat poëtische zinnetje staat met inkt gekerfd op de linkerbiceps van Toby Alderweireld. Het is een ode aan zijn thuisstad Antwerpen en een liefdesverklaring aan zijn oude familie – zijn twee broers en ouders – zoals hij het zelf noemt. Op zijn rechterarm liet de Rode Duivel dan weer de 123 meter hoge Onze-Lieve-Vrouwekathedraal van Antwerpen op schaal vereeuwigen. En zijn kinderen moesten koste wat kost in Antwerpen geboren worden zodat de stad vermeld zou staan op hun identiteitskaarten. Zeggen dat Mega Toby bijzonder gehecht is aan zijn stad is een understatement. In de voetbalwereld loopt er wellicht geen betere ambassadeur rond van de Scheldestad dan Alderweireld.

‘Het Antwerpse dialect, de mensen, de sfeer, de bourgondische manier van leven… Fantastisch! Dat zijn de zaken waar ik Antwerpen mee associeer’, vertelt Alderweireld, die gedurende anderhalf uur zijn blik geen enkele keer zal laten afdwalen naar het speelveld op de Bosuil. ‘Ik heb in Amsterdam, Madrid en Londen gewoond, maar mijn hart is altijd bij Antwerpen gebleven. Bij elk vrij moment zakte ik naar Antwerpen af. Ik ben gewoon loyaal gebleven aan mijn stad – enkel op het laatst heb ik mij een beetje opengesteld voor Londen – en aan mijn vrienden. De idee dat je heel je leven dezelfde vrienden hebt, heeft iets romantisch, maar het heeft ook zijn beperkingen. Mijn houding heeft mij een paar vriendschappen gekost.’

Je hebt nochtans langer buiten België gewoond dan in je geboortestad. Je eerste kennismaking met het buitenland gebeurde op je vijftiende toen je van Ekeren naar Amsterdam verhuisde. Zag je bepaalde gelijkenissen tussen Antwerpenaren en Amsterdammers, die allebei bekendstaan voor hun grote mond.

Toby Alderweireld: (knikt) ‘Amsterdammers en Antwerpenaren zijn heel trots op hun stad – op dat vlak lijken we op elkaar. We spreken dat ook openlijk uit. Het neigt naar arrogantie – of dat maken buitenstaanders ervan – maar ik zie dat vooral als een zelfbewuste manier om je liefde uit te spreken.’

Toby Alderweireld: ‘Elke voetballer wil toch iets achterlaten? Ik kan niet geloven dat geld de enige drijfveer is van de doorsneevoetballer.’
Toby Alderweireld: ‘Elke voetballer wil toch iets achterlaten? Ik kan niet geloven dat geld de enige drijfveer is van de doorsneevoetballer.’ © belga

Heeft die gelijkaardige mentaliteit jouw integratie in Amsterdam versneld?

Alderweireld: ‘Ik was maar een manneke uit Ekeren dat enkel de dorpsschool had gekend. Van de ene dag op de andere moest ik mijn plan trekken op een multiculturele school in de Bijlmer. Een nieuwe school, een nieuw gastgezin, een andere stad met een speciale mentaliteit, een nieuwe club… Je mag niet onderschatten wat dat allemaal doet met een 15-jarige die volop aan het puberen is. De taal was nog zoiets. Mijn Nederlands was niet zo beschaafd als nu. Ik sprak Antwaarps en voor de gemiddelde Nederlander was dat niet echt verstaanbaar. Ik heb in alle opzichten veel moeite moeten doen om mij te integreren in mijn nieuwe woonomgeving.’

Spurslegende

Voor je naar Ajax ging, heb je vijf jaar de kleuren verdedigd van fusieclub GBA. Maar sinds je transfer naar Antwerp is dat nooit een issue geweest bij de supporters van Antwerp.

Alderweireld: ‘Nee, verre van zelfs. Ik ben sowieso altijd fan geweest van het Antwerpse voetbal. Als jeugdspeler van GBA heb ik uiteraard wedstrijden in het Olympisch Stadion bijgewoond, maar mijn eerste voetbalbeleving was bij Germinal Ekeren. Ik woonde letterlijk naast het Veltwijckpark en ik was een jaar of zeven toen ik voor het eerst ging kijken. Ik was erbij op de Heizel toen Tomasz Radzinski, Gunther Hofmans, Alex Czerniatynski en al die mannen de beker wonnen tegen Anderlecht. Ik wil geen populaire plaat opzetten, maar intussen ben ik echt verliefd geworden op Antwerp. Naar mijn aanvoelen zit ik bij de mooiste club van België.’

Toen ik in 2009 begon bij de Rode Duivels was er veel negativiteit rond de nationale ploeg.’

Toby Alderweireld

Is de cirkel nu rond voor jou?

Alderweireld: ‘Dat klinkt zo negatief. Alsof ik alles aan het afsluiten ben… Ik ben nog enorm gretig en dat kunnen de mensen bij Antwerp beamen. In de 2,5 contractjaren die mij nog resten, wil ik iets neerzetten waar over tien jaar nog over gesproken wordt. Mijn ultieme droom? De Champions League naar de Bosuil brengen. De supporters wachten ook al meer dan zestig jaar op een titel. Een titel kan je niet van vandaag op morgen bestellen en toch vind ik het oké dat onze fans ongeduldig worden. Je kan niet van hen verwachten dat ze de club aanmanen om het rustig aan te doen.’

In principe wordt Antwerp je laatste club op het hoogste niveau?

Alderweireld: ‘Ik ben hier supergelukkig en ik ga nergens anders meer naartoe. Ik heb mijn hart en ziel gegeven aan Ajax, Tottenham en alle clubs waar ik gevoetbald heb, maar Antwerp is nog specialer. Als ik het scenario van mijn carrière op een wit blad had mogen uitschrijven dan had ik Antwerp op één gezet. Ook omwille van mijn gezin. Ik zal het weer heel romantisch voorstellen: bestaat er als voetballer iets mooiers dan je eigen stad te mogen verdedigen in de nationale competitie en in Europa?’

Heb je ooit gedacht dat je je loopbaan in België zou afsluiten?

Alderweireld: ‘Ik zou het alleszins als een gemis ervaren hebben, mocht ik nooit in België gevoetbald hebben. Ik krijg vaak dezelfde vraag: vind je het niet vervelend om in Belgische stadions te voetballen nadat je de Premier League hebt gezien? Ik vind dat juist mooi. Vroeger zag ik die stadions enkel op televisie en nu sta ik er middenin. Maar er zijn zoveel externe factoren die een transfer beïnvloeden dat je niet kan voorspellen hoe je carrière eruit zal zien.’

Bij Ajax. ‘Ik was maar een manneke uit Ekeren.’
Bij Ajax. ‘Ik was maar een manneke uit Ekeren.’

Zoals in je periode bij Tottenham. In de zomer van 2018 wilde Manchester United van jou een van de duurste verdedigers van de Premier League maken. Maar Daniel Levy, de chief negotiator van Tottenham, lag toen dwars. Had je toen niet moeten zeggen: breng mijn transfer naar Manchester United in orde?

Alderweireld: ‘Mensen denken ten onrechte dat spelers veel te zeggen hebben bij transfers. Wij zijn meestal de laatste die op de hoogte worden gebracht over een mogelijke deal. Dat is gewoon de realiteit. Na het WK in Rusland ben ik te weten gekomen wat er allemaal speelde met Manchester United. Dat ligt ook deels aan mij. Ik heb altijd aan mijn zaakwaarnemer gezegd dat ik mij puur op het voetbal wilde focussen. Ik zei hem: ‘Als er een club komt, mag jij alles regelen en ik hoor het wel.’ Had ik in het geval van Manchester United toen meer op mijn strepen moeten staan? Nee, ik heb van niets spijt. Mijn mooiste jaren als voetballer heb ik bij Tottenham beleefd. Ik heb zo veel respect voor die club dat het raar zou zijn om nu te zeggen dat ik mijn transfer naar Manchester United had moeten forceren.’

Je afgeketste transfer paste wel perfect in de evolutie die de Premier League heeft doorgemaakt op het vlak van transferuitgaven. Toen jij in het seizoen 2014/15 debuteerde in Engeland werd er geen 80 miljoen euro gespendeerd aan verdedigers.

Alderweireld: ‘Veel heeft te maken met de transfer van Neymar. Het transferbedrag van 220 miljoen euro is een richtprijs geworden waar clubs zich op baseren om de afkoopsom van hun spelers te bepalen. Zijn al die spelers zoveel waard? Wellicht niet. Maar door het systeem in de Premier League, waarbij elke club een aanzienlijk bedrag krijgt uit de televisiepot, gaat er zo veel geld om dat de beste spelers ter wereld verdeeld kunnen worden over een groot aantal clubs.’

Jij maakte bij Tottenham deel uit van een gouden generatie die in 2016/17 naast de titel greep, in 2018/19 de Champions Leaguefinale verloor en in 2020/21 het hoofd moest buigen in de League Cup.

Alderweireld: ‘Vaak was het net niet. Maar we hebben wel een paar mijlpalen bereikt met de club. Toen ik er aankwam, was Tottenham een ploeg die telkens buiten de top vier of lager eindigde. In mijn zeven seizoenen hebben we vier keer de Champions League gehaald. Ik begin ook te beseffen hoe weinig spelers de finale van de Champions League hebben gehaald. Laat staan twee keer in een carrière (met Atlético Madrid in 2014, nvdr). Er was ook de laatste wedstrijd op White Hart Lane, de tijdelijke verhuis naar Wembley waar we ons niet echt thuisvoelden en de intrede in het nieuwe stadion.’

Alderweireld: ‘De voorkant van de medaille blinkt, maar de achterkant ziet er flets uit.’

Je hebt een van de mooiste periodes meegemaakt van Tottenham van de laatste 30 jaar. Je bent in zekere zin een clublegende van de Spurs.

Alderweireld: ‘Ik zou nooit over mezelf zeggen dat ik een legende ben, maar ik hoop dat ze mij bij Tottenham op die manier zien. Wij hebben Tottenham naar het volgende niveau getild. Elke voetballer wil toch iets achterlaten? Ik kan niet geloven dat geld de enige drijfveer is van de doorsneevoetballer.’

Weigeren om te spelen

Een paar jaar geleden vertelde Geert De Vlieger in een podcast een opmerkelijke anekdote over zijn tijd bij Manchester City. Hij legde uit dat de auto’s van de spelers werden gewassen tijdens de training. Heb je niet de indruk dat voetballers te veel gepamperd worden?

Alderweireld: ‘Clubs zijn er niet op uit om spelers extra te verwennen. De stress en de financiële belangen zijn echter zo hoog dat ze ons willen beschermen tegen de buitenwereld. Hoe minder wij ons moeten bezighouden met randzaken, hoe meer we kunnen focussen op onze job. Zo interpreteer ik het toch.’

Jij hebt alles zelf moeten leren toen je als 24-jarige naar Madrid bent verhuisd. Hoe kijk je daar nu op terug?

Alderweireld: ‘Ik heb vroeg op eigen benen moeten staan en dat heeft mij geholpen om de introverte versie van mezelf aan de kant te schuiven. Ik was het zo gewend om onder mijn kerktoren te wonen dat ik niet eens wist hoe ik een treinticketje moest kopen. Ik weet nog dat ik in de trein zat richting Amsterdam en dat alle reizigers moesten afstappen omdat een van de wagons defect was. Ik stond buiten en ik vroeg mij af hoe ik in godsnaam in Amsterdam zou geraken. Zet mij nu om het even waar af op de wereld en ik regel alles van a tot z voor mijn gezin.’

‘De voorbije jaren is veel op de schouders van mijn vrouw Shani terechtgekomen. Wat zij allemaal gedaan heeft qua organisatie is ongekend. Zij heeft de verhuis afgehandeld na mijn transfers naar Al-Duhail en Antwerp omdat ik telkens rechtstreeks van mijn vakantieoord naar mijn nieuwe club ben doorgevlogen.’

De uitdrukking ‘achter elke grote man staat een sterke vrouw’ gaat helemaal op in jullie geval.

Alderweireld: ‘Ik heb een fantastische vrouw. Twee keer heb ik haar de dag na de geboorte van onze kinderen achtergelaten – een keer voor Tottenham en een keer voor de Rode Duivels – en ik heb haar niet horen mopperen. Wat ik haar heb aangedaan, is eigenlijk onmenselijk. De dag nadat mijn vrouw was bevallen van Jace werd ik in Engeland verwacht voor een competitiematch tegen Aston Villa. De club had een vliegtuig voor mij gecharterd, maar door het stormweer mocht er niet gevlogen worden. Ik ben dan met de trein naar Londen gereisd en met de taxi naar Birmingham. Duur van de reis: 12 uur. Ik was kapot en mijn hoofd zat bij mijn zoon. Ik dacht: ik wil hier eigenlijk niet zijn, maar de trainer en de ploeg hebben mij nodig. Ik heb toen in de eerste helft een owngoal gemaakt en de gelijkmaker gescoord. Had ik moeten weigeren om te spelen? Ik zou vandaag niet meer dezelfde beslissing nemen.’

‘Spelers uiten niet snel hun gevoelens, ook niet in de kleedkamer, maar dat wil niet zeggen dat alles van hen afglijdt.’

Toby Alderweireld

Heb je je de voorbije tien jaar schuldig gevoeld ten opzichte van de rest van je familie?

Alderweireld: ‘In eerste instantie richting mijn broers. Mijn oudste broer Steve is zes jaar ouder en hij had al zijn eigen leven toen ik vertrok. Met mijn jongere broer Sven was ik heel close (houdt zijn middel- en ringvinger bij elkaar). Op een dag ben ik naar Ajax vertrokken en ik ben nooit meer naar huis teruggekeerd. Die episode heeft hem getekend. Honderd procent zeker. Ik zat in Amsterdam toen mijn ouders aan het scheiden waren, ik was er niet toen de kinderen van mijn broer geboren zijn… Mijn ouders en broers hebben mij dat nooit kwalijk genomen. Maar dat schuldgevoel gaat niet zomaar weg. Ik probeer alle jaren die ik er niet was te compenseren door hen te helpen.’

Jan Vertonghen stond voor een dilemma bij zijn transfer van Benfica naar Anderlecht en ging door een emotionele rollercoaster vanwege zijn gezin. Bij het lezen of horen van Vertonghens verhaal zullen veel Belgen wellicht gedacht hebben: jullie voetballers hebben geen reden om te klagen. Is er te weinig begrip van de buitenwereld voor jullie persoonlijke situaties?

Alderweireld: ‘Ik vind dat niet erg, wij hoeven geen medelijden op te wekken. Wij verdienen goed onze kost en zitten daardoor in een bevoorrechte positie. Maar wij hebben daar vanaf onze kindertijd heel veel voor moeten laten. Sinds mijn acht jaar stond ik minstens vier dagen per week op een voetbalveld. Reken maar uit hoeveel tijd daar in kroop. De voorkant van de voetbalmedaille blinkt, maar de achterzijde ziet er flets uit.’

Na de uitschakeling op het WK in Qatar wordt Toby Alderweireld getroost door Thierry Henry.
Na de uitschakeling op het WK in Qatar wordt Toby Alderweireld getroost door Thierry Henry.
Views, clicks en likes

Zou je het profvoetbal kunnen inruilen voor het amateurvoetbal waar plezier en de derde helft voorop staan?

Alderweireld: ‘Nee, ik heb de druk van buitenaf nodig om mijn lichaam klaar te maken voor de strijd. Ik zal niet zeggen dat het een drug is – met dat woord moet je tegenwoordig oppassen in Antwerpen – maar het is een soort van positieve verslaving. Bij Antwerp werd ik bij wijze van spreken gehaald om de druk en de kritiek op te vangen – maak mij maar met de grond gelijk en laat de rest van de ploeg met rust. Zo sta ik erin. (denkt na) Spelers uiten niet snel hun gevoelens, ook niet in de kleedkamer, maar dat wil niet zeggen dat alles van hen afglijdt. Daarom heb ik het moeilijk met de manier waarop onze wedstrijden nu ontleed worden. Door de opgang van TikTok, YouTube, Instagram en andere sociale media moet het allemaal snel gaan en krijgen de meest extreme uitspraken het overwicht. Het gaat enkel om views, clicks en likes. Mensen moeten inzien welk effect dat kan hebben op spelers.’

Als ik je hoor praten dan heb ik het gevoel dat je zal moeten afkicken van het profvoetbal.

Alderweireld: ‘Ooit stopt het. Daarom probeer ik er nu echt van te genieten. Ik ben twintig jaar van huis geweest, ik heb alles voor het voetbal gelaten, en nu kijk ik enorm uit naar het tweede deel van mijn leven mét mijn familie en vrienden. Ik herinner mij nog wat mijn vrouw ooit zei: ‘Ik zal je overal volgen voor het voetbal en ik zal alles doen zodat jij je kan concentreren op jouw carrière. Maar na jouw voetbalpensioen zullen we niet meer hetzelfde leven leiden als nu.

‘Ik wil zeven keer op de tien aanwezig zijn tijdens de activiteiten van mijn kinderen, nu is dat hoogstens twee keer. Dat wil ik mijn kinderen niet meer aandoen, want die tijd kan ik niet terugkopen. Of ik schrik heb van het zwarte gat? Dat niet. Ik heb al mogen optreden als voetbalanalist en ik zou dat met plezier opnieuw doen. Maar vindt de kijker het leuk om mijn kop op tv te zien? Ik houd, hoe dan ook, alle opties open.’

Je brengt sinds kort onder de naam MM Antverpia je eigen drank uit. Je bent niet iemand die over lijken gaat, maar in de zakenwereld gaat het hard tegen hard. Zal jij ooit een betere zakenman worden dan voetballer?

Alderweireld: ‘Nee. En dat hoeft ook niet. Ik ben de bezieler van het project, maar het onderhandelen laat ik over aan mijn zakenpartner. Ik ben daar te braaf in. Ik ben voorstander van een win-winsituatie. Op de lange termijn is dat het beste. Zal ik de beste deals afsluiten? Nee. Wel de deals die het langst overeind blijven. Ik zou het moeilijk hebben om na een onderhandeling in mijn vuistje te lachen: nu heb ik die persoon liggen gehad.’

Mijn ultieme droom? De Champions League naar de Bosuil brengen.’

Toby Alderweireld

Raúl García, een ex-ploegmaat van jou bij Atléltico Madrid, vertelde onlangs aan een Spaanse krant dat het hem niet zou storen om als voetballer nog zwaarder financieel belast te worden dan nu het geval is. Vind jij dat voetballers en andere topsporters zich solidairder moeten opstellen ten opzichte van de rest van de bevolking die het minder breed heeft?

Alderweireld: ‘Het stoort mij dat wij geviseerd worden. Het lijkt wel alsof voetballers geen belastingen betalen. Behalve in Qatar, waar mijn salaris belastingvrij was, sta ik al heel mijn leven vijftig procent of meer van mijn loon af. In België betaal ik nu 50 procent, in Engeland was dat bijna 50 procent, in Nederland zat ik zelfs aan 53 procent. Als ik een miljoen op mijn rekening heb staan, wil dat zeggen dat ik een miljoen heb afgegeven aan de staat. Zo hoort het ook. De sterke schouders kunnen meer dragen. Toch? Ik ga niet de heilige uithangen: dat geld werd mij afgenomen. Ik heb er niet zelf voor gekozen. Maar intussen heb ik mijn bijdrage aan de maatschappij geleverd. Kom echter niet af met het verwijt dat we profiteurs zijn.’

Belgische erfenis

Jij bent na Vertonghen en Witsel de speler met de meeste caps van België. Maar je hebt wel een heel lange weg afgelegd met de nationale ploeg sinds je debuut in 2009.

Alderweireld: ‘Ik pakte mijn eerste cap tijdens de Kirin Cup in Japan. De helft van de spelers die oorspronkelijk was opgeroepen, stuurde zijn kat… Ik was 19 jaar en ik had geen enkele reden om niet te gaan. Maar ik weet dus wat het is om in Armenië te gaan verliezen en op verplaatsing in Turkije aangemoedigd worden door twee Belgische fans. De negativiteit rond de nationale ploeg, meestal ingegeven door de strubbelingen tussen Walen en Vlamingen, verbaasde mij ook. Ik dacht soms: is dat nu de nationale ploeg? Na de aanstelling van Dick Advocaat en de komst van een pak jonge gasten die goed aan elkaar klitten waren we vertrokken.’

Het WK in Qatar was het definitieve afscheid van de gouden generatie Rode Duivels. Wat is de balans van de beste Belgische lichting van deze eeuw?

Alderweireld: ‘Onze prestaties op het WK hebben geld opgeleverd en daarmee heeft de voetbalbond de bouw van het nationaal oefencentrum in Tubeke kunnen financieren. Samen hebben we een erfenis opgebouwd voor de volgende generaties. Ik begrijp de teleurstelling bij de Belgische fans, maar ik zou het jammer vinden mochten we enkel herinnerd worden als de gouden generatie die geen prijs heeft gepakt.’

Alderweireld: ‘Zeg nooit nooit, maar Qatar was mijn laatste WK.’

Jullie hebben ook het imago van het Belgische voetbal opgepoetst.

Alderweireld: ‘Wij hebben bepaalde deuren opengetrapt. Buitenlandse clubs en scouts weten dat er in België veel talent zit. Het feit dat Amadou Onana en zoveel andere Belgen op jonge leeftijd de stap hebben kunnen zetten naar het buitenland, is deels aan onze generatie te danken.’

Hoe lang zie je je nog spelen bij de nationale ploeg? Als je aan de kwalificaties begint, dan is het toch de bedoeling om tot het EK door te gaan?

Alderweireld: (knikt) ‘Ik blijf beschikbaar voor de nieuwe bondscoach. Tegen het EK 2024 zal ik 35 jaar zijn. Daarna wordt het stilaan tijd om afscheid te nemen. Zeg nooit nooit, maar Qatar was mijn laatste WK. Als ik wil brengen wat Antwerp van mij verwacht dan heb ik op mijn leeftijd rust nodig. Op fysiek vlak en ook in mijn hoofd. Ik ben trots dat ik meer dan 130 interlands heb mogen spelen voor België, maar de komende maanden staat Antwerp op nummer één. België komt pas op de tweede plaats.’

‘Mijn kinderen en mijn vrouw waren echt gelukkig in Qatar’

Alderweireld: ‘Ook ik had vooroordelen over Qatar. De eerste keren dat de club mij belde, zei ik kordaat: ik doe het niet! Ze zijn blijven aandringen en ik heb onder andere via Edmilson Junior geïnformeerd naar de levensomstandigheden ter plaatse. Hij zei meteen: het is er super veilig. Je kan letterlijk drie dagen je auto open laten staan met de sleutels erin en niemand zal ermee wegrijden. Buitenlanders verkijken zich vaak op Qatar: dat land kan je niet vergelijken met Dubai. Je kan er een gewoon leven leiden zonder te vervallen in luxe.’

‘Mijn transfer naar Qatar was vooral een keuze voor mijn gezin. Na de geboorte van mijn dochter Ayla kon ik het bij Tottenham niet meer opbrengen om zoveel op hotel te zitten. Ik was er klaar mee en dat had een impact op hoe ik het voetbal beleefde. Ik zag constant een donkere wolk boven mijn hoofd hangen en het plezier ebde weg. In Qatar kon ik mijn kinderen naar school brengen en was er geen sprake meer van afzonderingen. Mijn kinderen en mijn vrouw waren echt gelukkig in Qatar. De dag van het vertrek heeft mijn vrouw zelfs een traantje moeten laten.’

Alderweireld: ‘Er gebeuren in Qatar zaken die niet kloppen. En ik weet dat mijn realiteit niet de realiteit is van veel andere mensen in Qatar. Maar ik vind het een vreemde redenering om te zeggen: dat land deugt niet en daarom moeten we daar collectief wegblijven. Als niemand iets doet, zal er niets veranderen. Was het mijn bedoeling om die hele samenleving om te gooien? Natuurlijk niet. Vanuit mijn bevoorrechte positie vond ik het belangrijk om de mensen ter plaatse te leren kennen. Wij vonden het ook normaal om onze huishoudhulp meer te geven dan het gemiddelde loon voor dat soort werk. Wij kochten haar een vliegtuigticket zodat ze naar de Filipijnen, haar thuisland, op familiebezoek kon gaan en hebben haar België laten zien. Wat wij deden was een druppel op een hete plaat, maar beeld je in dat iedereen iets onderneemt. Ik ben geen wereldverbeteraar. Wie ben ik om dat te ambiëren? Ik geloof wel dat we op individuele basis het leven van mensen uit onze directe omgeving kunnen verbeteren.’

Alderweireld: ‘Omdat ze schrik hebben om iets verkeerds te zeggen. Wij zijn voetballers. Je mag de verantwoordelijkheid niet bij ons leggen, daarvoor moet je bij de FIFA zijn. Ik steun enkele goede doelen om een deel van de problemen in België en Antwerpen mee te helpen oplossen. Als iedereen zijn steentje bijdraagt, dan zou het leven van iedereen er veel mooier uitzien. Het klinkt heel filosofisch, maar zo zie ik het.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content