Stromannen en offshorebedrijven: de duistere zaakjes van D’Onofrio onthuld

© Belga
Thomas Bricmont

In Sport/Voetbalmagazine stond eind 2016 het resultaat van ons onderzoek naar Luciano D’Onofrio, de nieuwe sportieve baas van Antwerp. Nadat hij geschrapt werd als makelaar na een veroordeling in 2008 in Frankrijk, incasseerde de ex-baas van Standard toch nog meer dan 10 miljoen euro op de transfers van spelers. Hij verborg zich achter stromannen en drie offshorebedrijven.

Steven Defour, Eliaquim Mangala, maar ook Sinan Bolat, Daniel Opare, Joris Kayembe, Lisandro López, Giannelli ImbulaSport/Voetbalmagazine brengt de betrokkenheid van Luciano D’Onofrio aan het licht in 12 transfers of in de verwerving van spelersrechten – via TPO of Third Party Ownership – tussen 2009 en 2016. Zes van die transacties zouden hem al meer dan tien miljoen euro opgebracht hebben en zes andere zouden nog eens vier miljoen extra kunnen opleveren.

Wekenlang hebben we de discrete en lucratieve activiteiten van Luciano D’Onofrio in de voetbalbusiness onderzocht. We hebben de kwartaalrekeningen van FC Porto en Benfica uitgeplozen, twee clubs die beursgenoteerd zijn en dus gehouden zijn aan een zekere transparantie. We hebben ook een analyse gemaakt van vertrouwelijke contracten en documenten die voortkomen uit een lek van 500 gigabyte aan gegevens. Die werden openbaar gemaakt op de Portugese website FootLeaks tussen oktober 2015 en april 2016. Die informatie hebben we getoetst bij een vijftiental bronnen.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Stromannen en dekmantelbedrijven

Om zijn identiteit te maskeren in de 12 transacties heeft Luciano D’Onfrio een beroep gedaan op stromannen en verschillende dekmantelbedrijven: Robi Plus Ltd (Verenigd Koninkrijk), Danubio Finanzierungsleistungen und Marketing GmbH (Oostenrijk), Kick International Agency BV (Nederland), International Agency for Marketing Ltd (Liechtenstein), Bretline Enterprises Ltd (Cyprus) et KKLaw Nominees Ltd (Cyprus).

Dat is niet verrassend: de vroegere sterke man van Standard mag het beroep van makelaar niet meer uitvoeren sinds 22 oktober 2008, de dag dat hij veroordeeld werd door het Franse Hof van Cassatie tot twee jaar cel (waarvan zes maanden effectief) en een boete van 200.000 euro voor ‘heling van vennootschapsgoederen’ in Frankrijk.

Zowel het oude FIFA-reglement over spelersmakelaars als het nieuwe (2015) op bemiddelaars is glashelder: een makelaar moet een onberispelijke reputatie hebben en mag niet schuldig bevonden zijn aan enig delict.

Een transfer 8 maanden na zijn veroordeling

Die veroordeling in Frankrijk, de regels van de FIFA, en het Belgisch juridisch onderzoek naar witwaspraktijken bij Standard, waar hij de spilfiguur in was, lijken geen vat te hebben op Luciano D’Onofrio. Nog maar acht maanden na zijn veroordeling regelt hij al de transfer van Lisandro López, door FC Porto aan Olympique Lyon verkocht voor 24 miljoen euro.

Het dekmantelbedrijf Robi Plus, dat hij achter de schermen controleert, krijgt een commissie die in de rekeningen van de club op ongeveer 1,2 miljoen euro geschat worden (hetzij 5 procent).

Op het moment van de transfer is D’Onofrio vicevoorzitter van Standard, terwijl de FIFA verbiedt om een bestuursfunctie te cumuleren met die van makelaar.

4,5 miljoen op de transfers van Defour en Mangala

Robi Plus komt eind 2011 in de spotlights wanneer FC Porto aan de waakhond van de Portugese beurs laat weten dat ze 10% van de economische rechten op Steven Defour en Eliaquim Mangala heeft afgestaan aan het Britse bedrijfje. Die twee spelers werden door Luciano D’Onofrio van Standard naar FC Porto geloodst.

Op het moment van de transfer is D’Onofrio vicevoorzitter van Standard, terwijl de FIFA verbiedt om een bestuursfunctie te cumuleren met die van makelaar

Op 31 december 2011 legt Le Soir de link tussen Robi Plus en D’Onofrio. Toch duurt het tot de uitzending van het programma Cash Investigation van 11 september 2013 dat D’Onofrio’s rechterhand en architect van zijn offshorebedrijven zelf in zijn kaarten laat kijken. Op de vraag van onze collega: ‘Dus u en meneer D’Onofrio zijn de eigenaars van Robi Plus?’, antwoordt Maurizio Delmenico bevestigend: ‘Ja, we doen samen zaken.’ Een blunder van formaat, want tot dat moment had Luciano D’Onofrio dat altijd ontkend.

In het transfercontract van Mangala staat zwart op wit dat Porto, 12 dagen na de tv-uitzending, geïnformeerd werd door Robi Plus dat het bedrijf zijn 10% spelersrechten op Mangala overgeheveld had naar Danubio, een duister Oostenrijks postbusbedrijf. Danubio wordt gecontroleerd door een Cypriotische offshorefirma (Bretline), die zelf ook in een lege schelp zit (KKLaw Nominees) die aangestuurd wordt door een advocatenkantoor in Nicosia. Exit Robi Plus.

In augustus 2014 zou die commissie van 10% meer dan 3,9 miljoen euro in het laatje brengen bij Danubio na de transfer van Mangala naar Manchester City, en ongeveer 600.000 euro voor de transfer van Defour naar Anderlecht.

Kayembe en Djim, jonge jackpots

Danubio zet ook in op jonge, zelfs heel jonge spelers. In september 2013 komt het dekmantelbedrijf tussen in de transfer van de Belgische belofteninternational Joris Kayembe. Die verlaat de U19 van Standard en tekent bij FC Porto. ‘Vraag de technische details maar aan Luciano D’Onofrio. Het is hij die alles gearrangeerd heeft!’, zegt Jean-François de Sart, de toenmalige sportief directeur van de Rouches.

De jaarrekeningen van FC Porto tonen dat de club 85% van de economische rechten op Kayembe van Danubio overgekocht heeft, voor 2.615.000 euro – een bedrag dat De Sart en anderen als ‘veel te hoog’ beschouwen.

‘Vraag de technische details maar aan Luciano D’Onofrio. Het is hij die alles gearrangeerd heeft!’

Jean-François de Sart, voormalig sportief directeur Standard

Volgens clausule 2.3 van een vertrouwelijke overeenkomst tussen Danubio en FC Porto heeft het Oostenrijkse postbusbedrijf 1 miljoen euro verdiend in 2016 toen de jonge, Belgische belofte Tony Djim in mei zijn contract verlengde bij FC Porto. Daarin heeft de club de afkoopclausule van de speler op 30 miljoen euro vastgelegd. Dat belooft voor Danubio, dat nog 40% van de spelersrechten in handen zou hebben…

Alle spelers die verbonden zijn met Danubio staan in een intern document van FC Porto, waar op 31 december 2014 134 voetballers geïnventariseerd worden onder TPO. Zes van hen zijn ten dele eigendom van Danubio: Sinan Bolat, Tony Djim en zijn broer Célestin, Generoso Correia (een speler van 14 jaar!), Daniel Opare en Joris Kayembe. Vijf van die zes komen van Standard.

De ‘grote terugkeer’ van Kick

In de laatste jaarrekeningen van FC Porto is sprake van een derde dekmantelbedrijf van D’Onofrio, Kick International Agency BV. Die firma werd vergoed voor zijn rol als bemiddelaar in de transfer van Giannelli Imbula van FC Porto naar Stoke City, voor 24 miljoen euro, in februari 2016.

Uit de details van de boekhouding blijkt dat de commissie ongeveer 1,2 miljoen euro bedroeg. Klein detail: Kick wordt aangestuurd door Maurizio Delmenico en gecontroleerd door Luciano D’Onofrio. Het is Kick dat Standard er weer bovenop hielp in 2000 met duistere fondsen. De firma werd beschuldigd van witwaspraktijken in 2011 maar betaalde een boete om een proces te vermijden.

Kortom, in de context van de 10 miljoen euro die de verschillende dekmantelbedrijven van Luciano D’Onofrio gecasht hebben, is de boete van 1,5 miljoen euro die hij in juni 2015 moest betalen om aan een proces te ontsnappen voor witwaspraktijken in de zaak ‘Standard’ natuurlijk een lachertje…

Lees meer over het onderzoek in de Sport/Voetbalmagazine van 30 november.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content