Beide clubs uit Manchester gaven enorm veel uit tijdens de mercato, maar dat legt hen geen windeieren.
Dat er met de overgang van Neymar Jr. van Barcelona naar PSG (voor 222 miljoen euro) een nieuw transferrecord werd verpulverd, is sinds deze zomer voor elke voetballiefhebber duidelijk. De Braziliaanse balgoochelaar werd daarmee ook de duurste prof in de wereld.
Bijna was ook het bestaand uitgaverecord door clubs verbroken. Alleen had Manchester City, de werkgever van de Rode Duivels Vincent Kompany en Kevin De Bruyne, nog wat meer euro’s moeten spenderen. Nu bleven de Citizens steken op 244,3 miljoen euro, na de transfers van Benjamin Mendy (57,5), Kyle Walker (51), Bernardo Silva (50), Ederson (40), Danilo (30), Douglas Luiz (12) en Olarenwaju Kayode (3,8). In 2009 zat Real Madrid aan 257 miljoen euro, inclusief een zekere Cristiano Ronaldo.
1 goal per 18 minuten
Maar liefst 140 miljoen euro voor verdedigers, maar na vijf speeldagen in de Premier League en de soevereine start in de CL-poulefase lijkt die ingreep al te renderen. De doelpuntenverhouding (16-2) in de Engelse competitie spreekt dan ook boekdelen. De laatste drie duels van de Sky Blues losten alle hooggespannen verwachtingen in: na de 5-0 tegen Liverpool volgden de 4-0 tegen Feyenoord en de 6-0 tegen Watford, wat neerkomt op elke 18 minuten een goal.
Maar het meest verheugende voor succescoach Guardiola is dat door de rushes op de flanken van de loopsterke backs Mendy (op links) en Walker (rechts) de meer aanvallend ingestelde spelers – De Bruyne, David Silva, Raheem Sterling, Gabriel Jesus en Sergio Agüero – bevrijd voetballen en gemakkelijker scoren. Het statement van de Catalaan is dus duidelijk. ‘We spelen eindelijk met veel energie. Dat kon vorig seizoen niet.’
Duurste kern
Ook bij die andere titelpretendent, Manchester United, werd er niet op een euro gekeken. De werkgever van Marouane Fellaini en Romelu Lukaku investeerde 165 miljoen euro in nieuw spelersmateriaal. Daarmee komen ze op Engelse bodem als derde, na de buren van City en Chelsea.
Vooral Lukaku (85), met zeven goals in evenveel officiële duels, en controlerende middenvelder Nemanja Matic (45) bewezen al hun meerwaarde, wat nog niet geldt voor Victor Lindelöf (35). Matic ontlast vooral Paul Pogba, die voor zijn blessure opviel met twee goals en twee assists.
In één categorie stak City alvast de stadsrivalen van United voorbij. Onderzoekers van het CIES Football Observatory rekenden uit dat De Bruyne en co over de duurste spelerskern in het mondiale voetbal beschikken. De transferkost van het huidige team bedraagt alles samen 853 miljoen euro, voor PSG (850, inclusief de 180 miljoen euro voor Kylian Mbappé) en Manchester United (784).
De hamvraag blijft: wat kan de vermoedelijk beste coach ter wereld bereiken met nu ook de duurste mondiale selectie in zijn specialistenhanden?
