Amateurclub ASV Geel wil het anders aanpakken

© Belga Image

In onze reeks Vlaamse steden zonder voetbalclub in nationale is het de beurt aan Geel. ASV moet het daar noodgedwongen nog eens proberen in eerste provinciale.

Veertigduizend inwoners telt Geel, dat sinds 1985 als stad erkend is. Tot vorig jaar had het sinds mensenheugenis een voetbalclub in de nationale afdelingen. Eén jaar was dat zelfs, in 1999-2000, maar dat sprookje duurde niet lang. In juni 2008 ging Verbroedering Geel failliet en verdween stamnummer 395. Toen vroeg de stad aan Verbroedering Meerhout uit de deelgemeente Meerhout om het leegstaande stadion De Leunen te bespelen. Daarom heeft Allemaal Samen Verbroedering Geel (ASV Geel), zoals de club sinds 2013 heet, het vroegere stamnummer 2169 van Meerhout.

In het laatste seizoen van de oude competitieformule viel Geel als negende in tweede klasse net buiten de top acht die het volgende seizoen in het nieuwe 1B zou aantreden. Dat was niet de bedoeling, en de inspanningen die de club met het oog op 1B aan het stadion had gedaan wogen zonder de inkomsten van die competitie zwaar door. Gedragen door slechts twee personen liep het vorig jaar flink mis. Toen de club dan geen licentie kreeg in tweede nationale amateur volgde de degradatie naar eerste provinciale. Gerechtigd correspondent Jan Hannes die indertijd van Meerhout overkwam, vindt op basis van zijn ervaring tweede nationale een reeks waar Geel straks op moet mikken. Eventueel eerste nationale, als het goed aangepakt wordt.

Plafond?

Eerste nationale is ook de reeks die de nieuwe voorzitter als eventueel plafond ziet. Benny Hoebregs, die per stoemelings bij de club belandde, omdat zijn zoon er in het eerste elftal voetbalde, is Truienaar en eigenaar van een softwarebedrijf. Hij wil af van het traditionele systeem waar veel Belgische clubs nog op steunen: ‘Ik ben een a-typische voorzitter die niet rijk is en die geen 500.000 euro kan ophoesten om de club te runnen.’ Afhangen van één mecenas en bibberen dat die er de stekker niet uittrekt als hij te veel geld kwijt is of een andere uitdaging heeft, is geen goed model voor clubs.’

Hoebregs wil maximaal twintig procent van de aandelen aan één iemand verkopen. ‘Ons toekomstscenario is meerdere eigenaars die een club dragen. Minimum vijf met elk twintig procent, idealiter tien met elk tien procent, of maximum twintig met elk vijf procent.’ Dé grote uitdaging wordt de Geelse gemeenschap te overtuigen van zijn goede bedoelingen. ‘Nu stoot ik nog op wat argwaan: wat komt die Truienaar ons hier zeggen? Maar ik wil hier geen euro aan verdienen, ik wil niet liever dan dat de lokale ondernemers het overnemen of me vervoegen.’ Hij praatte ook al met kandidaat-buitenlandse overnemers: ‘Maar wat hebben die Geel en de Geelse gemeenschap te bieden? Ik geloof niet dat je als investeerder geld verdient aan voetbal, dus wat is de opzet? Enkele gesprekspartners konden me zelfs niet zeggen wat de herkomst van hun kapitaal was. Dan stopt het. Maar zelfs als de herkomst van het kapitaal bekend zou zijn, zie ik de meerwaarde voor een gemeenschap als Geel niet van zo’n buitenlands project. Daar gaan we dus niet voor tenzij onder zeer strikte voorwaarden.’

Multifunctionele uitbating

Het eigenlijke doel is een nieuw businessmodel met multifunctionele inkomsten voor de club op te zetten. Een voorbeeld: ‘Als u en uw collega’s amper twee dagen per maand werken, gaat uw bedrijf failliet. Wel, onze A-kantine waar tien ijskasten dag en nacht aanstaan wordt enkel op de twee wedstrijddagen per maand benut, dus maken we er een sport- & fietscafé van en kan het elke dag renderen. Tegelijk is het ook de bedoeling om bepaalde spelers een job te geven combineerbaar met de sportieve agenda. Als we de mogelijkheden hier beter benutten, worden wij een rolmodel voor andere clubs, met onze multifunctionele aanpak, als we tegelijk iets betekenen voor de gemeenschap via bijvoorbeeld een goede lokale jeugdwerking. Momenteel hebben we zeven spelers uit de eigen jeugd in de kern.’

Maandlonen betaalt Geel niet meer, maar qua werking functioneert het nog altijd als een club uit eerste nationale, ook al zit het nu (tijdelijk) in provinciale. ‘Ik vind dat een ambitieuze speler die veel tijd investeert daar ook iets voor terug mag krijgen, ik vrees dat anders goede spelers in provinciale gaan spelen. In Geel verdiende 2 jaar geleden een speler omgerekend gemiddeld twaalf euro per uur, als men de tijdsbesteding vergelijkt met de premies en onkosten die ze krijgen. Vindt u dat te veel? Het probleem ligt eerder aan de inkomstenzijde, het sponsorlandschap is veranderd.’

Hoebregs gelooft niet dat een club in een stad als Geel nog moet of mag hopen op profvoetbal in 1A of 1B: ‘In 2000 kon dat nog, met een relatief beperkt budget, dankzij mensen mét clubliefde zoals Vic Keersmaekers, sinds augustus onze erevoorzitter, dit toen deed. Nu heb je daarvoor minstens tien miljoen nodig. Dat kan voor veel clubs uit onze hogere afdelingen enkel nog met een buitenlandse eigenaar.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content