
Weg met de spookgoal

Het WK voetbal kent straks een primeur. Er komt, eindelijk, doellijntechnologie om controverses of een bal al dan niet de lijn overschreed, uit te sluiten. Het einde van de spookgoal.
Het is José Mourinho die ermee kwam aanzetten, met de term spookgoal. Ghost goal dus. Hij gebruikte die voor het eerst in het voorjaar van 2005, na de nederlaag in de halve finale van de Champions League tegen Liverpool. Luis Garcia (Liverpool) joeg toen een bal richting doel en William Gallas haalde die met de rechter weg. Op de lijn, over de lijn? Uit televisiebeelden viel het niet op te maken. Scheidsrechter Lubos Michel, een Tsjech, keurde de goal wel goed, op advies van zijn grensrechter. Wetenschappers zouden later, op basis van het analyseren van de positie van Gallas en zijn voet, uitmaken dat Michel het quasi honderd procent zeker bij het rechte eind had, al heeft Mourinho het nooit willen toegeven.
Uitgerekend diezelfde José Mourinho was opnieuw betrokken partij toen een nieuw technologisch systeem, geïnstalleerd om met dit soort controverse voor eens en altijd komaf te maken, een eerste keer zijn deugdelijkheid bewees. Op de openingsspeeldag van de nieuwe competitie ontving Chelsea Hull City. In de 47ste minuut kreeg Chelsea een corner, die Branislav Ivanovic staalhard op doel kopte. Doelman McGregor van Hull had alle moeite om de bal te weren. Op de doellijn, of erachter? Binnen de seconde kwam de informatie van Hawk-Eye, het nieuwe systeem dat alle eersteklassers in hun stadion installeerden, bij de scheidsrechter. No goal. Toen Mourinho later de beelden ter controle nakeek, lachte hij breed. Special One was Happy One. Chelsea won die dag wel met 2-0, veel maakte het niet uit.
De technologie was al lang beschikbaar, gek dat ze in een sport waar miljoenen omgaan, nu pas werd geïnstalleerd. Al in 2006 kreeg Keith Hackett, ooit Engelands beste scheidsrechter en later baas van het arbitragekorps, de vraag van de eigenaars en beleidsmensen van de Premier League wat ze graag veranderd hadden gezien. Hackett antwoordde toen dat een technologisch snufje al veel zou kunnen veranderen: (doel)lijntechnologie. Bal op, of net over de lijn? Een snel, wetenschappelijk antwoord. Het was in Engeland al een thema sinds de WK-finale van 1966, toen een goal van Geoff Hurst werd goedgekeurd te midden van zeer veel controverse.
De technologie bestond toen al een jaar of vijf. Paul Hawkins had ze ontwikkeld voor een dochteronderneming van Siemens en Channel 4, een commercieel televisiestation gebruikte ze voor het eerst bij een meerdaagse cricketwedstrijd tussen Engeland en Pakistan in 2001. Hawk-Eye (letterlijk haviksoog) zou later een onafhankelijke onderneming worden en in 2011 worden overgenomen door Sony. Na cricket volgde ook tennis, eerst om televisiecommentatoren te helpen bij het beoordelen of een bal binnen of buiten was, daarna ook officieel, als technologische hulp voor de scheidsrechter. Het was toen de tennisfederatie dat deed, in 2006, dat Hackett de opdracht kreeg om uit te vissen of het systeem ook voor voetbalwedstrijden kon worden gebruikt.
Hawk-Eye werkte toen met minstens zes camera’s, zag hij. Ze waren gelinkt aan een computer, die simultaan de baan van een bal op elke camera volgde. Elke camera kon 500 frames per seconde maken, zodat de positie van een bal met een nauwkeurigheid van 3,6 mm kon worden gevolgd. Door de invalshoeken te combineren, kon een driedimensionale weergave van de baan van het pad van de bal worden uitgetekend. Bij discussie kon dat traject worden herbekeken en het beeld bevroren wanneer men ook wilde. Hawkins zette, in het bijzijn van Hackett op de velden van Fulham en Reading testmomenten uit en zijn uitvinding bleek ook voor voetbal perfect te werken.
Waarom het dan allemaal zo lang duurde, om het systeem in te voeren, heeft te maken met de trage reactiesnelheid van het voetbalbestel, waar de leiders niet te vinden waren voor technologische snufjes. Voor elk groot tornooi werd overlegd, maar nooit kreeg de implementatie groen licht. Niet voor het WK in 2010, noch voor de EK’s in 2008 of 2012. Tot de kritiek oorverdovend werd en er een paar controversiële beslissingen werden genomen. Vier jaar geleden schoot Frank Lampard in Bloemfontein tegen Duitsland een bal keihard tegen de onderkant van de lat. Hij botste achter de lijn en vervolgens weer in het veld. Geen 2-2 oordeelde de ref evenwel, Duitsland won vervolgens met 4-1 en Engeland mocht naar huis.
Twee jaar later hadden ze op het EK wéér prijs, opnieuw met de Engelsen. Dit keer was het wel in hun voordeel. John Terry veegde tijdens Oekraïne-Engeland bij 0-1 een bal van Marko Devic van de lijn. Duidelijk erachter, maar het gastland kreeg geen gelijkmaker toegewezen en verloor de match. Opnieuw laaide de controverse hoog op.
Uefa bewoog echter niet. De Europese voetbalbond experimenteerde immers al een tijdje met zes scheidsrechters tijdens belangrijke wedstrijden _ het plaatste achter elke goal nog een mannetje extra _ en vond dat systeem veel nuttiger. Het werd eerst uitgeprobeerd in de Europa League en daarna in de Champions League. Pierluigi Collina _ die bekende kaalkop _ kwam het vorig jaar in Brussel nog een keer uitleggen. Het installeren van een hoogwaardig technologisch doellijnsysteem kost een pak geld en je kan er maar één discussiepunt _ bal op of over de lijn _ mee vermijden. De scheidsrechter achter doel kan meer, ook tussenbeide komen bij fouten in het strafschopgebied. Bovendien geeft het zo de assistent langs de lijn de kans om zich meer op buitenspel te concentreren. Uefa gaf daar de voorkeur aan en promoot het systeem. In Italië gebeurt het bij alle wedstrijden, in België doet men het tijdens de play-offs.
De wereldvoetbalbond Fifa zit op een ander spoor. U zag het misschien tijdens de kwalificatiewedstrijden: Fifa gebruikt maar vier scheidsrechters en zet geen mensen achter doel. Straks ook niet in Brazilië. Er reist wel een vijfde man mee naar de matchen, maar dat is een assistent-scheidsrechter, die tijdens de matchen in de tribune zit, maar kan invallen als een vlaggenman zich zou blesseren. Naast het doel komt niemand.
Fifa laat wel zijn leden vrij om doellijntechnologie te installeren. Dat is wat de Engelsen vorige zomer deden. Maar: het systeem mogen de eersteklassers alleen gebruiken tijdens wedstrijden die ze zélf organiseren. Voor Europese duels in Champions League en Europa League moet de schakelaar op off. Idem voor kwalifcatiewedstrijden voor EK of WK, want die vallen onder de bevoegdheid van Uefa of Fifa.
Fifa gebruikt de technologie straks in Brazilië op het WK wel. Vorige zomer ook al, tijdens de Confederations Cup. Het is wel niet de Hawk-Eye die is geïnstalleerd, maar een concurrerend systeem, van Duitse makelij. GoalControl-4D heet het, eerder met succes getest in de stadions van Düsseldorf en Gelsenkirchen. Per stadion gaat het ongeveer 200.000 euro kosten om alle hard- en software te installeren en per wedstrijd zo’n 3000 euro om het te gebruiken.
Het Duitse systeem maakt gebruikt van niet 6 maar 14 camera’s die in heel het stadion staan opgesteld. Binnen de seconde moet, bij discussie, de scheidsrechter een yes of een no krijgen, informatie die verschijnt op een horloge dat de man draagt. Het systeem met camera’s haalde het op een systeem met een chip in de bal. Ook daarvan bestonden er twee naast mekaar GoalRef en CAIROS, maar hun gebruik van een magnetisch veld rond de doelen, gekoppeld aan een chip in de bal haalde het niet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier