Maarten Martens, nieuwe beloftencoach van AZ: ‘Bij Club voelde ik dat ik iets anders moest gaan doen’

© Belga Image

Maarten Martens (37) is terug op het oude nest. Tussen 2006 en 2014 was hij een gewaardeerde kracht op het middenveld van AZ, nu is hij er coach van het beloftenelftal. Een gesprek over het Nederlands voetbal én Club Brugge, zijn vorige werkgever.

Door Chris Tempelman (Voetbal International)

Na vier zeges leed Jong AZ vorige week tegen Jong FC Utrecht zijn eerste competitienederlaag, maar de plek in de top van de Keuken Kampioen Divisie is er nog altijd. Niet dat het heel belangrijk is, want de doelstelling is duidelijk voor de jonge hoofdtrainer. ‘Ontwikkelen, spelers voorbereiden op wat komen gaat.’ Maar kom bij Maarten Martens niet aan met de opmerking dat winnen van ondergeschikt belang is. ‘Het gaat ook om resultaat halen. Je speelt om te winnen. Ik wil er wel winnaars van maken. De grootste talenten beter maken, maar ook leren wedstrijden binnen te halen. Alleen niet ten koste van alles. Ik besef dat dat zo is. Ik kan van mezelf wel zeggen dat de jeugdtrainer in me dat wel snapt.’

Martens is een realist, zo blijkt meerdere keren tijdens het interview. Hij was de eerste die voor het duel met Jong Utrecht het sterke begin relativeerde. ‘Een goede start is wel belangrijk. Dat helpt in alles. In de sfeer, bij de individuele groei, in de attitude; in alles. Alles wat je zegt, komt anders binnen als je een pak slaag krijgt met 5-0. Dan gaan ze toch denken: Je kunt het wel zeggen, maar… Dat zal iedere trainer zo ervaren. Ik ben iemand die gemakkelijk relativeert. Het had zomaar anders kunnen zijn. Vier keer winnen we met één doelpunt verschil, vier keer in de laatste twintig minuten. Dat zeg ik ook als het andersom is. Bij nederlagen raak ik ook niet in de war. Ik speelde even bij PAOK Saloniki, daar werkt dat iets anders. Bij een ongelukkige nederlaag staat daar de club in brand, dan is er niks meer goed.’

‘Ik besefte ook dat het uniek was voor AZ, die twaalf uit vier’, weet de voormalige Rode Duivel. ‘Ik was er ook ongelofelijk blij mee, maar hé, het zijn vier potjes van de 38. Ik was vooral tevreden over de bereidheid, de instelling. En ik was gematigd tevreden over de kwaliteit die we brachten aan de bal. Ik weet ook dat we steeds dominanter gaan voetballen in het seizoen. Dat moet groeien, dat zie je altijd bij een Jong-ploeg. Het compliment gaat uit naar de fysieke staf. Het is geen toeval dat je in de laatste twintig minuten duels naar je toe trekt.’

Er speelde even iets met een rol als assistent op het hoogste niveau in België bij een kleinere club.’

Maarten Martens

Club Brugge

Martens weet waarover hij praat. Een beloftenteam trainen en coachen is een vak op zich. Misschien is het wel zijn grote pré. ‘Ik denk dat ik wel geschikt ben voor de job. Ik ga niet de woorden van Louis van Gaal gebruiken en zeggen dat ik geen andere kandidaat zou weten, maar ik snap wel dat AZ bij mij uitkwam. Ik ben oud-speler van de club, heb ervaring bij Club Brugge opgedaan in een vergelijkbare functie en werk graag met jeugd. Als je me een beetje kent, weet je dat het qua karakter past. Het viel precies op zijn plaats nu.’

Martens had in januari al besloten Club te verlaten en op een andere uitdaging te wachten. ‘Nog een jaar in de jeugdwerking van Club Brugge zag ik niet zitten. Ik voelde dat ik toe was aan iets anders, wilde mezelf verder ontwikkelen. Een andere visie is verrijkend. Ik kan nu al volmondig erkennen dat ik de juiste stap heb gemaakt.’

De keuze terug te keren bij AZ maakte hij weloverwogen, maar van solliciteren was geen sprake. ‘Ik heb een jaar geleden mijn huis in Alkmaar-Noord verkocht. Dat had ik nog steeds aangehouden, Stijn Wuytens zat daarin. Ergens in het achterhoofd dacht ik wel dat de jeugd van AZ iets voor mij zou kunnen zijn. Ook in mijn opbouw binnen het trainersvak. Maar toen dacht ik: Stel dat die kans zich voordoet, dan is Alkmaar-Noord ook ver. In Brugge zag ik op een gegeven moment dat iedereen op zijn post zou blijven. Ik deed vooral de Onder-18 en was assistent bij Jong. De Onder-18 mocht na een tijdje alleen nog in groepjes van vier trainen. De laatste twee seizoenen met corona verliepen natuurlijk raar.’

Martens: 'Ik was toe aan een nieuwe uitdaging.'
Martens: ‘Ik was toe aan een nieuwe uitdaging.’© Belga Image

Martens werkte voornamelijk als jeugdtrainer. ‘Bij Club ving ik de achterblijvers van de eerste selectie op in de Europese weken. Maar ik was niet per se blij dat ik dat moest doen. Ik kies graag de weg van de geleidelijkheid. Dat heb ik als speler ook gedaan. Als beginnend trainer kun je snel een eerste ploeg willen. Sommigen kunnen dat, maar het is niks voor mij. Rustig opbouwen en steeds beter worden past beter bij mij. Ik had ook in vierde klasse kunnen beginnen, maar ik zit vanaf mijn achtste in het profmilieu. Mijn mentaliteit past niet bij een Vierdeklasser, zo’n begin was niet mogelijk. Ik geloof erg in groei en beter worden. Van juni tot april, als je ziet welke stappen jonge spelers in korte tijd kunnen maken. Dat vind ik mooi. Ik kon bij Club bij de Onder-17 beginnen, maar wilde liever nog iets lager. Na een half jaar Onder-15 voelde ik me er klaar voor. Ging ik naar de Onder-17. Ik en de fysiekcoach, meer was er niet. Ik kon heerlijk mijn eigen plan trekken binnen de kaders en het trainersvak ontdekken.’

In vier jaar vervulde Martens verschillende functies en doorliep hij een complete leerschool. ‘Ik voelde dat ik iets anders moest gaan doen. Philippe Clement als hoofdtrainer en zijn assistenten doen het prima, dan ga je niks veranderen. Dat begreep ik wel. In januari heb ik de knoop doorgehakt. Toen had ik niks, ik ben gewoon gaan wachten.’ Vervolgens hing Marijn Beuker namens AZ aan de lijn. ‘Hij wilde weten of ik al mijn diploma’s had’, herinnert Martens zich de eerste vraag. ‘Er speelde even iets met een rol als assistent op het hoogste niveau in België bij een kleinere club. Over AZ was ik direct enthousiast, maar ik wilde echt niet verhuizen. Mijn oudste dochter gaat net naar de middelbare school, we hebben het huis net gerenoveerd. Maar ik ben wel gaan nadenken.

‘Het was natuurlijk wel de ideale stap. De Jong-ploeg van Brugge speelt nu niet meer in 1B. Dat was eenmalig, er is wel een plan dat er volgend jaar vier beloftenelftallen gaan meedoen, maar nu spelen ze weer in een beloftencompetitie.’

Martens zag eigenlijk maar één probleem om volmondig ja te zeggen tegen AZ. ‘Het gezin.’ Uiteindelijk hakte hij de knoop door. ‘Zij zitten daar, ik zit hier. In de vakanties komen ze hierheen, tijdens een interlandbreak ga ik drie dagen terug. Ik zie ze weinig, maar dat had bij een job in België ook zomaar gekund. Het hoort bij het vak, dit werk brengt dat mee. Je moet je weg daarin vinden.’

Over AZ was ik direct enthousiast, maar ik wilde echt niet verhuizen.’

Maarten Martens

Ideale omgeving

De trainer Martens is ambitieus, maar bovenal nieuwsgierig. ‘Ik denk wel na over mijn toekomst, maar dat hou ik liever voor mezelf. Laat me het zo zeggen: deze twee jaar is dit voor mij de ideale omgeving om me verder te ontwikkelen en te ontdekken wat ik wil. Zijn de opofferingen het me waard, loop ik tegen dingen aan die me minder trekken in dit vak? Dan moet je je afvragen of je ervoor gemaakt bent. Ik ben overtuigd dat ik met mijn visie goed werk kan leveren. Dat zal niet bij iedere club kunnen.’

Bij AZ kan en mag hij zich ontwikkelen in een superprofessionele organisatie. ‘Ik kende de club natuurlijk al en heb de evolutie gevolgd. Zes jaar geleden heb ik eens vier dagen meegelopen. Gewoon voor mijn persoonlijke ontwikkeling. In vergelijking met mijn spelerstijd is er heel veel veranderd. Ik zie veel gelijkenissen, maar ook enorme verschillen met Club. Qua mentale en fysieke aanpak verschilt het. Bij een andere visie hoort een andere aanpak. Ik moest wel even switchen, maar ben enthousiast over de visie. Ik hoop de effecten op langere termijn te ervaren. De intensiteit valt me vanaf dag één op. Hier wordt korter en feller getraind. En ze zijn nog meer met kracht bezig. Dat had ik op voorhand niet zo ingeschat.’

Dat AZ de laatste jaren menig talent heeft afgeleverd bij het eerste elftal, is bekend. Martens noemt het een signaal. ‘Spelers moeten zien dat het kan. Geloven in het traject dat je hier kunt volgen. Ze zullen elders vast meer kunnen verdienen, maar je kunt ook in de geleidelijke weg geloven.

Martens: 'De Ketelaere wordt de volgende die voor minstens 15 miljoen euro verkocht wordt. Schrijf dat maar op.'
Martens: ‘De Ketelaere wordt de volgende die voor minstens 15 miljoen euro verkocht wordt. Schrijf dat maar op.’

Die hebben we hier. Dat heeft tal van voordelen, maar je moet wel zien dat er spelers zijn die het halen. Dat trekt aan, dat signaal is zo belangrijk. Als je niet ziet dat het werkt, geloof je er niet in. Dat geldt ook in Brugge. Charles De Ketelaere woont vijfhonderd meter van het stadion, komt op de fiets en is de volgende die voor minimaal vijftien miljoen gaat. Schrijf dat maar op.’

Heeft Martens al zicht op de volgende AZ-talenten die zullen doorbreken? ‘Ik denk dat het verstandig is dat ik geen namen ga noemen. Daar doe je geen speler een plezier mee. Maar ik zie er wel een paar in wie ik sterk geloof. Het is moeilijk te zeggen wanneer. De een moet fysiek sterker worden, de ander moet zich meer laten gelden, sommigen zijn nog heel jong. Het is in elk geval niet verkeerd je in deze omgeving te ontwikkelen, denk ik.’

Is de beste Jong-ploeg worden nog een doel op zich? ‘Nee, als wij doen wat we moeten en kunnen doen, is dat waarschijnlijk het gevolg.’ Martens is een trainer op ontdekkingstocht die nauwelijks van de wijs te brengen is. Dat lijkt een goede eigenschap om te slagen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content