Op 8 en 11 november treffen de kampioenen van Noord-Ierland en Ierland elkaar in een duel om de Champions Cup. De voorbode van een samengevoegde competitie?
Recordopkomsten moet u niet verwachten voor die twee duels tussen Linfield FC en Dundalk FC, respectievelijk de regerende landskampioen van Noord- Ierland en die van Ierland. Windsor Park, de thuisbasis van Linfield in Belfast, kan dan wel 18.000 toeschouwers herbergen, vorig seizoen klokte de club op gemiddeld slechts 2.500 kijklustigen af. Wat overigens wel nog het hoogste aantal was. Over de grens doen ze niet veel beter: het Oriel Park van Dundalk telt zelfs maar 4.500 zitjes. Dat is dus de club die de voorbije zes seizoenen vijf keer de titel pakte.
Om maar te zeggen: voetbal is in Ierland verre van big business. Rugby, Gaelic Football en hurling zijn er populairdere sporten. Het maakt dat de eersteklassers in beide Ierlanden op semiprofessionele basis werken, en zelfs dan amper weten te overleven. Vandaar dat er stemmen opgaan om beide competities te verenigen. Zeker in het licht van de Brexit en nu beide nationale ploegen het goed doen in de EK-kwalificatieronde, lijkt het momentum daar.
Dat voelde ook Unite, in het VK en Ierland een belangrijke vakbondsorganisatie: begin dit jaar bliezen zij een oude traditie nieuw leven in. De Unite the Union Champions Cup die komende week volgens de formule van een uit- en thuiswedstrijd gespeeld wordt, is de opvolger van de Setanta Cup, van 2005 tot 2014 een mini-toernooi tussen de beste clubs van Ierland en Noord-Ierland. Tot de Noord-Ierse clubs Cliftonville en Linfield bij de editie van 2014 weigerden deel te nemen uit onvrede met de vergoedingen en de slechte planning. Het idee stierf een stille dood.
Na vijf jaar is er deze nieuwe poging. De winnaar van Champions Cup ontvangt 50.000 Britse pond, de verliezer 25.000 pond. Daarnaast investeert Unite ook nog 25.000 pond in sociale projecten in elk van de deelnemende steden. De bedoeling: voetbal in Ierland weer tot leven wekken.
