Razvan Marin, de jonge leider van de Rouches: ‘Standard, dat is fightingspirit’

© BELGAIMAGE - BRUNO FAHY
Thomas Bricmont

Amper 22 jaar is hij, maar bij de Rouches van Michel Preud’homme is Razvan Marin een essentiële schakel. Kennismaking met de jonge leider op het Standardmiddenveld.

De ochtendtraining zit erop. De Académie is ondergesneeuwd en er heerst een opvallende rust. We zijn nochtans 31 januari, de laatste en meestal hectische dag van de wintermercato. Christian Luyindama komt zijn ploegmaats groeten, want hij vertrekt richting Istanbul, waar een contract bij Galatasaray op hem ligt te wachten. Een beetje later op de dag zal Alen Halilovic hier aankomen om zijn overstap – op huurbasis – van AC Milan te officialiseren.

Razvan Marin beleeft de va-et-vient van de voetbalbusiness schijnbaar onverstoorbaar. Het is soms moeilijk te geloven dat de Roemeense middenvelder van Standard nog maar 22 jaar is. Zowel zijn voetbalkwaliteiten als zijn maturiteit springen in het oog. Alvorens hij zich voor zijn tv-toestel nestelt en een van de series bekijkt waaraan hij naar eigen zeggen verslaafd is, neemt hij de tijd om ons te woord te staan.

Verliefd op de bal

Begin december werd je verkozen tot Roemeens Voetballer van het Jaar 2018. Was die erkenning een verrassing voor jou?

Razvan Marin: ‘Toch een beetje, ja. Ik was al heel blij dat ik bij de drie genomineerden behoorde. Die onderscheiding betekent veel voor mij, en ik hoop dat het niet de laatste wordt. Op mijn leeftijd heb ik normaal gezien kans genoeg om die trofee nog een keer te pakken.’

Het Roemeens voetbal heeft het moeilijk om opnieuw aan te knopen met de successen van de jaren 90 en het begin van het decennium daarna. Hoe is dat volgens jou te verklaren?

Marin: ‘Eerlijk gezegd: geen idee. Maar ik heb wel de indruk dat het tij aan het keren is. Het niveau van het Roemeense voetbal neemt stilaan weer toe.’

Wat onderscheidt het Roemeense voetbal van andere landen?

Marin: ‘Vergelijken is altijd moeilijk, maar ik denk dat wij intelligente spelers zijn, die verliefd zijn op de bal. Ons voetbal is eerder Latijns: we houden van balbezit en van dribbelen.’

Speelde jouw vader en ex-profvoetballer Petre Marin een beslissende rol in jouw ontwikkeling?

Marin: ‘Absoluut. Hij voetbalde zes seizoenen voor Steaua Boekarest, trad aan in de Champions League en speelde mee in de halve finale van de Europa League tegen Middlesbrough. Ik herinner me die confrontatie met de Engelsen nog goed, net als de wedstrijd tegen Standard. Zijn ervaring was zeker een voordeel voor mij ten opzichte van andere jongeren. Mijn vader kent de voetbalwereld en geeft me over alles raad: over wedstrijden en trainingen en over hoe met de druk om te gaan.’

Gaf hij je ook raad bij je overstap naar Standard in januari 2017?

Marin: ‘Ja, toen Standard me een contract aanbood, was ik op stage. Gheorghe Hagi riep me bij hem in zijn bureau. Hij zei dat hij ermee akkoord ging om me te laten vertrekken. Het was immers niet alleen aan mij om dat te beslissen. De eerste die ik telefoneerde, was natuurlijk mijn vader. Ik moest weten wat hij ervan vond, hoewel ik een manager heb die mijn zaken behartigt. Ook na elke wedstrijd is mijn vader de eerste die ik bel. Hij bekijkt al mijn wedstrijden.’

Wanneer ik het niet eens ben met de coach, dan zal ik hem dat zeggen. Zo zit ik nu eenmaal in elkaar.

Razvan Marin

Toen je hier aankwam, zei je onder de indruk te zijn van de fysieke impact, van de intensiteit van de Jupiler Pro League.

Marin: ‘Ja, in België is het fysiek zwaarder voetballen. Ik heb mij moeten aanpassen, mij moeten ontwikkelen door veel in het krachthonk te trainen. De Belgische competitie is beter dan de Roemeense. Voor mij was het een ideale stap om te zetten, ook niet te hoog. Ik ben heel tevreden met mijn keuze.’

Clubcultuur

Waarom koos je voor Standard, terwijl ook Italiaanse en Engelse clubs jou volgden?

Marin: ‘Toen ik voor Viitorul voetbalde, was er inderdaad interesse van Italiaanse, Engelse en – als ik me niet vergis – Spaanse teams. Standard was echter de eerste club die me een concrete aanbieding deed, die geld op tafel legde. Ik wist waar ik tekende: in een sterkte competitie en bij een van de beste clubs van het land.’

Nochtans had je het aanvankelijk niet gemakkelijk bij Standard, op dat moment veel minder georganiseerd en gestructureerd dan nu.

Marin: ‘Dat is juist, er was veel aan het veranderen. Op anderhalf jaar tijd kreeg ik drie verschillende coaches. Dat vergemakkelijkte mijn integratie niet. Gelukkig leerde ik een aantal landgenoten kennen. Een ervan baat een restaurant uit in Luik, een andere in Spa. Zo verliep de aanpassing aan een nieuw land en een nieuwe taal toch iets vlotter. Ik zie hen bijna elke dag. Zij helpen mij om Frans te leren. Alleen aankomen bij een club als je nog maar 20 jaar bent, is niet eenvoudig. Maar ik wil wel benadrukken dat de club – zowel mijn ploegmaats, de voorzitter als de sportief directeur – er alles aan gedaan heeft om mijn integratie te bespoedigen. MichelPreud’homme wil hier op lange termijn iets uitbouwen, de club nog professioneler maken. Hij brengt zijn winnaarsmentaliteit en zijn honger naar titels en trofeeën over op de groep. Ik heb al veel geleerd sinds hij hier het roer overnam.’

Hoe was de sfeer in de kleedkamer toen je bij Standard belandde?

Marin: ‘Niet goed. En daar had ik het best moeilijk mee.’

Voor een jonge speler die uit het buitenland kwam, moet het extra lastig geweest zijn.

Marin: ‘Ik heb altijd geprobeerd om correct te zijn en te blijven met iedereen. Nu is alles veel beter georganiseerd en professioneler. Als je wilt slagen en samen iets wilt realiseren, dan moet je je beroep ernstig nemen.’

Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen Ricardo Sá Pinto en Michel Preud’homme?

Marin: ‘Er zijn veel verschillen tussen hen. Ten eerste hebben ze een andere persoonlijkheid. Sá Pinto was één en al vuur, Preud’homme is rustiger. Als profspeler moet je je kunnen aanpassen aan mensen en aan een clubcultuur. Je moet openstaan voor verandering. Voor mij was het gemakkelijk om me aan te passen aan de veranderingen onder Preud’homme, want bij Viitorul voetbalden we op dezelfde manier: in een 4-3-3 of een 4-2-3-1. Ik was gewend aan spelen op balbezit. Dat is het voetbal waar ik van hou. Voor de ploeg als geheel was het iets problematischer, want vorig seizoen speelden we directer, met lange ballen. Daarom vergde het tijd om te begrijpen wat de coach van ons verlangde. Dat is volstrekt normaal, een andere spelstijl ontwikkel je niet op één-twee-drie.’

Razvan Marin: 'Iedereen die een goede traptechniek heeft, is daar volgens mij mee geboren.'
Razvan Marin: ‘Iedereen die een goede traptechniek heeft, is daar volgens mij mee geboren.’© BELGAIMAGE – BRUNO FAHY

11,5 kilometer

Je voetbalt nu hoger dan vorig seizoen?

Marin: ‘Begin vorig seizoen speelden we met twee echte nummers 6, Merveille Bokadi en Uche Agbo, en verdedigden we lager op het veld. Nu proberen we hoger pressing uit te voeren op de tegenstander – dat is logisch als je ambieert om veel in balbezit te zijn. Daardoor krijg je de indruk dat ik hoger voetbal, maar mijn plaats op het schaakbord is niet veranderd.’

Samen met Gojko Cimirot vorm je wellicht het meest complementaire duo van de competitie. We ondervinden soms zelfs moeite om jullie van elkaar te onderscheiden.

Marin: ‘Ja, ik weet het. Zelfs de coach haalt ons op training soms door elkaar. Iedereen weet dat Cimi een heel belangrijke speler is voor ons.’

Je voetbalde al onder gerenommeerde ex-voetballers als Gheorghe Hagi, Ricardo Sá Pinto en nu Michel Preud’homme. Hoe belangrijk vind je het dat ze als voetballers een mooie carrière uitbouwden?

Marin: ‘Ze weten wat het is om op hoog niveau te voetballen, ze kennen de details die het verschil kunnen maken. Van Gheorghe Hagi heb ik veel geleerd, niet zozeer op puur voetbalgebied, maar eerder over hoe je je in het dagelijks leven moet gedragen en hoe je best omgaat met de media. Hetzelfde geldt voor Michel Preud’homme. Hij is weliswaar rustiger en praat niet zoveel met zijn spelers, maar toch leer je veel van iemand met zo’n persoonlijkheid.’

Ook conditietrainer Renaat Philippaerts lijkt een aanzienlijke impact te hebben op de resultaten van Standard.

Marin: ‘We lopen in elk geval veel met hem ( lacht) en daar sta ik niet altijd voor te springen. In een wedstrijd is dat anders. Gemiddeld leg ik 11,5 kilometer af per wedstrijd, met een maximum van 12,3 en een minimum van 10,8. Het was aanvankelijk heel stevig om te trainen onder Renaat, maar hij weet waarmee hij bezig is. De coach laat hem dan ook zijn ding doen.’

Hoe leidt Michel Preud’homme zijn ploeg tijdens de dagelijkse trainingen?

Marin: ‘Hij spreekt weinig tijdens de trainingen, hij laat Emilio Ferrera de leiding nemen. Hij observeert alles vanop een afstand, maar geloof me vrij: hij weet alles en als hij het nodig acht om iets te zeggen tegen het team of tegen een speler individueel, dan zal hij dat doen. Zijn analyse van de tegenstander is altijd heel precies.’

Karaktertje

Je staat bekend als eerder gereserveerd naast het veld, maar een echt karaktertje tussen de krijtlijnen.

Marin: ‘Je zult mij nooit in het uitgaansleven zien. Eén keer ben ik in Luik op stap geweest met mijn Roemeense vrienden, maar ik vond het maar niets. Ook in Boekarest ga ik zelden uit. Een voetballer moet weten wanneer hij een stapje in de wereld mag zetten, tijdens de vakantie bijvoorbeeld, maar niet in het midden van het seizoen waarin wedstrijden elkaar in een sneltreinvaart opvolgen. Op het terrein toon ik inderdaad wel een sterk karakter. Dat is een voorwaarde om te slagen in het profvoetbal. Op een voetbalveld heb je geen vrienden.’

Het enige wat mij op dit moment interesseert, is de titel pakken met Standard.

Razvan Marin

Begin vorig seizoen, tijdens je eerste maanden onder Sá Pinto, kende je een moeilijke periode.

Marin: ‘Het klopt dat ik niet echt tevreden was. Sá Pinto praatte veel met mij, vaak twee keer per week. Hij sprak zijn vertrouwen uit in mijn kwaliteiten, maar hij stelde me wel niet op. Dat vond ik een vreemde situatie. Ik heb soms verhitte discussies met hem gevoerd, want ik heb mijn karakter en ga mijn gevoelens niet verbergen. Als ik iets te zeggen heb, dan zeg ik het ook. Zo zit ik nu eenmaal in elkaar. Wanneer ik het niet eens ben met de coach, dan zal ik mijn visie kenbaar maken. Dat heeft niets te maken met een gebrek aan respect. Ik wil constructief met een trainer kunnen praten door uit te komen voor mijn mening.’

Razvan Marin: 'Als je er een beetje als een gek in vliegt, dan staan onze fans achter je en geven ze je extra kracht.'
Razvan Marin: ‘Als je er een beetje als een gek in vliegt, dan staan onze fans achter je en geven ze je extra kracht.’© BELGAIMAGE – BRUNO FAHY

Qua speelstijl word je wel eens vergeleken met Steven Defour. Zegt die naam jou iets?

Marin: ‘Ik weet dat hij bij Standard een legende is, die soms vreemde carrièrekeuzes heeft gemaakt. ( grijnst) Ik heb ook die fameuze tifo gezien.’

Je hebt het profiel van de voetballer die heel geliefd is bij de Standardsupporters: je bent technisch goed en, vooral, je hebt een groot loopvermogen en je speelt met veel passie.

Marin: ‘Standard, dat is fightingspirit. Onze supporters houden ervan als je tackelt. Als je er een beetje als een gek in vliegt, dan staan ze achter je en geven ze je extra kracht. Zo moet een echte twaalfde man zijn volgens mij. In Engeland gaat het publiek als naar een theatervoorstelling, je moet naar Griekenland of Turkije gaan om fans als de onze tegen te komen. De sfeer in het stadion in de wedstrijd tegen Anderlecht was fantastisch. Voor dat soort wedstrijden ben ik voetballer geworden.’

Wat is het verschil tussen beide historische rivalen?

Marin: ‘Op sportief vlak kun je daar weinig over zeggen, want ploegen evolueren. Maar de steun van onze supporters is uniek. Daar kan Anderlecht niet aan tippen.’

Prijzen

Hoe zie jij je toekomst als voetballer? Denk je dat op het einde van dit seizoen het moment is gekomen om nog een stap hoger te zetten? Er zou opnieuw interesse zijn uit Italië, Spanje en Engeland.

Marin: ‘Als die vraag me gesteld wordt, weet ik nooit wat ik moet antwoorden. Ooit zou ik wel in een grote competitie zoals de Italiaanse, de Duitse, de Engelse, de Spaanse, de Franse – het maakt eigenlijk niet uit welke – willen voetballen bij een ploeg die meedoet voor de prijzen.’

Je hebt dus geen uitgetekend carrièreplan?

Marin: ‘Neen, want dat hangt van zoveel factoren af. Als een ploeg afkomt met 10 of 15 miljoen en ik heb zin om ernaartoe te gaan, maar Standard laat me niet gaan, dan kan ik daar niets aan veranderen. Ik ga hier sowieso niet vertrekken voor het geld, alleen om een nieuwe stap te zetten in mijn carrière. Later zullen we wel zien waar mijn prioriteiten liggen. Het enige wat mij op dit moment interesseert, is de titel pakken met Standard. Vorig seizoen haalden we slechts nipt play-off 1, maar daarin streden we wel een tijd mee voor het kampioenschap.’

‘Gemakkelijker voor mij dan voor anderen’

Je bent opgegroeid in Boekarest?

Razvan Marin: ‘Ja, op mijn dertiende verhuisde ik dan naar de jeugdopleiding van Viitorul Constanta.’

Waarom vertrok je uit de hoofdstad? Waarom koos je niet voor een van de gerenommeerde clubs uit Boekarest, Steaua of Dinamo?

Marin: ‘Omdat ik de kans kreeg om bij de jeugdopleiding van Gheorghe Hagi te voetballen. Die wordt beschouwd als de beste van het hele land. Mijn vader heeft er gewerkt en sprak er vol lof over. Voor een jonge speler is het de ideale leerschool. Je ontwikkelt je er als voetballer en ook als mens.’

Gheorghe Hagi stond bekend om zijn begenadigde traptechniek. Heeft hij die van jou beïnvloed?

Marin: ‘Ja. Na de training gaf hij ons raad over hoe we op doel moesten trappen. Maar ik denk eigenlijk dat iedereen met een goede traptechniek daarmee geboren is.’

Heb je zijn fenomenaal doelpunt op het WK van 1994 tegen Colombia gezien?

Marin: ‘Uiteraard! Ik heb het gezien op YouTube. Hagi is een legende. Hij is de beste Roemeense voetballer aller tijden, ook al hebben we nog andere uitstekende spelers gekend, zoals Popescu, Petrescu, Chivu, Mutu en anderen.’

Voelde je je als zoon van een oud-profvoetballer geprivilegieerd ten opzichte van de anderen?

Marin: ‘Ik kwam niets tekort. Had ik nood aan een nieuw paar schoenen, dan kreeg ik dat. Het was zeker gemakkelijker voor mij dan voor de meeste andere jonge spelers. In Roemenië wonen heel rijke mensen en heel arme mensen, de middenklasse bestaat nauwelijks. Je verdient er door de band veel minder dan hier in België. Wie het land verlaat, doet dat in de eerste plaats in de hoop elders in Europa drie tot vier keer meer te verdienen om zo zijn kinderen en familie die in Roemenië zijn gebleven, financieel te helpen. Maar buitenlanders kennen Roemenië nauwelijks, ze hebben er alleszins een fout beeld van. Als je naar Boekarest komt, zul je er snel verliefd op worden. Het is een prachtige stad en je vindt er alles wat je hartje belieft: restaurants, winkelcentra, cafés, discotheken, noem maar op. Roemenië heeft toeristen heel wat te bieden – de zee, de bergen – maar wij verkopen ons land zo slecht.’

Waarvan was je het meest onder de indruk toen je naar België kwam?

Marin: ‘Van het oefencomplex, het opleidingscentrum van Standard. Bij Viitorul was de infrastructuur met negen terreinen al meer dan goed, maar hier is het echt top.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content