Saúl Niguez, Atlético-speler in hart en nier

© belgaimage
Steve Van Herpe
Steve Van Herpe Redacteur bij Sport/Voetbalmagazine

Als Club Brugge het vanavond in Wanda Metropolitano opneemt tegen Atlético Madrid, let dan eens op Saúl Ñíguez. In het doodseskader van Diego Simeone is de 23-jarige middenvelder de gevleugelde artiest. Een portret.

Leverkusen, 21 februari 2017. Op het programma staat Bayer Leverkusen – Atlético Madrid in de 1/8 finales van de Champions League. In het hotel waar losrojiblancos en hun entourage verblijven, is het een komen en gaan van mensen. Een graatmagere man met een bril schuifelt wat onwennig binnen en betreedt de lobby. Hij is op zoek naar iemand, maar lijkt de persoon in kwestie niet meteen te vinden. Plots komt er een glimlach om zijn dunne lippen. Hij stapt in de richting van José Antonio Ñíguez. Die is net in een geanimeerd gesprek verwikkeld waarin hij de Bijbelse oorsprong van de namen van zijn drie zonen uitlegt: Saúl, de eerste koning van Israël, Aarón, de oudere broer van Mozes, en Jonathan, prins en zoon van Saúl. José Antonio, een vijftiger, is zelf profvoetballer geweest in de Spaanse Primera División bij Elche en hij is er trots op dat zijn drie zonen in zijn voetsporen getreden zijn. De oudste twee, de 33-jarige Jonathan ofte Jony en de 29-jarige Aarón, spelen in de Spaanse tweede klasse, respectievelijk bij Elche en Real Oviedo. De meest talentvolle van de drie is echter Saúl, nog altijd maar 23. Hij is een vaste waarde in de basiself van Atlético en sinds kort ook in de Spaanse nationale ploeg van Luis Enrique.

Toen ik bij Real wegging, wist ik dat dat niet het einde van de wereld was.’

Saúl Ñíguez

Wanneer José Antonio de hand van zijn bezoeker op zijn arm voelt, klaart zijn gezicht op. De begroeting is hartelijk. Daarna overhandigt vader Ñíguez een plastieken zak met daarin een gehandtekend shirt én foto van Saúl. De man die het cadeau in ontvangst neemt, is de Duitse dokter die twee jaar daarvoor, in 2015, de speler van Atlético op de spoedafdeling binnenkreeg. De mannen van Diego Simeone namen het toen op tegen Bayer Leverkusen, toevallig óók in de 1/8 finales van de Champions League. De wedstrijd was het debuut van de toen nog maar twintigjarige Saúl Ñíguez op het kampioenenbal. Het zou een debuut worden dat hij niet snel zou vergeten. Bij een duel kreeg de jonge Atléticomiddenvelder de knie van Kyriakos Papadopoulos in de zij. Hij voetbalde nog twintig minuten verder, maar verging van de pijn. Niet moeilijk, want zijn nier, zo bleek in het ziekenhuis, was verpulverd.

‘Het ergste’, herinnerde Saúl zich later in The Guardian, ‘was dat ik mijn vader zag wenen toen ik op de brancard lag. Ik zei tegen hem: ‘Pa, het is oké. Soy un toro, ik ben een stier, ik kan dit wel hebben.’ Maar Saúl wist toen nog niet wat hem te wachten stond.

El Mono

Saúl Ñíguez moest een paar dagen in het ziekenhuis in Leverkusen blijven. Daar ontstond een vriendschap tussen vader José Antonio, de clubdokter van Atlético en de Duitse arts die de eerste zorgen had toegediend. De drie bleven in de jaren daarna in contact, met hun bezorgdheid om Saúl als gemene deler. Want even werd gevreesd voor zijn carrière.

De middenvelder kwam wel terug, maar moest in eerste instantie voetballen met een katheter in zijn nier. Toen het hulpmiddel verwijderd werd, bleek zijn nier niet genezen. Er werd hem gezegd dat hij beter zou stoppen met voetballen, maar daar wilde Saúl niet van weten. ‘De katheter liet mijn nier functioneren, maar het was pijnlijk. Ik voelde het als ik liep en ik urineerde bloed. Sommigen zouden misschien gezegd hebben: ‘Oké, boodschap begrepen.’ Maar zo zat ik niet in elkaar.’

De dokters gaven hem de optie: een maand spelen, een maand rusten. ‘Ik zei: ‘Neen, dat is niet goed. Steek de katheter er maar weer in, het lukt wel zo.’ Maar de dokters zegden: ‘Saúl, zo eenvoudig is het niet.”

Toen hij elf was, kwam het grote Real Madrid hem wegplukken bij Elche CF, de voetbalclub uit zijn geboortestad. Twee jaar voetbalde hij in de jeugdcategorieën van de Koninklijke, maar een mooie herinnering werd het niet

Op een gegeven ogenblik was de speler de discussie beu en nam hij een drastische beslissing, vertelt hij in The Guardian. ‘Ik zei: haal de nier maar weg. Ik zal dan een maand aan de kant staan, maar daarna ben ik terug.’ De dokters sputterden tegen, maar Saúls besluit stond vast: hij wilde niks meer proberen, hij wilde voor eens en altijd van het probleem verlost zijn en terug lekker kunnen voetballen.

Enter Germán Burgos.

Burgos, de Argentijnse assistent van Diego Simeone, heeft als bijnaam El Mono (de aap). Bij zo’n aap moet u niet denken aan een schattig kapucijnaapje, maar eerder aan een boomstammen kauwende flink uit de kluiten gewassen gorilla. Burgos zocht Saúl op en zei in niet mis te verstane bewoordingen: ‘De dokters zeggen dat je je nier eruit wilt laten halen. Je bent 22! Waar heb je het over? Gebruik je hoofd!’ El Mono wist waarover hij het had: op een donderdag in 2003 wilden dokters een kwaadaardige tumor bij hem verwijderen, maar hij wilde wachten tot maandag, tot na de weekendmatch van Atlético. Onverstandig, vonden de artsen. Hij luisterde en ze opereerden hem onmiddellijk, die donderdag. Een beslissing die mogelijk zijn leven redde.

De preek van El Mono miste zijn uitwerking niet. Saúl: ‘Ik dacht alleen maar aan het voetbal. Neem die nier weg en speel. Ik dacht: één nier minder, dat is nog oké, ik heb toch nog een andere. Maar El Mono keek me in de ogen en zei: ‘Saúl, denk aan je leven.’ En toen begreep ik de ernst van de zaak. Want wat als je een probleem krijgt met je andere nier? Dan is er geen weg terug.’

En dus staken de dokters de katheter er weer in. Saúl voetbalde er nog maanden mee. Ondertussen is het onding verwijderd en functioneert zijn nier weer naar behoren. Maar de lijdensweg is nog lang niet vergeten.

En o ja, op die 21 februari 2017, twee jaar na de kniestoot, won Atlético met 2-4 op het veld van Bayer Leverkusen. En de eerste goal was een beauty van – jawel – Saúl.

Pesterijen

Nu, Saúl Ñíguez kan wel tegen een stootje, letterlijk en figuurlijk. Toen hij elf was, kwam het grote Real Madrid hem wegplukken bij Elche CF, de voetbalclub uit zijn geboortestad. Twee jaar voetbalde hij in de jeugdcategorieën van de Koninklijke, maar een mooie herinnering werd het niet.

Zelf omschrijft hij het in een interview met El Mundo eerst voorzichtig als ‘een goeie ervaring, in die zin dat ik er veel geleerd heb’. Daarna gaat hij er dieper op in: ‘Sportief ging het goed bij Real Madrid, maar er gebeurden extrasportieve zaken die een jongen van elf à twaalf jaar eigenlijk niet mag meemaken. Mijn schoenen werden gestolen, mijn eten werd van me afgepakt… Ze schreven een brief naar de trainer en ondertekenden die met mijn naam. Daarna mocht ik als straf twee weken niet op Valdebebas komen. Terwijl ik het niet had gedaan.’

Saúl Ñíguez verzamelde 12 selecties bij de nationale ploeg en maakte 2 goals, waarvan eentje tegen Kroatië (hier met Ivan Perisic).
Saúl Ñíguez verzamelde 12 selecties bij de nationale ploeg en maakte 2 goals, waarvan eentje tegen Kroatië (hier met Ivan Perisic).© belgaimage

Aangezien de pesterijen niet ophielden, besloot Saúl bij Real te vertrekken. Pepe Fernández, een van de jeugdtrainers op Valdebebas, had een aanbieding van Atlético en vroeg of Saúl niet met hem mee wilde gaan. Saúl: ‘Ik heb al van kleins af veel zelfvertrouwen. Toen ik bij Real wegging, wist ik dat dat niet het einde van de wereld was, dat ik sowieso wel ergens terecht zou kunnen.’

Bij Atlético voelt de jonge Spanjaard zich meteen thuis. ‘Het belangrijkste was daar niet het voetbal, maar de persoon en zijn waarden.’ Zijn liefde voor Los Colchoneros is intussen onvoorwaardelijk. Dat blijkt ook uit de contractverlenging die hij vorig jaar ondertekende. Die bindt hem aan de club tot… 2026. ‘Dat bewijst dat ik het meen met deze club.’

‘Ik heb nog niet het niveau bereikt dat ik kan zeggen: bij Atlético kan ik niet meer beter worden. Ik wil hier alles geven en dat heeft met iedereen bij deze club te maken. Niet alleen de mensen die het publiek ziet, maar ook de mensen achter de schermen. Zij houden van deze club, dat voel je. Het is net een familie. Ik heb mijn ouders, mijn broers, vrienden en een vriendin die me enorm veel stabiliteit geeft. Ik heb alles wat ik wil in het leven nu.’

Die vriendin is Yaiza, met wie Saúl al sinds jaar en dag een koppel vormt. In tegenstelling tot nogal wat voetballersvrouwen houdt de brunette zich discreet op de achtergrond en is ze zelfs niet actief op de sociale media.

Elche

Saúl Ñíguez groeide op met voetbal. Als kind keek hij naar de trainingen van zijn vader bij Elche. Soms sprong hij ongevraagd over de omheining om de doelmannen, die even verderop bezig waren aan hun keeperstraining, onder vuur te nemen. ‘Toen al had hij een winnaarsmentaliteit. Dat heeft hij niet van mij, het komt uit hemzelf’, zegt zijn vader daarover.

‘Mijn drie zonen zijn eigenlijk gepassioneerd door voetbal. Als we vroeger in de zomer op vakantie gingen, verveelden ze zich vaak in de luchthaven. Dan deden ze de koffer open, bonden een paar kousen samen en maakten er een bal van.’

De broers Ñíguez zijn nog altijd erg betrokken bij Elche en zijn voetbalclub. Ze hebben alle drie een abonnement en als ze kunnen, komen ze kijken. Saúl hecht veel belang aan zijn roots. Dat blijkt ook uit de tatoeages op zijn armen. Twee daarvan maken deel uit van het cultureel patrimonium van de stad: de Dame van Elche, een mysterieuze buste die op het einde van de negentiende eeuw in de stad gevonden werd, en de beroemde palmboomgaard van Elche, de grootste van Europa en erkend als werelderfgoed door UNESCO. Ook de kerk uit zijn wijk staat ondertussen op zijn lichaam gegraveerd.

‘Mijn zoon wil de plaats waar hij vandaan komt nooit vergeten’, zegt José Antonio. ‘Daarom heeft hij ook een tatoeage met de helft van het logo van Elche en de helft van het logo van Atlético.’

Ook te vinden op zijn lijf: de datum van zijn debuut in de Primera División met Rayo Vallecano, waaraan hij door Atlético een jaar werd uitgeleend, en de datum dat hij voor de eerste keer kapitein was bij Atlético. Als het aan hem ligt, komt daar straks nog 1 juni 2019 bij, de dag dat Atlético Madrid voor het eerst de Champions League wint, nota bene in het eigen stadion. ‘We weten hoe moeilijk het is om de finale te bereiken, laat staan om ze te winnen, maar dat zou heel mooi zijn’, besluit Saúl.

De opvolger van Iniesta?

Saúl heeft alle kwaliteiten om een van de beste middenvelders ter wereld te worden: werkkracht, balgevoel, goed in de lucht, passing, snelheid, ritme.’ Diego Simeone steekt de loftrompet. Weinig spelers zijn immers completer dan Saúl Ñíguez. Wie hem met Spanje bezig zag in de Nations League tegen Engeland en Kroatië, kan de Atléticocoach geen ongelijk geven. Luis Enrique posteerde Saúl daar op de plaats van Andrés Iniesta, inmiddels op pensioen. ‘Enrique vroeg me om mezelf te blijven, een speler die werkt voor de ploeg en die opduikt in de zestien meter’, zei Saúl er zelf over. Dat lukte aardig, want zowel in Engeland (1-2) als thuis tegen Kroatië (6-0) maakte hij het eerste doelpunt. Zou de naam van de opvolger van Iniesta nu al bekend zijn?

Saúl Niguez, Atlético-speler in hart en nier

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content