Makelaarsvoorzitter Jesse De Preter: ‘Liever Coucke aan bewind van Belgisch voetbal dan zoveelste buitenlander’

Voorzitter Jesse De Preter van de Belgische Federatie voor Makelaars (BFFA) legt zich niet neer bij het voorstel dat op 6 mei in de Pro League besproken wordt. Vijf pittige vragen.

De Pro League wil de rol van makelaars in het profvoetbal haast elimineren. Als dat voorstel gestemd wordt op 6 mei, moet jij dan op zoek naar nieuw werk?

‘Nee, want de deadline is verplaatst. Er is ingegaan op ons voorstel om met ons rond de tafel te gaan zitten, met ook de KBVB erbij. Dat zou gebeuren in de week van 13 mei. Dat eerste voorstel was juridisch aanvechtbaar. Wat voorlopig overblijft is het voorstel om een Clearing House, een controlebureau, op te richten. We gaan de hele oefening opnieuw maken. In afwachting hebben we ons geëngageerd om niet naar de rechtbank te stappen.’

Heb je nu wat je wou?

‘Nee. Wat ik wou, was een deftig en genuanceerd, efficiënt reglement en een goeie constructie met de KBVB. Niet volgend jaar, maar liefst gisteren. ( lacht) In afwachting hebben we met de BFFA nog een vergadering op 3 mei over onze targets voor de toekomst: een nationale beroepsorde opzetten, het verfijnen en op elkaar afstemmen van alle betrokken decreten bij alle regio’s, het opstellen van een deftig transferreglement en het bepalen van de rol van de tussenpersonen. Het Clearing House beschouw ik als een verworvenheid. Pas wanneer dat een onafhankelijk orgaan is, wordt er een klimaat van transparantie gecreëerd. In Engeland wordt dat gedaan door drie mensen, die er in slagen een groot aantal transacties met een grote financiële impact goed af te handelen.’

De Pro League wil een reglement dat een voorbeeld is voor de rest van de wereld. Kan dat?

‘Enkel de FIFA kan bepalen wat wereldwijd geldt. In Zürich schrijven ze momenteel aan een nieuw makelaarsreglement. Alleen is men zich daar niet altijd bewust van het feit dat ze ondergeschikt zijn aan internationale wetten, ook niet na de zaak-Bosman. Het beste is dus zelf ook een goed voorstel aanbieden. Een oplossing voor de komende transferperiode is niet haalbaar. Je moet alles aftoetsen met de verschillende gewesten en met de federale regering. Het is dus minstens wachten tot na de verkiezingen eer er weer gepraat kan worden. Je moet dus niets verwachten op dat vlak vóór september of oktober. Ondertussen zou het al een stap vooruit zijn als tijdens de komende transferperiode het bestaande reglement gewoon toegepast wordt. Nu gebeuren er nog veel transfers door niet-geregistreerde personen. Dat vermijden is makkelijk. De clubs betalen en sluiten contracten af: zij bepalen wie wel en niet mee aan tafel mag zitten.’

Je vermoedde achter het vorige voorstel de hand van Marc Coucke, maar die is inmiddels opgestapt als voorzitter van de Pro League. Heb je toen een fles champagne ontkurkt?

‘Nee, ik zie liever Marc Coucke aan het bewind van het Belgische voetbal dan de zoveelste buitenlander. Marc heeft die zaak snel willen doordrukken, maar dat hij weg is, maakt het er niet makkelijker op. Er liggen drie historische dossiers op tafel, waar zo gauw mogelijk iets mee moet gebeuren. Ik zou aan het hoofd van de Pro League graag een onafhankelijk iemand zien, die geen twee petten tegelijk draagt, die goed is in communicatie en die mensen kan verbinden in plaats van ze te verdelen. Iemand als Patrick Janssens. ‘

Begrijp je dat de gemiddelde Belg na het nieuws over de huiszoekingen bij Anderlecht van vorige week zijn buik vol heeft van makelaars?

‘De moraliteit van heel de communicatie binnen al deze dossiers zit niet goed. Niet bij de procureur, niet bij de clubs, niet bij de makelaars. De man in de straat denkt: wat een bende gangsters. En dat snap ik. Wie dit als eerste moet oplossen, weet ik niet. De KBVB heeft weinig macht. Je mist onafhankelijke mensen. Er gaat nooit iemand binnen de Pro League zelf opstaan en de clubs wijzen op hun fouten. Eens je macht hebt, is het moeilijk om die nog af te geven. Goed zou een voorzitter zijn die verbindend kan optreden. Die in plaats van een conflictmodel kiest voor een consensusmodel.’