WK retro: de dodelijke owngoal van Andrés Escobar

© belgaimage
Peter Mangelschots

Tot het einde van het WK belichten we wekelijks een memorabele anekdote uit de WK-geschiedenis. Deze week: de moord op de Colombiaanse aanvoerder Andrés Escobar tijdens het WK van 1994.

Het is een bittere dag voor Colombia, die 26 juni 1994. Ondanks een 2-0-zege in de derde groepswedstrijd tegen Zwitserland is het WK voorbij. Kapitein Andrés Escobar verklaart in de pers: ‘Het leven stopt hier niet. We moeten voort. Hoe moeilijk het ook is, we moeten weer opstaan.’

Een week later is hij dood. In koelen bloede neergeschoten.

Andrés en Pablo

Voor het toernooi bestempelt Pelé Colombia als een van de kanshebbers op de titel. Dat is lang niet zo gek als men vandaag zou denken wanneer men de uitslagen van dat WK bekijkt. De Colombianen beschikken in 1994 over een gouden generatie met Andrés Escobar, Freddy Rincón, Fausto Asprilla,

de knotsgekke doelman René Higuita en de blonde krullenbol Carlos Valderrama. De laatste kwalificatiewedstrijd speelden ze in Buenos Aires tegen Argentinië, dat moest winnen om zich rechtstreeks te plaatsen. Colombia verpletterde de thuisploeg met 0-5 en kreeg van het verbouwereerde publiek een staande ovatie.

Maar terwijl het voetbal bloeit, bloedt het land. Colombia is in de ban van een drugsoorlog. De verschillende drugskartels bekampen elkaar met onvoorstelbaar grof geweld. Het grootste kartel, dat van Medellín, wordt geleid door Pablo Escobar – een naamgenoot maar geen familie van Andrés. Pablo Escobar heeft duizenden moorden op zijn conto, op rivalen, rechters, politici, politieagenten en ook een voetbalreferee. Want behalve drugsbaron is hij ook geldschieter van Atlético Nacional. Voetbal dient in Colombia om geld wit te wassen. De vele miljoenen die erin omgaan, zorgen voor een sterke competitie en een succesrijke nationale ploeg.

WK retro: de dodelijke owngoal van Andrés Escobar
© belgaimage

Begin jaren 90 geeft Pablo Escobar zich over aan de autoriteiten, in ruil voor een zeer luxueus gevangenisregime. Hij laat er onder meer een voetbalveld aanleggen waar topspelers ontboden worden voor een partijtje. Sommigen, zoals Higuita, doen dat openlijk en met veel plezier – wat de keeper trouwens zijn selectie voor het WK kost. Anderen, zoals Escobar, tegen hun zin en alleen omdat ze ‘verplicht’ worden.

Wanneer zijn regime dreigt verstrengd te worden, neemt Pablo Escobar in 1993 de vlucht. Maar op 3 december wordt hij vermoord, door een posse van rivaliserende bendeleden met de steun van de Colombiaanse en Amerikaanse regeringen. Het land kan weer tot rust komen – denkt men. Het tegendeel is waar: nu de baas dood is, waant iedereen zich baas. Er breken maanden aan van talloze schietpartijen en bomaanslagen. In die noodtoestand vertrekt het nationale elftal naar het WK in de VS.

Nachtmerrie

De eerste wedstrijd is een domper. Colombia verliest tegen het leep counterend Roemenië van Gheorghe Hagi (1-3). Het team komt in een psychologische crisis terecht waar het niet op voorbereid is.

In het hotel van de Colombianen lopen doodsbedreigingen binnen, allicht van criminele gokkers die veel geld verloren hebben door die eerste match. Luis Herrera, wiens zoontje kort na de moord op Pablo Escobar al was gekidnapt, krijgt nu te horen dat zijn broer is omgekomen in een ‘auto-ongeval’. Andrés Escobar houdt als voorbeeldige en diepgelovige aanvoerder zijn ongelukkige ploegmaat heel de nacht gezelschap.

Wat een droom voor voetballers moet zijn, een WK, verandert voor de Colombianen stilaan in een nachtmerrie. Vóór de tweede poulematch, tegen gastland Amerika, vertelt bondscoach Francisco Maturana dat veteraan Gabriel Gómez niet zal spelen. Maturana kreeg het dreigement dat anders heel de ploeg zou uitgemoord worden…

In die mentale toestand betreden de spelers op 22 juni het veld van de Rose Bowl. Ondanks alles zelfverzekerd, want de ploeg had de VS eerder al verslagen in tientallen vriendschappelijke wedstrijden. De geel-blauwen trekken ook onvervaard ten aanval, maar de bal wil er niet in.

En dan komt minuut 35. De Amerikaan John Harkes geeft een lage voorzet van op links. Escobar wil de bal met een sliding onderscheppen, maar dat mislukt. Hij duwt het leer voorbij zijn kansloze doelman Oscar Córdoba.

Op dat moment beseffen veel Colombianen: ons hele land gaat eraan. Het negenjarige neefje van Andrés, het zoontje van zijn zus María, vraagt voor tv vertwijfeld: ‘Mama, gaan ze Andrés nu doodmaken?’ ‘Neen,’ antwoordt Maria, ‘mensen worden niet doodgemaakt als ze een fout maken. Heel Colombia houdt van Andrés.’

Zes kogels

Na die tweede nederlaag brengt de zege tegen Zwitserland geen soelaas meer. Colombia ligt eruit. Escobar raapt zijn moed bijeen en spreekt in de pers tot het volk.

Enkele dagen later. Het WK is nog volop aan de gang, maar de Colombiaanse ploeg is weer thuis. Het is de avond van 1 juli. Escobar vindt dat hij zich niet mag wegsteken en besluit om met enkele vrienden wat te gaan drinken. Hij vraagt ook Herrera mee, maar die weigert, uit angst.

Het is lange tijd best gezellig in El Indio Bar in Medellín. Tot even na middernacht enkele kerels Escobar beginnen te bespotten om zijn owngoal. Escobar verlaat het pand, maar de groep volgt hem en begint hem uit te schelden. De voetballer is aangedaan, kruipt in zijn wagen en rijdt tot bij de mannen om uit te leggen dat zijn owngoal een onbedoelde fout was. De toestand escaleert. Er wordt een revolver getrokken en Escobar krijgt, terwijl hij nog aan het stuur van zijn auto zit, zes kogels in de rug.

De vermoedelijke daders zijn Pedro en Juan Gallón, ex-bendeleden van Pablo Escobar die naar een ander kartel waren overgelopen en betrokken waren bij de moord op de drugsbaron. Maar de broers weten de schuld af te wentelen op een van hun medewerkers. Humberto Castro Muñoz bekent en krijgt 43 jaar cel.

Hoewel lang werd gespeculeerd dat de moordenaars gedupeerde gokkers zouden zijn, is die these allicht niet correct. De voetballer riep het onheil over zich af doordat hij zijn belagers van antwoord diende. En het ego van de broers Gallón was na het omleggen van Pablo Escobar zo groot dat ze geen tegenspraak duldden, ook niet van de kapitein van de nationale ploeg.

De voorzichtige conclusie zou dus kunnen zijn: Andrés Escobar werd niet vermoord wegens zijn owngoal, maar zonder die owngoal zou hij nu allicht nog in leven zijn.

De wedstrijd

Verenigde Staten – Colombia

2-1

Poulewedstrijd

22 juni 1994 – Rose Bowl, Pasadena

Doelpunten

1-0 Escobar owngoal (35′)

2-0 Stewart (52′)

2-1 Valencia (90′)

WK retro: de dodelijke owngoal van Andrés Escobar
© belgaimage

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content