Luciano D’Onofrio: ‘Project met Antwerp FC vertoont veel parallellen met dat bij Standard destijds’

© BELGA
Peter t'Kint
Peter t'Kint Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Hoe maak je in de grootste stad van Vlaanderen een topclub in het voetbal? Paul Gheysens ging daarvoor te rade bij Luciano D’Onofrio, de man die Standard tien jaar geleden de titel bezorgde. Hoe hij te werk ging bij Antwerp, vertelt hij in een speciale Antwerpeditie van Sport/Voetbalmagazine. Hier alvast enkele opvallende quotes.

Luciano D’Onofrio over…

… het waarom van zijn engagement bij Antwerp FC:

“Mijn leven, dat weet u, is voetbal. Ik was de laatste tijd minder betrokken bij transfers, werkte eerder als raadgever van een paar voorzitters, voor hen bezocht ik wedstrijden. Toen kwam deze challenge. Als je in het voetbal belangrijk bent geweest bij Standard gedurende dertien jaar en bij Porto ook een aantal jaar en er komt een challenge bij een club met interessante partners: dat gaf me opnieuw zin. Ik hou van dit soort uitdagingen. Iets opbouwen in het voetbal. Onder een aantal voorwaarden: ik zou nooit naar Standard zijn gegaan ware er niet de vraag van Robert Louis-Dreyfus gekomen. En hier: ik zou graag willen dat men zegt, de dag dat ik vertrek, dat ik iets moois heb achtergelaten. Dit zal allicht op clubniveau ook mijn laatste uitdaging worden. Verscheidene clubs hebben me gepolst, zowel Belgische als buitenlandse, maar clubs die me niet interesseerden.”

… de plannen met de club:

“Paul Ghysens wil de club heropbouwen en er een grote club van maken. Ik moet me specifiek met het clubgedeelte bezighouden, dat organiseren. Niet iets wat vandaag op morgen gebeurt, ik hoop dat binnen de drie tot vijf jaar alles op punt staat. Het stadion is al fel aangepakt, de volgende stap is een trainingscomplex creëren dat toebehoort aan de club. Ook de jeugd moet worden gestructureerd. Er zijn veel parallellen met het project bij Standard. Het stadion werd klaargemaakt voor EURO 2000, maar was nog niet helemaal af. En dat trainingscomplex, noem het gerust penibel. Velden in slechte staat, vestiaires nog armtieriger. Nu denkt iedereen dat het er snel is gegaan, maar het duurde zeker een jaar of twee voor we de club stabiliseerden. Standard had toen zo’n 6800 abonnees en voor grote wedstrijden als Anderlecht of Brugge kwamen er 12.000 tot 13.000 toeschouwers. Het was de eerste twee jaar afzien, pas in het derde kwam er een financieel evenwicht en zijn we aan iets moois beginnen te bouwen. Later is er de opleiding bij gekomen en we zijn er geëindigd met de sportieve resultaten die u kent: twee titels en bijna een derde, in dat jaar dat we op een superieur Genk botsten. Toen waren we een topclub van het niveau van Anderlecht, financieel misschien wel de sterkste van België. Toen we in 2011 de club aan meneer Duchâtelet verkochten, was de gemiddelde opkomst 28.000, met zo’n 25.000 abonnementen. Datzelfde gaan we nu proberen met Antwerp.”

… de keuze voor Laszlo Bölöni als trainer:

“Ik wilde een man met ervaring die ik zelf ook kende, omdat ik wist dat het moeilijk zou worden. Ik wilde ook een man die boven alle invloeden stond, om problemen te vermijden. Er zijn mensen van wie je denkt: mmm, misschien kan die het ook. Maar zodra hij voor je groep staat, blijkt het helemaal anders dan je verwachtte. Ik had al gezien hoe Bölöni werkte bij Sporting Lissabon, hoe hij het deed bij Standard. Ik wist hoe hij bepaalde spelers aan het ‘werken’ kreeg. Ik kon en kan het niet alleen. Ik had een goeie trainer nodig en een goeie staf. Chapeau voor zij die in de promotie slaagden, daarom ben ik blij dat Wim De Decker T2 wilde blijven. Een zeer gepassioneerd man. Maar hij had nog niet de ervaring van een echte trainer. Bölöni wel. Hij is zeer veeleisend en tegelijk ervaren in het leiden van een groep, in het kijken naar dingen. Het werk, de opbouw… Ik hoop dat we een eindje weg samen kunnen afleggen, als de resultaten het willen. Want ook dat is voetbal: het resultaat bepaalt alles.”

Lees het volledige interview met Luciano D’Onofrio in de Antwerpspecial van Sport/Voetbalmagazine, vanaf donderdag 5 oktober in de winkel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content