Alleen Van Aert kan Van der Poel van een zege in de Ronde van Vlaanderen houden

© belga
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Wat te onthouden van een zeer bewogen koersweekend, met de Giro en Luik-Bastenaken-Luik? Hoe Mathieu van der Poel in Luik Alejandro Valverde en Philippe Gilbert evenaarde, hoe Julian Alaphilippe zichzelf in de voet schoot en hoe Greg Van Avermaet én Chris Froome een einde zagen komen aan een lange reeks. Een overzicht in vijf vaststellingen.

De (langste) solo van MVDP

Een gemiddelde van 44,8 kilometer per uur. Zo loeiend hard reed Mathieu van der Poel over de laatste 50,5 kilometer van de slotrit van de BinckBankTour naar de Muur van Geraardsbergen.

Solo, de langste die hij in zijn profcarrière uit zijn kuiten heeft geschud, nog ruim zeven kilometer langer dan op het jongste Nederlandse kampioenschap. Maar toen waren zijn naaste achtervolgers Nils Eekhoff en Timo Roosen, deze keer fietsten hardrijders Søren Kragh Andersen en Stefan Küng vol achter hem.

En toch hield MVDP stand, in zijn eentjes. Hij noemde het een groter nummer dan zijn mirakelzege in de Amstel Gold Race van vorig jaar. Qua puur fysieke prestatie klopt dat, ook al heeft het internationaal niet dezelfde weerklank gekregen, mede omdat zaterdagnammidag ook de tijdrit van de Giro aan de gang was.

Misschien nog straffer: dat Van der Poel daags erna al hersteld was om naar een zesde plaats in Luik-Bastenaken-Luik te sprinten. Had hij meegekund met Alaphilippe en co op La Roche aux Faucons zonder de inspanning van zaterdag? Misschien niet/misschien wel. Feit is dat de Nederlander ook deze koers, met iets frissere benen, ooit op zijn naam kan schrijven. Zeker gezien de vlakke, nieuwe finish in het centrum van Luik.

Opmerkelijk: hoewel hij overtraind aan het coronaseizoen begon, heeft Van der Poel na al een tiende plaats in Il Lombardia nu dus ook een toptienstek in La Doyenne behaald. De enige renners in het jongste decennium met toptienplaatsen in die twee klimklassiekers, naast ook een stek in de eerste tien van de Ronde van Vlaanderen? Alejandro Valverde en Philippe Gilbert…

Veelbelovend voor wat nog moet komen, met op korte termijn in de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix al nieuwe, epische duels tussen hem en eeuwige rivaal Wout van Aert, aan wie hij de voorbije maanden de spotlights moest laten.

Als de Kempenaar na een rustperiode tenminste weer het topniveau van op het WK (waarin hij naar eigen zeggen zijn allerbeste koers ooit reed) haalt. In dat geval wordt Van Aert de enige die deze vliegende Van der Poel van een dubbel in de Ronde en Roubaix kan houden. Tenzij pech of het coronavirus daar een stokje voor steekt.

De zenuwen van Alaphilippe

Hij had de eerste wereldkampioen kunnen worden sinds Tom Boonen in 2005/2006 (WK Madrid/GP Doha) die bij zijn eerstvolgende koers meteen weer de handen in de lucht kon steken.

En dat deed Julian Alaphilippe ook in Luik-Bastenaken-Luik. Zeer triomfantelijk zelfs, nadat hij de laatste meters niet eens had omgekeken of er iemand hem nog zou kunnen passeren.

Opgelucht dat hij zou winnen, in een koers waarin hij deze keer niet de beste was. Marc Hirschi was immers op zijn minst zijn evenknie, zo bewees de Zwitser op La Roche aux Faucons. En dat maakte Alaphilippe nog nerveuzer dan hij al was.

De druk van de regenboogtrui woog zwaarder dan zijn favorietenstatus op het WK. Daar reed de Fransman tactisch slim, krachten sparend tot het ultieme moment.

In La Doyenne verspeelde Alaphilippe onnodige energie door zijn fietswissels en problemen met zijn schoenplaatjes na zijn val in aanloop naar de Côte de Stockeu.

Alleen Van Aert kan Van der Poel van een zege in de Ronde van Vlaanderen houden
© BELGA

Maar ook door tactische fouten, door vanaf La Redoute te veel met zijn neus in de wind te rijden, door op Les Forges zelf richting de ongevaarlijke Luis León Sánchez te springen of door in de laatste rechte lijn zelf de koppositie te nemen. En door in de sprint te bruusk én bewust uit te wijken, nadat hij in de slotkilometer ook al een wild uitwijkmanoeuvre had uitgevoerd.

Het slachtoffer van zijn uitermate hoge grinta en zenuwlijergehalte. Dat stuwt Alaphilippe, zoals op het WK, soms naar regenbooghoogtes, maar op mindere dagen schiet hij zichzelf daarmee soms in de voet. Al maakt hem dat evengoed zo’n aantrekkelijk, charismatisch figuur en een zegen voor het wielrennen.

Zo zullen we binnen dertig jaar aan jonge wielerfans moeten uitleggen dat de juichende renner op de aankomstfoto van Luik-Bastenaken-Luik 2020 níét won. En uiteindelijk zelfs pas als vijfde in de uitslag zou eindigen.

De rust van ‘verliezer’ Hirschi en winnaar Roglic

Hij is 22, had zonder het bruuske uitwijkmanoeuvre van Alaphilippe allicht gewonnen, maar zag een dubbel Waalse Pijl/Luik-Bastenaken-Luik door de neus geboord.

En toch bleef Marc Hirschi in het tv-interview na de finish ijzig kalm. “Kan gebeuren. Ik zat te dicht op het wiel van Alaphilippe.” Het gevolg van zijn sprintnederlaag in de tweede Tourrit naar Nice, toen hij te veel meters tussen hem en de Fransman had gelaten bij het begin van de sprint?

Misschien, maar feit is dat de Zwitserse springveer naast de fiets zijn emoties heel goed onder controle kan houden, op pas zijn 22e. Al even indrukwekkend als zijn race zelf, waar Hirschi ogenschijnlijk makkelijk de demarrage van Alaphilippe op de Roche aux Faucons beantwoordde, om daarna heel slim korte kopbeurten te doen richting de finish. Waar Hirschi allicht had gewonnen. Zonder…

Alleen Van Aert kan Van der Poel van een zege in de Ronde van Vlaanderen houden
© BELGA

Primoz Roglic kon zo naar de zege sprinten, als eerste debutant in Luik-Bastenaken-Luik sinds Evgeni Berzin in 1994. Ook bij hem geen grote emoties, ook niet ’s avonds, bij de viering met de ploeg. Wel een vleugje, koele humor in zijn speech. “I finally managed to win something“, verwijzend naar zijn bittere nederlaag in de Tour.

Dat de Sloveen nadien meteen de knop kon omdraaien, ook na het WK waarin hij onterechte kritiek kreeg omdat hij Wout van Aert niet hielp, geeft aan hoe mentaal en fysiek sterk de Sloveen is. Een onverzettelijkheid die hij toonde tot óp de eindstreep in Luik, met een ultieme jump voorbij Alaphilippe. En daarvoor deze keer nu wel beloond werd.

De ‘DNF’s’ van Vlasov, Froome en Van Avermaet

Zondag begon de wielerdag met het verrassende bericht dat schaduwfavoriet Aleksandr Vlasov, de jonge rechterhand van Jakob Fuglsang bij Astana, in het begin van de Girorit had opgegeven. Tot verrassing van zijn eigen kopman, want Fuglsang en zijn ploegmaats moesten het van andere renners in het peloton horen. “Maagproblemen”, klonk de officiële uitleg.

Ernstig genoeg om nu al uit de Giro te stappen, nadat Miguel Angel Lopez al tijdens de openingstijdrit letterlijk uit de race viel, waardoor kopman Jakob Fuglsang aan zijn lot wordt overgelaten? Toeval of niet: de jongste twee weken hebben drie renners van Astana, Alexei Lutsenko, Alexander Aranburu en Zhandos Bizhigitov, positief getest op corona.

Een andere opmerkelijke Did Not Finish: die van Chris Froome in Luik-Bastenaken-Luik, die al voor de finale amechtig naar adem happend werd achtergelaten. De opgave van de Brit is op zich al opmerkelijk, want de laatste keer dat hij tíjdens een race, na te zijn gestart, de remmen had dichtgeknepen, dateerde van het WK in Ponferrada in… 2014. Geen enkele renner zette sindsdien een langere reeks neer zonder DNF. Geen goed teken voor de aankomende Vuelta en zelfs voor de rest van zijn carrière.

De renner met de tweede langste reeks zonder opgave op zijn naam, tot gisteren? Greg Van Avermaet, die na zijn DNF in Il Lombardia 2016 (vermoeid na een lang seizoen) élke race had uitgereden. Tot zijn zware val zondag in La Doyenne, het zoveelste incident van de laatste weken door pure nalatigheid van de organisatie. In dit geval om geen seingever te plaatsen aan het verkeerseiland, waar Van Avermaet viel. Een groot probleem dat het hele wielerbestel dringend moet oplossen.

Hoe dan ook een grote klap voor Gouden Greg, die nochtans zelden (zwaar) valt. De laatste keer dat hij een breuk opliep was tijdens de Ronde van Vlaanderen 2016. Toen ‘slechts’ zijn sleutelbeen, waarna hij vier maanden later olympisch kampioen werd.

Weliswaar toen op het toppunt van zijn fysieke mogelijkheden. Van Avermaet is nu al 35, en ziet zo weer een kans om zijn Ronde van Vlaanderen te winnen in rook opgaan. En beter zal hij helaas niet meer worden.

Het lange wachten van Sagan

Sinds de vijfde rit van de Tour 2019 had Peter Sagan niet meer gewonnen, 1 jaar, 2 maanden en 25 dagen lang. Nooit heeft hij in zijn profcarrière zo lang moeten wachten om zijn handen in de lucht te sturen.

Maar eindelijk leek het zover, toen de Slovaak in de tweede Girorit, op de lichthellende klim naar Agrigento, als enige van het peloton richting Diego Ulissi en de 23-jarige Deen Mikkel Frølich Honoré (nóg een jong talent van Deceuninck-Quick-Step) sprong.

Het zou een koud kunstje worden om vervolgens te sprint te winnen, zoals in zijn beste dagen. Maar Sagan had alle kruit verschoten en greep weer naast de zege.

Alleen Van Aert kan Van der Poel van een zege in de Ronde van Vlaanderen houden
© BELGA

De Giro-organisatie, die een pak euro’s neertelde om hem aan de start te krijgen, zou hebben gevloekt, als Diego Ulissi de Italianen geen tweede zege op rij had bezorgd, na Filippo Ganna in de openingstijdrit.

Een azuurblauwe dubbelslag in het eerste Giroweekend, dat was al geleden van 2003, met zeges voor Alessandro Petacchi en Fabio Baldato, waarna Stefano Garzelli ook de derde rit won.

Magere troostprijs voor Sagan: de blauwe trui, de eerste keer in zijn carrière dat hij het shirt als leider van het bergklassement in een grote ronde mag aantrekken. Toch zal hij met deze vorm allicht nog eens op het Giropodium verschijnen, om eindelijk een echte zege te vieren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content