WK-barometer: de nobele Mbappé, de ambitieuze Hasebe en de Mexicaanse angst

© Mutsu KAWAMORI/AFLO

Welk actueel nieuws valt er te rapen in Rusland?

Kylian Mbappé wordt na zijn opvallend optreden tegenover Argentinië aanzien als de hemelbestormer, want de amper negentienjarige Franse international wordt nu al naar voor geschoven als opvolger voor de ‘oudjes’ Lionel Messi (31) en Cristiano Ronaldo (33). De PSG-rechtsbuiten werd immers geboren in 1998 in de Parijse voorstad Bondy, het jaar waarop les Bleus in eigen land wereldkampioen werden.

Mbappé, wiens familie roots heeft in Kameroen, lijkt sterk op weg om zijn succesverhaal een stevig vervolg te geven, na twee opeenvolgende Franse kampioenschappen met respectievelijk AS Monaco en PSG. Geschat wordt dat per speler een premie van 500.000 wordt uitgeloofd voor de eindzege. Die bedragen en sommen slaan Mbappé – die voor 180 miljoen euro overstapte van het prinsdom naar de Franse hoofdstad – niet uit zijn lood. Ondanks zijn jaarinkomen van ongeveer 18 miljoen euro staat de jonge prof er op dat zijn extra inkomsten via het WK volledig worden gespendeerd aan goede doelen of minder bedeelde personen. Een nobel gebaar van een toekomstig voetbalster, die duidelijk ook een voorbeeldfunctie najaagt.

Knock-outsyndroom

Een speciaal gegeven wordt de Zuid-Amerikaanse confrontatie tussen Brazilië en Mexico. Want nooit eerder was de knock-outfase het theater van de strijd. De Italiaanse scheidsrechter Gianluca Rocchi zal heel aandachtig de debatten moeten volgen tijdens de vijfde WK-ontmoeting tussen de teams van Neymar Jr. en Hirving Lozano. In 1950, 1954, 1962 en 2014 troffen beide landen elkaar al eens, maar dan enkel in de groepsfase.

De laatste maal dat de Goddelijke Kanaries de kwartfinale van een wereldbeker niet haalden, was in 1990. Argentinië bleek toen te sterk voor Brazilië in Italië, want Claudio Caniggia – de boezemvriend van icoon Diego Armando Maradona – maakte toen het enige doelpunt in de achtste finales van de eindronde. Mexico daarentegen hoopt dan weer om tegen de Seleção af te rekenen met het knock-outsyndroom. Bij de laatste zes WK’s overleefden ze telkens de groepsfase, om nadien altijd in de eerstvolgende ronde uitgeschakeld te worden. In 2014 bezegelden de Nederlandse internationals Wesley Sneijder en Klaas-Jan Huntelaar met late goals hun lot.

Ambitieus Japan

Het is bijna twee jaar geleden dat de Rode Duivels voor het laatst werden verslagen. In september 2016 won Spanje in het Koning Boudewijnstadion met 0-2, nadien bleef het team van bondscoach Roberto Martínez ongeslagen in maar liefst 22 interlands. Zeventien keer winst en vijf keer gelijk, het komt er dus vooral op aan om Japan – dat in een oefeninterland met 1-0 werd verslagen – niet te onderschatten. In de groepsfase maakte onze nationale ploeg het meeste doelpunten, met negen goals. Daarmee deden ze beter dan Rusland en Engeland (beiden 8) en Kroatië (7).

Maar Makoto Hasebe is uit op een stuntzege. ‘Nog nooit slaagde Japan er in om de kwartfinales van een groot toernooi te bereiken’, verklaarde de 34-jarige verdediger van Eintracht Frankfurt over het gevoel dat leeft bij de Aziaten. ‘Dit is een unieke kans op een meesterlijke prestatie.’ Hij wordt daarin bijgetreden door bondscoach Akira Nishino (63). ‘We mogen geen schrik hebben en dienen te spelen met zelfvertrouwen.’ In 2002 en 2010 werd Japan in de eerste knock-outronde al uitgeschakeld.

WK-barometer: de nobele Mbappé, de ambitieuze Hasebe en de Mexicaanse angst
© Icon Sport

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content