Mogipoly: portret van ’s lands machtigste voetbalmakelaar Mogi Bayat

© BELGAIMAGE
Thomas Bricmont

Mogi Bayat is woensdagochtend opgepakt in een onderzoek van het federaal parket. Sport/Voetbalmagazine bracht vorig jaar een portret van ’s lands machtigste voetbalmakelaar. Herlees.

Dit artikel verscheen eerder in Sport/Voetbalmagazine van 4 januari 2017. Herlees.

Zaterdag 13 augustus, het Stade du Pays in Charleroi. De competitie is nog maar aan de derde speeldag toe wanneer de Zebra’s en de Buffalo’s voor ongeveer 7000 supporters 1-1 gelijkspelen. Een uitslag die veel weg heeft van een broederlijk delen. Na eerder Danijel Milicevic en Kalifa Coulibaly heeft de kampioen van 2015 die zomer Dieumerci Ndongala en Jérémy Perbet (eigendom van Istanbul Basaksehir) aangeworven. In het middelpunt van al deze deals: de onvermijdelijke Mogi Bayat, broer van Mehdi, de baas van Charleroi, én close met Michel Louwagie en Patrick Turcq, respectievelijk sportief directeur en technisch directeur in Gent. Een overstap die de invloed van de makelaar Bayat nog wat versterkt heeft op AA Gent, waar hij niet alleen het lot van heel wat spelers in handen heeft, maar ook dat van Hein Vanhaezebrouck.

Kort na de wedstrijd, en zoals de traditie het voorschrijft, ontmoeten de twee clubbesturen (alleen Gentvoorzitter Ivan De Witte is niet meegereisd) elkaar in het salon van de voorzitter van Mambourg bij een selfservicediner onder ‘vrienden’ en zonder chichi. Mogi Bayat is uiteraard uitgenodigd. Hij staat zelfs centraal in het debat. Want nu al verschillende transferperiodes deelt hij de lakens uit. En op iets meer dan twee weken voor het sluiten van de zomermercato kondigt de oudste van de broers Bayat aan ‘dat de markt heel binnenkort in een stroomversnelling gaat komen.’ Hoewel hij al meerdere pionnen geplaatst heeft (Christian Kabasele bij Watford, Thibault Moulin bij Legia Warschau, Ndongala en Perbet in Gent, Dennis Appiah in Anderlecht, enzovoort), houdt Mogi nog heel wat kaarten achter de hand. Want de laatste dagen van de mercato slaat Mogi zijn slag. Sven Kums (Gent naar Watford, vervolgens geleend aan Udinese), Stefano Okaka (Anderlecht naar Watford), Noë Dussenne (Excel Mouscron naar Crotone), Neeskens Kebano (Genk naar Fulham), Uros Spajic (Toulouse naar Anderlecht), Hamdi Harbaoui (Udinese naar Anderlecht) en Massimo Bruno (Leipzig naar Anderlecht): al deze transfers dragen zijn handtekening. Tijdens de zomermercato 2016 zal Bayat twintig spelers stallen, een enorm aantal: de gemiddelde makelaar neemt genoegen met twee à drie transacties in dezelfde tijdspanne.

Hoe valt die alomtegenwoordigheid op het transferterrein te verklaren? Waarom lijken bepaalde Belgische clubs er afhankelijk van? Een onderzoek in het hart van het systeem-Bayat.

BEVOORRECHTE LEERSCHOOL

In het huidige, sterk geglobaliseerde voetbal zijn de transacties ingewikkeld en gebeuren ze doorgaans met meerdere tegelijk. Om aan de juiste deur aan te kloppen ken je maar beter de juiste mensen. Daarin schuilt een van de voornaamste troeven van Mogi Bayat. Want vóór zijn oom hem ontsloeg als algemeen manager van Sporting Charleroi in oktober 2010, kon Mogi zeven jaar lang binnen het Belgische voetbal zijn web weven: voldoende om te netwerken, de business te ontcijferen en te verbroederen met de beslissingsnemers. Vanuit het tegenoverliggende kamp ging Bayat haast dagelijks om met makelaars en maakte hij zich de werkwijze en regels eigen van een vaak botsend milieu. Een geprivilegieerde leerschool die hem tijd hielp winnen, veel tijd in vergelijking met de concurrentie.

‘Dankzij mijn werk in Charleroi leerde ik de Belgische markt kennen en bouwde ik een uitgebreid netwerk op’, erkende de man in kwestie in L’Echo afgelopen september. ‘Ik heb het geluk dat ik in een club gewerkt heb en kon zetelen in de raad van bestuur van de Pro League. Ik hield me bezig met de uitzendrechten en sponsoring. Dat is mijn geluk: ik ken heel veel mensen in België en het buitenland.’

DE BASIS VAN HET SYSTEEM

In België was Bayat zo slim – of zo u wil: sluw – om vriendschap te sluiten met Herman Van Holsbeeck, Michel Louwagie en de vroegere algemeen directeur van Genk, Dirk Degraen. Het systeem-Bayat vindt zijn oorsprong zowel bij de clubs als bij de spelers. Wat soms tot onthutsende taferelen leidt, zoals in Kortrijk, waar hij in een conflict tussen ‘zijn’ speler en het bestuur uiteindelijk opkomt voor de tegenpartij. ‘Mogi probeerde de speler die hij eigenlijk moest verdedigen duidelijk te maken dat hij een loonsvermindering met veertig procent moest aanvaarden. Hij was trouwens de enige die het woord voerde voor Kortrijk’, verklaart een lid van spelersvakbond Sporta.

Dit model van ‘clubmakelaar’ had Mogi Bayat in zekere zin al uitgetest toen hij nog algemeen directeur was van de Zebra’s. In die periode passeerden nagenoeg alle inkomende en uitgaande transfers via Didier Frenay, toen de bevoorrechte makelaar van Charleroi. Als verklaring voor zijn succes vertelde Bayat in La Dernière Heure: ‘Ik heb begrepen wat veel mensen nog ontgaat. Namelijk dat bij een transfer de drie partijen er als winnaar uit moeten komen: de kopende club, de verkopende club en de speler.’

‘Sommige clubbestuurders strijken een percentage op bij de doorverkoop van spelers’, verklaart een makelaar met vaste voet in België. ‘Het is zelfs een groot deel van hun vergoeding. Dat stimuleert hen dus om met makelaars te werken die hen veel geld zullen opbrengen, zeker als die een deel van de commissie afstaan.’ In het milieu een retrocommissie genoemd en nochtans formeel verboden.

Mogi Bayat daarentegen gaat er prat op dat hij in tien transferperiodes ’tussen de 90 en 110 miljoen euro naar de Belgische clubkassen liet terugvloeien. Zij raken ruim uit de kosten, ik ook en dus is het normaal dat we samenwerken. Als ik hen maar peanuts oplever, zou ik niet meer in het circuit zitten.’

In Charleroi liggen de zaken echter anders. Volgens sommigen zou Mogi de verborgen investeerder zijn, de echte baas. Pure fantasie, weerlegt Mehdi Bayat. Waag het echter niet om onder Mogi’s duiven te schieten. Andere makelaars mislukken in Charleroi: ze verliezen hun speler of moeten zowel bij de komst als bij het vertrek van hun speler de commissie delen. Damien Marcq, die in Charleroi neerstreek in het gezelschap van een Franse makelaar, erkent dat ‘er niet één transfer gerealiseerd werd zonder dat Mogi aanwezig was, ook al verschijnt zijn naam niet officieel. Voor een club als Charleroi is het goed een makelaar te hebben die goede spelers kan aanbrengen. Als je leest dat Lassana Diarra bijna getekend had bij Charleroi, is dat best gek. Al verbaast dat me niet van de Bayats. Ze hebben lef, zijn rad van tong en kunnen gelijk wat aan gelijk wie verkopen.’

BLUF, ERKENNING EN BEDREIGINGEN

‘Zijn grote kracht is dat hij een uitstekende manipulator is’, oppert een concurrerende makelaar, wiens actieradius België overstijgt. ‘Aan de ene kant geeft hij de club de indruk dat hij onmisbaar is door te vertellen dat hij de makelaar van de speler in zijn macht heeft. De spelers vertelt hij dat hij in de club de baas is. Bij Mogi is het continu bluf. Hij is daar heel sterk in. Hij heeft ook erkenning nodig, dat spreekt voor zich. Zijn model is in functie daarvan opgebouwd. Hij wil op alle foto’s staan, in alle kranten. Bij de transfer van Marko Marin bijvoorbeeld stond hij met de speler te pronken toen die voorgesteld werd, terwijl hij niet zijn makelaar is en zijn rol in deze transfer bijna nihil was. Maar hij vindt dat hoe meer hij aanwezig is, hoe meer anderen het gevoel krijgen dat hij onmisbaar is.’

Een systeem dat in elk geval lijkt aan te slaan bij de spelers. ‘Het klopt dat de spelers weten dat het makkelijker is een mooie transfer te versieren met hem’, verklaart Dieumerci Ndongala, die verzekert dat hij niet in Bayats armen gedreven werd, hoewel een andere makelaar hem nochtans vergezelde bij zijn overstap van La Louvière naar Charleroi. ‘Velen geven kritiek op hem, maar velen zijn jaloers op hem.’

Christian Kabasele is een vurige verdediger van het systeem-Bayat. ‘De leugentjes die men vertelt, komen van jaloerse makelaars. Mogi is betrokken in alle grote transfers in België en zij moeten vechten om een beetje geld bijeen te scharrelen. Ik kan me voorstellen dat zijn tegenstanders graag een deel van de markt willen heroveren.’

Het systeem-Bayat verraadt ook een schrokkerig, soms buitensporig kantje. ‘Hij voelt de behoefte om zich met alle deals bezig te houden. Zelfs als ze maar 5000 euro opbrengen. En hij kan zich van zijn agressieve kant laten zien als je geen beroep doet op hem. Hij vindt dat alles wat in Anderlecht en Gent gebeurt, van hem moet zijn.’

Het zakelijk succes steeg hem algauw naar het hoofd. Eeuwig keffertje Bayat dacht een tijd alles te mogen in een met moeite gereguleerde business waar alle deals lijken toegestaan. In januari 2012 transfereert Bayat in zijn eentje de Fransman Rémi Maréval van Zulte Waregem naar Gent en strijkt de volledige commissie op. Alleen, Marévals Franse makelaars voelen zich logischerwijs beetgenomen en gaan over tot bedreigingen. Bayat, nochtans niet aan zijn proefstuk toe, beseft de ernst ervan en vraagt zijn vriend John Bico te bemiddelen. Bayat zal uiteindelijk de commissie terugstorten.

DE FRANSE TAK

Vandaag lijkt Bayat minder avontuurlijk en weerspannig. Hij had heel vlug door dat hij zich beter goed kon omringen. Met name op de Franse markt, waar hij al munt uit sloeg in de tijd dat hij bestuurder was van Charleroi. ‘We moeten het toegeven, hij is erin geslaagd het gat in de markt te vinden: spelers op een dood spoor in Frankrijk die proberen hun carrière te herlanceren in België’, stipt een Franse makelaar aan die heel aanwezig is in Engeland.

Toen hij bij Kortrijk in dienst was, profiteerde Patrick Turcq geregeld van die Franse vondsten. ‘Ik ken Mogi al meer dan tien jaar’, verklaart de huidige sportief directeur van Gent. ‘Hij is de eerste bestuurder van een eersteklasseclub die me uitnodigde om hem te ontmoeten, terwijl Kortrijk toen in tweede zat. Sindsdien hebben we vaak samengewerkt. Bij Mogi is alles gepland, gestructureerd, vandaar dat hij heel vlug kan schakelen bij een transfer. Ik herinner me dat ik hem vroeg of hij Kristof Van Hout van bij ons kon transfereren. De volgende dag lag er op mijn bureau een bod van Genk. Als Mogi je over een speler praat, mag je zeker zijn dat hij hem zal meebrengen.’

De Franse makelaar Bruno Satin, al bijna dertig jaar in het vak, kent hem misschien nog het best. ‘Ik kende Mogi al toen hij nog in de dranksector zat (toen hij voor Chaudfontaine, het bedrijf van zijn oom, werkte, nvdr) en kantoor hield op de Champs-Elysées in Parijs. Hij was altijd al een voetbalfan en ik was niet verbaasd dat hij er zijn beroep van maakte’, verklaart de man die met Bayat gewerkt heeft bij de transfer van Kalidou Koulibaly van Metz naar Genk en vervolgens van Genk naar Napels. ‘Hij is altijd een stap voor in de transacties. Hij is echt briljant. Vandaag weten alle Franse makelaars die een speler in België willen stationeren, dat ze via hem moeten passeren.’

‘Hij kent heel goed de wensen van de clubs’, vervolgt Pierre Frelot, de voormalige financieel directeur van PSG en nu een van de invloedrijkste Franse makelaars. ‘Wanneer Mogi bijvoorbeeld Kebano naar Charleroi haalt, garandeert hij iedereen winst door PSG een groot percentage van de doorverkoop te laten opstrijken. Zijn speeltuin beperkt zich ondertussen niet meer tot België. De laatste tijd heeft hij enorm veel internationale transacties gerealiseerd.’ Meer bepaald dankzij de banden die hij aanknoopte met de familie Pozzo, eigenaar van Udinese en Watford, waar Bayat deze zomer Kums, Okaka en Kabasele naar transfereerde.

Bruno Satin: ‘Zodra Pozzo het fenomeen in actie zag, heeft hij hem de sleutels overhandigd.’ En zo zijn er velen die al de sleutels van hun huis hebben overgedragen…

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content