Mistig en onvolledig dossier kost Roeselare proflicentie

© belga

Het Belgisch Arbitragehof voor de Sport (BAS) heeft donderdag de motivering van het arbitragecollege dat de proflicentie weigerde aan KSV Roeselare op zijn website geplaatst. Daaruit blijkt dat de West-Vlamingen een onvolledig dossier indienden.

KSV Roeselare kreeg op maandag 11 mei slecht nieuws van het BAS, vier dagen nadat ze hun licentiedossier in tweede zit hadden verdedigd. De West-Vlamingen voldeden niet aan de administratieve en vooral financiële voorwaarden om in 1B uit te komen. Ze werden teruggezet naar de nationale amateurklasse. Het faillissement op Schiervelde zou nakend zijn.

Uit de motivering van het BAS blijkt waarom. Het arbitragecollege kondigt aan ‘niet lichtzinnig’ te willen omgaan met het toekennen van de proflicentie. ‘In dat licht is het onbegrijpelijk dat Roeselare heeft nagelaten het bewijs voor te leggen van essentiële elementen die nochtans eenvoudig waren aan te tonen’, klinkt het.

Vervolgens volgt een ellenlange opsomming van ontbrekende stukken: grootboekrekeningen, kredietovereenkomsten, schuldenoverzicht, transferoverzichten, enzovoort. Een aantal schulden en leningen – waaronder een van 100.000 euro van ex-bestuurder Johan Plancke – zouden achtergesteld geweest zijn, maar dat blijkt nergens uit verslagen.

Het arbitragecollege maakt ook melding van oncontroleerbare leningen van bedrijven gevestigd op de Britse Maagdeneilanden en Hongkong, een gebrek aan cashflow statements ondanks een goedgekeurd verlies van 2,7 miljoen euro en een gebrekkige begroting. De Chinese eigenares Xiu Li Hawken stelde voorts wel een comfort letter voor een bedrag van 2,7 miljoen euro, maar die was niet gecontroleerd door een bedrijfsrevisor en dus ongeldig voor de licentiecontrole.

‘Het arbitragecollege oordeelt op basis van deze elementen dat Roeselare niet afdoende bewijst dat de continuïteit van de club tot en met 30 juni 2021 is verzekerd, zodat zij niet voldoet en bijgevolg geen licentie van het Profvoetbal 1A en 1B voor het seizoen 2020 – 2021 kan worden toegekend’, luidt het.

Daarmee werd ook het negatief advies van Nils Van Brantegem gevolgd. Roeselare haalde nog even de coronacrisis aan als overmachtssituatie, maar dat argument werd door de arbiters van tafel geveegd. De Licentiecommissie had namelijk alle clubs gewaarschuwd: er zou geoordeeld worden alsof het seizoen 2020-2021 een normaal verloop kende. Met andere woorden, de negatieve gevolgen van de coronacrisis mochten niet als excuus ingeroepen worden.

In de tekst valt ook te lezen dat Roeselare valse verklaringen zou hebben afgelegd voor de licentieaanvraag van het voorbije seizoen 2019-2020. In dat dossier zat een verklaring waaruit bleek dat de vennootschap van de Chinese zakenvrouw en overnemer Xiu Li Hawken een bedrag van 2,9 miljoen euro had overgeschreven om de continuïteit te waarborgen. Dezelfde dag als dat bedrag op de rekening van Roeselare stond, werd het teruggestort. ‘Er werd destijds een valse verklaring afgelegd, wat op zich al aanleiding kan geven tot het weigeren van een licentie’, oordeelt het BAS. Het arbitragecollege gaf al vroeg in de motivering aan deze feiten ‘als alarmsignalen’ te beschouwen en ze ‘in acht te nemen’ bij de beroodeling.

Terloops komt aan het licht dat Roeselare zijn afbetalingsplan met de FOD Financiën voor een schuld van 250.000 euro niet helemaal correct heeft gevolgd.

Nog dit saillant detail: amateurclub Seraing kwam als belanghebbende partij tussen in het dossier van Roeselare. Volgens de Luikse club zou er een link zijn tussen Roeselare en Moeskroen, via de Engelse voetbalclub Reading, omdat de bedrijven van Moeskroen-bestuurder Pairoj Piempongsant en de Roeselare-eigenares verbonden zijn met Reading. Seraing bracht echter geen bewijzen aan, en dus hield het BAS er verder geen rekening mee.

Partner Content