‘Waarom de Nations League kan uitgroeien tot het belangrijkste toernooi op de voetbalkalender’

François Colin over de Nations League, de nieuwe landencompetitie van de UEFA. ‘De commercie rukt steeds verder op in de eerste wereldsport, maar voor één keer hoeft de supporter er niet de dupe van te zijn’.

In het Swiss Tech Convention Centre in Lausanne werden woensdag de reeksen geloot van de UEFA Nations League. Deze nieuwe Europese competitie voor landenteams geniet nog nauwelijks bekendheid bij het grote publiek, maar zal het interlandvoetbal voor altijd veranderen. De kans is groot dat deze Beker der Naties snel uitgroeit tot het belangrijkste evenement op de voetbalkalender. Meer zelfs dan de Champions League, omdat die verworden is tot een speeltuin voor de vijf grote voetbalnaties.

De Nations League wordt een competitie met stijgen en dalen waar de 55 leden van de UEFA aan deelnemen en brengt de beste teams van Europa tegenover elkaar. België was ingedeeld in divisie A, de hoogste afdeling die twaalf teams telt, lootte Zwitserland en IJsland. De op papier zwakste tegenstander aan wie de Rode Duivels aan het meer van Lausanne konden gekoppeld worden, was … Nederland.

Het toernooi start op 6 september van dit jaar en moet interlands zinvoller en competitiever maken. Van september tot november krijgen we vier topaffiches met inzet in plaats van waardeloze oefenwedstrijden, waarin door elke ploeg zes keer obligaat wordt gewisseld.

Je moet straks wel doorgestudeerd hebben om het allemaal uit elkaar te kunnen houden en volgen. Om het wat overzichtelijker te maken is de start van de voorronde van Euro 2020, die normaal in het najaar zou op gang gefloten worden, uitgesteld tot maart 2019.

Hoe ingewikkeld ook, het wordt een goede zaak voor de fans, die veel meer echte wedstrijden tegen topteams te zien krijgen. Portugal dat met Cristiano Ronaldo op bezoek komt of Frankrijk met Paul Pogba, is toch heel wat anders dan Saudi-Arabië.

Ook de UEFA weet met zijn vreugde geen blijf. De financiële slagkracht van de Europese voetbalunie wordt steeds groter ten opzichte van de FIFA, dat al zijn inkomsten moet puren uit de wereldbeker. De UEFA daarentegen heeft binnenkort drie kijkcijferkanonnen: het EK, de Champions League en de Nations League.

De grote winnaars worden echter de bonden. De kleinere landen spelen onder elkaar en zullen meer leren dan uit pandoeringen tegen de grote jongens. Bovendien kan één van hen via de Nations League een deelnemingsbewijs voor het volgende EK versieren. Maar vooral de betere voetballanden zullen met de nieuwe formule hun voordeel doen. Zij moeten niet meer op zoek naar tegenstanders en zijn verzekerd dat de allergrootste namen op bezoek komen. Zowel wat recettes als tv-rechten betreft wordt het kassa.

Ook de bondscoaches zullen met plezier uitkijken naar het nieuwe opzet. Zij hebben de internationals slechts voor een handvol wedstrijden per jaar ter beschikking en vriendschappelijke partijen zijn toch maar ersatzmatchen, zonder veel spankracht of intensiteit. De job van bondscoach wordt alleen interessanter. Ze behouden bovendien de mogelijkheid om oefenduels af te werken in het najaar en in de aanloop naar een EK of WK, het enige moment dat die relevant zijn.

Alleen voor de spelers biedt de Nations League wellicht minder prettige vooruitzichten. De interlands in deze competitie worden een stuk zwaarder dan niemendalletjes tegen ploegen als Rusland of Tsjechië, de tegenstanders waar de Rode Duivels vorig jaar tegen oefenden. Bondscoaches zullen ook minder geneigd zijn om topspelers te laten rusten. Ze kunnen zich weinig misstappen veroorloven. Wie laatste eindigt in een groep van drie degradeert immers en verzeilt in een divisie met letterlijk en figuurlijk B-teams. De eerste opdracht verliezen en er mag nog weinig verkeerd gaan. Er zal dus flink wat druk op de ketel staan.

De winnaar van de vier groepen van divisie A betwisten overigens in juni 2019 de halve finales, troosting en eindstrijd van het nieuwe toernooi. Dat betekent dat de topspelers vanaf volgend seizoen niet alleen in de even jaren aan de bak moeten in juni, maar ook in de oneven jaren. Op adem komen is voor na hun carrière.

Kortom, de commercie rukt steeds verder op in de eerste wereldsport, maar voor één keer hoeft de supporter er niet de dupe van te zijn.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content