EK-weetjes van de dag: ervaren halvefinalisten en de ongelooflijke reeks van Italië

© GETTY

Vanavond kennen we de eerste finalist van EURO 2020 na een veelbelovende halve finale tussen Italië en Spanje. Drie weetjes over een van de oudste rivaliteiten in het internationale voetbal.

De Mediterraanse derby

Met Spanje en Italië staan twee bekende gezichten tegenover elkaar in de eerste halve finale van het EK. Al 37 keer speelden beide landen tegen elkaar. Ter vergelijking: Italië speelde enkel tegen Frankrijk (39) en Zwitserland (59) meer, voor Spanje is Portugal (38) dan weer de meest bekampte tegenstander. Van die 37 wedstrijden wonnen ze beide trouwens 11 keer, 15 keer eindigde het duel in een gelijkspel.

Zes keer stonden ze ook al tegenover elkaar op een EK. De eerste twee duels waren nog in de jaren 1980 met het EK in Italië in 1980. Toen raakten ze niet voorbij een 0-0 in de groepsfase, met ook nog België en Engeland. 8 jaar later won Italië wel de groepswedstrijd met 1-0.

Daarna was het wachten tot 2008 vooraleer La Roja en de Azzurri opnieuw op elkaar botsten op een EK. Maar ondertussen is het wel het vierde EK op rij dat ze worden uitgeloot tegen elkaar. In 2008 werd het in de groep 0-0, in 2012 was er opnieuw geen winnaar met een 1-1-uitslag, maar even later boekten de Spanjaarden wel de grootste overwinning ooit in een EK-finale toen ze de Italianen wegveegden met 4-0. Vier jaar later kreeg Italië dan nog zijn revanche toen de Squadra Spanje uitschakelde in de 1/8ste finales met 2-0.

Bijna 100% in halve finales

Italië won het EK al één keer, Spanje was al drie keer de beste. Ervaring met halve finales hebben ze dus wel. De Squadra Azzurra won zo al 3 van zijn 4 halve finales op een EK. De bijzonderste was in 1968 toen de wedstrijd tegen de Sovjet-Unie in Napels eindigde op 0-0. Verlengingen of een replay, laat staan strafschoppen, waren niet van kracht op dat EK, dus werd er een alternatieve oplossing gevonden: de toss. Italië koos de juiste kant van het muntje en mocht door naar de finale en won die ook tegen Joegoslavië, weliswaar na een replay want nog op het EK zelf werd de regel van de toss alweer afgeschaft.

Drie op vier gewonnen halve finales is geen slecht rapport voor Italië, maar Spanje doet nog beter met vier op vier die het wist te winnen. Al was het wel bijna altijd met de hakken over de sloot. In 1964 kon het pas in verlengingen afstand nemen van Hongarije en wonnen de Spanjaarden met 2-1. 20 jaar later, in 1984, moesten penalty’s beslissen wie doorging in de strijd tegen Denemarken. En in 2012 wist Portugal de Spaanse machine op 0-0 te houden, maar zegevierde Spanje toch na penalty’s. Enkel in 2008 ging de halve finale wat vlotter met een 3-0-zege tegen Rusland.

De roes van Italië

Kan Italië dat perfecte rapport van Spanje verpesten? Het ziet er alleszins goed uit voor de Italianen, want ze zitten in een winnende roes. De zege tegen België is ondertussen al hun 13e opeenvolgende overwinning, waarin ze 11 keer de 0 wisten te houden. Enkel de laatste twee wedstrijden kregen ze een doelpunt tegen. Bovendien moest de doelman zich in de laatste 35 wedstrijden niet meer dan 1 keer omdraaien. De laatste keer dat ze er meer slikten was in juni 2018 tegen Frankrijk (3-1), wat de tweede wedstrijd was onder de huidige bondscoach Roberto Mancini.

Sterker is hun ongeslagen reeks, die staat ondertussen al op 33 wedstrijden. Daarvan wonnen ze er ze er ook 28. De laatste nederlaag dateert alweer van 10 september 2018 na een 1-0 tegen Portugal. En in de laatste 23 duels stonden ze zelfs maar 10 minuten op achterstand toen Edin Dzeko Bosnië op 1-0 bracht op 4 september 2020, maar 10 minuten later Italië alweer op gelijke hoogte kwam.

Tot slot heeft Italië ook een nieuw record te pakken door België te kloppen in de kwartfinale. Met 15 opeenvolgende zeges in EK-wedstrijden (kwalificaties en eindrondes) gaan ze voorbij het record van Duitsland en… de Rode Duivels, die het record hadden kunnen pakken met een zege op Italië.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content